Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Becker over integratiesubsidies in Nederland
Vragen van het lid Becker (VVD) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over integratiesubsidies in Nederland (ingezonden 15 april 2021).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens Minister
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 28 juni 2021).
Vraag 1
Kent u het artikel «Blik onder de motorkap van de Vlaamse integratiemachine»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat we in Nederland moeten leren van de situatie bij de buren en
dat we moeten voorkomen dat integratiesubsidies die direct dan wel indirect verstrekt
worden via platforms of zelforganisaties uiteindelijk het beoogde doel niet bereiken
of de integratie zelfs tegenwerken?
Antwoord 2
Bij het verstrekken van subsidies door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
wordt bij de beoordeling, toekenning en verantwoording van de subsidie zorgvuldig
gebruik gemaakt van een set aan maatregelen die mogelijke risico’s onder controle
houden. Desondanks kan het risico van misbruik of fraude nooit helemaal worden voorkomen.
Ten aanzien van misbruik van subsidies zijn in de Nederlandse wet- en regelgeving
voor subsidieverstrekking regels opgenomen die misbruik moeten voorkomen. Zo dienen
subsidieregelingen op basis van een risicoanalyse te worden geformuleerd en subsidieaanvragen
kritisch te worden beoordeeld. Als blijkt uit objectief vooronderzoek dat de risico’s
van een subsidieaanvraag te hoog worden ingeschat, is het mogelijk een nadere controle
uit te voeren door aanvullende informatie op te vragen, de aanvrager bij de verantwoording
intensiever te controleren of de subsidieaanvraag (preventief) te weigeren.
Bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan de screening van subsidieontvangers
op verschillende manieren plaatsvinden. Voorafgaand aan het toekennen van de subsidie
wordt aan de voorkant gecheckt of de subsidieaanvrager/ontvanger voorkomt in het departementaal
misbruikregister. Ook wordt via aanvullende informatie, zoals het opvragen van jaarrekeningen,
nagegaan hoe financieel stabiel een organisatie is. In geval van twijfel bij een verantwoording
kan een review op de boeken van de organisatie via de auditdienst worden aangevraagd.
Indien ondanks diverse maatregelen aan de voorkant toch vermoedens zijn van misbruik,
dan wordt er om een reviewonderzoek gevraagd bij de Auditdienst. Indien misbruik gegrond
blijkt, dan wordt het toegekende subsidiebedrag teruggevorderd. Tot slot worden subsidieontvangers
die misbruik maken van de toegekende subsidie departementaal geregistreerd. Zo nodig
kan een volgende aanvraag van dezelfde ontvanger in de toekomst preventief worden
geweigerd. Dit zal van geval tot geval worden bezien.
Vraag 3
Kunt u een uitputtend overzicht verstrekken van alle subsidies die in Nederland vanuit
de rijksoverheid direct en indirect aan maatschappelijke organisaties worden verstrekt
met als doel het bevorderen van de integratie en/of de weerbaarheid van minderheden?
Antwoord 3
Voor de beantwoording van deze vraag heb ik mij beperkt tot de subsidies die verstrekt
zijn door de Ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap. In het antwoord op deze vraag zal ik een overzicht geven van de lopende
subsidies van deze twee ministeries ten behoeve van integratie en het vergroten van
de weerbaarheid.
Hierbij moet worden vermeld dat de financiële uitgaves ten behoeve van integratie
en het vergroten van weerbaarheid niet allen te scharen zijn onder de categorie subsidie,
dit kan ook via een opdrachtverlening of decentralisatie uitkering.
In een aantal gevallen werkt het ministerie met andere type uitkeringen, namelijk
decentralisatie uitkeringen. In het dertigledendebat op 25 mei 2021 van de vaste commissie
Sociale Zaken en Werkgelegenheid inzake anti-islamsentimenten is bijvoorbeeld gesproken
over middelen die het ministerie heeft verstrekt aan gemeenten in het kader van het
versterken van de kwaliteit van informele scholing.2 Deze middelen zijn verstrekt middels een dergelijke decentralisatie uitkering aan
gemeenten. Deze zijn derhalve niet zichtbaar in bijgevoegd overzicht, omdat het om
een ander instrument dan subsidies gaat. Het betreft tot op heden pilots in drie gemeenten
waarvoor in 2020 een bedrag van € 133.000 is overgeboekt naar het gemeentefonds. In
2021 volgt een tweede tranche van maximaal € 300.000.
