Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda informele bijeenkomst met EU-transportministers op 30 maart 2021 (Kamerstuk 21501-33-846)
2021D10246 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister en de Staatssecretaris
van Infrastructuur en Waterstaat over de geannoteerde agenda van de informele bijeenkomst
met EU-transportministers op 30 maart 2021 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 846), het EU-voorstel Strategie duurzame en slimme mobiliteit COM (2020) 789 (2020Z24963), het verslag van de informele videoconferentie met EU-transportministers d.d. 8 december
2020 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 844), het fiche inzake de mededeling EU-strategie voor duurzame en slimme mobiliteit
(Kamerstuk 22 112, nr. 3042) en de kabinetsappreciatie van het Omnibusvoorstel van de Europese Commissie (Kamerstuk
22 112, nr. 3046).
De voorzitter van de commissie, Agnes Mulder
De adjunct-griffier van de commissie, Koerselman
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inhoudsopgave
blz.
Inleiding
2
VVD-fractie
2
CDA-fractie
4
D66-fractie
5
GroenLinks-fractie
7
Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de stukken behorend
bij het schriftelijk overleg Informele Transportraad 29-30 maart 2021 en hebben hierover
nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van onderliggende
stukken voor het schriftelijk overleg Informele Transportraad. Deze leden hebben enkele
vragen en opmerkingen.
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de agenda voor
de Informele Transportraad op 29 en 30 maart 2021. Zij zijn erg enthousiast over het
EU-voorstel «Strategie voor duurzame en slimme mobiliteit», waarin voorstellen worden
gedaan over het Europese spoornetwerk, het verduurzamen van alle andere vormen van
transport en het betalen naar gebruik door de vervuiler. Zij wensen de Minister enkele
vragen voor te leggen en enkele opmerkingen te plaatsen.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de stukken en hebben hier
vragen en opmerkingen bij.
VVD-fractie
EU-strategie voor duurzame en slimme mobiliteit
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de EU-strategie
voor duurzame en slimme mobiliteit en de reactie van het kabinet hierop. Deze leden
vragen de Minister bij het noemen van getallen zoals 30 miljoen zero-emissie voertuigen
in 2030 of het verdubbelen/verdrievoudigen van het aantal hogesnelheidstreinen altijd
de beperkte maakbaarheid van deze ambities in het oog blijft houden. Daarbij wijzen
deze leden op het feit dat de voortgang in technologie, financiering en draagvlak
belangrijke factoren zijn om bepaalde ambities uiteindelijk te bereiken en slechts
het noteren van een ambitie onvoldoende is. Deze leden ondersteunen het stellen van
doelen, maar zijn daarbij huiverig als deze dwangmatig tot een koers leiden die leidt
tot drang, verbieden of hoge kosten. Deze leden prefereren een stimulerende, kosteneffectieve
aanpak waarbij doelen wellicht ook iets later bereikt mogen worden dan gepland. Daarbij
pleiten deze leden voor Europees bronbeleid als het gaat om de productie van schonere
voertuigen, waarbij ook rekening wordt gehouden met de uitvoerbaarheid voor producenten.
Het gelijke speelveld wereldwijd dient volgens deze leden altijd meegewogen te worden
om een concurrentienadeel en verlies van banen in Europa te voorkomen. Hoe denkt de
Minister daarover?
De leden van de VVD-fractie steunen de lijn om duurzame brandstoffen in te zetten
in de lucht- en scheepvaart. Deze leden vragen of er voldoende duurzame brandstof
beschikbaar zal komen en hoe Europa kan helpen bij het opschalen van de productie.
Deze leden zien grote kansen voor waterstof en vragen de Minister beschikbaar innovatiegeld
te benutten. Wat zijn precies de mogelijkheden hiervoor? Deze leden blijven herhalen
dat het uitgangspunt moet zijn dat alle verduurzaming haalbaar en betaalbaar is. Hoe
wordt dit geborgd?
De leden van de VVD-fractie zien veel in de herziening van de Slotverordening, maar
vragen wel om een realistische invulling die ervoor zorgt dat er gezonde concurrentie
blijft en het vliegen binnen Europa voor de consument haalbaar en betaalbaar blijft.
