Schriftelijke vragen : Het bericht dat criminelen infiltreren in de Rotterdamse haven
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat criminelen infiltreren in de Rotterdamse haven (ingezonden 28 april 2021).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat criminelen infiltreren in bedrijven in de Rotterdamse
haven?1
Vraag 2
Kunt u aangeven hoeveel fte er beschikbaar is voor toezicht op smokkel in de Rotterdamse
haven? Kunt u daarbij ook aangeven hoeveel fte daarvoor beschikbaar was in de afgelopen
tien jaar? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Klopt het dat de afgelopen jaren de in beslag genomen cocaïne vervijfvoudigde maar
het belangrijke politieteam (HARC) al die jaren niet is meegegroeid en slechts 18
mensen heeft, waardoor jaarlijks ongeveer 60 van de 130 drugsvangsten niet nader onderzocht
worden en signalen (bijvoorbeeld over corruptie) niet uitgeplozen worden? Wat vindt
u hiervan?
Vraag 4
Klopt het dat er mankracht vervangen is door camera’s bij de douane? Vindt u dit een
wenselijke ontwikkeling nu drugscriminaliteit lijkt toe te nemen?
Vraag 5
Vindt u het wenselijk dat de beveiliging veelal door particuliere bedrijven wordt
uitgevoerd? Zo ja, waarom? Wat vindt u van de suggestie om de Rotterdamse haven aan
te wijzen als veiligheidsgebied, zoals bijvoorbeeld Schiphol, waardoor er meer controle
mogelijk is?
Vraag 6
Bent u bereid de capaciteit bij de havens te verhogen, en zich daarbij niet te beperken
tot Rotterdam om een waterbedeffect te voorkomen?
Vraag 7
Bent u op de hoogte van de samenwerking tussen de politie, Belastingdienst, douane,
gemeente en andere partijen in TFOC (Transport Facilitated Organised Crime), waarbij
transportondernemers bewust worden gemaakt van hun rol in het voorkomen en bestrijden
van georganiseerde criminaliteit? Bent u bereid dat verder te ondersteunen en te stimuleren?
Zo ja, hoe?2
Vraag 8
Het rapport «Als de prooi de jager pakt» over integriteit bij de douane is nooit in
de openbaarheid verschenen omdat de toezichthoudende instanties niet mee wilden werken,
in hoeverre beperkt dit volgens u het tegengaan van corruptie en fraude bij drugssmokkel?3
Vraag 9
Heeft u signalen dat er bij het nieuwe te verschijnen onderzoeksrapport ook geen medewerking
wordt verleend door toezichthoudende instanties?
Vraag 10
Bent u bereid het rapport alsnog openbaar te maken? Zo nee, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Indiener
Michiel van Nispen, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.