Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over het bericht ‘Asielzoeker met claimgeld betaalt amper mee aan opvang’
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht «Asielzoeker met claimgeld betaalt amper mee aan opvang» (ingezonden 19 mei 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 23 juni
2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 3104.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Asielzoeker met claimgeld betaalt amper mee aan opvang»
uit De Telegraaf van maandag 17 mei?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat sinds eind 2020, toen de reeds bestaande «Regeling eigen bijdrage asielzoekers
met inkomen en vermogen 2008» werd uitgebreid, door asielzoekers slechts 65.000 euro
is bijgedragen in het kader van hun opvang? Zo nee, hoeveel dan wel?
Antwoord 2
Het COA heeft in de periode van eind 2020 tot en met april 2021 ongeveer 65.000 euro
aan eigen bijdrage gerelateerd aan door de IND uitgekeerde dwangsommen heeft ontvangen.
Op 20 mei jl. was dit bedrag opgelopen tot 87.000 euro. Deze bedragen zijn geïnd op
basis van de Regeling eigen bijdrage asielzoekers met inkomen en vermogen 2008 (hierna:
Reba 2008). In het antwoord op vraag 13 staan de bedragen die de afgelopen jaren zijn
geïnd in het kader van de Reba.
Vraag 3
Door hoeveel individuele asielzoekers is dit totaalbedrag opgebracht?
Antwoord 3
Het totaalbedrag van 87.000 euro is opgebracht door 105 asielzoekers.
Vraag 4
Uit welke landen zijn de asielzoekers in kwestie afkomstig?
Antwoord 4
Deze informatie wordt niet bijgehouden. De reden hiervoor is dat het primair gaat
om de vraag of door de IND uitgekeerde dwangsommen kunnen worden geïnd. De nationaliteit
van de betrokken asielzoekers is hiervoor niet ter zake doende.
Vraag 5
Kunt u aangeven uit welke bestandsdelen dit totaalbedrag van 65.000 euro bestaat,
inkomen uit arbeid, eigen vermogen, buitenlandse bezittingen etc. uitgesplitst naar
bedrag per onderdeel? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Dit bedrag is geïnd op basis van de dwangsommen die aan de betreffende asielzoekers
zijn uitgekeerd. Uitgekeerde dwangsommen worden gezien als vermogen bedoeld in de
Reba 2008. Op basis van de uitgekeerde dwangsommen is overgegaan tot het opleggen
van een eigen bijdrage voor de kosten van de opvang.
Vraag 6
Kunt u zo concreet mogelijk aangeven wat wordt verstaan onder het eigen vermogen waarop
een beroep kan worden gedaan? Betreft dit naast een eventuele buitenlandse bankrekening
bijvoorbeeld ook onroerend goed in het land van herkomst?
Antwoord 6
Vermogen wordt gedefinieerd als de waarde van de bezittingen waarover de asielzoeker
bij de aanvang van de opvang beschikt of redelijkerwijs kan beschikken, verminderd
met de op dat tijdstip aanwezige schulden. De waarde van de bezittingen wordt vastgesteld
op de waarde in het economische waardeverkeer bij vrije oplevering. Persoonlijke bezittingen,
zoals horloges, trouwringen, computers en telefoons, worden niet beschouwd als eigen
vermogen.
Het is goed in dit verband te benoemen dat de Reba 2008 is afgeleid van de participatiewet.
In artikel 7 van de Reba 2008 is uitgelegd wat onder vermogen moet worden verstaan.
Van enkele vermogensbestanddelen is het ongewenst om deze als vermogen in aanmerking
te nemen. Hierover zijn bepalingen opgenomen in het tweede lid van artikel 7 van de
Reba 20082.