Het is voor deze leden van belang dat vanaf Nederlandse luchthavens de rest van de
wereld eenvoudig te bereiken is en blijft. Wat kan de Minister zeggen over connectiviteit?
De leden van de VVD-fractie vragen of er voldoende Europese middelen beschikbaar komen
voor langeafstand- en grensoverschrijdend passagiersvervoer per trein. Is het animo
van de reiziger voldoende om rendabel hogesnelheidstreinen te laten rijden? Welke
trajecten zijn dat dan en bedruipen die zichzelf? Deze leden vragen welke rol Nederland
speelt in de verdubbeling/verdrievoudiging van het aantal reisbewegingen per hogesnelheidslijn.
Zij zijn benieuwd naar de vijftien pilots en vragen wat de (actieve) rol van Nederland
hierin is. Wanneer kan de uitwerking van deze pilots verwacht worden? Deze leden lezen
in de geannoteerde agenda dat lidstaten discussiëren over bijvoorbeeld de verkoop
en beschikbaarheid van railtickets voor derde partijen. Wat zijn de verschillende
standpunten van lidstaten hierover? Hoe kijkt de Staatssecretaris tegen deze standpunten
aan en wat is het standpunt van Nederland over dit onderwerp?
De leden van de VVD-fractie zijn benieuwd naar het krachtenveld en de voor- en nadelen
van het emissiehandelssysteem (ETS) voor het wegvervoer. Deze leden vragen zich af
of dit systeem voor wegvervoer niet te gedetailleerd wordt en willen voorkomen dat
het te veel rompslomp oplevert. Deelt de Minister deze mening? Zijn andere (bestaande)
methoden niet interessanter?
De leden van de VVD-fractie reageren positief op de aandacht voor verkeersveiligheid.
Zij zien graag een andere uitwerking tegemoet over concrete zaken die de verkeersveiligheid
verhogen. Wat kan de Minister daarover zeggen? Deze leden steunen de Europese aanpak
voor lichte elektrische voertuigen (LEV) en enige afstemming met betrekking tot rijbewijzen,
waaronder de mogelijkheden voor Nederlanders met een autorijbewijs om op een lichte
125cc motorfiets te gaan rijden. Wat is de stand van zaken hiervan en wanneer kan
dit geregeld zijn? Deze leden volgen daarnaast de lijn van het kabinet dat zij niet
overtuigd zijn van de noodzaak EU-regels vast te stellen voor inspectie van bruggen
en andere infrastructuur. Wat deze leden betreft blijft dit een nationale aangelegenheid.
Verslag Informele Transportraad 8 december 2020
De leden van de VVD-fractie zien de komende tijd graag volle aandacht en inzet op
Single European Sky (SES) en SES2+. De voordelen zijn evident en mogen niet blijven
liggen. Wanneer verwacht de Minister resultaat?
CDA-fractie
Geannoteerde agenda van de virtuele informele bijeenkomst met EU-transportministers
De leden van de CDA-fractie vragen of de Staatssecretaris de motie-Amhaouch c.s. over
een trilaterale spoortop (Kamerstuk 35 570 XII, nr. 32) heeft uitgevoerd. Zo ja, hoe zijn deze gesprekken gegaan? Welke concrete afspraken
zijn er gemaakt? Deze leden vragen de uitkomsten van deze gesprekken te delen met
andere EU-landen tijdens de Transportraad en de uitkomsten naar de Kamer te sturen.
Indien de motie niet is uitgevoerd, waarom niet? Binnen welke termijn gaat de Staatssecretaris
deze motie alsnog uitvoeren?
De leden van de CDA-fractie zien in een robuust en grensoverschrijdend spoornetwerk
de toekomst voor het Europese spoor. HSL-hubs liggen vaak dichtbij elkaar in Europa,
maar zijn niet met elkaar verbonden door een landsgrens. Het is belangrijk dat deze
grensoverschrijdende HSL-hubs met elkaar verbonden worden om een goed integraal Europees
spoornetwerk te maken. Deze leden vragen of de Staatssecretaris deze visie deelt.
Is zij bereid dit onderwerp hoog op de agenda te zetten bij andere Europese landen
en hiervan een topprioriteit te maken tijdens de Year of the Rail?
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris in hoeverre er vergelijkbare
pilots gaande zijn in andere Europese landen over grensoverschrijdende ticketing.
