Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Wassenberg over de subsidie aan de Koning voor het beheer van het Kroondomein
Vragen van het lid Wassenberg (PvdD) aan de Minister-President en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de subsidie aan de Koning voor het beheer van het Kroondomein (ingezonden 10 maart 2021).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit), mede namens
de Minister-President (ontvangen 20 april 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
2020–2021, nr. 2277.
Vraag 1
Klopt het dat de Subsidieverordening Natuur- en landschapsbeheer Gelderland 2016 (SVNL
Gelderland 2016) stelt dat alleen subsidie wordt gegeven aan een natuurlijke rechtspersoon
(via eigendom of erfpacht)?
Antwoord 1
Op grond van art. 2.1 van de SVNL Gelderland 2016 komen de volgende categorieën aanvrager
in aanmerking voor een subsidie natuurbeheer:
a. natuurlijke personen welke beschikken over het eigendomsrecht of een recht van erfpacht;
b. privaatrechtelijke rechtspersonen, alsmede Staatsbosbeheer, welke beschikken over
het eigendomsrecht of een recht van erfpacht;
c. verenigingen met volledige rechtsbevoegdheid, bestaande uit natuurlijke personen en/of
rechtspersonen als bedoeld onder a en b.
Vraag 2
Kunt u aangeven wie privaatrechtelijk de eigenaar is van het Kroondomein? Klopt het
dat voor het beheer van het Kroondomein geen subsidie kan worden aangevraagd indien
de Staat eigenaar is?
Antwoord 2
In de Wet op het Kroondomein en de akte betreffende de schenking van het Kroondomein
door Koningin Wilhelmina zijn regels gesteld over het eigendom en het beheer van het
Kroondomein. Deze regels hebben tot doel het geschonkene als één geheel in stand te
houden. In de memorie van toelichting bij het toenmalige voorstel voor de Wet op het
Kroondomein (Kamerstuk 10 686, nr. 34) wordt het volgende opgemerkt: «Derhalve is het in 1959 aan de Staat geschonkene
weliswaar formeel eigendom van de Staat, economisch is het echter te beschouwen als
een aan de persoon van de Kroondrager gebonden en tot diens particuliere sfeer behorend
vermogen, dat ter waarborging van de bestemming ervan onder de hoede van de Staat
is geplaatst. De Hoge Schenkster beoogde blijkens de overwegingen van de schenkingsakte
te waarborgen dat Haar na te vermelden bezit één geheel blijve en het genot daarvan
voorbehouden blijve aan diegene van Haar afstammelingen die Drager is van de Kroon
[...].» Dit betekent dat het Kroondomein wordt geëxploiteerd door de Kroondrager,
waarbij alle baten en lasten voor zijn rekening komen. De rol van de Staat is die
van blooteigenaar met de taak erop toe te zien dat hierbij in redelijkheid het vermogen
in stand blijft.
Vraag 3
Klopt het dat een formele subsidieaanvraag (volgens het gebruikelijke format) ontbreekt
in de aangeleverde stukken? Zo ja, bent u bereid de aanvraag alsnog aan de Kamer te
zenden? Zo nee, hoe kan een subsidie worden toegekend zonder deugdelijke aanvraag?
Antwoord 3
Op grond van de Kaderwet EZ-subsidies gold geen format voor de aanvraag van deze subsidie.
De subsidierelatie met het Kroondomein is vormgegeven via de «Overeenkomst tussen
Ministerie van Economische Zaken en Kroondomein het Loo» en de bijbehorende bijlagen
(documenten 1, 2 en 3 van de bijlagen bij Kamerstuk 35 570 I, nr. 14).
Zoals in antwoord op eerdere vragen van het lid Wassenberg (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2019–2020, nr. 3389) is gezegd, laat artikel 4:4 van de Awb de afweging om een aanvraagformulier op te
stellen aan het bestuursorgaan. Het ging in deze om één enkele subsidie-verstrekking
voor zowel natuurbeheer als agrarisch natuurbeheer en een apart aanvraagformulier
daarvoor lag niet in de rede.
Vraag 4
Klopt het dat de Koning niet als vruchtdrager van het Kroondomein beschouwd kan worden,
omdat het recht van vruchtgebruik niet is vastgelegd in het kadaster? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 4
Nee. Het vruchtgebruik is vastgelegd in de schenkingsakte en in de Wet op het Kroondomein.