Overzicht lopende subsidies SZW in 2021
Organisatie
Projectnaam
Looptijd
Omschrijving
Verplichting
COA
Kijkje in de keuken
1/10/20 – 30/9/21
Faciliteren kennismaken kansrijke asielzoekers en Nederlandse arbeidsmark
€ 244.915
COA
Voorinburgering 2020
1/1/20 – 31/12/20
Voor inburgeringstrajecten statushouders in centra
€ 15.020.454
COA
Voorinburgering 2021
1/1/21 – 31/12/21
Voorinburgeringstrajecten statushouders in centra. Instellingssubsidie.
€ 16.686.302
COA
VRIP 2020
1/1/20 – 31/12/20
Vroege integratie en Participatie kansrijke asielzoekers en statushouders. Instellingssubsidie.
€ 3.395.344
COA
VRIP 2021
1/1/21 – 31/12/21
Vroege integratie en participatie kansrijke asielzoekers en statushouders. Instellingssubsidie.
€ 3.516.094
Vluchtelingen Werk Nederland
Steunfunctie 2020
1/1/20 – 31/12/20
Vluchtweb, Helpdesk Integratie, training en opleiding betaalde en vrijwilige hulpverleners.
Instellingssubsidie
€ 1.096.950
Vluchtelingen Werk Nederland
Steunfunctie 2021 helpdesk/trainingen
1/1/21 – 31/12/21
Vluchtweb, Helpdesk Integratie, training en opleiding betaalde en vrijwilige hulpverleners.
Instellingssubsidie
€ 1.096.950
Verwey Jonker Instituut
KIS 2020
1/1/20 – 31/12/20
Ontwikkeling en beheer Kennisplatform Integratie en Samenleving. Instellingssubsidie
€ 2.770.019
Verwey Jonker Instituut
KIS 2021
1/1/21 – 31/12/21
Ontwikkeling en beheer Kennisplatform Integratie en Samenleving. Instellingssubsidie
€ 2.840.210
St. Nederlands inclusiviteitsmonitor
Opschaling inclusiviteitsmonitor
1/11/20 – 31/12/21
Vormgeving diversiteits- en inclusiebeleids
€ 90.000
St. Blik op Werk
Controle onderwijskwaliteit
1/2/20 – 31/7/21
Interne controle aspirant inburgeringscholen en extra inspectie onderwijskwaliteit
€ 265.590
Visio
Pilot
1/1/20 – 31/12/21
Taaltrainingen voor visueel beperkte inburgeringsplichtigen
€ 229.000
Divosa
Ondersteuning VOI 2020
1/1/20 – 30/4/21
Ondersteuning veranderopgave inburgering
€ 4.541.800
Divosa
Ondersteuning VOI 2021
1/1/21 – 30/4/22
Ondersteuning veranderopgave inburgering
€ 4.447.983
VNG
Ondersteuning gemeenten VOI 2020 – 2021
1/1/20 – 31/12/21
Ondersteuning implementatie inburgering
€ 2.469.159
Vrije Universiteit Amsterdam
Imamopleiding
1/5/21 – 31/5/22
Professionaliseringsprogramma imams in Nederland
€ 194.830
Respect Education Fnd.
N.a.v.amendement Peters en Rog 2020 – 2021
1/1/20 – 31/12/22
Faciliteren Week van Respect en diverse projecten over respect tussen docenten en
jongeren op scholen.
€ 1.000.000
GGMD
Pilot inburgering
1/4/21 – 31/12/21
Pilot inburgeringsaanbod voor inburgeraars met een autditieve beperking
€ 49.100
Prins Bernardfonds
Themafonds in het kader VN decennium personen Afrikaanse afkomst
15/12/17 – 15/12/20
Faciliteren van culturele en educatieve projecten inclusiviteit voor personen met
oorspronkelijke Afrikaanse afkomst.
€ 300.000
Oranjefonds
Fonds Afrikaanse diaspora in het kader van VN decennium
15/12/17 – 31/12/21
het ondersteunen van maatschappelijke initiatieven die gericht zijn op het duurzaam
tot stand brengen van verbinding in de Nederlandse samenleving, door bij te dragen
aan bewustwording ten aanzien van anti-zwart racisme en het tegengaan van stereotypering
en vooroordelen
€ 300.000
Verwey Jonker Instituut
Leerstoel
1/1/20 – 31/12/21
Leerstoel polarisatie en veerkracht
€ 60.000
Overzicht lopende subsidies OCW in 2021
Organisatie
Projectnaam
Looptijd
Omschrijving
Verplichting
Movisie
Alliantie Verandering van Binnenuit. Samenwerking met het Consortium Zelfbeschikking
1/1/2018 – 31/12/2022
Bevorderen lhbti- en gendergelijkheid, en tegengaan gendergerelateerd geweld binnen
migranten- en vluchtelingengemeenschappen
€ 2.500.000
Femmes for Freedom
LEF
1/1/2019 – 31/12/2021
Bevorderen zelfbeschikking meisjes en vrouwen met een migratieachtergrond
€ 517.000
Vraag 4
Kunt u toelichten welke rol het consortium zelfbeschikking en de alliantie verandering
van binnenuit hierbij spelen?
