Schriftelijke vragen : De belaging van journalisten in Urk en Krimpen aan den IJssel
Vragen van het lid Sneller (D66) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over de belaging van journalisten in Urk en Krimpen aan den IJssel (ingezonden 1 april 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Journalisten belaagd, de politie doet weinig»?1
Vraag 2
Bent u het ermee eens dat dit geweld tegen journalisten onacceptabel is en een aantasting
vormt van de persvrijheid?
Vraag 3
Hoe duidt u de situatie waarbij de politie in Urk geen directe actie heeft ondernomen
tegen geweldplegers? Hoe strookt dit met uw toezegging in antwoord op schriftelijke
vragen dat bij agressie en geweld tegen journalisten «de politie ter plaatse [zal]
komen om op te treden tegen de agressie en het geweld»?2
Vraag 4
In hoeverre heeft de politie bij de aanvallen op journalisten in Urk en Krimpen den
IJssel gehandeld in lijn met het protocol «agressie en geweld tegen journalisten»?
Klopt het dat het protocol vooral toeziet op opsporings- en vervolging afspraken?
Ziet u naar aanleiding van deze gebeurtenissen aanleiding om ook concrete afspraken
te maken over hoe de politie ter plekke dient te handelen bij geweld tegen journalisten?3
Vraag 5
Hoe staat het met de toezegging die u deed tijdens het vragenuur van 27 oktober 2020
over PersVeilig en het protocol «agressie en geweld tegen journalisten» dat u «in
een brief terugkom[t] op de vraag of dat nu allemaal daadwerkelijk naar behoren werkt»?4
Vraag 6
Als blijkt dat de huidige regelingen functioneren zoals beoogd, bent u dan nog steeds
van mening dat «er misschien toch andere afspraken of dingen nodig zijn», zoals tevens
door u gesteld in het vragenuur van 27 oktober 2020? Zo ja, om welke eventuele aanvullende
afspraken of maatregelen gaat het dan?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Joost Sneller, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.