Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Dik-Faber inzake worteldoeken in Nederlandse rivieren,
Vragen van het lid Dik-Faber (ChristenUnie) aan de Minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over worteldoeken in Nederlandse rivieren. (ingezonden 18 januari 2021).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
1 maart 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1569.
Vraag 1
Kent u de berichten «Rijkswaterstaat moet niet-functionele worteldoeken opruimen»1 en «Langs Nederlandse oevers ligt meer plastic afval dan in het meest vervuilde stuk
oceaan»?2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u ervan dat door Rijkswaterstaat aangebracht worteldoek (geotextiel) de
komende decennia in kleine stukjes zal fragmenteren en in het milieu terechtkomt?
Deelt u de zorgen daarover?
Antwoord 2
In algemene zin deel ik uw zorgen over plastic dat in het milieu terecht komt, of
dit nu gaat om geotextiel of andere vormen van plastic.
In oeverbeschermingsconstructies worden sterke vormen van geotextiel gebruikt, omdat
voor oeverbescherming een lange levensduur belangrijk is (50–100 jaar). Hiermee wordt
voorkomen dat de onderliggende grond uitspoelt, zodat de beschermingsconstructie op
zijn plaats blijft liggen. Worteldoek, waar de berichtgeving naar verwijst, is een
geotextiel dat wordt gebruikt tegen onkruidbestrijding, bijvoorbeeld in tuinen of
langs wegen. Er bestaan verschillende varianten van worteldoek. De biologisch afbreekbare
variant is ontworpen om binnen 3–5 jaar af te breken. Deze is daarom niet geschikt
voor oeverbeschermingsconstructies.
Omdat geotextiel in oeverbeschermingsconstructies wordt afgedekt met steen is de kans
beperkt dat het losraakt en gefragmenteerd in het milieu terecht komt. De toplaag
van stenen kan in extreme situaties door het water worden weggeslagen, waardoor het
geotextiel bloot komt te liggen. Dit geotextiel is – als het nog vast zit – nog steeds
een functioneel deel van de oeverbeschermingsconstructie. Het hoeft dan niet te worden
verwijderd, maar moet opnieuw worden bedekt met stenen.
Het kan evenwel niet helemaal worden uitgesloten dat er sprake is van losliggend geotextiel,
dat niet meer vast zit en dus geen functioneel onderdeel meer is van de oeverbeschermingsconstructie.
Bijvoorbeeld door losraken bij extreme weersomstandigheden of het onnauwkeurig bijsnijden
van geotextiel bij onderhoudswerkzaamheden. Dat is uiteraard niet wenselijk.
Opdrachtnemers van Rijkswaterstaat inspecteren de oevers, conform de gemaakte afspraken.
De opdrachtnemers hebben de verplichting om afval op te ruimen na herstelwerkzaamheden
en de algemene verplichting om zwerfafval op te ruimen. Ook medewerkers van Rijkswaterstaat
zijn regelmatig aanwezig bij de rivieroevers en melden onregelmatigheden bij de opdrachtnemers.
Vraag 3
Bent u zich ervan bewust dat niet-opgeruimd worteldoek op den duur fragmenteert, en
daarmee (micro)plastics in het milieu achterlaat?
Antwoord 3
Ik ben me ervan bewust dat alle vormen van rondzwervend plastic op den duur fragmenteren
tot microplastics. Daarom wordt dit zoveel mogelijk opgeruimd en doet Rijkswaterstaat,
in het kader van het beleidsprogramma microplastics, momenteel onderzoek naar het
vóórkomen van en de samenstelling van (macro en micro) kunststof in de rivieren en
ontwikkelt daartoe in samenwerking met buitenlandse partners een monitoringssystematiek
microplastics. Dat geeft ons meer informatie over de samenstelling van het totale
zwerfafval langs en in rivieren; mogelijk levert dit ook informatie op over het aandeel
geotextiel hierin. Ook stimuleert en faciliteert Rijkswaterstaat innovatieve oplossingen
om afval uit het water te vangen of op te ruimen.
Vraag 4
Hoeveel worteldoek in/rondom Nederlandse rivieren heeft op dit moment geen functie/is
afgeschreven?
Antwoord 4
Geotextiel is onderdeel van oeverbeschermingsconstructies. Rijkswaterstaat beheert
ruim 1.200 km aan rivieroevers, die grotendeels met dergelijke constructies beschermd
zijn. Er zijn geen cijfers voorhanden over het geotextiel dat geen functie meer heeft.
Vraag 5
Kan worteldoek dat geen functie meer vervult, wat u betreft beschouwd worden als afval?
Bent u het met ermee eens dat worteldoek zonder functie, net als afval, opgeruimd
moet worden?
Antwoord 5
Losliggend geotextiel – dat derhalve geen functie meer vervult – wordt in opdracht
van Rijkswaterstaat door aannemers opgeruimd en verwerkt als afval, conform de daarvoor
geldende wet- en regelgeving.
Vraag 6
Wat is de stand van zaken van de invoering van het door Rijkswaterstaat gesuggereerde
alternatief voor plastic worteldoek, dat biologisch afbreekbaar zou zijn?