Antwoord 4
Het Consortium Zelfbeschikking vormt samen met Movisie de alliantie Verandering van
Binnenuit. Deze alliantie heeft tot doel het bevorderen van gendergelijkheid en lhbti-acceptatie,
en het tegengaan van gender gerelateerd geweld binnen migranten- en vluchtelingengemeenschappen.
Het Consortium Zelfbeschikking bestaat uit een aantal vluchtelingen- en migrantenorganisaties
die actief zijn op het terrein van gender en seksuele diversiteit. Het gaat om het
Inspraakorgaan Turken (IOT), Stichting Kezban, Federatie van Somalische associaties
in Nederland (FSAN), Samenwerkingsverband Marokkaanse Nederlanders (SMN), Stichting
Landelijke Werkgroep Mudawwanah, HTIB (Turkse arbeidersvereniging in Nederland) en
Vluchtelingen Organisaties Nederland (VON).
Vraag 5
Welk organisaties zijn betrokken bij het consortium zelfbeschikking? Wat is het doel
van het consortium? Hoe wordt het consortium gefinancierd? Welke financiële bijdrage
levert de overheid aan het consortium? Welke subsidies verstrekt het consortium op
haar beurt aan welke organisaties?
Antwoord 5
De alliantie Verandering van Binnenuit is één van de acht allianties die een instellingssubsidie
ontvangen vanuit de subsidieregeling gender- en LHBTI-gelijkheid 2017–2022. Iedere
alliantie heeft één penvoerder die verantwoordelijk is en zorg draagt voor verdeling
van de middelen onder de alliantiepartners. Hiervoor is voorafgaand aan de toekenning
van de subsidie een aanvraag ingediend met een uitgewerkt activiteitenplan voor de
jaren 2018 en 2019 en met een verplichting jaarlijks (in oktober van het voorgaande
jaar) een activiteitenplan in te dienen voor de jaren 2020, 2021 en 2022. Over de
besteding van de middelen wordt jaarlijks verantwoording afgelegd door middel van
het indienen van een rapportage die aansluit bij de activiteiten van het afgelopen
jaar en een jaarverslag vergezeld van een accountantsverklaring. In totaal ontvangt
de alliantie een instellingssubsidie van € 2,5 miljoen over vijf jaar. Dat is gemiddeld
€ 500.000 per jaar verdeeld over vijf jaar. Dit kunt u terugvinden in het besluit
vaststelling subsidieplafonds ex artikel 2.6 Subsidieregeling gender- en LHBTI-gelijkheid
2017–2022.
Bij de alliantie Verandering van Binnenuit is Movisie, als penvoerder, verantwoordelijk
voor de verantwoording van de middelen. Het Consortium Zelfbeschikking, vertegenwoordigd
door het IOT, is een partner binnen de alliantie. Het Consortium Zelfbeschikking ontvangt
via Movisie middelen voor het organiseren van bijeenkomsten voor en door de eigen
gemeenschap.
Het Consortium Zelfbeschikking verstrekt geen subsidies.
Vraag 6
Heeft de overheid een directe relatie met de organisaties die aangesloten zijn bij
het consortium zelfbeschikking en zo ja, welke? Krijgen deze betrokken organisaties
direct of indirect subsidie of een anderszins financiële bijdrage van de overheid?
Waar staat deze financiering op de rijksbegroting en als deze daar niet staat hoe
is deze dan door de Kamer te controleren?
Antwoord 6
Voor de eerste 2 vragen wordt verwezen naar het antwoord op vraag 5.
De subsidie aan de alliantie verandering van Binnenuit valt onder de subsidieregeling
gender- en LHBTI- gelijkheid 2017–2022 en wordt verantwoord op artikel 25 van de begroting
van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap. Op 24 april 2017 is een brief
aan de Kamer gezonden over de keuze van de partnerschappen emancipatiebeleid.3 Jaarlijks wordt door middel van een voortgangsrapportage aan de Kamer gerapporteerd
over de voortgang van het gehele emancipatiebeleid, waaronder ook de allianties.
