Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Voordewind over dna-testen in verband met verzoeken tot gezinshereniging voor vluchtelingen
Vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over dna-testen in verband met verzoeken tot gezinshereniging voor vluchtelingen (ingezonden 9 februari 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 8 maart
2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1879.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel waaruit blijkt dat gezinshereniging van vluchtelingen
wordt afgewezen als niet binnen vier weken een afspraak is gemaakt met de Nederlandse
ambassade voor dna-onderzoek?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Onderschrijft u dat Nederland op grond van internationaal recht en de gezinsherenigingsrichtlijn
de gezinshereniging van vluchtelingen moet bevorderen en daarbij rekening moet houden
met de bijzondere situatie van de vluchteling en de gezinsleden? Onderschrijft u voorts
dat daarbij bovendien de gezinsherenigingsprocedure van vluchtelingen op grond van
de jurisprudentie van het Europees Hof van de Rechten van de Mens (EHRM) snel, zorgvuldig
en met speciale zorg moet worden afgehandeld?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Is sprake van een nieuwe werkwijze dat gezinsleden slechts vier weken de tijd krijgen
om een afspraak bij de ambassade te maken waarna bij het verloop van deze termijn
de aanvraag direct wordt afgewezen? Wat is de juridische grondslag voor deze fatale
termijn? Waarom is niet gekozen voor een ruimere termijn met de mogelijkheid deze
indien nodig te verlengen?
Antwoord 3
Nee, er is geen sprake van een nieuwe werkwijze. Gezinsleden die een DNA-onderzoek
krijgen aangeboden, hebben standaard vier weken de tijd om een afspraak in te plannen
bij een Nederlandse vertegenwoordiging. Dit is een staande werkwijze die geldt voor
alle nationaliteiten. Gedurende deze vier weken kunnen de gezinsleden telefonisch
of via het online afsprakensysteem van de betreffende ambassade of Nederlandse vertegenwoordiging,
een afspraak maken. In Addis Abeba plant de ambassade telefonisch afspraken in met
gezinsleden, waarbij de nareizigers meerdere keren, over een periode van meerdere
weken gebeld voor een afspraak. De daadwerkelijke afspraak kan later plaatsvinden.
Het betreft een termijn die in de praktijk wordt gehanteerd en aansluit bij de reactietermijn
die de vreemdeling krijgt wanneer er sprake is van een incompleet dossier en deze
door middel van een herstel van het verzuim wordt aangevuld. De termijn voor het maken
van een DNA afspraak bij de ambassade is niet wettelijk vastgelegd. Omdat de daadwerkelijke
afspraak later dan de genoemde vier weken kan plaatsvinden, is in een redelijke termijn
voorzien.
Vraag 4
Klopt het dat de Nederlandse ambassade nog niet eerder dna-onderzoek heeft kunnen
faciliteren vanwege de coronasituatie? Hoe lang heeft het geduurd voordat de Nederlandse
ambassade weer de mogelijkheid van dna-onderzoek kon bieden? Is al deze tijd de beslistermijn
van de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) opgeschort? Waarom kan de IND de beslistermijn
niet verder opschorten om gezinnen een reële kans te bieden de Nederlandse ambassade
te bereiken en op die manier de gezinshereniging voor de vluchtelingengezinnen te
faciliteren?
Antwoord 4
Door COVID-19 was het Ministerie van Buitenlandse zaken medio maart 2020 genoodzaakt
de niet-essentiële consulaire dienstverlening op de diplomatieke vertegenwoordigingen
af te schalen, zo ook het afnemen van DNA-materiaal. Daar waar de reguliere consulaire
dienstverlening sinds eind mei 2020 geleidelijk kon worden hervat, heeft het hervatten
van DNA-afnames langer geduurd. Dit komt met name doordat consulaire afdelingen niet
over voldoende faciliteiten beschikten om dit proces conform RIVM richtlijnen en Rijksbrede
protocollen veilig uit te kunnen voeren, en/of door onvoldoende beschikbaarheid van
medisch personeel. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de diplomatieke vertegenwoordigingen
hebben zich hard ingezet om consulaire afdelingen zo in te richten- of externe locaties
te vinden om veilig DNA-materiaal af te kunnen nemen. Sinds 1 november 2020 is de
Nederlandse ambassade in Addis Abeba weer in staat DNA-afnames te faciliteren.
