Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Leijten en het lid Van Weyenberg over ongevraagde voorlopige aanslagen
Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de Staatssecretaris van Financiën over ongevraagde voorlopige aanslagen (ingezonden 19 februari 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Vijlbrief (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 19 april 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021,
nr. 2192.
Vraag 1
Bent u bekend met het feit dat de Belastingdienst ongevraagd voorlopige aanslagen
over het jaar 2021 naar belastingplichtigen heeft gestuurd?
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit feit.
Vraag 2
Om hoeveel ongevraagde voorlopige aanslagen gaat het?
Antwoord 2
Van 4 januari tot uiterlijk 29 januari 2021 hebben bijna 1,3 miljoen belastingplichtigen
op initiatief van de Belastingdienst een ongevraagde positieve (door de belastingplichtige
te betalen) voorlopige aanslag ontvangen.
Vraag 3
Hoe verhoudt het aantal ongevraagde voorlopige aanslagen over 2021 zich tot het aantal
ongevraagde voorlopige aanslagen in eerdere jaren?
Antwoord 3
Het volgende overzicht geeft een weergave van de totale populatie ongevraagde positieve
voorlopige aanslagen over de jaren 2019 tot en met 2021.
Jaar
Totaal aantal ongevraagde positieve voorlopige aanslagen
2019
1.464.000
2020
1.438.000
2021
1.299.000
Aantal opgelegde voorlopige aanslagen
Dit jaar (voorlopige aanslag 2021) zijn er bijna 1,3 miljoen te betalen voorlopige
aanslagen opgelegd. Dat zijn er iets minder dan voorgaande jaren omdat er een wijziging
in de selectie is doorgevoerd waardoor deze is verbeterd.
Vraag 4
Hoe en waarom is besloten tot het versturen van deze (extra) ongevraagde voorlopige
aanslagen?
Antwoord 4
Het opleggen van ongevraagde voorlopige aanslagen vindt al vele jaren plaats. Vanaf
eind jaren 80 van de vorige eeuw is gestart met het automatiseren van dit destijds
nog handmatige proces. Doel is de belastingheffing zo goed mogelijk aan te laten aansluiten
bij het moment waarop de te belasten inkomsten ook worden genoten. Daarom is er het
systeem van voorheffingen, zoals inhouding van loonheffing op loon en uitkeringen,
en dat van voorlopige aanslagen, in gevallen waarin geen sprake is van inhouding van
voorheffingen of de voorheffingen niet juist berekend kunnen worden. De belasting
wordt dan betaald op het moment waarop het inkomen wordt verdiend. Dit geeft duidelijkheid
aan belastingplichtigen (‘Hoeveel houd ik netto over?’) en voorkomt ook onverwachte
aanslagen achteraf.
Bij (onverwachte) aanslagen achteraf, een jaar nadat het inkomen is genoten en soms
langer dan een jaar, bestaat het risico dat de belastingplichtige onvoldoende rekening
heeft gehouden met de verschuldigde belasting op het eerder genoten inkomen. Hierdoor
kunnen betalingsproblemen ontstaan. Dit speelt vooral als de inkomenspositie van de
belastingplichtige op dat moment veranderd is. In dat geval sluit de belastingheffing
niet (meer) aan bij de inkomsten van dat moment. De Belastingdienst beoogt om zoveel
als mogelijk in de actualiteit belasting te heffen, in het belang van de belastingplichtige.
Voor het voorlopige aanslagen-proces betekent dit dat er voortdurend wordt gestreefd
naar verbeteringen in het voorlopige aanslagenproces. Door voorlopige aanslagen gerichter
op te leggen en daarmee aan te sluiten bij de actuele situatie van belastingplichtigen
vindt belastingheffing meer in de actualiteit plaats. Met een voorlopige aanslag bieden
we mensen de gelegenheid om gespreid (maandelijks) te betalen, om zo een te betalen
bedrag in één keer te voorkomen, wat mogelijk met belastingrente gepaard gaat. Het
is echter ook mogelijk om in één keer betalen, als men dat wil.
