Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Leijten over het bericht dat een gedupeerde moeder niet uit de schuldsanering mag door de aankondiging van 30.000 euro en dat de overheid zich terugtrekt als schuldeiser
Vragen van het lid Leijten (SP) aan de Staatssecretaris van Financien over het bericht dat een gedupeerde moeder niet uit de schuldsanering mag door de aankondiging van 30.000 euro en dat de overheid zich terugtrekt als schuldeiser (ingezonden 29 januari 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Van Huffelen (Financiën – Toeslagen en Douane) (ontvangen
8 februari 2021).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de uitzending van De Dag van 28 januari 2021?1 Hoe is het mogelijk dat een rechter-commissaris een dag voor het verstrijken van
de einddatum van een schuldhulpsaneringstraject besluit het traject niet te beëindigen
omdat onduidelijk is of de moeder 30.000 euro krijgt?
Antwoord 1
Ik heb kennisgenomen van deze uitzending. Ik vind het natuurlijk heel vervelend dat
ouders op enigerlei wijze negatieve gevolgen ondervinden van de beslissing om hen
€ 30.000 toe te kennen. Ik werk nu hard aan een oplossing voor alle ouders die schulden
hebben. Hierover spreek ik ook op regelmatige basis met onder andere de Recofa en
de Branchevereniging van WSNP Bewindvoerders (BBW). In deze gesprekken zal ik samen
met VNG, SZW en JenV ook naar een oplossing zoeken voor het genoemde uitstel van een
beëindiging van de WNSP als gevolg van de compensatie. In de beantwoording op de vragen
van de leden Nijboer en Van Dijk2 over beslaglegging op compensatie door de Belastingdienst die ik meestuur met de
beantwoording van deze vragen ga ik uitgebreider in op de werking van de WSNP.
Vraag 2
Erkent u dat het totaal bizar is dat u stelt dat overheidsschulden worden kwijtgescholden
of weggestreept, maar dat een rechter-commissaris dat blijkbaar niet mee kan wegen
bij het beëindigen van een saneringstraject?
Antwoord 2
Het beoordelen van specifieke praktijksituaties is voorbehouden aan de bewindvoerder
en aan de rechter. Zodra de kwijtschelding van de (overheids-)schulden gerealiseerd
is, wordt bezien wat de mogelijkheden zijn voor de afhandeling van de private schulden.
Daarbij neem ik de aangenomen motie van het lid Wilders3 natuurlijk mee.
Vraag 3
Kunt u aangeven welke afspraken er zijn gemaakt over mensen in minnelijke of wettelijke
schuldhulptrajecten en het kwijtschelden van schulden?
Antwoord 3
Het kabinet heeft besloten om de publieke schulden van alle gedupeerde ouders en hun
huidige partner kwijt te schelden (eerder benoemde uitzonderingen omtrent schulden
die voortvloeien uit ernstige fraude of strafrechtelijke feiten daargelaten). Dit
geldt voor alle ouders, ongeacht of zij wel of niet in een schuldhulpverleningstraject
zitten. In principe kunnen alle ouders die een herstelbetaling van UHT ontvangen ervan
uitgaan dat hun publieke schulden (de hiervoor genoemde uitzonderingen daargelaten)
niet langer geïnd worden en daarmee feitelijk zijn kwijtgescholden. Onze eerste prioriteit
is nu zorgen dat de openstaande vorderingen van deze ouders bij publieke instanties
worden gepauzeerd. In het traject van kwijtschelden zal ook gekeken worden naar de
vormgeving en uitvoeren voor mensen in schuldentrajecten. Daar zijn op het moment
nog geen specifieke afspraken over gemaakt.
Vraag 4
Kunt u aangeven waarom het overleg over de omgang met de schulden van gedupeerden
is misgelopen en waarom er geen plan voor een schone lei ligt?4
Antwoord 4
In de uitvoering van de hersteloperatie is er continu sprake van voortschrijdend inzicht.
Er is maandenlang hard gewerkt door verschillende partijen om te komen tot een voorstel
voor een schone lei voor ouders met schulden binnen de toen geldende mogelijkheden.
Na de publicatie van het rapport van de POK en terechte zorgen die zijn geuit door
verschillende partijen hebben wij, als demissionair kabinet, besloten alle publieke
schulden van deze ouders kwijt te schelden. Natuurlijk betekent deze beslissing ook
dat we samen opnieuw moeten kijken naar de beste manier om te zorgen dat alle ouders
een schone lei krijgen. Vele ouders hebben immers ook schulden bij private partijen.