De IND heeft in de individuele aanvragen waarin door de overmachtssituatie nadere
onderzoeken geen doorgang konden vinden, de beslistermijnen tijdelijk opgeschort.
De huidige omstandigheden in de Tigray regio zijn grillig en onvoorspelbaar, waardoor
het onduidelijk is wanneer de vreemdelingen aldaar wel beschikbaar zullen zijn voor
een nader onderzoek. Het kan niet met zekerheid worden gesteld dat de gezinsleden
bij een verlenging van de termijn met enkele weken daadwerkelijk gebaat zouden zijn.
Daarom heeft de IND er niet voor gekozen om de termijn te verlengen.
Vreemdelingen die worden afgewezen omdat zij niet beschikbaar zijn voor onderzoek,
wordt verzocht een nieuwe aanvraag in te dienen zodra zij wél beschikbaar zijn voor
onderzoek. Deze nieuwe aanvraag wordt vervolgens met voorrang opgepakt. De afspraak
voor het nader onderzoek wordt dan snel gepland.
Vraag 5
Erkent u dat het moeten doen van een nieuwe aanvraag vertraging oplevert, ook al wordt
deze met voorrang behandeld? Kunt u aangeven hoe snel gemiddeld en hoe lang maximaal
het de IND zal vergen om een nieuwe beslissing te nemen? Hoe snel zal het nieuwe aanbod
voor dna-onderzoek er liggen? Erkent u dat het moeten behandelen van een nieuwe aanvraag
de IND ook weer extra werklast oplevert?
Antwoord 5
Bij de beoordeling van de nieuwe aanvraag, zal het onderliggende dossier volledig
worden betrokken. Waar mogelijk wordt de aanvraag door de medewerker behandeld die
ook bij de eerste aanvraag de zaakverantwoordelijk medewerker was en zodoende bekend
is met het dossier. De eerdere conclusie in deze aanvragen dat de gezinsleden voor
een DNA-onderzoek in aanmerking kwamen, zal indien de omstandigheden niet zijn gewijzigd,
opnieuw worden getrokken. Het aanbod voor een DNA-onderzoek zal dan opnieuw worden
gedaan. De IND neemt na ontvangst van de nieuwe aanvraag, binnen vier weken contact
op met de vreemdeling. De referent wordt gevraagd de nieuwe aanvraag pas in te dienen
wanneer er daadwerkelijk zicht is op contact met de gezinsleden en de mogelijkheid
een afspraak in te plannen. Zo wordt de extra werklast voor de IND zoveel mogelijk
beperkt.
Vraag 6
Wat zijn de gevolgen van het moeten doen van een nieuwe aanvraag voor met name alleenstaande
minderjarige vluchtelingen (AMV's) die inmiddels 18 jaar zijn geworden? Geldt voor
hen dat zij alleen nog een reguliere aanvraag kunnen indienen waarvoor (opnieuw) leges
betaald moet worden? Kunt u aangeven hoe hoog deze leges zijn voor een ouder en hoe
hoog voor eventuele broertjes en zusjes? Erkent u dat voor een minderjarige of net
meerderjarig geworden asielstatushouder deze bedragen een grote belemmering vormen
en het zoeken naar mensen die hierbij financieel willen helpen alleen maar verdere
vertraging oplevert? Bent u bereid de (voormalig) minderjarige asielstatushouders
vrij te stellen van leges?
Antwoord 6
Een amv die tijdens de eerste nareisprocedure meerderjarig wordt, wordt gedurende
de gehele procedure beschouwd als minderjarige. Bij een afwijzing zal de aanvrager
ook in de eventuele bezwaarprocedure als minderjarige worden beschouwd.
