Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Snels over het Stabiliteits- en Groeipact
Vragen van het lid Snels (GroenLinks) aan de Minister van Financiën over het Stabiliteits- en Groeipact (ingezonden 24 juni 2021).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 1 juli 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Austria seeks to build coalition against softening EU budget rules»?1 Klopt het dat u een brief heeft ontvangen van uw Oostenrijkse collega-Minister van
Financiën? Klopt het dat deze brief een inhoudelijke inzet bevat ten aanzien van de
aanstaande evaluatie en eventuele herziening van het Stabiliteits- en Groeipact? En
dat Oostenrijk deze verstuurd heeft met als doel een coalitie van lidstaten samen
te brengen inzake de eventuele herziening van het Stabiliteits- en Groeipact?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Staat u nog steeds achter het in de kabinetsbrief Brede bespiegeling Stabiliteits-
en Groeipact (SGP) ingenomen standpunt dat een inhoudelijke standpuntbepaling inzake
de eventuele herziening van het SGP niet aan dit demissionaire kabinet maar aan een
volgend kabinet is?2
Antwoord 2
Het demissionaire kabinet staat achter de inhoud van de Kamerbrief «Brede bespiegeling
inzake het Stabiliteits- en Groeipact (SGP)»3 van 14 december 2020.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het aansluiten bij de coalitie die Oostenrijk wil bouwen, betekent
dat Nederland (in ieder geval ten dele) een inhoudelijke inkleuring geeft aan zijn
inzet ten aanzien van de eventuele herziening van het Stabiliteits- en Groeipact?
Deelt u de mening dat dit strijdig zou zijn met het uitgangspunt om deze inhoudelijke
inkleuring aan een volgend kabinet te laten?
Antwoord 3
In de Kamerbrief «Brede bespiegeling inzake het Stabiliteits- en Groeipact (SGP)»
van 14 december 2020 wordt allereerst het doel van het SGP geschetst. Het SGP legt
de begrotingsregels vast die de lidstaten gezamenlijk overeen zijn gekomen, om de
houdbaarheid van overheidsfinanciën te waarborgen en stabiliteit en economische groei
te bevorderen. Houdbare overheidsfinanciën zijn een vereiste om duurzame groei te
realiseren. Ze geven vertrouwen, bieden ruimte aan private investeringen en voorkomen
dat de rekening van publieke uitgaven door toekomstige generaties moet worden betaald.
Om houdbare overheidsfinanciën te realiseren is het allereerst cruciaal dat lidstaten
hervormingen implementeren die bijdragen aan economische groei en de veerkrachtigheid
van hun economie. Daarnaast is het nodig om begrotingsdiscipline te bewaken. In het
bijzonder om in gunstige economische tijden voldoende buffers op te bouwen, zodat
in minder gunstige tijden economische klappen kunnen worden opgevangen en de economie
ondersteund kan worden zonder dat dit ten koste gaat van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën.
Voor het demissionaire kabinet zijn en blijven Europese begrotingsregels belangrijk.
Ook in de «Staat van de Europese Unie 2021»4 van 2 april jl. is aangegeven dat houdbare overheidsfinanciën het hoofddoel van het
SGP blijven teneinde duurzame economische groei en stabiliteit te waarborgen. De snel
stijgende publieke schuld als gevolg van de COVID-19-crisis onderstreept het belang
hiervan. Bovendien is het belangrijk dat de handhaving van de regels wordt verbeterd.
Een mogelijke herziening van de Europese begrotingsregels is van dusdanig belang dat
het onverstandig lijkt als Nederland – totdat er een nieuw kabinet is – zich geheel
afzijdig houdt in deze discussie. Het huidige demissionaire kabinet zal zodoende deze
discussie voeren in Europees verband op basis van de uitgangspunten zoals o.a. in
de Staat van de Europese Unie 2021 genoemd. Het gaat daarbij met name om het onderkennen
van het belang van gezonde overheidsfinanciën, in lijn met het doel van het SGP zoals
hierboven omschreven. Het uitdragen van deze uitgangspunten vormt volgens het demissionaire
kabinet geen nieuwe inkleuring van de Nederlandse inzet.
Vraag 4
Kunt u garanderen dat u zich, vanuit uw eerder genoemde eigen uitgangspunt, niet aansluit
bij het Oostenrijkse initiatief, ofwel enig ander initiatief om tot een inhoudelijke
inzet inzake de eventuele SGP-herziening te komen, omdat dit aan een volgend kabinet
is?
Antwoord 4
Zoals in het antwoord op vraag 3 aangegeven, is een mogelijke herziening van de Europese
begrotingsregels van dusdanig belang dat het onverstandig lijkt als Nederland – totdat
er een nieuw kabinet is – zich geheel afzijdig houdt in deze discussie. Eventuele
samenwerking met andere lidstaten kan daarbij nuttig zijn en moet niet op voorhand
worden uitgesloten.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het onwenselijk is als er in de onderhandelingen over de eventuele
herziening van het Stabiliteits- en Groeipact een sterke blokvorming ontstaat tussen
noordelijke EU-landen enerzijds en zuidelijke anderzijds?
Antwoord 5
De discussie over een eventuele herziening van het SGP is nog in de beginnende fase
en van een sterke blokvorming tussen lidstaten is op dit moment geen sprake. Het ligt
wel in de lijn der verwachtingen dat verschillende lidstaten verschillende meningen
hebben over hoe het SGP eventueel herzien zou kunnen worden. Dit mogelijke krachtenveld
is ook beschreven in de brief van 14 december 2020.5 Het lijkt niet zinvol om bij voorbaat inhoudelijke concessies te doen vanuit een
mogelijk verschil in inzicht tussen verschillende lidstaten. Voor veel Europese onderwerpen
geldt dat er meningsverschillen zijn tussen lidstaten en de intentie is om gezamenlijk
met de andere lidstaten een breed gedragen compromis te vinden.
Vraag 6
Kunt u voorgaande vragen een voor een beantwoorden en retour sturen voorafgaand aan
het eerstvolgende commissiedebat Eurogroep/Ecofinraad, 8 juli aanstaande?
Antwoord 6
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.