Schriftelijke vragen : Het bericht dat een groep bekeerlingen door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) als niet geloofwaardig wordt bestempeld
Vragen van de leden Bisschop (SGP) en Ceder (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht dat een groep bekeerlingen door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) als niet geloofwaardig wordt bestempeld (ingezonden 3 mei 2021).
Vraag 1
            
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Stichting Gave: Asielonrecht voor bekeerlingen»
               in het Reformatorisch Dagblad van 23 april jl.1, het bijbehorende persbericht van stichting Gave2 en het door stichting Gave gepubliceerde zwartboek «Ongelofelijk. Onrecht in de geloofwaardigheidsbeoordeling
               van geloofsovertuiging»3?
            
Vraag 2
            
In hoeverre deelt u de analyse van stichting Gave dat sprake is van asielonrecht onder
               bekeerlingen omdat «de IND er niet in slaagt om in alle individuele zaken van bekeerlingen
               recht te doen» en dat in het asielsysteem «onvoldoende waarborgen» zijn dat de vreemdeling
               recht wordt gedaan in de rechtspraak?
            
Vraag 3
            
Hoe wordt op dit moment omgegaan met gevallen waarbij voor de IND moeilijk is vast
               te stellen of een bekeringsverhaal geloofwaardig is?
            
Vraag 4
            
In hoeverre hebben de betrokken medewerkers van de IND op dit moment voldoende expertise
               om zorgvuldig te beslissen ten aanzien van asielaanvragen van bekeerlingen?
            
Vraag 5
            
Welke rol en betrokkenheid is daarnaast weggelegd voor externe, deskundige partijen
               in dit proces?
            
Vraag 6
            
In hoeverre wordt hiermee voldaan aan de (internationale) richtlijnen voor deskundigen?
Vraag 7
            
Welke invloed hebben de expertiserapporten van deze partijen en hoe wordt dit gewogen
               bij de uiteindelijke beslissing ten aanzien over de asielaanvraag, ook tegen de achtergrond
               van de integrale geloofwaardigheidstoets? Vindt u dat het oordeel van de deskundigen
               hier altijd voldoende in wordt meegewogen?
            
Vraag 8
            
Hoe reageert u op de stelling van stichting Gave dat sprake is van een «hoge mate
               van willekeur in de besluitvorming én in de jurisprudentie» in zaken waarin de IND
               een gestelde bekering tot het christelijke geloof niet geloofwaardig vindt?
            
Vraag 9
            
Hoe reageert u op de stelling van stichting Gave dat rechters niet eenduidig zijn
               in het goed meewegen van tegenbewijs van advocaten, dat de rechtbank een procedurele
               toets doet en de IND vervolgens deze rechterlijke uitspraken gebruikt als een onderstreping
               van het inhoudelijke oordeel over de geloofwaardigheid van het bekeringsverhaal? Deelt
               u de mening dat dit onwenselijk is, en hoe wordt dit in de toekomst voorkomen?
            
Vraag 10
            
Klopt het dat de zogeheten Taskforce ook complexe zaken van bekeerlingen behandelt,
               zoals gesteld door Stichting Gave?
            
Vraag 11
            
Hoeveel ervaring hebben de medewerkers van deze Taskforce gemiddeld?
Vraag 12
            
Klopt het dat als gevolg van de versnelde afhandeling van asielaanvragen door de Taskforce
               gesprekken met bekeerlingen worden gevoerd door op dit specifieke punt onervaren medewerkers?
               Klopt het voorts dat daarbij in individuele gevallen gebruik wordt gemaakt van middelen
               als schriftelijk horen en telehoren? Zo ja, deelt u de mening dat dit onwenselijk
               is voor een zorgvuldige beoordeling van deze casussen, en wat gaat u hier dan aan
               doen?
            
Vraag 13
            
Klopt het dat door het werk van de Taskforce veel zaken van bekeerlingen niet tijdig
               worden afgerond maar dat zij opnieuw te maken krijgen met een nieuwe wachttijd zonder
               termijnen? Zo ja, deelt u de mening dat dit onwenselijk is, en wat gaat u hieraan
               doen?
            
Vraag 14
            
Bent u ervan op de hoogte dat het voor advocaten of andere rechtsbijstandsverleners
               moeilijk is in procedures van de Taskforce begeleiding en bijstand te bieden? Wat
               kunt u hieraan verbeteren?
            
Vraag 15
            
Hoe kan de expertise van de IND om onderscheid te maken tussen geloofwaardige en ongeloofwaardige
               bekeringsverhalen vergroot worden?
            
Vraag 16
            
Welke rol kunnen externe partijen spelen in het vergroten van de expertise op dit
               punt, zodat dit uiteindelijk ook wordt meegewogen bij de besluitvorming door de IND
               en de rechter?
            
Vraag 17
            
Hoe gaat u ervoor zorgen dat in het asielsysteem ook voor deze mensen voldoende waarborgen
               zijn, zodat recht wordt gedaan aan hun zaak?
            
Vraag 18
            
Kunt u bij uw reactie op het rapport «Ongehoord. Onrecht in het vreemdelingenrecht»
               ook specifiek ingaan op de door stichting Gave gepubliceerde zwartboek «Ongelofelijk.
               Onrecht in de geloofwaardigheidsbeoordeling van geloofsovertuiging» en de daarin benoemde
               knelpunten en aanbevelingen bij de behandeling en beoordeling van bekeerlingen?
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
R. Bisschop, Tweede Kamerlid - 
              
                  Mede ondertekenaar
Don Ceder, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.