Vanuit het Ministerie van VWS ontvangt de Federatie van Somalische Associaties Nederland
(FSAN) subsidie voor het verstrekken van informatie, het geven van advies en het ondersteunen
van sleutelpersonen. FSAN ontvangt hiervoor een subsidie van € 1.001.113 in de periode
2016–2021. Deze subsidie loopt in augustus 2021 af. De subsidie aan FSAN valt in de
begroting onder Artikel 3.1 Subsidies, passende zorg en levensbrede ondersteuning.
Bovenstaande subsidies hebben alleen betrekking op de gemaakte kosten in het kader
van de uitvoering van de alliantie Verandering van Binnenuit door het Ministerie van
OCW en in het kader van de bestrijding van meisjesbesnijdenis van het Ministerie van
VWS. Het valt niet uit te sluiten dat gemeenten of andere overheidslagen ook financiële
relaties met deze partijen hebben.
Vraag 7
Welke eisen worden gesteld aan de organisaties in het consortium die (mede) gefinancierd
worden door de overheid? Welke doelstelling koppelt de overheid aan de financiering?
Hoe wordt dit geëvalueerd en kunt u de resultaten van de financiering met de Kamer
delen?
Antwoord 7
De criteria waaraan maatschappelijke organisaties moeten voldoen om in aanmerking
te komen voor een instellingssubsidie (deelname aan een alliantie) zijn opgenomen
in de subsidieregeling gender- en LHBTI-gelijkheid 2017–2022. Over de opbrengsten
van de allianties wordt jaarlijks gerapporteerd in de voortgangsrapportages emancipatiebeleid.
De meest recente is de brief van februari 2021.4
Tevens zal er aan het eind van de looptijd van de allianties een eindevaluatie worden
gedaan door de acht allianties. Vorig jaar is bovendien een procesevaluatie uitgevoerd
door het Verweij-Jonker Instituut naar de samenwerking met allianties.
Vraag 8, 9 en 10
Kunt u toelichten waarom het feit dat subsidieverstrekking een eigenstandige bevoegdheid
van gemeenten is een belemmering zou zijn om een richtlijn op te stellen samen met
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) aan de hand waarvan gemeenten kunnen
beoordelen of een integratiesubsidie wenselijk en doelmatig is, zoals is gevraagd
in de aangenomen motie Becker/Segers?5
Deelt u de mening dat het voor gemeenten niet altijd eenvoudig te beoordelen is of
een subsidie gegeven zou moeten worden aan een organisatie die zegt te willen bijdragen
aan integratie, bijvoorbeeld omdat er sprake kan zijn van problematisch gedrag? Zo
nee, waarom niet?
Deelt u de mening dat het wenselijk is om gemeenten van concrete handvatten te voorzien
om dit oordeel beter te kunnen geven? Zo ja, gaat u deze alsnog met de VNG opstellen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8, 9 en 10
Een subsidieverstrekking door een gemeente is een bevoegdheid op het niveau van de
gemeenten. Het kabinet treedt niet in deze bevoegdheid. Het is aan de gemeenten om
te beoordelen of deze subsidies een bijdrage leveren aan de participatie in Nederland.
Tevens laat het kabinet de beoordeling of gemeenten behoefte hebben aan een handreiking
aan de VNG over.
De beoordeling van subsidieaanvragen vindt primair plaats op basis van de inschatting
of de aanvrager voldoet aan de doelstellingen van de subsidieregeling. Vanuit de Taskforce
Problematisch gedrag & ongewenste buitenlandse financiering wordt ondersteuning geboden
aan gemeenten die geconfronteerd worden met problematisch gedrag in hun gemeente.
Deze ondersteuning vindt plaats op basis van voortdurend overleg met een breed palet
aan betrokken gemeenten en de VNG op basis van de driesporenaanpak. Het niet verstrekken
of stopzetten van gemeentelijke subsidies kan onderdeel uitmaken van de lokale aanpak.
De uitoefening van deze bevoegdheid berust bij het college van B&W die hierover verantwoording
aflegt aan de gemeenteraad.
Vraag 11 en 12
Bent u bekend met uw brief aan de Kamer d.d. 18 januari 2021 (Kamerstuk 35 228, nr. 33) waarin wordt beschreven dat u financieel heeft bijgedragen aan «twee initiatieven
vanuit de gemeenschap waarbij een kwaliteitsimpuls wordt gegeven aan informele scholing»?
Kunt u toelichten om welke projecten dit gaat en in welk kader deze subsidie beschikbaar
was gesteld? Welke doelen hebben de organisaties die werken in dit traject? Zijn er
nog andere vergelijkbare trajecten en zo ja, levert de overheid daar een bijdrage
aan?