De Belastingdienst beschikt over steeds meer gegevens en mogelijkheden om dit heffen
in de actualiteit voor burgers mogelijk te maken. Voorlopige aanslagen kunnen steeds
gerichter en kwalitatief beter worden opgelegd. Een belangrijk signaal om voor de
eerste keer een voorlopige aanslag op te leggen is de situatie waarin een belastingplichtige
voor de eerste keer een relatief hoge definitieve aanslag heeft gekregen. Deze belastingplichtige
krijgt dan een voorlopige aanslag.
Vraag 5
Welke voor- en nadelen hebben deze ongevraagde voorlopige aanslagen voor belastingplichtigen?
Antwoord 5
De te betalen voorlopige aanslag leidt ertoe dat de belastingplichtige in de actualiteit,
op het moment dat hij de inkomsten geniet, in meerdere termijnen de aanslag kan betalen.
Door de systematiek van de voorlopige aanslag mag deze in maandelijkse termijnen worden
betaald. Dit kan een voordeel voor de belastingplichtige zijn.
Ik begrijp echter dat er zich situaties kunnen voordoen waarbij de termijnen niet
overeenkomen met het moment waarop de belastingplichtige de inkomsten geniet, bijvoorbeeld
omdat het merendeel van de inkomsten in een bepaalde periode van het jaar wordt genoten.
Ik vind het belangrijk dat daarop ingespeeld kan worden. Voor belastingplichtigen
die met een te betalen voorlopige aanslag worden geconfronteerd kan de situatie ontstaan
dat zij binnen enkele maanden zowel een voorlopige aanslag over het actuele belastingjaar
als de definitieve aanslag over het voorgaande belastingjaar ontvangen. In dergelijke
gevallen kan de voorlopige aanslag tot liquiditeitsproblemen leiden bij de belastingplichtigen.
De belastingplichtige kan dan met de Belastingdienst een betalingsregeling afspreken.
Omdat de definitieve aanslag steeds meer overeenkomt met de voorlopige aanslag, zal
bovenstaand probleem zich vooral voordoen bij de eerste keer dat een belastingplichtige
een voorlopige aanslag krijgt. In die situaties waarbij de belastingplichtige voor
het eerst wordt geconfronteerd met een voorlopige aanslag kan ik me voorstellen dat
het voor sommige mensen een vervelende gebeurtenis is als zij geconfronteerd worden
met een voorlopige aanslag.
De voorlopige aanslag kan ook tot een teruggaaf leiden. Dit is bijvoorbeeld het geval
als de geschatte ingehouden loonheffing hoger is dan de geschatte verschuldigde inkomstenbelasting.
Een voorlopige aanslag met een terug te geven bedrag wordt alleen opgelegd wanneer
de belastingplichtige hierom op enig moment heeft verzocht. Doet belastingplichtige
dit verzoek niet, dan krijgt hij het totale bedrag uitgekeerd op basis van de definitieve
aanslag. Wanneer een belastingplichtige een verzoek om een voorlopige teruggaaf heeft
gedaan, wordt jaarlijks geautomatiseerd een voorlopige aanslag opgelegd op basis van
de bij de Belastingdienst bekende gegevens.
Vraag 6
Klopt het dat belastingplichtigen tenminste voor 1 maart (een deel van) de voorlopige
aanslag moeten betalen?
Antwoord 6
Ja, dat klopt. De te betalen voorlopige aanslagen worden in het algemeen in januari
van het belastingjaar opgelegd. De belastingplichtige kan ervoor kiezen om deze in
maximaal 11 termijnen te betalen of het gehele bedrag van de aanslag in één keer te
betalen. De eerste termijn, of indien de belastingplichtige daarvoor kiest het gehele
bedrag van de aanslag, dient vóór 1 maart van het belastingjaar betaald te worden.
