Schriftelijke vragen : Het artikel 'Toezichthouder vindt groot gasplan te riskant'
Vragen van het lid Aukje de Vries (VVD) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het artikel «Toezichthouder vindt groot gasplan te riskant» (ingezonden 18 mei 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Toezichthouder vindt groot gasplan te riskant»?1 Wat vindt u van het bericht?
Vraag 2
Deelt u de mening dat gaswinning alleen kan als dat veilig en verantwoord is? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 3
Deelt u de mening dat voor het bepalen of de gaswinning veilig kan, het advies van
de toezichthouder SodM van cruciaal belang is? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Klopt het dat er een negatief advies van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) ligt
voor het gaswinningsplan rond Burgum in de driehoek Drachten – Kootstertille – Suwâld
voor maximaal 11,5 miljard kuub tot 2050, zoals ook de woordvoerder van SodM bevestigt
in het artikel?
Vraag 5
Kunt u aangeven waarom het advies van SodM nog niet openbaar is? Wanneer wordt het
advies van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) openbaar?
Vraag 6
Bent u bereid om het advies van SodM nu openbaar te maken, gelet op alle publiciteit
en onzekerheid en onrust bij de bewoners van het gebied? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Kunt u op korte termijn een besluit nemen over het desbetreffende gaswinningsplan,
zeker gelet op de onrust bij de bewoners? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Wanneer bent u van plan om een besluit te nemen over het desbetreffende gaswinningsplan?
Op basis van welke stukken neemt u dat besluit? Hoe ziet het proces er de komende
tijd uit?
Vraag 9
In het artikel wordt gesproken over de mogelijkheid van het indienen van losse, kleinere
winningsplannen, in hoeverre worden bij de beoordeling van die afzonderlijk gaswinningsplannen
de cumulatieve effecten van verschillende gaswinningsplannen meegenomen in de beoordeling?
Indieners
-
Gericht aan
B. van 't Wout, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Indiener
Aukje de Vries, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.