Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden : Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden inzake wijziging van de begrotingsstaat van de Koning (I) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
35 850 I Wijziging van de begrotingsstaat van de Koning (I) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 21 juni 2021
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek
van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst
van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 10 juni 2021 voorgelegd aan de Minister-President, Minister van
Algemene Zaken. Bij brief van 17 juni 2021 zijn ze door de Minister-President, Minister
van Algemene Zaken beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van
het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De fungerend voorzitter van de commissie, Martin Bosma
De griffier van de commissie, Roovers
Vraag 1
Kan middels een tabel zo expliciet mogelijk worden gespecificeerd waaraan de extra
Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK)-middelen voor het Kabinet
van de Koning ten behoeve van de informatiehuishouding worden besteed?
Antwoord op vraag 1
Net als andere ministeries en Hoge Colleges van Staat heeft ook het Kabinet van de
Koning de opdracht om in het kader van het rijksbrede project «Open op orde» een versnelling
aan te brengen in het op orde brengen van de informatiehuishouding waaronder digitalisering
van processen in het kader van de wetgeving. Mede met het oog op de archieftaak van
het Kabinet van de Koning. Het Kabinet van de Koning maakt daartoe op de door het
project voorgeschreven wijze actieplannen die vervolgens getoetst zullen worden door
het bureau rijkscommissaris. De plannen moeten voor 1 juli 2021 ingediend worden.
Op basis van de goedgekeurde plannen zal de definitieve bijdrage vastgesteld worden.
Vraag 2
Kan expliciet worden toegelicht hoe de hoogte van dit bedrag tot stand is gekomen?
Wat is de onderbouwing waarop dit is gebaseerd?
Antwoord op vraag 2
Het bedrag is gebaseerd op het bedrag dat beschikbaar is gesteld voor vergelijkbare
organisaties zoals bijvoorbeeld de Kanselarij der Nederlandse Orden.
Vraag 3
Is dit bedrag vergelijkbaar met de middelen die beschikbaar zijn gesteld voor andere
ministeries waar verbetering van de informatiehuishouding noodzakelijk wordt geacht?
Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord op vraag 3
Ja dit is vergelijkbaar, zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Zijn er sinds de presentatie van het POK-rapport al acties ondernomen om de informatiehuishouding
van het Kabinet van de Koning te verbeteren, en zo ja op welke wijze? Zo nee, vanaf
wanneer wordt deze verbetering dan voorzien?
Antwoord op vraag 4
Het Kabinet van de Koning stelt op dit moment de benodigde actieplannen op. Om daarna
vlot de uitvoering ter hand te nemen. Het startbuget voor dit jaar dient er voor om
al dit jaar stappen te maken. Zie antwoord op vraag 1.
Vraag 5
Hoeveel WOB-verzoeken zijn er de afgelopen vijf jaar binnengekomen bij het Kabinet
van de Koning? Hoeveel daarvan zijn afwijzend beantwoord?
Antwoord op vraag 5
In de afgelopen jaren zijn er enkele malen bij het Kabinet van de Koning brieven binnengekomen
waarbij met een beroep op de Wob wordt verzocht om informatie. De Wob is echter niet
van toepassing op het Kabinet van de Koning omdat het Kabinet van de Koning geen bestuursorgaan
is. Zie hiervoor ook de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad
van State van 6 juni 2007 (vindplaats: ECLI:NL:RVS:2007:BA6497). In reactie op verzoeken
waarbij wordt verwezen naar de Wob, wordt dan ook gemeld dat om hiervoor genoemde
reden het verzoek niet in behandeling wordt genomen. Indien mogelijk wordt verzoeker
doorverwezen. Bij ministeries of andere bestuursorganen kunnen Wob-verzoeken binnenkomen
die het Koninklijk Huis betreffen, deze verzoeken worden door desbetreffende bestuursorganen
wel op grond van de Wob in behandeling genomen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Martin Bosma, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
C.J.M. Roovers, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.