Is zij bereid zich in de Transportraad hiervoor in te zetten?
De leden van de CDA-fractie vragen voorts wanneer de Staatssecretaris verwacht dat
de middelen uit de Green Deal beschikbaar komen. Wanneer kunnen landen gezamenlijke
aanvragen indienen en is op korte termijn agenderen van plannen mogelijk? Kan de Staatssecretaris
een tijdschema geven omtrent de Green Deal en de beschikbare middelen, zo vragen deze
leden.
Fiche: Mededeling EU-strategie voor duurzame en slimme mobiliteit
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris hoe de touringcarbranche betrokken
kan worden in het kort grensoverschrijdend vervoer. Is zij bereid met de touringcarbranche
daarover in gesprek te gaan?
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris hoe zij aankijkt tegen de plannen
van de Europese Commissie om passagiersvervoer op aanvraag (taxi’s en particuliere
huurauto’s) expliciet te betrekken bij het toekomstige duurzame passagiersvervoer.
Is zij bereid deze ambitie ook voor Nederland te laten gelden, zo vragen deze leden.
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris of zij punt 81 uit de EU-Strategie
voor duurzame en slimme mobiliteit onder de aandacht wil brengen tijdens de Transportraad.
Deze leden zijn van mening dat investering in retrofitting van bestaande schepen van
belang is voor de verduurzaming van de scheepvaartsector en kansen biedt voor Nederlandse
maritieme toeleveranciers en scheepswerven. Deelt de Staatssecretaris deze mening,
zo vragen deze leden.
D66-fractie
De leden van de D66-fractie lezen dat het kabinet de aangekondigde aanscherping van
de CO2-normen voor lichte en zware voertuigen en de post-Euro-VI-emissienormen verwelkomt
en pleit voor het invoeren van CO2-normen voor non-road mobile machinery (NRMM) en bromfietsen.1 Ook lezen deze leden dat het kabinet vraagt een jaartal vast te stellen vanaf wanneer
alle nieuwverkoop voor voertuigen emissieloos moet zijn. Zij vragen de Minister welk
jaartal zij daarbij zelf voor ogen heeft. Kan de Minister het plan voor Nederland
toelichten voor uitfasering van fossiele brandstofmotoren? Indien zo’n plan nog niet
bestaat, kan de Minister dan toelichten of aan een dergelijk plan wel gewerkt wordt?
Denkt de Minister daarbij ook aan het inzetten van het instrument van een subsidie?
De leden van de D66-fractie zijn verheugd te lezen dat het EU-voorstel Strategie voor
duurzame en slimme mobiliteit plannen bevat voor een beter beheer en een betere coördinatie
van het internationaal spoorverkeer. Verdere plannen voor het spoorverkeer zijn een
herziening van de btw-vrijstellingen voor internationaal passagiersvervoer en opties
voor multimodale tickets. D66 beschreef deze dingen ook al eerder in het Europees
spoorplan.2 Deze leden vragen de Staatssecretaris hoe zij de plannen voor spoorverkeer van de
Europese Commissie beoordeelt. Het inzetten van nachttreinen vanuit Nederland zou
de trein ook voor reizen op langere afstanden een alternatief maken voor het vliegtuig.
Wat vindt de Staatssecretaris van een dergelijk plan? Is zij het met deze leden eens
dat een eerlijke vergelijking van de klimaatdruk, reistijd en kosten van de hele reis
door Europa afgelegd per vliegtuig, auto en/of trein belangrijk is voor een eerlijke
en goede afweging van de reisopties? Deze leden stellen een universele reisplannertool
voor, waarmee je direct inzicht krijgt in de hele reis door Europa. Deze app zorgt
ervoor dat het kiezen tussen vliegen en treinen makkelijker wordt voor de reiziger
doordat een eerlijke vergelijking van het totaalplaatje van de reis wordt gemaakt.3 Zijn in Europa al plannen voor een dergelijke app? Zo ja, zal de Staatssecretaris
dit voorstel delen met de Raad om de mogelijkheden te onderzoeken? Zo nee, waarom
niet? Deze leden vragen ook of de optie voor multimodale tickets met een dergelijke
app kan worden geïntegreerd. Acht de Staatssecretaris het Europese treinnetwerk volledig
genoeg om te concurreren met auto- en vliegvakanties? Zo ja, kan zij dit toelichten?
