Nota van wijziging : Tweede nota van wijziging
35 597 Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de implementatie van de Richtlijn (EU) 2019/789 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 tot vaststelling van voorschriften inzake de uitoefening van auteursrechten en naburige rechten die van toepassing zijn op bepaalde online-uitzendingen van omroeporganisaties en doorgifte van televisie- en radioprogramma’s en tot wijziging van Richtlijn 93/83/EEG van de Raad (Implementatiewet richtlijn online omroepdiensten)
Nr. 8
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 5 februari 2021
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel I, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:
1. Het met onderdeel 1 voorgestelde onderdeel 6° komt te luiden:
6°. de openbaarmaking door middel van doorgifte van een werk via de kabel of langs
andere weg.
2. In het met onderdeel 2 voorgestelde negende lid wordt de zinsnede «al dan niet
via de ether, ook per satelliet» vervangen door «per draad of via de ether, met inbegrip
van satellietuitzending».
B
Artikel I, onderdeel C, wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het slot van het met onderdeel 1 voorgestelde eerste lid wordt ingevoegd «,
ongeacht of de collectieve beheersorganisatie in Nederland of een andere lidstaat
van de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte is gevestigd».
2. In het met de onderdelen 1 en 4 voorgestelde eerste en vierde lid wordt de zinsnede
«de doorgifte van een werk via de kabel of langs andere weg» telkens vervangen door
«de openbaarmaking door middel van doorgifte van een werk via de kabel of langs andere
weg».
3. In het met onderdeel 1 voorgestelde eerste lid wordt «onderdeel c» vervangen door
«onderdeel d».
C
In artikel I, onderdeel D, wordt «de doorgifte» vervangen door «de openbaarmaking
door middel van doorgifte».
D
In de met artikel I, onderdeel E, onderdeel 2, voorgestelde volzin wordt «onderdeel
c» vervangen door «onderdeel d».
E
In het met artikel II, onderdeel A, onderdeel 2, voorgestelde onderdeel p wordt de
zinsnede «al dan niet via de ether, ook per satelliet» vervangen door «per draad of
via de ether, met inbegrip van satellietuitzending».
F
In artikel II, onderdeel B, onderdeel 1, wordt de zinsnede «doorgeven via de kabel
of langs andere weg» vervangen door «openbaar maken door middel van doorgeven via
de kabel of langs andere weg».
G
In artikel II, onderdeel D, wordt de zinsnede «doorgeven via de kabel of langs andere
weg» vervangen door «openbaar maken door middel van doorgeven via de kabel of langs
andere weg».
H
In artikel II, onderdeel E, wordt «het woord» vervangen door «de zinsnede» en wordt
de zinsnede «doorgeven via de kabel of langs andere weg» vervangen door «openbaar
maken door middel van doorgeven via de kabel of langs andere weg».
I
In het met artikel II, onderdeel F, voorgestelde onderdeel a wordt de zinsnede «doorgeven
via de kabel of langs andere weg» vervangen door «openbaar maken door middel van doorgeven
via de kabel of langs andere weg».
J
In het met artikel II, onderdeel G, voorgestelde artikel 14a wordt «de mededeling
aan het publiek door middel van het doorgeven» vervangen door «het openbaar maken
door middel van het doorgeven».
Toelichting
In de eerste nota van wijzing waren verscheidene wijzigingsopdrachten abusievelijk
als wijzigingen op de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in plaats van als
wijzigingen op het wetsvoorstel geformuleerd (A en C t/m G). Dit wordt in de onderhavige
nota van wijziging gecorrigeerd om doorvoering van die voorgestelde wijzigingen alsnog
mogelijk te maken. In de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten wordt verduidelijkt
dat de doorgifte van auteurs- en nabuurrechtelijk beschermde prestaties via de kabel
of langs andere weg een auteurs- en nabuurrechtelijk relevante openbaarmakingshandeling
kan en doorgaans ook zal zijn (de richtlijn – en dus ook het wetsvoorstel – laat de
jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie over wat een mededeling
aan het publiek is nadrukkelijk onverlet). Als dit het geval is, dan moet dit recht
collectief worden uitgeoefend. In lijn met de inhoud en strekking van de richtlijn
wordt artikel 26a van de Auteurswet zo verduidelijkt dat de collectieve beheersorganisaties
die dat recht uitoefenen in een lidstaat van de Europese Unie of Europese Economische
Ruimte moeten zijn gevestigd. Artikel 14a van de Wet op de naburige rechten verklaart
artikel 26a van de Auteurswet van overeenkomstige toepassing. Verder wordt de redactie
van de definitie van doorgifte van beschermd materiaal anders dan via de kabel in
zowel artikel 12, negende lid, van de Auteurswet als artikel 1, onderdeel p, van de
Wet op de naburige rechten volledig in overeenstemming gebracht met de formulering
van de tekst in de richtlijn. Ten slotte worden enkele onjuiste verwijzingen naar
de definitie van collectieve beheersorganisatie in de Wet toezicht en geschillenbeslechting
collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten gecorrigeerd.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.