Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Paul over het bericht ‘Onderzoek inspectie: 1 op 3 scholen weigert schooladviezen bij te stellen’
Vragen van het lid Paul (VVD) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht «Onderzoek inspectie: 1 op 3 scholen weigert schooladviezen bij te stellen» (ingezonden 2 juni 2021).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 18 juni
2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Onderzoek inspectie: 1 op 3 scholen weigert schooladviezen
bij te stellen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt de constatering in het artikel dat kinderen van arme en lager opgeleide ouders
vaker een te laag schooladvies van de leerkracht krijgen? Welke andere groepen leerlingen
krijgen ook vaker te maken met een te laag advies van de leerkracht, bijvoorbeeld
leerlingen die opgroeien buiten de randstad of leerlingen met een migratie-achtergrond?
Antwoord 2
Leerlingen uit gezinnen met een lagere sociaaleconomische status, leerlingen woonachtig
in minder stedelijke gebieden en meisjes hebben vaker recht op een heroverweging van
het schooladvies. Dit blijkt ook uit recent onderzoek van DUO, dat ik op 10 december
jl. naar uw Kamer heb verstuurd.2 Leerlingen met een migratieachtergrond hebben gemiddeld ongeveer net zo vaak recht
op heroverweging als leerlingen zonder migratieachtergrond, als wordt gecontroleerd
voor het inkomen en opleidingsniveau van ouders. Gegeven het recht op heroverweging,
hebben leerlingen met een migratieachtergrond een iets grotere kans op bijstelling
van het advies dan leerlingen zonder migratieachtergrond, blijkt uit analyses van
het CPB.3
Vraag 3
Hoe kijkt u naar de constatering dat 1 op de 3 scholen laat weten geen enkel advies
bij te zullen stellen op basis van de resultaten van de eindtoets? Deelt u de mening
dat dit niet conform de wettelijke eis is dat scholen het schooladvies dienen te heroverwegen
als het toetsresultaat hoger uitvalt?
Antwoord 3
Ik vind het zorgelijk dat er scholen zijn die bij voorbaat uitspreken geen enkel advies
te zullen bijstellen op basis van de resultaten van de eindtoets.
Scholen zijn wettelijk verplicht om het schooladvies te heroverwegen bij een hogere
eindtoetsscore en ik vind het onderdeel van de professionele attitude van de school
om deze heroverweging per individuele leerling serieus uit te voeren. Ik vind het,
juist dit jaar, belangrijk dat scholen de extra informatie die de eindtoets geeft
gebruiken om nog een keer te kijken naar het best passende onderwijsniveau waarop
de leerling start in het voortgezet onderwijs.
Ik heb vertrouwen in het professionele oordeel van de school en vind het belangrijk
dat scholen ook dit jaar de heroverwegingen serieus nemen en kinderen het voordeel
van de twijfel geven. Gelukkig zijn de meeste scholen dat ook van plan. Zo hebben
leerlingen alle kansen om zichzelf verder te ontwikkelen in het vervolg van hun schoolloopbaan
in het voortgezet onderwijs.
Vraag 4
Welke maatregelen gaat u treffen zodat deze scholen de schooladviezen wel gaan heroverwegen?
Op welke manier is dit controleerbaar voor de leerling en ouder dat dit ook daadwerkelijk
gebeurt?
Antwoord 4
Scholen zijn wettelijk verplicht het schooladvies te heroverwegen bij een hogere eindtoetsuitslag.
Indien een school er op basis van een serieuze heroverweging voor kiest het advies
niet bij te stellen, moet dit goed onderbouwd gecommuniceerd worden met leerlingen
en ouders. Het is belangrijk dat de school en de ouders het goede gesprek met elkaar
voeren. Samen met de Inspectie roep ik scholen nogmaals dringend op de heroverweging
van de schooladviezen serieus te nemen en leerlingen kansrijk te behandelen. In het
verlengde van de eerder uitgegeven handreiking schooladvisering en de campagne rondom
kansrijk adviseren, ga ik op korte termijn het gesprek aan met de Inspectie, PO-Raad
en het Lerarencollectief. Daarmee wil ik deze belangrijke boodschap nogmaals onder
de aandacht brengen bij scholen die geen schooladviezen bijstellen.
Vraag 5
Wat zijn de gevolgen voor de kansengelijkheid van leerlingen als een school een advies
niet bijstelt terwijl leerlingen op basis van de eindtoets wel een hoger schoolniveau
zouden kunnen halen? Hoeveel leerlingen lopen hierdoor naar schatting een hoger schooladvies
mis? En zijn dit voornamelijk leerlingen van buiten de randstad en leerlingen met
«arme en lager opgeleide» ouders of met een migratie-achtergrond?
Antwoord 5
Het gevolg kan zijn dat een leerling instroomt in het vo op een niveau dat onvoldoende
recht doet aan zijn of haar capaciteiten. Ik vind dit zorgelijk omdat het schooladvies
kan fungeren als een «self fulfilling prophecy» en het kan betekenen dat leerlingen
zich niet kunnen ontwikkelen naar hun potentie. Desondanks laat onderzoek zien dat
ongeveer 30 procent van de leerlingen in de onderbouw van het voortgezet onderwijs
nog wisselt van niveau. Het is goed dat deze correctiemogelijkheid later in het systeem
voldoende aanwezig is, aangezien leerlingen zich niet altijd lineair ontwikkelen.
Er is ruimte voor leerlingen die vaker recht hebben op heroverweging (zie mijn antwoord
op vraag 2) om tot het bij hen best passende onderwijsniveau te komen.
Vraag 6
Welke maatregelen bent u voornemens te nemen op de constatering van de inspectie dat
scholen de heroverweging onvoldoende serieus nemen? En waarom kiest u er niet voor
om scholen te verplichten een hoger schooladvies te geven aan leerlingen die hoger
scoren op hun eindtoets in het kader van kansengelijkheid?
Antwoord 6
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 4 ga ik in overleg met de Inspectie, PO-Raad
en het Lerarencollectief over hoe we het belang van een serieuze heroverweging van
het schooladvies bij een hogere eindtoetsscore kunnen benadrukken. Om middelbare scholen
te stimuleren leerlingen meer tijd te geven in de onderbouw, ook gegeven leervertragingen
als gevolg van corona, wordt gewerkt aan een subsidieregeling voor heterogene en verlengde
brugklassen. Dit biedt ruimte voor leerlingen om door te stromen naar het bij hen
best passende onderwijsniveau.
Verplichte bijstelling van het schooladvies vind ik niet passen bij de leidende positie
die het schooladvies inneemt in ons systeem, die in zowel het primair als in het voortgezet
onderwijs breed wordt gedragen. Het schooladvies is gebaseerd op een breed inzicht
in de ontwikkeling van de leerling over een langere termijn en scholen, waarbij de
eindtoets als objectief tweede gegeven dient over vooral de cognitieve capaciteiten
van een leerling. In het schooladvies wordt ook rekening gehouden met verschillende
aspecten die bepalend kunnen zijn voor de kans van slagen in het voortgezet onderwijs,
zoals leerlingkenmerken, uitkomsten uit capaciteitenonderzoek of motivatie. Daarbij
vind ik het belangrijk dat onderwijsprofessionals in hun afwegingen bij het schooladvies
de kansen van leerlingen centraal stellen.
Vraag 7
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór de plenaire wetsbehandeling van de wet «wijziging
onderwijswetten in verband met aanpassingen op het gebied van de doorstroom van het
basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting
van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen
in het basisonderwijs»?
Antwoord 7
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.