Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid De Hoop over PFAS in voedselverpakkingen
Vragen van het lid De Hoop (PvdA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over PFAS in voedselverpakkingen (ingezonden 25 mei 2021).
Antwoord van Minister Van Ark (Medische Zorg), mede namens de Staatssecretaris van
Infrastructuur en Waterstaat (ontvangen 1 juli 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2020–2021, nr. 3249.
Vraag 1
Kent u de berichten «Milieuorganisaties maken zich zorgen om voedselverpakkingen vol
PFAS»1 en «Juist in «groene» verpakkingen zitten schadelijke pfas-stoffen, stelt studie»?2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is uw reactie op de uitkomst van het onderzoek van acht milieuorganisaties dat
bijna een derde van de geselecteerde verpakkingen behandeld is met PFAS?
Antwoord 2
Vanwege de schadelijke eigenschappen van PFAS zou moeten gelden dat dit niet mag worden
toepast, tenzij echt noodzakelijk. Dit is ook het uitgangspunt van de Europese restrictie
waar Nederland met enkele andere lidstaten aan werkt. Ook vanuit het oogpunt van consumentenbescherming
is de vermindering van PFAS van belang. Zoals wij in onze brief aan de Kamer (Kamernr.
2021Z09899) van 4 juni jl. hebben aangegeven, zijn acute gezondheidsproblemen niet te verwachten,
maar is actie wel gewenst om problemen op termijn te voorkomen.
De blootstelling van de mens aan PFAS wordt met name veroorzaakt door de aanwezigheid
van PFAS als milieucontaminant in voedsel en drinkwater, maar ook de migratie van
PFAS uit voedselverpakkingen naar voedsel levert daaraan een bijdrage. Daarom bereid
ik – in afwachting van de Europese restrictie – regelgeving voor ter bescherming van
de voedselveiligheid. Een aanpassing van de Warenwetregeling verpakkingen en gebruiksartikelen
zal een eind maken aan de toestemming om PFAS in en op papier en andere natuurlijke
materialen voor voedselcontact te gebruiken en dergelijke producten te verhandelen
of in te voeren. Dit verbod heeft betrekking op alle PFAS die de door EFSA beoordeelde
PFAS als uitgangsstof, verontreiniging of reactieproduct hebben. In onze brief aan
de Kamer van 4 juni jl. zijn de Minister en de staatsecretaris van IenW, de Minister
van LNV en ik hierop nader ingegaan. Dit verbod gaat naar verwachting in op 1 januari
2022.
Vraag 3
Bent u het eens met de uitspraak dat de hoeveelheid PFAS in ons voedsel en drinkwater
zorgwekkend is, en dat dit gevaarlijk is voor kinderen en foetussen in de baarmoeder?
Antwoord 3
EFSA merkt op dat de blootstelling van kleine kinderen hoog kan zijn en dat foetussen
en baby’s vooral via de moeder aan PFAS worden blootgesteld. Daarom is de nieuwe veilige
waarde gebaseerd op deze bevolkingscategorie. Recent onderzoek van het RIVM heeft
aangetoond dat de blootstelling aan PFAS via voedsel en water in Nederland gemiddeld
hoger is dan de veilige waarde die de EFSA in haar opinie heeft afgeleid. Er is dus
alle reden de blootstelling te verminderen. In de genoemde Kamerbrief hebben we aangegeven
hoe we dat willen bereiken.
Vraag 4
Vindt u ook dat moeilijk of niet-afbreekbare stoffen met potentieel schadelijke gevolgen
voor de volksgezondheid en het milieu niet in voedselverpakkingen thuishoren?
Antwoord 4
Volgens de Warenwet en de Europese regelgeving mogen alleen stoffen in verpakkingen
gebruikt worden die veilig zijn. Deze veiligheid wordt afgemeten naar de mate waarin
de stoffen naar het voedsel kunnen overgaan. Als deze «migratie» leidt tot potentieel
schadelijke gevolgen voor de volksgezondheid, wordt de betreffende stof niet toegelaten.
In mijn ogen horen ook stoffen met potentieel gevaarlijke gevolgen voor het milieu
niet thuis in verpakkingen, maar de Warenwet is niet ingericht op het reguleren daarvan.
Dat kan wel via de EU-verordening REACH waarvoor de Staatssecretaris van IenW verantwoordelijk
is. Daarom werkt Nederland als bovengenoemd met enkele andere lidstaten aan een EU-breed
verbod op PFAS in niet-essentiële producten.
Vraag 5
Waarom is het toegestaan om voedselverpakkingen te behandelen met PFAS?
Antwoord 5
Om verpakkingen de gewenste functionele eigenschappen (zoals vet- en vochtbestendigheid)
te geven, worden daaraan bepaalde stoffen toegevoegd. Die stoffen moeten zijn toegelaten
in de Warenwetregeling verpakkingen en gebruiksartikelen. Dit gebeurt alleen als er
geen consumentenrisico is door afgifte van stoffen aan het voedsel. De Warenwet kent
geen afwegingen op basis van milieueffecten. De stoffen zijn al in de jaren »70 toegelaten;
toen werd ingeschat dat er geen consumentenrisico was. Met de nieuwe EFSA-opinie over
PFAS is dit minder zeker en daarom wordt de toelating van deze stoffen nu geschrapt.
Vraag 6
Bent u bereid onderzoek te doen naar de omvang van het gebruik van PFAS in voedselverpakkingen
en de gevolgen voor mens en milieu, en dit met de Kamer te delen?
Antwoord 6
Aangezien het gebruik van PFAS in en op voedselverpakkingen met ingang van 1 januari
2022 wordt verboden, acht ik dit onderzoek niet nodig. Wel zal de Nederlandse Voedsel-
en Warenautoriteit (NVWA) toezien op de naleving van dit verbod.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Ark, minister voor Medische Zorg -
Mede namens
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.