Schriftelijke vragen : Het bericht dat het kabinet ondanks Kamermeerderheid nog geen verbod op homogenezing wil
Vragen van het lid Kwint (SP) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Justitie en Veiligheid over het bericht dat het kabinet ondanks Kamermeerderheid nog geen verbod op homogenezing wil (ingezonden 2 juni 2021).
Vraag 1
Waarom weigert u zogenaamde homogenezing zo snel mogelijk strafbaar te stellen, ondanks
dat hiervoor een Kamermeerderheid is?1
Vraag 2
Hoe gaat u «krachtig optreden» tegen activiteiten die zich richten op het veranderen
van seksuele geaardheid en genderidentiteit? Op welke manier kunnen aanbieders van
«homoconversie» nu aangepakt worden? Kunt u zonder wettelijk kader iets meer dan zeggen
dat u het geen goed idee vindt?
Vraag 3
Waarom denkt u dat een gedragscode en steunpunten voor lesbische vrouwen, homoseksuele
mannen, biseksuelen, transgender- en intersekse personen (lhbti’ers) voldoende gaat
zijn? Hoe gaan deze gedragscode en steunpunten eruitzien en wanneer kan de Kamer deze
verwachten? Welke indicatie heeft u om te denken dat een gedragscode datgene is wat
nu ontbreekt? En hoe denkt u dat een therapeut, die ervan overtuigd is dat iemands
seksuele geaardheid te behandelen is, in de praktijk om zal gaan met deze gedragscode?
Gelooft u nu echt dat dit ook maar iets uitmaakt? Zo niet, waarom doet u het dan?
Indien dit wel zo is, op basis waarvan denkt u dit dan?
Vraag 4
In hoeverre gaat u optreden tegen therapieën en therapeuten die deelnemers vragen
om hun gevoelens op het gebied van seksuele geaardheid te onderdrukken?
Vraag 5
Bent u alsnog bereid om aan de wens van de Kamer en het COC te voldoen en «homogenezing»
te verbieden? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Deelt u de mening dat – ondanks dat handhaving niet eenvoudig zal blijken – het niet
verbieden van dit soort «therapie», ertoe leidt dat jongeren onnodig lang worden blootgesteld
aan kwakzalverij met mogelijk ernstige gevolgen voor hun welzijn? Zo ja, waarom doet
u dan niks? Indien u dit niet vindt, waarom komt u dan met een gedragscode en een
steunpunt wanneer u dit niet als schadelijk beschouwt?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Gündogan
(Volt), Simons (Bij1) en Kathmann (PvdA), ingezonden 2 juni 2021 (vraagnummer 2021Z09585).
Indieners
-
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Gericht aan
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Indiener
J.P. Kwint, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.