Zo nee, wat is volgens haar nodig om treinreizen tot een goed alternatief te maken?
Hoe kijkt de Staatssecretaris aan tegen een geharmoniseerde infrastructuur op het
spoor op basis van Europese richtlijnen waarbij de EU toeziet op eenduidige spoorregelgeving?
De leden van de D66-fractie lezen de urgentie van het werken binnen de Europese Green
Deal. Het succes van de Europese Green Deal hangt af van ons vermogen om het hele
vervoerssysteem duurzaam te maken. Welke plannen gaat de Minister hiervoor delen tijdens
de Transportraad? Wat vindt de Minister duurzame best practices? Welke lessen heeft
Nederland al geleerd en kunnen gedeeld worden met de Transportraad? Wat zijn de voorstellen
van de Minister om het vervoerssysteem in Nederland te verduurzamen? Hoe beoordeelt
zij duurzame plannen, waarvan verschillende ook door de Europese Commissie genoemd
worden, als het stimuleren van elektrisch rijden, het invoeren van rekeningrijden,
het investeren in het Nederlandse spoor en het stimuleren van elektrisch vrachtverkeer?
De leden van de D66-fractie lezen dat op dit moment 75% van het binnenlands goederenvervoer
over de weg vervoerd wordt. In de Green Deal wordt opgeroepen om een groot deel daarvan
via het spoor en de binnenwateren te laten verlopen. Wat moet in Nederland gedaan
worden om een groot deel van het goederenvervoer van de weg naar het spoor en water
te kunnen verplaatsen, zodat goederen veilig van A naar B gebracht kunnen worden?
Op welke wijze wordt daarbij ook hinder voor omwonenden vanwege spoorweglawaai meegenomen
in de keuzes die voor ons liggen? Is hier al een plan voor? Zo nee, welke voorstellen
van de Minister kunnen we dan verwachten de komende kabinetsperiode om het goederenvervoer
in Nederland te kunnen verduurzamen?
De leden van de D66-fractie zijn benieuwd wat de status is van het voucherfonds voor
de reisbranche. Is al bekend wanneer hiervoor goedkeuring komt van de Europese Commissie?
Ook zijn deze leden benieuwd of in Europees verband nog wordt gesproken van een vouchergarantiefonds
voor losse vliegtickets in het geval van faillissement. Zal de Minister dat bij deze
Transportraad ter sprake brengen? Zo nee, waarom niet?
De leden van de D66-fractie willen nog kort ingaan op de MSC Zoe. Tijdens het afgelopen
algemeen overleg Maritiem heeft de Minister toegezegd dat ze in gesprek zou treden
met het Verbond van Verzekeraars over het in internationaal verband aanpassen van
de polisvoorwaarden voor de risico’s rondom het sjorren. 4 Is de Minister hierover reeds in overleg getreden met het Verbond van Verzekeraars
en wat waren hiervan de conclusies? Gaat zij deze conclusies delen in deze of in een
volgende Transportraad, of bij de European Maritime Safety Agency (EMSA)? Zo nee,
waarom niet? Indien nog geen gesprekken zijn gevoerd met de verzekeraars, wanneer
denkt de Minister die dan wel te kunnen voeren?
Verder willen deze leden vragen naar de stand van zaken omtrent de vervolgonderzoeken
over de routes over de Waddenzee die MARIN geadviseerd heeft naar aanleiding van de
ramp met de MSC Zoe. De Minister heeft daarover aangegeven dat samenwerking met Duitsland
niet meer ging lukken onder Duits voorzitterschap.5 Het Portugese voorzitterschap is inmiddels gestart. Daarom vragen deze leden of de
Minister deze vervolgonderzoeken met MARIN en Duitsland opnieuw heeft geagendeerd.
Zo nee, zal zij dit dan op korte termijn doen?
