Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden, gesteld aan de Algemene Rekenkamer, over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2020 bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Kamerstuk 35830-VII-2)
35 830 VII Jaarverslag en slotwet Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2020
Nr. 5
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 9 juni 2021
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een aantal
vragen voorgelegd aan de Algemene Rekenkamer over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek
2020 bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Kamerstuk 35 830 VII, nr. 2).
De Algemene Rekenkamer heeft deze vragen beantwoord bij brief van 9 juni 2021. Vragen
en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Martin Bosma
De griffier van de commissie, Roovers
Vraag 1
Hoeveel budget was er per woning beschikbaar uit de klimaatenvelop in de 27 proeftuin-wijken?
Het is volgens de Algemene Rekenkamer aan de Minister van BZK om deze vraag te beantwoorden,
omdat wij dat niet hebben onderzocht. Wel geven we uw Kamer hierover graag het volgende
mee: in ons rapport van vorig jaar: «Resultaten verantwoordingsonderzoek 2019 bij
het Ministerie van BZK (VII)» (Kamerstuk 35 470 VII, nr. 2) stelden wij over de bijdrage uit de klimaatenvelop ten behoeve van de eerste 27
proeftuinwijken het volgende: «In de periode 2018–2019 is circa € 150 miljoen besteed aan het programma. Hiervan
is € 126 miljoen via decentralisatie-uitkeringen uitgekeerd aan gemeenten. Het grootste
deel hiervan is door de Minister van BZK bedoeld voor de bekostiging van de proeftuinen.
In het kader van de wijkaanpak heeft de Minister daarnaast € 11 miljoen aan deelnemende
gemeenten verstrekt voor het opstellen van de plannen voor het aardgasvrij maken van
wijken.»
Voorts verwijzen wij naar antwoorden van de Minister van BZK op Kamervragen bij het
Jaarverslag en slotwet van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
2019 (Kamerstuk 35 470 VII, nr. 8) (d.d. 10 juni 2020): «In het bestedingsplan is zowel de leerdoelstelling van het Programma Aardgasvrije
Wijken (PAW) opgenomen als het aantal woningen dat aardgasvrij zou worden gemaakt.
Het bestedingsplan is niet aan de Kamer gestuurd, omdat dit plan uitsluitend diende
ter onderbouwing om de gereserveerde middelen vrij te geven. Hierdoor is er in het
bestedingsplan nadruk gelegd op het aantal te realiseren aardgasvrije woningen en
andere gebouwen. In het bestedingsplan is hierbij uitgegaan van een gemiddelde bijdrage
per woning van € 7.600.»
Vraag 2
Kan per project van het programma aardgasvrije wijken worden weergeven hoeveel de
verwachte kosten zijn voor het Rijk, de gemeente en bewoners en hoeveel de verwachte
CO2-besparing is?
Vraag 3
Hoeveel is de verwachte eigen eenmalige bijdrage, de verwachte eigen maandelijkse
bijdrage en de verwachte besparing op de energierekening?
Vraag 4
Kan voor elk project van het programma aangegeven worden of het project haalbaar is,
is rondgerekend en een einddatum heeft?
Vraag 5
Kunt u in categorieën weergeven hoeveel en waar duurzaamheidsinvesteringen van woningcorporaties
aan besteed zijn?
Vraag 6
Kunt u van de totale duurzaamheidsinvesteringen weergeven wat de totale verwachte
CO2-uitstoot reductie is als gevolg van deze investeringen?
Antwoord op vragen 2 t/m 6: hier hebben wij in het kader van ons verantwoordingsonderzoek
2020 geen onderzoek naar verricht. Wel verwijzen we u graag naar de Kamerbrief van
de Minister van BZK (Kamerstuk 32 847, nr. 746), die dit onderwerp raakt.
Vraag 7
Wat verklaart de oplopende trend van de uitgaven aan de huurtoeslag?
Vraag 8
In hoeverre is het eigen woningbezit de afgelopen jaren toegenomen/afgenomen? Wat
is de verdeling van de toename/afname onder verschillende inkomens- en leeftijdsgroepen?
Vraag 9
Waarvoor worden de middelen onder «Energiebesparing huursector» precies ingezet? In
hoeverre is het eigen woningbezit de afgelopen jaren toegenomen/afgenomen? Wat is
de verdeling van de toename/afname onder verschillende inkomens- en leeftijdsgroepen?
Vraag 10
Hoe zijn de incidentele extra middelen die het kabinet in het kader van Urgenda beschikbaar
heeft gesteld terug te zien in de begroting?
Antwoord op vragen 7 t/m 10: hier hebben wij in het kader van ons verantwoordingsonderzoek
2020 geen onderzoek naar verricht.