Vraag 5
Beaamt u dat volgens de geldende voorschriften een natuurbeheerder die overheidssubsidie
ontvangt, het gebied 358 dagen per jaar moet openstellen en dat maximaal 1 hectare
ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer gedurende het jaar mag worden afgeschermd?
Antwoord 5
Dit geldt ingeval subsidie wordt verleend op grond van de SVNL Gelderland 2016. In
de Gelderse regeling wordt met deze bepaling een secundair belang van de regeling
gediend, namelijk het mogelijk maken van recreatie, zonder dat deze het primaire doel
van natuurbehoud in het geding brengt. Zoals in antwoord op eerdere vragen van het
lid Wassenberg (PvdD) (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 3389) is gezegd, is de onderhavige subsidie niet verleend op grond van de SVNL Gelderland
2016, maar op grond van de Kaderwet EZ-subsidies.
Vraag 6
Beaamt u dat er een uitzondering is gemaakt voor de Koning met betrekking tot de openingsstellingsvereiste
van de subsidieverlening? Zo nee, waarom niet? Zo ja, klopt het dat deze uitzondering
is gegeven met het oog op de «Koninklijke jacht»?
Antwoord 6
Zoals in antwoord op eerdere vragen van het lid Wassenberg (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2019–2020, nr. 3389) is gezegd, is er geen sprake van een ontheffing of uitzondering. De subsidie aan
het Kroondomein volgt op het punt van de openstelling de SVNL Gelderland 2016 niet.
Zoals in de beschikking van de subsidie is aangegeven, houdt dit verband met de bescherming
van de persoonlijke levenssfeer van de Koning.
Vraag 7
Vormt het beschermen van de «Koninklijke jacht» een belang dat bij het verlenen van
de subsidie grondslag kan vormen voor het treffen van een speciale regeling? Zo ja,
op grond van welke wettelijke bepaling?
Antwoord 7
Zoals in antwoord op eerdere vragen van het lid Wassenberg (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2019–2020, nr. 3389) is aangegeven, is er geen verband tussen het al dan niet verlenen van subsidie en
het beheren van populaties.
Vraag 8
Beaamt u dat het Kroondomein negen maanden per jaar volledig is opengesteld voor het
publiek en dat dit de veiligheid van de Koning kennelijk niet in gevaar brengt?
Antwoord 8
Een groot deel van het Kroondomein is inderdaad een kleine negen maanden per jaar
volledig opengesteld tussen zonsopkomst en -ondergang met uitzondering van de rustgebieden
voor het wild. Circa 1.300 hectare is jaarrond open. Over veiligheidsmaatregelen die
getroffen worden ter bescherming van de Koning doe ik geen uitspraken.
Vraag 9
Klopt het dat de Koning regelmatig het Kroondomein bezoekt terwijl het opengesteld
is voor publiek? Zo ja, beaamt u dat de veiligheid van de Koning ook dan voldoende
gewaarborgd blijft?
Antwoord 9
Over veiligheidsmaatregelen die getroffen worden ter bescherming van de Koning doe
ik geen uitspraken.
Vraag 10
Op basis van welke wettelijk onderbouwde argumenten mag het Kroondomein drie maanden
afgesloten zijn, wetende dat de veiligheid in de overige negen maanden gedurende openstelling
gegarandeerd kan worden? Om welke reden zou de veiligheid tussen 15 september en 25 december
niet gegarandeerd kunnen worden?
Antwoord 10
De Staatssecretaris van EZ heeft, op basis van de Kaderwet EZ-subsidies, de subsidievoorwaarden
bepaald op basis van het met de subsidie te bereiken doel – namelijk natuurbeheer
– en de daarbij aan de orde zijnde andere belangen. De subsidie aan het Kroondomein
volgt op het punt van de openstelling de SVNL Gelderland 2016 niet. Zoals in de beschikking
van de subsidie is aangegeven, houdt dit verband met de bescherming van de persoonlijke
levenssfeer van de Koning.