Voor alle meerderjarigen die om gezinshereniging met ouders verzoeken, geldt de vrijstelling
van materiële voorwaarden in het begunstigende nareiskader, zoals leges, niet. Hierop
geldt geen uitzondering voor meerderjarigen die in een voorliggende procedure minderjarig
waren. De amv die na afronding van de eerste procedure meerderjarig is geworden, zal
een reguliere aanvraag kunnen indienen waarvoor de standaard legeskosten ter hoogte
van € 192 voor meerderjarige, en € 64 voor minderjarige gezinsleden dienen te worden
betaald. Indien de bedragen een te grote belemmering vormen, kan onder bepaalde voorwaarden
vrijstelling voor de leges worden verleend. Ik zie geen aanleiding deze werkwijze
aan te passen.
Vraag 7
Geldt voor een ouder van een voormalige AMV dat zij vanwege de reguliere procedure
die gevolgd moet worden niet meer een asielvergunning maar een reguliere vergunning
zullen krijgen? Wat betekent dit voor hun rechtspositie, bijvoorbeeld voor de mogelijkheid
om te kunnen naturaliseren wanneer zij net als asielstatushouders niet aan de documenteis
kunnen voldoen?
Antwoord 7
Gezinsleden die een reguliere aanvraag om gezinshereniging indienen ten bate van hun
gezinsleden, ontvangen in Nederland een reguliere verblijfsvergunning. Om te kunnen
naturaliseren gelden op grond van de daartoe strekkende wet- en regelgeving voorwaarden.
Onder meer om zeker te zijn van de juistheid van de gegevens die op het naturalisatiebesluit
worden vermeld, wordt verlangd dat de naturalisatieverzoeker, die in het bezit is
van een reguliere verblijfsvergunning, zijn persoonsgegevens en nationaliteit in beginsel
aantoont met buitenlandse documenten (een gelegaliseerde of van een apostillestempel
voorziene geboorteakte/geboortebewijs alsmede met een geldig buitenlands paspoort).
In een individueel geval kan bij een vreemdeling, die in het bezit is van een reguliere
verblijfsvergunning, aanleiding bestaan om de voorwaarden voor het overleggen van
identiteits- en/of nationaliteitsdocumenten niet te handhaven. Daartoe overgaan is
mogelijk na het hebben vernomen en gewogen van de reden(en) waarom betrokkene niet
in het bezit is van het gevraagde document. Het is aan betrokkene om deze reden(en)
naar voren te brengen, in beginsel bij het indienen van zijn naturalisatieverzoek.
Vraag 8
Aangezien het in al deze zaken gaat om een afspraak voor dna-onderzoek betekent dit
dat het in alle zaken gaat om biologische kinderen? Heeft u de belangen van deze kinderen
overeenkomstig het Kinderrechtenverdrag en artikel 5 gezinsherenigingsrichtlijn voldoende
mee laten wegen bij het stellen van deze vier weken termijn en de vertraging die het
moeten doen van nieuwe aanvragen met zich mee brengt?
Antwoord 8
Ja, in zaken waarin een DNA-onderzoek wordt aangeboden, is veelal sprake van gesteld
biologische gezinnen met minder- of meerderjarige kinderen in Nederland of land van
(tijdelijk) verblijf. Gezinsleden die naar Nederland willen komen, moeten met documenten
aantonen wie zij zijn en wat hun relatie is met de referent in Nederland. Dit geldt
ook voor de minderjarige gezinsleden. De IND houdt zorgvuldig rekening met de belangen
van minderjarige kinderen en overige individuele omstandigheden van de vluchteling,
door te beoordelen of het ontbreken van de vereiste documentatie aan de vreemdeling
toe te rekenen valt. In de aanvragen waarin de IND beoordeelt dat het ontbreken van
documentatie de aanvrager of gezinsleden niet valt te verwijten, wordt een DNA-onderzoek
aangeboden om in de bewijslast tegemoet te komen. Ook de minder-of meerderjarigheid
van de betrokkenen speelt een rol in deze afweging. Zo zal bij aanvragen van biologische
kerngezinnen sneller tot de conclusie worden gekomen dat een DNA-onderzoek aan de
orde is.
