Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Sneller, Van der Laan, De Hoop en Westerveld over het artikel ''Raadsdames' in actie: de titel raadsheer is seksistisch'
Vragen van de leden Sneller, Van der Laan (beiden D66), De Hoop (PvdA) en Westerveld (GroenLinks) aan de Ministers voor Rechtsbescherming en van Onderwijs, Cultuur en wetenschap over van het artikel ««Raadsdames» in actie: de titel raadsheer is seksistisch» (ingezonden 7 juni 2021).
Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming), mede namens Minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap (ontvangen 6 juli 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
2020–2021, nr. 3361.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel ««Raadsdames» in actie: de titel raadsheer is seksistisch»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
In hoeverre bent u van mening dat de titel «raadsheer» voor rechters bij de gerechtshoven,
de Hoge Raad en de twee bijzondere colleges nog gepast en correct is, terwijl deze
functie door alle geslachten kan worden uitgevoerd?
Antwoord 2
De functietitel raadsheer heeft een onmiskenbaar mannelijke connotatie, terwijl de
betreffende functie door personen van alle seksen kan worden uitgevoerd. Overigens
zijn er sinds 2019 ook meer vrouwelijke raadsheren dan mannelijke.2 Ik kan mij voorstellen dat raadsheren van andere seksen dan de mannelijke het gebruik
van deze functietitel als niet-passend en niet-correct kunnen ervaren. Dit blijkt
ook uit het voornoemde artikel en de actie op sociale media waarnaar dit artikel verwijst.
Daarnaast is voor burgers niet altijd duidelijk wat het begrip raadsheer inhoudt.
Vraag 3
Kunt u een parallel trekken met de termen raadsman en raadsvrouw, die in de rechtspraak
al jaren voor advocaten worden gehanteerd?
Antwoord 3
De term raadsman komt veelvuldig voor in wet- en regelgeving. In de praktijk wordt
voor vrouwelijke raadslieden de term raadsvrouw of raadsvrouwe gebruikt. Een dergelijke
algemeen geaccepteerde praktijk bestaat (nog) niet voor vrouwelijke raadsheren. De
Raad voor de rechtspraak liet mij weten dat sommige raadsheren in de praktijk een
term als «rechter in hoger beroep» gebruiken.
Vraag 4
Deelt u de mening dat genderneutrale titels voor rechters beter aansluiten bij de
maatschappelijke realiteit?
Antwoord 4
Ik deel de mening dat sekseneutrale titels voor rechters beter aansluiten bij de realiteit
dat deze functie door personen van alle seksen wordt uitgeoefend.
Vraag 5
Kunt u uiteenzetten in welke andere Europese landen men al wel of niet genderneutrale
titels voor alle rechters gebruikt?
Antwoord 5
Uit een eerste inventarisatie – gebaseerd op reacties uit België, Engeland, Ierland,
Frankrijk, Duitsland en Portugal – blijkt dat in andere Europese landen op verschillende
manieren met functietitels voor rechters wordt omgegaan. Er blijkt soms ook verschil
te bestaan tussen terminologie in de wetgeving en gebruik in de praktijk.
In België dragen de rechters in de hoven van beroep, de arbeidshoven en het Hof van
Cassatie de titel raadsheer. Hiervoor blijkt in België geen sekseneutraal alternatief
voorhanden.
In een aantal landen wordt gewerkt met mannelijke en vrouwelijke varianten van titels
voor rechters. Zo dragen in Engeland en Wales rechters in het Hooggerechtshof (Supreme Court) de titel Lord [naam] of Lady [naam] en in gerechtshoven (Court of Appeal) Lord Justice [naam] of Lady Justice [naam]. In Ierland worden rechters in het Hooggerechtshof (Supreme Court) en in gerechtshoven (Court of Appeal) aangeduid als the Honourable Mr./Mrs. Justice [naam]. In Portugal worden rechters in het Hooggerechtshof aangeduid als Conselheiro of Conselheira en in gerechtshoven als Desembargador of Desembargadora.
In deels dezelfde landen bestaan ook sekseneutrale titels voor rechters. Zo worden
District Judges, Tribunal Judges en Employment judges in Engeland en Wales aangeduid als Judge. In Ierland worden rechters in het District Court aangeduid als Judge [naam]. In België worden rechters in eerste aanleg aangeduid als rechter (familie-
en jeugdrechter, beslagrechter, etc.).
In Duitsland worden rechters in de wet over het rechtersambt aangeduid met de mannelijke
vorm Richter. In bezoldigingswetgeving is vastgelegd dat vrouwelijke rechters hun functietitel
in de vrouwelijke vorm voeren. In de praktijk betekent dit dat rechters in Duitsland
met Richter of Richterin worden aangeduid. In Frankrijk bestaat onder meer de titel magistrat voor rechters. In de praktijk kunnen vrouwelijke rechters ervoor kiezen de vrouwelijke
variant magistrate te gebruiken.