Vraag 11
Onderschrijft u dat het afschermen van het Kroondomein niet geschiedt om reden van
de veiligheid van de Koning? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke wettelijk beschermde
belangen kunnen dan rechtvaardigen dat een deel van het Kroondomein voor drie maanden
wordt afgesloten en hoe verhoudt zich dit tot de behandeling van andere grondbezitters/gebruikers?
Antwoord 11
Ik verwijs u naar de antwoorden op vragen 5 en 10.
Vraag 12
Is in het kader van de subsidieverlening besloten de Tweede en Eerste Kamer daarover
niet te informeren omdat dit voor «politieke en/of maatschappelijke ophef kan zorgen,
omdat dan zichtbaar wordt dat er subsidie wordt verstrekt aan Kroondomein het Loo»?1
Antwoord 12
Nee. De Tweede en Eerste Kamer zijn meermaals geïnformeerd over het Kroondomein en
de subsidieverlening. Zo is ook in de antwoorden op Kamervragen uit 2007 (Antwoord
op Kamervragen van het lid Ouwehand, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007–2008,
nr. 718) de Kamer al geïnformeerd over de financiële verantwoording inzake het Kroondomein,
waaronder de verstrekte subsidies door het Ministerie van LNV.
De subsidie is als post opgenomen op de begroting van het verantwoordelijke departement,
heden LNV, en is daarmee zichtbaar voor het parlement. De geciteerde passage is onderdeel
van een verkenning geweest, nadat er forse veranderingen in de subsidiering van natuur
hadden plaatsgevonden. Deze persoonlijke beleidsopvatting heeft geen betekenis gehad
voor het verdere proces.
Vraag 13
Deelt u de mening dat het onacceptabel is de democratische controle van het parlement
op deze wijze te belemmeren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe heeft deze belemmering
van de parlementaire controle dan toch kunnen plaatsvinden?
Antwoord 13
Subsidie voor het beheer van Kroondomein het Loo is al decennia op de begroting van
de verantwoordelijke departementen te vinden. Ook is in 2007 in een brief van de Staatssecretaris
van Financiën aan de Kamer de subsidie uitgebreid besproken (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2007–2008, nr. 718)
Vraag 14
Bent u bereid om de Koning te verzoeken de miljoenensubsidie terug te betalen, aangezien
de Koning deze subsidie ten onrechte heeft ontvangen, immers zonder wettelijke grondslag
en in strijd met het gelijkheidsbeginsel? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 14
Zoals ik op antwoord van eerdere vragen van het lid Wassenberg (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2019–2020, nr. 3390) geantwoord heb, is de natuurbeheersubsidie rechtmatig en zorgvuldig verstrekt en
ik zie dan ook geen enkele grond om tot terugvordering over te gaan.
Vraag 15
Heeft u een verklaring waarom de stukken met betrekking tot de subsidieverlening niet
zoals gevraagd voor 1 maart naar de Kamer gezonden zijn en voor het feit dat in de
pers gesproken is over onenigheid in het kabinet over het al dan niet openbaar maken
van de stukken?2
Antwoord 15
Zoals in de begeleidende brief bij de gedeelde stukken (Kamerstuk 35 570 I, nr. 14) is vermeld, moet op grond van de grondwetsgeschiedenis en de staatsrechtelijke praktijk
het belang dat is gemoeid met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de
Koning, dat mede wordt beschermd door de artikelen 10 en 41 van de Grondwet, worden
gerekend tot het belang van de staat. Hierom is een zorgvuldig proces van beoordeling
van alle stukken, waarin dit mogelijkerwijs aan de orde zou kunnen zijn, noodzakelijk
geweest, ook in het licht van het belang dat in de motie-Wassenberg wordt gehecht
aan verstrekking van specifiek de onderliggende stukken bij de huidige subsidiebeschikking.
Gelet op het feit dat hier sprake is van een subsidie voor natuur- en landschapsbeheer,
en de daarop betrekking hebbende onderliggende stukken van het Kroondomein bij inhoudelijke
beoordeling ook uitsluitend op deze subsidieverlening betrekking hebben, was de uitkomst
van dit proces dat deze stukken kunnen worden verstrekt.
Vraag 16
Kunt u deze vragen één voor één en op zo kort mogelijke termijn beantwoorden, bij
voorkeur vóór 17 maart?
Antwoord 16
Ja, maar niet voor 17 maart.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede namens
M. Rutte, minister-president
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.