Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Piri over het bericht 'Volgens Olga Karatsj is geen Wit-Russische activist nog veilig: Het regime bereidt operaties voor binnen de EU'
Vragen van het lid Piri (PvdA) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over het bericht «Volgens Olga Karatsj is geen Wit-Russische activist nog veilig: Het regime bereidt operaties voor binnen de EU» (ingezonden 28 mei 2021).
Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Zaken) en Minister Grapperhaus (Justitie
en Veiligheid) (ontvangen 16 juli 2021).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Volgens Olga Karatsj is geen Wit-Russische
activist nog veilig: Het regime bereidt operaties voor binnen de EU»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is uw oordeel over de uitspraken van Oleg Gajdoekevitsj over mogelijke additionele
operaties binnen de EU om Belarussische activisten op te pakken? Zijn er signalen
bekend dat het regime in Belarus dergelijke operaties voorbereidt?
Antwoord 2
Het kabinet heeft grote zorgen over de zeer ernstige repressie van Belarussische autoriteiten
tegen activisten, oppositieleden en onafhankelijke journalisten. Het kabinet heeft
Belarus consequent opgeroepen om alle repressie onmiddellijk te staken en alle politieke
gevangen vrij te laten. Die boodschap wordt ook met sancties kracht bijgezet.
Bij het kabinet zijn geen signalen bekend dat de Belarussische autoriteiten voorbereidingen
treffen om binnen de EU Belarussische activisten op te pakken.
Vraag 3
Heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken en/of het Ministerie van Justitie en Veiligheid
signalen ontvangen over toegenomen onveiligheid van Belarussen in Nederland? Zo ja,
hoe is daar op gereageerd?
Antwoord 3
Bij het kabinet zijn enkele signalen bekend van Belarussen in Nederland die zorgen
hebben over hun veiligheid, of zich in toegenomen mate onveilig voelen sinds de arrestatie
van Roman Protasevitsj en Sofia Sapega. Deze meldingen worden onderzocht. Waar nodig
wordt daar op gepaste wijze opvolging aan gegeven.
Personen die bedreigingen ontvangen of te maken krijgen met andere incidenten kunnen
hiervan aangifte te doen bij de politie.
Vraag 4
Hoe omschrijft u in het algemeen de veiligheid van Belarussen in Nederland? Is de
onveiligheid recentelijk, en specifiek na het recente kapen van een passagiersvliegtuig
door Belarus, toegenomen?
Antwoord 4
Zoals gemeld in het antwoord op vraag 4 zijn er bij het kabinet enkele signalen bekend
van Belarussen in Nederland die zich onveilig voelen. De gedwongen landing van de
Ryanairvlucht op 23 mei, en de daaropvolgende arrestatie van Roman Protasevitsj en
zijn Partner Sofia Sapega hebben daaraan ook bijgedragen. Het kabinet heeft begrip
voor dit gevoel van onveiligheid en blijft alert op verdere signalen uit de Belarussische
gemeenschap in Nederland. Waar nodig zal hier ook op gepaste wijze opvolging aan gegeven
worden.
Tot op heden zijn er geen signalen ontvangen van concrete incidenten of een fysieke
veiligheidsdreigingen tegen Belarussen in Nederland. Leden van de Belarussische gemeenschap
in Nederland hebben in de afgelopen maanden ook op verschillende momenten ongestoord
gebruik kunnen maken van hun recht om te demonstreren.
Vraag 5
Op welke wijze ondersteunt u, naast de mogelijkheid om aangifte te doen, Belarussen
om hun veiligheid in Nederland te bevorderen?
Antwoord 5
Het kabinet heeft reeds contacten met de Belarussische diaspora in Nederland. Daarnaast
kan door het Ministerie van Buitenlandse Zaken indien nodig diplomatiek bezwaar worden
gemaakt bij de Belarussische autoriteiten tegen mogelijke vormen van ongewenste inmenging
in Nederland.
Vraag 6
Heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken en/of het Ministerie van Justitie en Veiligheid
een speciaal meldpunt voor Belarussen in Nederland die zich bedreigd voelen? Bent
u bereid een dergelijk meldpunt open te stellen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Het kabinet heeft geen speciale meldpunten voor leden van minderheidsgemeenschappen
in Nederland die zich onveilig of bedreigd voelen. Personen in Nederland die zich
bedreigd voelen worden opgeroepen hiervan aangifte te doen bij de politie. Ook signalen
die direct bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid of het Ministerie van Buitenlandse
Zaken binnenkomen zullen worden opgevolgd.
Het kabinet hanteert sinds begin 2018 een aanpak voor het tegengaan van doelbewuste,
vaak stelselmatige en veelal heimelijke activiteiten van statelijke actoren (of actoren
die aan statelijke actoren zijn te relateren) in Nederland of gericht op de Nederlandse
belangen. Deze vormen van ongewenste buitenlandse inmenging (OBI) acht het kabinet
onwenselijk, aangezien zij het fundament van de Nederlandse democratische rechtsorde
en de open samenleving kunnen aantasten. De zogenoemde OBI-aanpak is toepasbaar op
alle vormen van ongewenste buitenlandse inmenging, ook als die door Belarus zouden
plaatsvinden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.