Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden : Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
35 850 J Wijziging van de begrotingsstaat van het Deltafonds voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 3
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 30 juni 2021
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat, belast met het voorbereidend
onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm
van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 10 juni 2021 voorgelegd aan de Minister en de Staatssecretaris van
Infrastructuur en Waterstaat. Bij brief van 23 juni 2021 zijn ze door de Minister
en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van
het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De fungerend voorzitter van de commissie, Agnes Mulder
De adjunct-griffier van de commissie, Schuurkamp
Vraag 1
Kunt u een meer inhoudelijke toelichting geven op de naar voren geschoven
169 miljoen euro? Op welke projecten verwacht u de extra uitgaven te kunnen doen?
Antwoord vraag 1
Het naar voren schuiven van € 169 miljoen is naar aanleiding van het actualiseren
van het totale programma op het Deltafonds, waarbij bleek dat meer middelen tot uitputting
komen dit jaar. Dit wordt mede veroorzaakt door de problematiek met de hydraulische
randvoorwaarden op project Afsluitdijk. Door het naar voren halen van € 169 miljoen
naar 2021 komt het budget naar verwachting overeen met de realisatie van het programma.
Vraag 2
Waar heeft de intensivering voor beheer en onderhoud van circa 32 miljoen euro vooral
betrekking op? Op welke reparaties? Betekent dit dat er nog geen begin is gemaakt
met het inlopen van uitgesteld onderhoud aan het hoofdwatersysteem?
Antwoord vraag 2
De intensivering van 32 miljoen in 2021 betreft een saldo van versnellingen en vertragingen
en heeft voornamelijk betrekking op beheer en onderhoudswerkzaamheden voor waterveiligheid
en zoetwatervoorziening. Met deze middelen kan het uitgesteld onderhoud echter niet
worden ingelopen.
Vraag 3
Kunt u nader specificeren waaruit de extra kosten voor het project Afsluitdijk bestaan?
Antwoord vraag 3
Van de in de voorjaarsnota genoemde € 120 mln. is een bedrag van ca. € 85 miljoen.
bestemd voor de opdrachtnemer. Het betreft een vergoeding voor extra kosten die de
opdrachtnemer heeft moeten maken en nog gaat maken die samenhangen met aanpassingen
als gevolg van de gewijzigde hydraulische randvoorwaarden. De overige € 35 mln. van
de genoemde € 120 mln. is bestemd voor een actualisatie van de algehele risicoreservering
die Rijkswaterstaat in dit project aanhoudt en versterking van de projectorganisatie
aan de kant van opdrachtgever (Rijkswaterstaat).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.H. (Agnes) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
B. Schuurkamp, adjunct-griffier