Vraag 7
In het artikel in De Telegraaf geeft een woordvoerder van het Centraal Orgaan opvang
Asielzoekers (COA) aan dat het in de praktijk amper voorkomt dat een asielzoeker een
eigen bijdrage levert uit vermogen, waaronder een buitenlandse rekening, «omdat hier
het zicht vaak op ontbreekt», klopt dat? Kunt u aangeven hoe hier onderzoek naar gedaan
wordt? Waarom levert een dergelijk onderzoek kennelijk zelden resultaat op?
Antwoord 7
Bij binnenkomst in Nederland vindt door de afdeling Vreemdelingen, identificatie en
mensenhandel (AVIM) van de politie een bagagecontrole plaats. Als er sprake is van
in aanmerking te nemen vermogen dan wordt het COA geïnformeerd. Het COA informeert
bij de bewoner naar eigen vermogen tijdens het rechten- en plichtengesprek. De bewoner
ondertekent, indien dat het geval is, een verklaring dat het eigen vermogen lager
is dan de vrijstellingsnorm. Ook wordt aangegeven dat een bewoner verplicht is een
eventuele latere wijziging in zijn financiële situatie te melden bij het COA.
Het COA heeft geen bevoegdheid of mogelijkheid om actief te controleren of deze verklaring
naar waarheid is afgegeven of eventueel vermogen op te sporen. Wel voorziet de Regeling
verstrekkingen asielzoekers (hierna: Rva 2005) in de mogelijkheid dat, mocht achteraf
blijken dat de bewoner vermogen of inkomsten heeft verzwegen, alsnog terugvordering
kan plaatsvinden.
Vraag 8
Klopt het dat u de hoogte van het bedrag dat u met deze regeling ophaalt niet het
belangrijkste vindt, zoals in het artikel staat te lezen, omdat het u erom gaat dat
«degene die kan bijdragen aan de kosten dat ook doet»?
Antwoord 8
Het is belangrijk dat vreemdelingen die het kunnen betalen bijdragen aan de kosten
van hun opvang. De druk die de kosten van de opvang van asielzoekers legt op de collectieve
middelen rechtvaardigt dat slechts opvang wordt geboden indien en voor zover de asielzoeker
niet in het eigen bestaan kan voorzien. De Opvangrichtlijn geeft hier richting aan.
De in de Opvangrichtlijn gestelde normen, die betrekking hebben op opvang en verstrekking
van financiële ondersteuning aan asielzoekers, zijn opgenomen in de Rva 2005. De Reba
2008 betreft een nadere uitwerking van artikel 20, tweede lid van de Rva 2005. Er
worden nadere regels gesteld ten aanzien van de berekening van de eigen bijdrage in
de kosten van opvang door asielzoekers met vermogen of inkomen. Hierbij wordt aangesloten
bij de Participatiewet en bij de vermogens- en inkomensgrenzen en vrijstellingen die
ook gelden voor bijstandsgerechtigden.
Of een eigen bijdrage gevraagd kan worden en hoe hoog deze is, is afhankelijk van:
– De hoogte van het inkomen of vermogen;
– De geldende vermogensgrens (wanneer het vermogen door de uitgekeerde dwangsom niet
boven de vermogensgrens komt, wordt conform de regeling «Eigen bijdrage asielzoekers»
geen eigen bijdrage gevraagd;
– De economische waarde van de verstrekkingen3;
– De gezinssamenstelling. De hoogte van het maandelijks terug te betalen bedrag is afhankelijk
van de gezinssituatie. Een alleenstaande betaalt een ander bedrag dan een gezin, ook
de omvang van het gezin heeft invloed op het terug te betalen bedrag.
Door de toepassing van deze regeling wordt het asielzoekers direct duidelijk dat Nederland
mensen die dat nodig hebben financieel ondersteunt, maar dat mensen die op eigen benen
kunnen staan hieraan zelf kunnen en moeten bijdragen.