Vraag 7
Herkent u dat de samenloop tussen het betalen van eerdere aanslagen en de ongevraagde
voorlopige aanslag over 2021 tot problemen kan leiden voor belastingplichtigen, bijvoorbeeld
omdat ze op deze korte termijn niet kunnen voldoen aan beide belastingaanslagen?
Antwoord 7
Ja, ik herken deze samenloop ingeval de belastingplichtige voor de eerste keer een
te betalen voorlopige aanslag ontvangt. Zie hiervoor mijn antwoord op vraag 5. Het
is natuurlijk bijzonder vervelend als belastingplichtigen hierdoor in de problemen
komen. In dat geval kunnen zij de Belastingdienst vragen om uitstel van betaling.
Bij de beoordeling van het verzoek om uitstel van betaling kan de Belastingdienst
verder rekening houden met alle relevante omstandigheden. Ieder verzoek wordt daarom
ook zorgvuldig beoordeeld.
Vraag 8
Herkent u dat belastingplichtigen de (ongevraagde) voorlopige aanslag dan niet als
dienstverlening ervaren, maar juist als extra last?
Antwoord 8
Ja, dit is mij bekend. Ik ben echter van mening dat de voorlopige aanslag mogelijke
betalingsproblemen kan voorkomen ten opzichte van de situatie als het bedrag bij de
definitieve aanslag een kalenderjaar later in één keer betaald moet worden. In die
zin – het opleggen van een voorlopige aanslag in combinatie met de mogelijkheid om
over 11 maanden te betalen – is het dienstverlenend richting belastingplichtigen.
Ik wil kijken hoe de communicatie rond de voorlopige aanslag verder verbeterd kan
worden omdat ik me realiseer dat vooral wanneer belastingplichtigen deze voor de eerste
keer ontvangen dit vragen oproept. Dit signaal neem ik ter harte en neem ik mee in
de voorbereiding van de communicatie campagne voorlopige aanslag 2022.
Vraag 9
In hoeverre en hoe ver van tevoren worden belastingplichtigen op de hoogte gesteld
dat zij een ongevraagde voorlopige aanslag zullen ontvangen, zodat zij waar mogelijk
ook rekening kunnen houden met een dubbele belastingaanslag?
Antwoord 9
De belastingplichtige ontvangt de voorlopige aanslag in januari van het belastingjaar.
De eerste termijn moet vóór 1 maart worden betaald. Zoals bij vraag 8 is aangegeven
wordt bekeken hoe de communicatie op dit vlak verbeterd kan worden.
Vraag 10
Welke mogelijkheden hebben belastingplichtigen om, bijvoorbeeld als de samenloop van
de definitieve aanslag van 2020 en voorlopige aanslag voor 2021 tot problemen leidt,
de voorlopige aanslag later te voldoen en bijvoorbeeld te kiezen voor het voldoen
als de definitieve aanslag over 2021 bekend is?
Antwoord 10
Zie mijn antwoord op vraag 7.
Vraag 11
Vindt u deze mogelijkheden voldoende ruim of bent u voornemens om belastingplichtigen
die moeite hebben met het voldoen van eerdere aanslagen en de ongevraagde voorlopige
aanslagen verder tegemoet te komen?
Antwoord 11
Ik vind de mogelijkheden zoals beschreven bij vraag 7 voldoende ruim. De Belastingdienst
zal in het belastingjaar waarin dit probleem zich eenmalig voordoet in overleg met
de belastingplichtige tot een oplossing komen waarmee wordt bereikt dat de aanslagen
door de belastingplichtige kunnen worden betaald. Het belastingjaar daaropvolgend
lopen de voorlopige aanslagen synchroon met de genoten inkomsten en doet zich dit
probleem niet meer voor.
Vraag 12
Kunt u, gezien de betalingstermijn voor de ongevraagde voorlopige aanslag, deze vragen
uiterlijk 25 februari 2021 beantwoorden?
Antwoord 12
De beantwoording heeft tot mijn spijt langer geduurd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.