De leden van de D66-fractie willen ten slotte vragen of de Minister al in overleg
is getreden met Duitsland en Panama over in welke mate de internationale regelgeving
over ramp- en calamiteitenbestrijding is achtergebleven bij de schaalvergroting in
de containervaart. Zo ja, welke actiepunten kwamen hieruit voort en wanneer zal dit
ter discussie worden gesteld in de Internationale Maritieme Organisatie (IMO)? Zo
nee, waarom niet? Wanneer zal dit overleg dan wel plaatsvinden? Heeft de Minister
bovendien al gepleit voor het verplicht stellen van nieuwe richtlijnen die gericht
zijn op stabiliteitsproblemen met grote schepen, zoals toegezegd in de kabinetsreactie
op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) naar aanleiding van de
ramp met MSC Zoe?6
GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie zijn blij met de goede bedoelingen van het kabinet
op het onderwerp spoor. Zij zien de enorme uitdagingen op het internationale en stedelijke
spoor en maken zich eveneens zorgen om de beschikbaarheid van voldoende personeel.
Deze leden hebben er wel grote moeite mee om de uitgesproken kabinetsambities hierop
in lijn te brengen met de ongerichte bezuinigingseis die het kabinet nu de Nederlandse
vervoerders oplegt. De kortetermijnproblemen door het wegvallen van reizigersinkomsten
door corona kunnen onmogelijk worden opgelost door bezuinigingen. Immers op het materiaal
kan niet worden bezuinigd. Wat dan blijft, is de ontwikkeling van nieuwe lijnen, vernieuwing
van materiaal of het ontslaan van mensen. Al deze opties zijn direct in strijd met
de door het kabinet uitgesproken ambities op groei van internationaal en lokaal spoor
en het aantrekken van mensen voor de sector. Hoe denk de Staatssecretaris deze twee
polen binnen het kabinetsbeleid te verenigen? En als de goede voornemens de inzet
worden voor de Transportraad, hoe zet zij dit om in Nederland? Maken de bezuinigingseisen
op de middellange termijn niet veel meer kapot, dan ze op de korte termijn zouden
kunnen opbrengen?
De leden van de GroenLinks-fractie maken zich al heel lang hard voor meer, betere
en snellere internationale treinverbindingen. Een goed Europees HSL-netwerk kan veel
vliegtuigen vervangen. Deze leden zouden graag een concrete inzet van Nederland zien
voor dat Europese HSL-net en de verdubbeling van het aantal passagiers. Hoeveel nieuwe
verbindingen zouden gerealiseerd kunnen worden? Welke doen Nederland aan en wat betekent
dit voor de reistijden tussen Nederland en diverse Europese bestemmingen? Hoe komen
die pilotlijnen eruit te zien? Zet Nederland in op een HSL-verbinding van de Randstad
naar Duitsland en aansluiting op het Duitse HSL-net? Naar Berlijn? Naar Hamburg en
Scandinavië? In 2030? Of beperken de ambities zich tot meer passagiers op de HSL-Zuid?
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat heel veel problemen met internationale
verbindingen reeds bekend zijn. Ticketing is genoemd, maar ook de verschillende beveiligingssystemen
die nu heel traag geharmoniseerd worden, de verschillende spanningen in bovenleidingen,
perronbreedtes, maar ook verschillen in governance, en de lokale belangen van provincies
en deelstaten etc. Worden de pilotlijnen gebruikt om deze reeds bekende problemen
te bevestigen, of op te lossen?
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat de twee Nederlandse HSL-verbindingen,
naar Parijs en London, sterk hebben te lijden onder de coronacrisis. Vooral de Eurostar
naar Londen kampt met grote problemen en een serieuze dreiging van faillissement.
Gaat Nederland zich hard maken voor de instandhouding van de dienst naar Londen? Gaat
Nederland hier concreet aan bijdragen?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen de Staatssecretaris ten slotte om zich Europees
in te zetten voor de nachttrein. Nederland ligt aan de rand van het continent en veel
bestemmingen liggen met ongeveer tien uur treinreizen op de ideale afstand voor de
nachttrein. Daarmee gebruiken we ook Europees de lege uren op het spoor en komen reizigers
’s ochtends uitgerust aan op hun bestemming. Herstel van de nachttrein is nu een initiatief
van enkele spoorwegmaatschappijen, maar zou met een Europese inzet een flinke boost
kunnen krijgen. Is de Staatssecretaris bereid zich hiervoor in te zetten?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.H. (Agnes) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
G.B. Koerselman, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.