Vraag 9
Deelt u de conclusie dat het verwaarloosbare bedrag dat wordt opgehaald juist aantoont
dat dit níet gebeurt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Ik deel deze conclusie niet. Zoals ook genoemd in het voorgaande antwoord gaat het
erom dat degene die kan bijdragen aan de kosten dat ook doet. Uit het antwoord op
vraag 13 blijkt dat dit regelmatig gebeurt, daarmee is geen sprake van een verwaarloosbaar
bedrag. Doordat de Reba het uitgangspunt hanteert dat niet meer aan eigen bijdrage
wordt geïnd dan de kosten van de opvang, is de eigen bijdrage is dan ook maximaal
gelijk aan de zogeheten economische waarde van de verstrekkingen die een asielzoeker
van het COA ontvangt. Hierdoor ligt het bedrag dat is geïnd substantieel lager dan
het bedrag aan uitgekeerde dwangsommen.
Vraag 10
Bent u bereid deze regeling meer slagkracht te geven door de vermogensgrens te verlagen
en/of de eigen bijdrage te verhogen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dit vormgeven?
Antwoord 10
Ik zie daartoe geen aanleiding. Het is goed in dit verband te benoemen dat de Reba
2008 is afgeleid van de participatiewet en aldus bij de normbedragen die ook gelden
voor bijstandsgerechtigden. Het is niet wenselijk hiervan af te wijken en asielzoekers
op dit punt gunstiger of ongunstiger te behandelen dan ingezetenen. Belangrijk daarbij
is dat de te innen eigen bijdrage niet op gespannen voet komt te staan met het fundamentele
recht om asiel aan te vragen.
Vraag 11
Bent u in dat kader eveneens bereid te onderzoeken met welke vormen van bezit, inkomen
en vermogen de regeling kan worden opgerekt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11
Nee. Zie ook antwoord op vraag 8.
Vraag 12
Deelt u het vermoeden dat intensiever onderzoek naar eventuele bezittingen in het
buitenland die onder de regeling vallen had kunnen leiden tot een fors hogere bijdrage
dan het totaalbedrag van 65.000 euro dat nu is opgehaald? Zo nee, waarom niet? Zo
ja, bent u bereid hierin te investeren of hiervan op zijn minst een kosten-batenanalyse
te maken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
Nee, dit vermoeden deel ik niet. Het bedrag waar naar verwezen wordt, ziet op de geinde
eigen bijdrage naar aanleiding van uitgekeerde dwangsommen door de IND. In het geval
van dwangsommen die door de IND zijn uitgekeerd hebben we hier een volledig beeld
van omdat deze door de IND worden gemeld aan het COA. Het COA is dus op de hoogte
van dit vermogen. Zoals eerder aangegeven is de vaststelling of er sprake is van vermogen
in grote mate afhankelijk van de bagagecontrole of de opgave van vermogen door de
asielzoeker tijdens het rechten- en plichtengesprek met het COA. En nogmaals; het
COA heeft geen bevoegdheid om actief te controleren of deze verklaring naar waarheid
is afgegeven of eventueel vermogen op te sporen. Daarnaast is het lastig zo niet onmogelijk
om vermogen in het buitenland te achterhalen. Ik acht het daarom niet opportuun om
intensiever onderzoek te doen naar eventueel vermogen of bezittingen in het buitenland.
Vraag 13
Kunt u aangeven hoeveel jaarlijks werd bijgedragen door asielzoekers tussen de inwerkingtreding
van de aanvankelijke regeling in 2008 en de uitbreiding van de regeling eind 2020?
Antwoord 13
De Regeling Eigen Bijdrage Asielzoekers met inkomen en vermogen heeft volgens de jaarrekeningen
van het COA in de volgende opbrengst geresulteerd:
Jaar
Bedrag
2008
€ 324.000
2009
€ 611.000
2010
€ 430.000
2011
€ 336.000
2012
€ 221.000
2013
€ 177.000
2014
€ 178.000
2015
€ 109.000
2016
€ 309.000
2017
€ 497.000
2018
€ 318.000
2019
€ 479.000
2020
€ 375.000
Totaal
€ 4.364.000
Dit is inclusief de uitbreiding van de regeling eind 2020.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.