Schriftelijke vragen : Het voorstel van de gemeente Amsterdam tot het plaatsen van windturbines in het IJmeer, op korte afstand van de woonwijk IJburg.
Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het voorstel van de gemeente Amsterdam tot het plaatsen van windturbines in het IJmeer, op korte afstand van de woonwijk IJburg. (ingezonden 25 januari 2021).
Vraag 1
Kent u de plannen van de gemeente Amsterdam om windturbines te plaatsen in het IJmeer?1
Vraag 2
Kunt u aangeven of het klopt dat binnen dit plan ook wordt gedacht aan afstanden tussen
de 350 en 500 meter van een bestaande woonwijk?
Vraag 3
Lopen de omwonenden hierdoor niet extra risico op gezondheids- en welzijnsschade vanwege
de zeer korte afstand waarop de windturbines worden geplaatst ten opzichte van de
woonwijk? Kunt u dit toelichten mede ook vanuit het voorzorgsbeginsel?2
Vraag 4
Kunt u aangeven of er op meer locaties in ons land wordt gewerkt met afstandscriteria
vanaf 350 meter?
Vraag 5
Kunt u aangeven of het klopt dat deze afstand is toegestaan in Nederland, zolang voldaan
wordt aan de gestelde gemiddelde geluidsnormen en normen voor slagschaduw? Zo ja,
wat betekent dit voor de tijd dat een turbine daardoor moet worden stilgezet, het
businessplan, en op welke wijze wordt dit gecontroleerd en hoe wordt hierop gehandhaafd?
Zo nee, welke afstandsnormen gelden er in Nederland, welke consequenties hebben deze
normen voor plannen die deze normen overschrijden en op welke wijze wordt hierop gecontroleerd
en gehandhaafd?
Vraag 6
Kunt u uitleggen wat precies de functie en het doel van participatie en inspraak van
omwonenden is, welke reikwijdte deze hebben en wanneer deze gevolgen heeft voor plannen
waarop zij betrekking hebben?
Vraag 7
Kunt u voorbeelden geven van projecten rond windenergie op land, waarbij de participatie
en inspraak er voor heeft gezorgd dat de plannen niet doorgingen, dan wel op voor
de participerende omwonenden op acceptabele wijze werden aangepast?
Vraag 8
Kunt u uitleggen waarom Nederland niet kiest voor het model in Beieren, waar de norm
geldt dat de afstand tot windturbines wordt bepaald door de tiphoogte van de turbine
x 10?
Vraag 9
Bent u van mening dat Beieren (of andere landen) deze norm ten onrechte heeft gesteld?
Zo ja, wat is hiervan de onderliggende argumentatie?
Vraag 10
Kunt u bevestigen dat bij het vaststellen van de geluidsnormen en de afstand tussen
windturbines en de bebouwde kom, geen andere belangen zijn meegewogen dan de gezondheid
en het welzijn van omwonenden? Zo nee, welke andere belangen spelen hierbij een rol
en in welke mate gaan deze ten koste van de gezondheid en het welzijn van omwonenden?
Vraag 11
Kunt u aangeven hoeveel en op welke schaal (hoe vaak, op welk moment en de hoogte
van de overschrijding) de huidige windturbines op land de gestelde geluidsnormen en
normen voor slagschaduw het afgelopen jaar (vastgesteld) hebben overtreden, welke
handhavingsmaatregelen hierop zijn getroffen en in welke verhouding de overtredingen
staan ten opzichte van het aantal ontvangen klachten van omwonenden? Zo nee, bent
bereid dit te onderzoeken?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.P.J. van Gerven, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.