Schriftelijke vragen : Regionale verschillen in de euthanasiepraktijk
Vragen van het lid Dik-Faber (ChristenUnie) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over regionale verschillen in de euthanasiepraktijk (ingezonden 18 januari 2021).
Vraag 1
            
Bent u bekend met het onderzoek naar de geografische variatie in euthanasie zoals
               bericht in diverse media en gepubliceerd in het internationale tijdschrift BMJ Supportive
               and Palliative Care?1
Vraag 2
            
Hoe kijkt u aan tegen de onderzoeksresultaten, dat nadat factoren die de vraagkant
               beïnvloeden, namelijk leeftijd, kerkbezoek, inkomens, ervaren gezondheid, aantal vrijwilligers,
               stemgedrag, er nog altijd een aanzienlijk verschil tussen gemeenten in de euthanasiepraktijk
               aanwijsbaar is, die alleen te verklaren is door factoren die de aanbodkant beïnvloeden,
               zoals het al dan niet voeren van het gesprek over het levenseinde en de toegang tot
               alternatieven voor euthanasie?
            
Vraag 3
            
Deelt u de mening dat de onderzoeksresultaten om nadere duiding vragen van de onderzoekers,
               samen met artsen en dat als onderdeel van deze duiding nader onderzoek naar de verhouding
               tussen regionale vraag en aanbod van zorg en ondersteuning bij het levenseinde nodig
               is? Bent u bereid daarbij een evaluatie van het Nationaal Programma Palliatieve Zorg
               te betrekken?
            
Vraag 4
            
Wat is uw mening over de wenselijkheid van regionale verschillen in de euthanasiepraktijk?
               Bent u het ermee eens dat het wenselijk is als artsen onderling bespreken wat de oorzaken
               van regionale variatie in de euthanasiepraktijk zouden kunnen zijn?
            
Vraag 5
            
Bent u bereid de mogelijkheden te verkennen om de registratie van kenmerken van patiënten
               die euthanasie kregen uit te breiden, als element om zoveel mogelijk te leren van
               het eigen handelen?
            
Vraag 6
            
Bent u bereid de mogelijkheden te verkennen om bij de reguliere evaluatie van de Wet
               toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding de regionale verschillen
               mee te nemen?
            
Indieners
- 
              
                  Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport - 
              
                  Indiener
R.K. Dik-Faber, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.