Vraag 6
Kunt u aangeven welke stappen door u en de rechtspraak (al dan niet) zijn gezet, sinds
de Hoge Raad zich begin 2019 positief toonde tegenover het initiatief van advocatenkantoor
Jebbink Soeteman om voortaan vrouw-inclusieve taal te gebruiken?
Antwoord 6
Uw vragen zijn voor mij aanleiding geweest in overleg te treden met de Raad voor de
rechtspraak over het gebruik van vrouw-inclusieve taal bij de rechtspraak. De Raad
voor de rechtspraak heeft mij laten weten dat over het gebruik van vrouw-inclusieve
taal binnen de rechtspraak in verschillende verbanden is gesproken.
De Hoge Raad besteedt in de eigen organisatie in het project «Helder Recht» aandacht
aan helder, toegankelijk en begrijpelijk taalgebruik in uitspraken. Respectvol formuleren
hoort daarbij, evenals omgaan met sekse in taal. Binnen de grenzen van het controleerbare
in het dossier van de zaak, wordt bijvoorbeeld in uitspraken van de Hoge Raad bij
het gebruik van verwijswoorden bij natuurlijke personen zo goed mogelijk rekening
gehouden met het geslacht van betrokkenen. Bij verwijzingen naar organisaties en ambten
wordt in de regel gebruik gemaakt van het taalkundige verwijswoord.
Vraag 7, 8
Indien u voorstander bent van genderneutrale functietitels bij alle rechterlijke instanties,
heeft u dan reeds een voorkeur voor een of meerdere titels, zoals rechter in hoger
beroep, hofrechter of cassatierechter?
Bent u bereid om de titel «raadsheer» via een wetswijziging aan te passen naar een
of meerdere genderneutrale functietitels? Zo ja, op welke termijn?
Antwoord 7, 8
Vanuit oogpunt van passend, inclusief en helder taalgebruik ligt het in de rede de
wijziging van de titel raadsheer naar een of meerdere sekseneutrale titels na te streven.
Dit wordt ondersteund door aanwijzing 3.8, eerste lid van de Aanwijzingen voor de
regelgeving, die luidt: «Indien mogelijk worden persoonsaanduidingen gebruikt die
sekseneutraal zijn.» Ik laat het aan de rechtspraak of men wil verkennen of er in
de praktijk algemeen aanvaardbare sekseneutrale aanduidingen voor het begrip raadsheer
kunnen worden ontwikkeld.
De begrippen «raadsheer» en «raadsheren» komen in verschillende wetten voor, alsmede
in de op die wetten gebaseerde lagere regelgeving. Dat geldt ook voor afgeleide begrippen
als «raadsheer-plaatsvervanger» en «raadsheer-commissaris». Wijziging van het begrip
raadsheer behelst dan ook een uitgebreide wetgevingsoperatie, met potentieel grote
gevolgen voor de rechtspraktijk. Het is daarom aan het nieuwe kabinet om een beslissing
te nemen omtrent een wetswijziging naar een of meer sekseneutrale functietitels voor
raadsheren.
Ter voorbereiding op deze keuze ben ik met het WODC in gesprek over de mogelijkheden
een onderzoek te starten naar sekseneutrale functietitels in het rechtsbestel.
Vraag 9, 10
Welke functietitels met een genderspecifieke benaming worden nog meer gebruikt bij
overheidsinstanties?
Zitten daar titels tussen waarbij een neutrale benaming in uw optiek ook beter zou
aansluiten bij de maatschappelijke realiteit? Zo ja, wilt u voorstellen doen deze
te wijzigen naar een genderneutrale functietitel?
Antwoord 9, 10
Niet-sekseneutrale functietitels worden op een aantal plekken gebezigd. Dit zijn bijvoorbeeld
de termen ombudsman, geneesheer-directeur en dijkgraaf. Een volledig beeld van seksespecifieke
functietitels bij overheidsinstanties is er nog niet. Daarnaast is nog niet duidelijk
hoe de betreffende functiebeoefenaars en instanties tegen die functietitels aankijken
en welke alternatieven zij zouden voorstellen. Ook zullen de gevolgen van eventuele
wijziging voor wet- en regelgeving en mogelijke impact voor (de systemen van) de verschillende
organisaties in kaart moeten worden gebracht. Tegelijkertijd blijkt uit onderzoek
dat het effect heeft op de perceptie/stereotypen wanneer niet-sekseneutrale termen
worden gebruikt. De keuze om een dergelijk traject te starten, wordt overgelaten aan
een volgend kabinet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming -
Mede namens
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.