Ik ben hierover in gesprek met schuldeisers en met organisaties als de Recofa en de
Branchevereniging van WSNP Bewindvoerders (BBW) naar een oplossing die zowel recht
doet aan de belangen van de gedupeerde ouders, als van deze schuldeisers. Het is echter
zaak dat een oplossing voor een schone lei wordt ontwikkeld niet alleen in overeenstemming
met de schuldeisers, maar ook in samenspraak met de VNG, SZW, JenV, en naast bovengenoemde
ook andere partijen in de schuldhulpverlening. We zijn hard aan het werk om een zorgvuldig
en houdbaar plan te ontwikkelen.
Vraag 5
Hoe vaak heeft u overleg gevoerd over de omgang met schulden die gedupeerde ouders
nog hebben?
Antwoord 5
Ik voer hier iedere dag overleg over want dit is een onderwerp dat ik ongelofelijk
belangrijk vind.
Vraag 6
Erkent u dat u gedupeerde ouders in problemen heeft gebracht door de aankondiging
van de 30.000 euro en dat overheidsschulden zullen worden weggestreept? Kunt u uw
antwoord toelichten?
Antwoord 6
Deze aankondigingen zijn ervoor bedoeld om de situatie voor deze ouders significant
te verbeteren. Ik vind het daarom erg vervelend dat er ouders zijn bij wie deze aankondigingen
tot problemen heeft geleid en zal me er volledig voor inzetten om te zorgen dat dit
doel voor hen ook zo snel mogelijk wordt bereikt.
Vraag 7
Erkent u tevens dat beide aankondigingen tot stand kwamen door publieke druk, en het
willen bijstellen van het beschadigde beeld van de compensatieregeling? Kunt u uw
antwoord toelichten?
Antwoord 7
Nee. Beide besluiten zijn het gevolg van voortschrijdend inzicht – onder andere dankzij
het rapport ongekend onrecht- en een zoektocht naar de beste wijze om deze ouders recht te doen.
Vraag 8
Waarom is er nog altijd geen plan voor het bieden van een schone lei voor gedupeerden,
terwijl er al wel 30.000 euro aan 500 mensen is betaald?
Antwoord 8
Zoals benoemd in de beantwoording van vraag 4 zijn wij hard aan het werk aan het plan
om gedupeerden een schone lei te bieden. Het is ondertussen belangrijk door te gaan
met het uitbetalen van de € 30.000 aan ouders, mede omdat vele van deze ouders geen
(problematische) schulden hebben en dit geld graag zo snel mogelijk ontvangen. De
circa 500 ouders die reeds uitbetaald zijn, hebben contact met een PZB’er en hadden
eerder een herstelbetaling van UHT ontvangen. Hun uitbetaling is aangevuld tot € 30.000.
Voor de uitbetalingen die nu volgen neemt UHT telefonisch contact op met de ouders
voorafgaand aan de uitbetaling. Als ouders in dat gesprek aangeven schulden te hebben
en er de voorkeur aan geven om een uitbetaling niet op dit moment te ontvangen is
dat mogelijk. Ouders waarvan bij ons bekend is dat ze in een schuldentraject zitten,
of waarvan we weten dat er bankbeslag is gelegd op hun rekening, worden nog niet gebeld.
We werken voor hen uit wat de beste aanpak is om te zorgen dat ook zij een schone
lei krijgen, zonder dat ze daar hinder aan ondervinden.
Vraag 9
Klopt het dat daar meerdere mensen tussen zitten die geen enkele aankondiging van
het bedrag hebben gekregen, laat staan de vraag of mensen door het bedrag opnieuw
in problemen kunnen komen?
Antwoord 9
De 500 ouders die reeds zijn uitbetaald hadden reeds een herstelbetaling ontvangen
van UHT en ook al regelmatig contact met een PZB’er. Sommige ouders hebben eerder
in het proces aangegeven dat een uitbetaling hen mogelijk in problemen zou brengen
– die ouders zijn op hun verzoek niet uitbetaald. Daar wordt gekeken wat nodig is
om alsnog over te gaan tot uitbetaling, bijvoorbeeld na overleg met de bewindvoerder.
Vraag 10
Kunt u deze vragen voor dinsdag 2 februari 2021, 12 uur beantwoorden?
Antwoord 10
Dat is helaas niet gelukt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.