Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over additionele bijdrage ten behoeve van humanitaire respons op de Griekse eilanden (Kamerstuk 34952-124)
2021D08130
INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan
de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de brief van
14 januari 2021 inzake Additionele bijdrage ten behoeve van humanitaire respons op
de Griekse eilanden (Kamerstuk 34 952, nr. 124) en de brief van 11 februari 2021 inzake Uitvoering van de motie-Voordewind c.s.
over additionele hulp voor vluchtelingen en migranten op de Griekse eilanden (Kamerstuk
19 637, nr. 676).
De voorzitter van de commissie, De Roon
Adjunct-griffier van de commissie, Meijers
Inhoudsopgave
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inbreng leden van de GroenLinks-fractie
Inbreng leden van de SP-fractie
Inbreng leden van de PvdA-fractie
Inbreng leden van de ChristenUnie-fractie
II
Antwoord / Reactie van de Minister
III
Volledige agenda
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inbreng leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat de Minister voor Buitenlandse Handel
en Ontwikkelingssamenwerking terecht de opvangsituatie op de Griekse eilanden aanhoudend
erbarmelijk noemt. De leden van de GroenLinks-fractie vragen de Minister wat volgens
haar het achterliggende probleem is dat ervoor zorgt dat deze situatie al jarenlang
erbarmelijk is en de Griekse autoriteiten noch de EU in staat zijn gebleken hier iets
aan te kunnen of willen veranderen.
De leden van de GroenLinks-fractie vinden het positief dat Nederland een (bescheiden)
bedrag aan geld beschikbaar heeft gesteld voor het verbeteren van de opvang op de
Griekse eilanden. Evenwel constateren deze leden met de Minister dat dit de opvang
nog niet op een acceptabel niveau heeft gebracht. Deze leden vragen of door de Minister,
of door de Europese Commissie of de Griekse autoriteiten, óf de betrokken NGO’s, in
kaart is gebracht hoeveel extra middelen nodig zijn om de opvang op een acceptabel
niveau te brengen. Indien niemand dit nog in kaart heeft gebracht, wat weerhoudt ons
er dan nog van om dat alsnog te doen, zo vragen deze leden.
De leden van de GroenLinks-fractie zijn teleurgesteld dat de door de Europese Commissie
reeds maanden geleden aangekondigde EU-taskforce voor het op orde brengen van de opvang
op de Griekse eilanden er nog niet in is geslaagd om de opvangvoorzieningen tot een
acceptabel niveau te brengen. De leden van de GroenLinks-fractie vragen om een overzicht
van de door de EU-taskforce behaalde resultaten en activiteiten, en wat de EU-taskforce
de komende maanden concreet voornemens is te realiseren.
De leden van de GroenLinks-fractie begrijpen dat het vrijmaken van ruimhartige bedragen
voor de ondersteuning van opvang op de Griekse eilanden wordt bemoeilijkt door het
feit dat hier geen ODA-geld aan kan worden besteed en de pot voor niet-ODA noodhulp
beperkt is (en inmiddels leeg). Deze leden vragen de Minister of zij het met deze
leden eens is dat de middelen voor niet-ODA noodhulp zouden moeten worden verhoogd,
gelet op het inmiddels veel te duurzame karakter van deplorabele situaties aan de
Europese grenzen.
Inbreng leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de toegezonden stukken. Zij willen
hier graag een aantal opmerkingen bij plaatsen.
Kan de Minister een toelichting geven op de besteding van het geld dat zij in januari
aan UNICEF en het Internationale Rode Kruis (ICR) heeft toebedeeld? Is de Minister
het met de leden van de SP-fractie eens dat het geld zo snel mogelijk moet worden
ingezet om met spoed structurele verbeteringen aan te brengen?
Op basis waarvan is de bijdrage aan UNICEF en het IRC vastgesteld op € 750.000? Hoeveel
geld is in totaal nodig om ervoor te zorgen dat de vluchtelingenkampen op de Griekse
eilanden voldoen aan internationale standaarden? Betreft de € 750.000 additionele
uitgaven of wordt dit geld uit een ander deel van de begroting voor Buitenlandse Handel
en Ontwikkelingssamenwerking gehaald?
