Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid De Groot over het bericht 'Vogelgriep bij pluimveebedrijf in Hekendorp'
Vragen van het lid De Groot (D66) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht «Vogelgriep bij pluimveebedrijf in Hekendorp» (ingezonden 24 november 2020).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 4 februari
            2021).
         
Vraag 1
            
Kent u het nieuwsbericht «Vogelgriep bij pluimveebedrijf in Hekendorp»?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Hoeveel dieren zijn er geruimd bij het pluimveebedrijf in Hekendorp?
Antwoord 2
            
Er zijn 120.242 kippen geruimd op dit bedrijf.
Vraag 3
            
Klopt het dat het betreffende pluimveebedrijf relatief dichtbij woonbebouwing gelegen
               is? Zo ja, op welke manier worden bewoners en de pluimveehouder geholpen bij de te
               nemen maatregelen voor het verminderen van eventuele hinder?
            
Antwoord 3
            
Ja, dat klopt. Lokale overheden zijn verantwoordelijk voor het beleid ten aanzien
               van de vestiging van pluimveebedrijven en woningen en voor het nemen van maatregelen
               bij eventuele hinder.
            
Vraag 4
            
Bent u op de hoogte van de hinder die bewoners ondervinden van de pluimveehouderij?
Antwoord 4
            
Ik kan geen uitspraken doen over individuele gevallen. Zo ook hier niet.
Vraag 5
            
Ziet u mogelijkheden om bewoners en de pluimveehouder te helpen de hinder definitief
               te verminderen nu, vanwege trieste omstandigheden de stal leeg komt te staan? Zo nee,
               waarom niet? Zo ja, welke mogelijkheden?
            
Antwoord 5
            
Ik verwijs u naar het antwoord op vraag 3 en 4.
Vraag 6
            
Op welke regelingen omtrent saneren of omzetten naar kringlooplandbouw kan de desbetreffende
               pluimveehouder aanspraak maken?
            
Antwoord 6
            
Ik kan geen uitspraken doen over individuele gevallen. Maar over het algemeen geldt
               dat pluimveehouders de mogelijkheid hebben verder te verduurzamen via de Subsidiemodules
               brongerichte verduurzaming (Sbv). Nu is de Sbv voor de pluimveehouderij nog gericht
               op met name fijnstofreductie, dit zal in toekomstige openstellingen steeds worden
               verbreed naar andere emissies, zodra innovaties beschikbaar komen. Daarnaast faciliteert
               de Subsidiemodule agrarische bedrijfsadvisering en educatie (Sabe) vouchers en samenwerkingsverbanden/netwerken,
               waarmee landbouwondernemers adviseurs op het bedrijf kunnen krijgen, een verdiepingscursus
               stikstof kunnen volgen of kunnen deelnemen aan een samenwerkingsverband/netwerk voor
               onder andere kringlooplandbouw. Ook wordt er gewerkt aan het Omschakelprogramma voor
               boeren die willen omschakelen naar kringlooplandbouw. De Subsidieregeling sanering
               varkenshouderijen (Srv) is sinds 15 januari 2020 gesloten en verkeert in de uitvoeringsfase.
               Het Rijk werkt aan een Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties, daarvan
               is de reductie van stikstofdepositie op Natura2000 gebieden het hoofddoel. Op dit
               moment loopt er via de provincies de gerichte opkoop van veehouderijen. Hiervan is
               de insteek en het doel depositievermindering door piekbelasters. De provincies kennen
               veelal ook eigen regelingen om overlast veroorzakende bedrijfslocaties verder te helpen.
               Deze regelingen kunnen per provincie verschillend zijn.
            
Vraag 7
            
Welke omslagregelingen naar kringlooplandbouw of saneringsregelingen kunnen bedrijven
               in de veehouderij met overlast gevende criteria voor omwonenden, zoals geurhinder
               aanspreken om de overlast te verminderen of tot nul te brengen?
            
Antwoord 7
            
Op dit moment zijn er geen landelijke regelingen specifiek voor pluimveehouders gericht
               op het verminderen of tot nul brengen van overlast voor omwonenden, zoals geurhinder.
               Voor bestaande omslagregelingen naar kringlooplandbouw of saneringsregelingen verwijs
               ik u naar het antwoord op vraag 6.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.