Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van den Berg en Bergkamp over het ontbreken van chiropractors en osteopaten op de lijst van uitgezonderde contactberoepen
Vragen van de leden Van den Berg (CDA) en Bergkamp (D66) aan de Minister voor Medische Zorg over het ontbreken van chiropractors en osteopaten op de lijst van uitgezonderde contactberoepen (ingezonden 12 januari 2021).
Antwoord van Minister Van Ark (Medische Zorg) (ontvangen 29 januari 2021).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht waaruit blijkt dat behandelingen door onder
andere osteopaten voor sommige patiënten noodzakelijk lijken te zijn?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3 en 4
Kunt u nader toelichten waarom de beroepen van osteopaat en chiropractor niet in de
lijst van uitgezonderde contactberoepen is opgenomen? Kunt u hierbij een duidelijkere
verklaring geven waarom deze beroepen zijn uitgesloten dan die u in uw brief aan de
Belangenvereniging Patiënten Chiropractie hebt gegeven?2
Deelt u de mening dat het enkele feit dat een contactberoep zoals chiropractie niet
onder de definitie valt van (para)medisch contactberoep niet per definitie moet betekenen
dat dit verboden moet worden gedurende de huidige lockdown? Zo nee, waarom niet?
Klopt het dat osteopaten en chiropractoren gelijkwaardige zorg uitvoeren als de fysiotherapeuten?
Waarom maakt u dan toch onderscheid?
Antwoord 2, 3 en 4
Om het coronavirus te bestrijden is het van groot belang om het aantal besmettingen
te verminderen. Het beleid is er dan ook op gericht om contactmomenten en reisbewegingen
zo veel mogelijk te beperken, zonder de noodzakelijke medische zorg te verhinderen.
Dit gegeven maakt dat het onvermijdelijk is om een onderscheid te maken tussen beroepen
in de zorg. Hiermee wordt beoogd om enerzijds de reguliere zorg zoveel mogelijk doorgang
te laten vinden en om anderzijds het aantal reisbewegingen en contacten zoveel mogelijk
te beperken.
Bij het uitzonderen van beroepen van het verbod om contactberoepen uit te oefenen
is aangesloten bij de bestaande wet- en regelgeving. Er gelden dan ook uitzonderingen
voor zorg die wordt verleend op basis van de Zorgverzekeringswet, Wet Langdurige Zorg,
Wet Maatschappelijke Ondersteuning, de Jeugdwet, Wet Forensische Zorg, de Wet Publieke
Gezondheid en/of (para)medische contactberoepen die onder de reikwijdte van de wet
BIG vallen. De beroepen in deze wetten omvatten de zorg die bekostigd wordt uit publieke
middelen en die wettelijk gereguleerd zijn. Binnen deze wetten staat een osteopaat
of chiropractor niet gelijk aan een fysiotherapeut. Zo zijn osteopathie en chiropractie
geen onderdeel van de basisverzekerde zorg. Ook zijn de beroeps- noch de opleidingstitels
beschermd. De fysiotherapeut daarentegen biedt (gedeeltelijk) basisverzekerde zorg
en heeft een beschermde titel. Een fysiotherapeut mag deze titel alleen voeren als
hij geregistreerd staat in het BIG-register.
Vraag 5
Klopt het dat behandelingen door chiropractors en osteopaten in onder andere Duitsland,
België, Denemarken3 en het Verenigd Koninkrijk4 wel door mogen gaan? Zo ja, hoe verklaart u dit verschil met Nederland?
Antwoord 5
Het klopt dat sommige landen met betrekking tot chiropractors en osteopaten voor een
ander beleid kiezen. Ik kan dit verschil niet verklaren omdat ik geen kennis heb van
de inhoudelijke afweging die betreffende regeringen hierbij hebben gemaakt.
Vraag 6
Klopt het dat er geen alternatieven zijn voor dit soort behandelingen? Zo niet, wat
voor alternatieve behandelingen ziet u voor deze patiënten?
Antwoord 6
Ik vind het uiteraard belangrijk dat iedereen in Nederland de zorg en ondersteuning
krijgt die nodig is. Het Nederlandse zorgstelsel is via verschillende wetten ook op
deze manier ingeregeld. U kunt hierbij denken aan de zorgverzekeringswet (Zvw), Wet
Langdurige zorg (Wlz) of de Jeugdwet. Deze wetten beschrijven op welke zorg iedere
Nederlander recht heeft en welke zorg vanuit publieke middelen wordt betaald. Door
beroepsgroepen die deze zorg bieden uit te zonderen van het verbod op contactberoepen,
kunnen patiënten ook nu de zorg krijgen die nodig is.
Met de aangenomen motie van Bergkamp (D66) wordt mij gevraagd om op korte termijn
in samenspraak met huisartsen en fysiotherapeuten tot een oplossing te komen voor
mensen die niet terecht kunnen bij een chiropractor of osteopaat5. Bij de appreciatie van deze motie heb ik aangeven dat ik deze motie zo begrijp dat
het voor deze mensen misschien niet altijd bekend is dat zij ook bij bijvoorbeeld
een fysiotherapeut terecht kunnen. Ik ga deze groep mensen daarom onder de aandacht
brengen van de landelijke beroepsorganisaties van huisartsen en fysiotherapeuten,
zodat zij deze mensen zo nodig kunnen helpen of doorverwijzen naar de juiste specialist.
Vraag 7
Realiseert u zich dat ook mensen die in de zorg werken, die we hard nodig hebben,
gebruikmaken van de osteopathie en chiropractici en dit ook nodig hebben op (pijnvrij)
te kunnen werken?
Antwoord 7
Ik begrijp dat het voor sommige mensen vervelend is dat zij geen gebruik kunnen maken
van hun alternatieve zorgverlener. Helaas vraagt de huidige situatie om drastische
maatregelen. Onder vraag 2 en 6 heb ik beschreven waarom de keuze gemaakt is zoals
die is.
Vraag 8
Kunt u deze vragen voorafgaand aan het Notaoverleg Medisch Zorglandschap van 14 januari
2021 beantwoorden?
Antwoord 8
Dat is helaas niet gelukt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Ark, minister voor Medische Zorg
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.