Wat voor eisen worden aan het Rode Kruis gesteld? Wordt de toegezegde € 250.000 voor
een bepaald doel ingezet? Hoe gaat zij het geld de komende twee maanden gebruiken
om structurele verbeteringen aan te brengen?
Uit berichten blijkt uit onder andere kamp Moria 2.0 blijkt dat de tenten allesbehalve
winterklaar zijn en regelmatig onder water staan. Welke stappen heeft het Rode Kruis
reeds gezet om het onderdak te verbeteren?
Met de investering van in totaal één miljoen euro erkent de regering dat de huidige
situatie in de Griekse kampen onmenselijk is. Toch kiest de regering ervoor om kinderen
in deze situatie te laten opgroeien. De leden van de SP-fractie zijn van mening dat
we deze kinderen niet aan hun lot moeten overlaten. Is de Minister het met het oog
op de verschrikkelijke omstandigheden eens dat elke dag in zo’n kamp voor de kinderen
er één te veel is? Zo ja, wat onderneemt de Minister om in ieder geval de vluchtelingenkinderen
van de eilanden te evacueren?
Eerder deze maand heeft SP-Kamerlid Jasper van Dijk vragen ingediend over de zware
omstandigheden in kamp Moria 2.0 en over het beperkt aantal werkende toiletten en
douches. Wanneer komen de antwoorden op deze vragen?
Inbreng leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie maken zich al langer ernstig zorgen over de humanitaire
ramp op de Griekse eilanden. Deze week brandden er wederom te dicht op elkaar staande
tenten in het nieuwe vluchtelingenkamp op Lesbos af, vermoedelijk veroorzaakt door
kortsluiting. Eerder was al bekend dat baby’s in het kamp, ook wel Moria 2.0 genoemd,
slachtoffer werden van rattenbeten en dat de psychische nood onder kinderen alarmerend
is. Ook hebben de mensen middels sneeuw, overstromingen en lekkende tenten ondervonden
dat het kamp allesbehalve winterbestendig is. In de beantwoording op Kamervragen ingediend
door de leden Kuiken, Ploumen en Van den Hul (allen PvdA) (Aanhangsel van de Handelingen,
vergaderjaar 2020–2021, nr. 1506), beweert het kabinet dat «de opvangomstandigheden in het nieuwe tijdelijke opvangkamp
Mavrovouni in bijna alle opzichten beter zijn…» dan in het oude Moria-kamp. Staat
de Minister nog altijd achter deze bewering? Zo ja, hoe rijmt de Minister deze bewering
met de aanhoudende onmenselijke omstandigheden in het opvangkamp? Wat is daarnaast
volgens de Minister de voornaamste reden dat zich zes maanden na de brand wederom
een humanitaire ramp aan het voltrekken is? Wil de Minister een overzicht geven van
de manier waarop eerdere financiële bijdragen sinds september de situatie in opvangkampen
op Lesbos en op andere Griekse eilanden hebben verbeterd? Is volgens de Minister,
gezien de omvang van de humanitaire ramp, het nieuw beschikbaar gemaakte bedrag voldoende
om een wezenlijk verschil te maken, en gaat dit nieuwe bedrag op korte termijn het
kamp eindelijk winterbestendig maken en het aantal werkende toiletten en douches in
het kamp verhogen?
De leden van de PvdA-fractie hebben vorige maand met verbazing kennisgenomen van het
feit dat het kabinet slechts twee alleenstaande minderjarige vluchtelingen naar Nederland
haalt. Zelfs de minimale beloften onder de beschamende Moria-deal zijn hiermee niet
waargemaakt. Gezien de mensonterende omstandigheden in de opvangkampen op de Griekse
eilanden houdt de roep, onder andere van Human Rights Watch (HRW) en twintig andere organisaties, om acute evacuatie van mensen uit Moria 2.0
aan. Is het kabinet bereid om op de kortst mogelijke termijn met de Griekse regering
in gesprek te gaan over evacuatie van het opvangkamp? Is het kabinet alsnog bereid
om gezien de onmenselijke omstandigheden te voldoen aan de werkelijke voorwaarden
van de Moria-deal en een groter aantal kwetsbare mensen een veilig thuis te bieden
in Nederland?