Vraag 9
Heeft u rekening gehouden met de slechte telefonische bereikbaarheid vanwege verblijf
in de regio Tigray? Heeft de IND of de Nederlandsse ambassade contact gezocht met
de UNHCR om te zien in hoeverre zij het leggen van contact met deze gezinsleden kunnen
ondersteunen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Om rekening te houden met nareizigers in de Tigray regio die niet direct telefonisch
bereikbaar zijn, worden de gezinsleden meerdere keren, over een periode van meerdere
weken gebeld voor een afspraak. De IND verkent momenteel voornamelijk of er samenwerking
mogelijk is met UNHCR op het gebied van interviews door middel van videoverbinding,
waardoor de benodigde reisbewegingen van de gezinsleden mogelijk beperkt kunnen worden.
Vraag 10
Bent u bereid samen met de Minister van Buitenlandse Zaken te bezien of de UNHCR of
hulporganisaties ter plekke ondersteuning kunnen bieden in de bereikbaarheid van gezinsleden
in Tigray en de mogelijkheid naar de Nederlandse ambassade in de hoofdstad te reizen?
Bent u bereid met het Internationale Organsiatie voor Migratie (IOM) te bezien of
zij in de regio Tigray voor dna-afname van de gezinsleden kunnen zorgen?
Antwoord 10
Momenteel wordt in samenwerking met het Ministerie van Buitenlandse Zaken verkend
of er samenwerking mogelijk is met IOM en UNHCR in enkele landen waar veel nareizigers
wachten op nader onderzoek, zo ook in Ethiopië. Onderzocht wordt of voornoemde organisaties
kunnen ondersteunen bij de afname van DNA-samples en het opzetten van videoconferencing
verbindingen ten bate van de doorgang van interviews.
Vraag 11
Bent u bereid de nieuwe werkwijze aan te passen en rekening te houden met de situatie
van de vluchteling en de gezinsleden en met name de minderjarige gezinsleden en ervoor
zorg te dragen de gezinshereniging van deze gezinnen zo goed mogelijk te faciliteren
zodat deze geen verdere vertraging oplopen? Bent u bereid in de zaken waarin al direct
na het overschrijden van de vier weken termijn is afgewezen en bezwaar is ingesteld
het bezwaar met voorrang te behandelen en opnieuw DNA-onderzoek aan te bieden?
Antwoord 11
Gezinsleden die naar Nederland willen komen, moeten met documenten aantonen wie zij
zijn en wat hun relatie is met de referent in Nederland. De IND houdt zorgvuldig rekening
met de situatie van de vluchteling door te beoordelen of het ontbreken van de vereiste
documentatie aan de vreemdeling toe te rekenen valt. In de aanvragen waarin de IND
beoordeelt dat dat niet het geval is, wordt een DNA-onderzoek aangeboden om de vreemdeling
en de gezinsleden tegemoet te komen. De nareizigers die niet tijdig naar de diplomatieke
post in Addis Abeba konden reizen of een afspraak ten bate van het benodigde onderzoek
konden maken, worden tegemoet gekomen met voorrang bij een nieuwe aanvraag. Op die
manier is in een zo zorgvuldig en efficiënt mogelijke werkwijze voorzien. Ik voorzie
daarin thans geen aanpassing.
Het bezwaarschrift dient binnen vier weken na afwijzing te zijn ingediend. Het nuttig
effect van de nieuwe aanvraag met voorrang behandelen is het uitgangspunt dat de aanvrager
deze heeft ingediend op het moment dat de gezinsleden daadwerkelijk beschikbaar en
bereikbaar zijn voor het nader onderzoek. Omdat het niet evident is dat het benodigde
nader onderzoek binnen deze korte termijn wel kan plaatsvinden, acht ik het niet dienstig
voor de betrokkenen om ook de bezwaarschriften met voorrang te behandelen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.