Vraag 11
Hoeveel lopende contracten heeft NCG overgenomen van de NAM en CVW?
Vraag 12
Hoeveel lopende offertetrajecten heeft de NCG van de NAM en CVW overgenomen?
Antwoord op vragen 11 en 12: het is volgens ons aan de Minister van BZK om deze vraag
te beantwoorden, dit exacte aantal is ons niet bekend.
Vraag 13
Hoeveel vertraging in de versterkingsoperatie is er voorkomen doordat de Minister
onrechtmatige verplichtingen is aangegaan? Dus hoeveel woningen zijn er nu wel versterkt,
die anders niet waren versterkt?
Wij hebben geen specifiek onderzoek verricht naar de in de vraag veronderstelde relatie
tussen de onrechtmatige verplichtingen en de versterkte woningen.
Vraag 14
Wat schort er precies aan de interne beheersing? Welke gevolgen heeft dat voor de
betalingen aan uitvoerende bedrijven of gedupeerden?
De administratieve organisatie en interne beheersing van de NCG was in 2020 in ontwikkeling
en had eind 2020 nog niet het door de NCG gewenste niveau. 3 onderwerpen zijn met
name van belang:
1. Een belangrijk door NCG gebruikt IT-systeem was nog in ontwikkeling waardoor ook sturingsinformatie
in ontwikkeling is.
2. Afspraken, kaders en normen waren eind 2020 nog niet stabiel genoeg.
3. Mede door het niet stabiel zijn van de administratieve organisatie vinden er door
de NCG nog relatief veel handmatige controlewerkzaamheden plaats. Deze handmatige
werkzaamheden vragen een intensieve tijdsbesteding.
4. Overigens is een prioriteit van de NCG om betalingen aan bedrijven of gedupeerden
doorgang te laten vinden.
Vraag 15
Welke maatregelen zijn er nodig om de interne beheersing voldoende te laten zijn?
Bij het inrichten van de interne beheersing heeft NCG gekozen voor een gefaseerde
aanpak die doorloopt tot in 2021. Deze aanpak zal moeten worden afgerond. Hierna zouden
de 3 problemen (zie vraag en antwoord 14) moeten zijn opgelost.
Vraag 16
Welke maatregelen zijn er voor nodig om van NCG ook een zbo te maken?
U vraagt naar de maatregelen die nodig zijn om van de NCG, net als de IMG, ook een
zbo te maken. Wij hebben hier geen specifiek onderzoek naar verricht.
In algemene zin geldt dat bij de vorming van een zbo overheidstaken en/of -bevoegdheden
bij of krachtens wet worden gelegd bij een orgaan dat niet hiërarchisch ondergeschikt
is aan de Minister. De uitvoering komt hiermee dus op afstand te staan van de Minister.
Dit heeft ook gevolgen voor de mate waarin uw Kamer de Minister nog kan aanspreken
op het handelen van dat orgaan en op de interventiemogelijkheden die de Minister nog
heeft. Het is aan de wetgever om de wenselijkheid van een dergelijke keuze te bepalen.
Vraag 17
Hoeveel geld is er uitgegeven voor het Programma Reductie Energiebesparing (PRE).
Hoeveel CO2 is er in totaal bespaard met dit programma? Hoeveel CO2 besparing is er geweest per euro?
Vraag 18
Hoeveel geld is er uitgegeven aan Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (SEEH)?
Hoeveel CO2 is er in totaal bespaard met deze regeling? Hoeveel CO2 besparing is er geweest per euro?
Vraag 19
Hoeveel geld is er uitgegeven aan Stimuleringsregeling energieprestatie huursector (STEP)? Hoeveel CO2 is er in totaal bespaard met deze regeling? Hoeveel CO2 besparing is er geweest per euro?
Vraag 20
Hoeveel geld is er uitgegeven aan Stimuleringsregeling Aardgasvrije Huurwoningen (SAH)?
Hoeveel CO2 is er in totaal bespaard met deze regeling? Hoeveel CO2 besparing is er geweest per euro?
Vraag 21
Hoeveel geld is er uitgegeven aan het Nationaal Woonfonds? Hoeveel CO2 is er in totaal bespaard met deze regeling? Hoeveel CO2 besparing is er geweest per euro?
Vraag 22
Hoeveel geld is er uitgegeven aan Regeling Reductie Energiegebruik Woningen (RREW)?
Hoeveel CO2 is er in totaal bespaard met deze regeling? Hoeveel CO2 besparing is er geweest per euro?
Antwoord op vragen 17 t/m 22: hier hebben wij in het kader van ons verantwoordingsonderzoek
2020 geen onderzoek naar verricht.
Ondertekenaars
-
, -
, -
Eerste ondertekenaar
Martin Bosma, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
C.J.M. Roovers, griffier