De leden van de PvdA-fractie maken zich daarnaast zorgen over de aanwezigheid van
loodvervuiling in het nieuwe opvangkamp op Lesbos. Op basis van een recent vrijgekomen
rapport van de Griekse autoriteiten, stelt HRW dat de risico’s van loodvervuiling
schromelijk worden onderschat.1 Dit komt in eerste instantie omdat experts van deze organisatie vraagtekens stellen
bij de reikwijdte van het onderzoek, het minimale aantal uitgevoerde tests en de toepassing
van de verkeerde standaarden. Op basis hiervan stellen experts van HRW dat uitgebreider
grondonderzoek en adequate informatievoorziening in de richting van de mensen in het
opvangkamp op de kortst mogelijke termijn moeten plaatsvinden. Wat is de reactie van
de Minister op de bevindingen van de experts van HRW? Is de Minister bereid om in
contact te treden met haar Griekse ambtsgenoot om aan te dringen op nader onderzoek
en adequate informatievoorziening richting de mensen in het opvangkamp? Is de Minister
bereid om de Griekse autoriteiten ondersteuning aan te bieden bij het uitvoeren van
het nadere onderzoek, alsmede bij eventuele vervolgstappen om de mensen te behoeden
voor de mogelijk ernstige gevolgen van loodvergiftiging voor de gezondheid?
Inbreng leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de fractie van de ChristenUnie in de Tweede Kamer hebben kennisgenomen
van de brief van de Minister van 14 januari 2021 waarin zij opvolging geeft aan de
eerdere toezegging, gedaan tijdens de behandeling van de begroting Buitenlandse Handel
en Ontwikkelingssamenwerking. Ook hebben zij kennisgenomen van de reactie op de motie
Voordewind c.s. die 27 januari jl. aangenomen werd. Zij hebben naar aanleiding hiervan
enkele vragen.
Deze leden zouden graag een verslag ontvangen van de resultaten van het werk van de
speciale Taskforce van de Europese Commissie, de Griekse autoriteiten en de andere
hulporganisaties ter verbetering van de leefomstandigheden in de opvangkampen op de
Griekse eilanden. Kan de Minister bij de Commissie aandringen op een dergelijk verslag?
Is er eventueel een andere manier om hier op zo kort mogelijke termijn een goed overzicht
van te krijgen?
De leden van de ChristenUniefractie vragen zich verder af wat er precies bedoeld wordt
met de zinsnede dat er gestaag wordt gewerkt aan verbeteringen «binnen de randvoorwaarden
van een tijdelijke voorziening»? Wat zijn deze randvoorwaarden en wat is er tijdelijk
aan de voorziening?
Deze leden vragen zich af waarom er geen wooncontainers worden geplaatst in plaats
van tenten. Is de Minister het met deze leden eens dat er zo snel mogelijk wooncontainers
moeten komen, niet pas per 1 september? Heeft Griekenland niet voldoende middelen
van de EU gekregen om deze te kunnen plaatsen?
De leden van de fractie van de ChristenUnie zouden ook willen weten waarom Nederland
niet, zoals 11 andere lidstaten wel doen, meedoet met herplaatsing, los van de afgesproken
100 kwetsbaren die afgelopen maanden zijn aangekomen en die ook nog ten koste gaan
van het UNHCR-quotum.
II. Antwoord / Reactie van de Minister
III. Volledige agenda
Additionele bijdrage ten behoeve van humanitaire respons op de Griekse eilanden. 34 952-124 – Brief regering d.d. 14-01-2021, Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
S.A.M. Kaag
Uitvoering van de motie-Voordewind c.s. over additionele hulp voor vluchtelingen en
migranten op de Griekse eilanden (Kamerstuk 32 317-676). 19 637-2697 – Brief regering d.d. 11-02-2021, Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
S.A.M. Kaag
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R. de Roon, voorzitter van de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede ondertekenaar
E.A.M. Meijers, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.