Antwoord 6
Biobased worteldoek heeft een gemiddelde levensduur van 3–5 jaar en is daarom niet
geschikt voor toepassing in oeverbeschermingsconstructies langs rivieren. Voor langdurige
oeverbescherming is het belangrijk dat geotextiel een lange levensduur heeft: 50–100
jaar. Daarom wordt geotextiel als onderdeel van de oeverbeschermingsconstructies toegepast.
Voor de toepassing van geotextiel in oeverbeschermingsconstructies, is het geotextiel
dat op dit moment wordt toegepast door Rijkswaterstaat de meest duurzame methode;
dit is vastgesteld op basis van de Milieu Kosten Indicator (MKI)-score. Rijkswaterstaat
blijft ook andere bouwmethoden en materialen onderzoeken, omdat de overheid in 2050
volledig duurzaam en circulair wil werken. Verder stimuleert Rijkswaterstaat opdrachtnemers
en leveranciers in de aanbestedingseisen om duurzame bouwmethoden en materialen te
gebruiken. Ook wordt er een CROW-commissie opgezet om het verduurzamen van geotextielen
te onderzoeken.
Vraag 7
Vervult deze biodegradeerbare versie (biodoek) van worteldoek dezelfde functie(s)
als het door Rijkswaterstaat veelvuldig gebruikte worteldoek in de Nederlandse rivieren?
Antwoord 7
Nee, ik verwijs naar de beantwoording van vraag 2 en vraag 6.
Vraag 8
Kunt u bevestigen dat het door Rijkswaterstaat genoemde «bioworteldoek» alleen wordt
afgebroken in industriële composteerinstallaties, en dus niet in het milieu vergaat
tot humus, zoals Rijkswaterstaat stelt?
Antwoord 8
Biobased worteldoek wordt, zoals bij vraag 6 toegelicht, niet in opdracht van Rijkswaterstaat
toegepast in oeverbeschermingsconstructies langs rivieren.
Dit materiaal is niet geschikt voor deze toepassing.
Vraag 9
Bent u het ermee eens dat het zogenoemde biodoek geen verbeteringen oplevert met betrekking
tot zwerfafval ten opzichte van het huidige worteldoek, en dat ook biodoek opgeruimd
moet worden wanneer het niet langer de beoogde functie vervult?
Antwoord 9
In algemene zin geldt dat alle losliggende materialen moeten worden opgeruimd. Biobased
worteldoek wordt niet in opdracht van Rijkswaterstaat toegepast bij oeverbeschermingsconstructies
langs rivieren.
Vraag 10
Klopt het dat dit soort geotextielen, wanneer door Rijkswaterstaat en samenwerkende
aannemers aanpassingen worden gedaan in riviergebied, niet worden opgeruimd wanneer
het geen functie meer vervult?
Antwoord 10
De werkwijze is, dat zowel zwerfafval, als materialen die geen nuttige toepassing
meer hebben – waaronder losliggend geotextiel – worden opgeruimd en afgevoerd conform
vigerende wet- en regelgeving (zie ook de beantwoording van de vragen 4 en 6).
Vraag 11
Klopt het dat Rijkswaterstaat en zijn partners het grootschalig aanbrengen van plastic
in rivieren niet registreren (op tekeningen), in tegenstelling tot wat met bijvoorbeeld
kabels en leidingen gebeurt in het Nationaal Georegister?
Antwoord 11
Rijkswaterstaat registreert voor eigen gebruik bouwtekeningen van constructies, in
zijn eigen systemen. Geotextiel dat wordt toegepast als onderdeel van oeverbeschermingsconstructies,
wordt op deze bouwtekeningen geregistreerd.
Vraag 12
Bent u bereid een project op te starten waarbij worteldoek zonder functie om/nabij
de Nederlandse rivieren grootschalig wordt opgeruimd?
Antwoord 12
Het signaleren en opruimen van losliggende materialen is reeds onderdeel van de afspraken
tussen de opdrachtnemers en Rijkswaterstaat voor het beheer en onderhoud van de rivieren
en uiterwaarden. Daarom zie ik nu geen aanleiding om een specifiek opruimproject op
te starten.
Vraag 13
Bent u bereid om het opruimen van worteldoek mee te nemen in aanbestedingen bij projecten
in/rondom rivieren?
Antwoord 13
Het signaleren en opruimen van losliggende materialen is reeds onderdeel van de afspraken
tussen de opdrachtnemers en Rijkswaterstaat voor het beheer en onderhoud van de rivieren
en uiterwaarden. Onderdeel daarvan is ook de verplichting om afvalstoffen conform
geldende wet- en regelgeving te verwijderen.
Vraag 14
Bent u bereid het aanbrengen van plastic (worteldoek) in de grond nabij rivieren in
de toekomst in beeld te laten brengen op tekeningen via een toegankelijk register,
beginnende met nieuwe projecten?
Antwoord 14
Zie de beantwoording van vraag 11. Rijkswaterstaat registreert bouwtekeningen voor
de eigen beheerwerkzaamheden. Geotextiel wordt (vrijwel) overal langs rivieren toegepast
waar sprake is van oeverbeschermingsconstructies.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.