Welk bedrag wordt er aan deze projecten gegeven en gaat dit om incidenteel, meerjarig
of structureel geld? Waar is dit op de begroting SZW of elders op de begroting opgenomen
en waardoor was dit budget vrijgekomen om hieraan een bijdrage te kunnen leveren?
Antwoord 11 en 12
In het eindrapport Verkenning informele scholing hebben de onderzoekers onderstreept
dat het van belang is om naast een aanpak gericht op problematisch aanbod, beleid
te ontwikkelen dat er op de lange termijn aan bijdraagt dat er geen publiek meer is
voor onwenselijke invloeden.6 Eén van hun aanbevelingen betreft het gericht stimuleren van goed aanbod. Ik heb
onder andere naar aanleiding van deze aanbeveling de klankbordgroep gemeenten van
de Taskforce PG&OBF gevraagd of zij bestaande initiatieven in hun gemeenten kennen
die hiervoor in aanmerking komen of die ze zouden willen ontwikkelen.
Er lopen inmiddels drie projecten in drie verschillende gemeenten. Een project heeft
als doel het bestaande informele scholingsaanbod van een groep moskeeën te professionaliseren
en een sterk pedagogisch didactisch leerklimaat te realiseren met aandacht voor democratisch
burgerschap en het leven in het moderne en pluriforme Nederland van nu. De andere
twee projecten zijn gericht op het (door)ontwikkelen van een alternatief aanbod.
Het Ministerie van SZW heeft in 2020 een incidentele impuls geboden aan deze drie
pilots via een decentralisatie uitkering (zie vraag 3). Het betreft een financiële
bijdrage van € 133.000. Eind 2021 volgt een tweede tranche ten behoeve nieuwe initiatieven.
Het maximaal beschikbare budget voor die tranche bedraagt € 300.000. Dit zijn middelen
afkomstig uit de begroting van de directie Samenleving en Integratie en betreft geen
vrijgekomen budget.
Vraag 13
Deelt u de mening dat het geen overheidstaak is om financieel mogelijk te maken dat
kinderen in het Arabisch leskrijgen over de Islamitische taal en cultuur? Zo ja, waarom
wordt dan toch een overheidssubsidie verstrekt om dit mogelijk te maken? Zo nee, hoe
draagt dit initiatief volgens u bij aan de bevordering van integratie en weerbaarheid?
Antwoord 13
Het kabinet heeft al eerder aangekondigd zich in te spannen om mensen en met name
jongeren, weerbaar te maken tegen ongewenste (buitenlandse) beïnvloeding en problematisch
gedrag.7 Onderdeel van die aanpak is om samen met de wetenschap, gemeenten en gemeenschappen
te werken aan de kwaliteit van het informele scholingsaanbod. Goede informele scholing
helpt jongeren bij hun (religieuze) identiteitsontwikkeling en scherpt hun burgerschapsvaardigheden.
Omdat op dit moment nog weinig kennis beschikbaar is over wat werkt, heb ik een aantal
gemeenten in de gelegenheid gesteld om tijdelijk middels pilots te onderzoeken of
het stimuleren van de kwaliteit van het bestaande aanbod of de ontwikkeling van alternatief
aanbod bijdraagt aan de weerbaarheid van jongeren. De ervaringen die gemeenten hiermee
opdoen zullen te zijner tijd worden verspreid als goede voorbeelden.
Vraag 14
Wanneer is bij de genoemde projecten sprake van «een wijze die volgens ouders recht
doet aan hun religieuze en maatschappelijke beleving»? Hoe beoordeelt u deze wijze?
Hoe wordt er toezicht gehouden op deze lessen om te beoordelen of met de overheidsbijdrage
wenselijke doelstellingen worden nagestreefd en behaald als de lessen in het Arabisch
zijn?
Antwoord 14
Het Ministerie van SZW heeft de betreffende gemeenten een financiële bijdrage voor
hun projecten toegekend middels een decentralisatie uitkering. Het stellen van voorwaarden
door het Rijk bij de toekenning van een decentralisatie uitkering die de beleids-
en bestedingsvrijheid van decentrale overheden beperken, is niet toegestaan. Er is
derhalve enkel sprake geweest van een doelomschrijving. De gemeenten in kwestie zijn
derhalve subsidieverlener en zij hebben afspraken gemaakt met de subsidieontvangers.
Het Rijk vormt hierin geen partij.
Vraag 15
Kunt u deze vragen één-voor-één en binnen de gestelde termijn beantwoorden?
Antwoord 15
Nee, dat is helaas niet gelukt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.