Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kröger over de vaccinatiestrategie
Vragen van het lid Kröger (GroenLinks) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de vaccinatiestrategie (ingezonden 18 december 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 13 januari
2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichtgeving «VWS: eerste vaccinatie vóór 18 januari, eerder
als het lukt» van 16 december van Nieuwsuur?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Klopt het dat het grootschalig vaccineren in Nederland mogelijk pas in de derde week
van januari op gang gaat komen? Zo nee, waarom niet? Wat is dan het moment waarop
uiterlijk begonnen gaat worden met grootschalig vaccineren? Zo ja, kunt u uitleggen
waarom Nederland niet, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk,
in de week na de officiële goedkeuring van het Pfizer-vaccin kan beginnen met vaccineren?
Wat is uw eigen oordeel over het scenario dat het mogelijk drie weken duurt voordat
het grootschalig vaccineren op gang komt na de goedkeuring van het Pfizer-vaccin door
het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA)? Deelt u de mening dat dit scenario zeer onwenselijk
is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke stappen bent u voornemens te nemen om ervoor
te zorgen dat het vaccineren binnen een week na de goedkeuring van het EMA kan beginnen?
Antwoord 2 en 3
Op 6 januari jl. zijn de eerste vaccins toegediend. Inmiddels zijn via de GGD’en en
de ziekenhuizen al duizenden prikken gezet (6.400 bij de GGD (stand 12 januari) en
31.000 in de ziekenhuizen (stand 12 januari, schatting LNAZ)). De stappen hiertoe
heb ik in mijn brief van 4 januari jl. geschetst en ook tijdens het plenair debat
van 5 januari jl. met uw Kamer benoemd. Vorige week zijn drie GGD-regio's gestart,
deze week zijn inmiddels drie andere GGD-regio's gevolgd. Vanaf 15 januari vaccineren
alle GGD-regio's. Uitgaande van het huidige leveringsschema van BioNTech/Pfizer kunnen
vanaf 18 januari 66.000 zorgmedewerkers per week worden gevaccineerd.
Zoals ik ook in mijn brief van 4 januari jl. heb aangegeven, werden we in december
gesteld voor nieuwe keuzes in de uitvoering van de hoofdroute. Ik heb in mijn brief
ook benoemd dat we toen onvoldoende wendbaar zijn gebleken om de veranderingen die
zich voordeden snel genoeg te kunnen accommoderen. Ook tijdens het debat met uw Kamer
van 5 januari jl. heb ik benadrukt dat ik achteraf bezien, de GGD’en eerder had kunnen
vragen de systemen in gereed te brengen.
Vraag 4
Kunt u uitleggen waarom de Gemeentelijke Gezondheidsdiensten (GGD’en) pas in de week
van 7 december zijn begonnen met een verkenning van de locaties waar de vaccinaties
moeten plaatsvinden? Wanneer is vanuit het ministerie de opdracht hiertoe gegeven?
Antwoord 4
Vanwege de diepgevroren bewaarcondities in combinatie met de beperkte houdbaarheid
na ontdooien, de specifieke wijze van levering, én om zo veel mogelijk spillage te
voorkomen, heeft het kabinet begin december op advies van het RIVM gekozen voor toediening
van het BioNTech/Pfizer vaccin via centrale locaties. In mijn brief van 8 december
jl.2 heb ik u toegelicht wat deze keuze betekent voor de ten uitvoerlegging van de hoofdstrategie.
In de Kamerbrief van 4 januari jl. over de uitwerking van de vaccinatiestrategie heb
ik uw Kamer nogmaals toegelicht over waarom ik de GGD’en in de eerste week van december
opdracht heb gegeven tot het verkennen van centrale locaties voor het toedienen van
de vaccinaties.
Vraag 5
Wanneer is de vaccinatiestrategie klaar? Hoe kijkt u terug op de uitspraak van het
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op 12 november tegen RTL Nieuws dat
«alles klaar staat» om te vaccineren en de vaccinatiestrategie in november gepubliceerd
zal worden?3
Antwoord 5
De hoofdroute van de vaccinatiestrategie, het voorkomen van ziekte en sterfte, is
in november vastgesteld op basis van het advies van de Gezondheidsraad. Afhankelijk
van de grootte en de timing van de leveringen, de snelheid van de uitvoering, en de
vaccinatiebereidheid, verwacht ik dat eind derde kwartaal 2021 de hele Nederlandse
volwassen bevolking (van 18 jaar en ouder) de mogelijkheid moet hebben gekregen zich
te laten vaccineren. Daarmee heb ik goede hoop dat tegen die tijd het grootste deel
van de vaccinatiecampagne zal zijn afgerond.
Vraag 6
Waarom is er niet voor gekozen om de arboartsen in Nederland een deel van de inentingen
te laten doen? Wanneer is dit besluit genomen?
Antwoord 6
Vanwege de bewaarcondities van het vaccin van BioNTech/Pfizer en om de kans op spillage
te voorkomen is gekozen voor centrale priklocaties, zoals ook toegelicht in mijn antwoord
op vraag 4. Deze zijn door de GGD’en opgezet. De GGD’en zetten zelf personeel in om
de vaccinaties toe te dienen.
Vraag 7
Hoe verklaart u het gegeven dat de vaccinatiecampagne in Nederland langer duurt dan
de zes weken die het naar verluidt in het Verenigd Koninkrijk heeft geduurd?
Antwoord 7
De duur van de vaccinatiecampagne is afhankelijk van de beschikbaarheid van vaccins.
In mijn brieven aan uw Kamer heb ik u geïnformeerd over de verwachte beschikbaarheid
van de vaccins, uitgaande van toelating. Binnen de EU is daarbij sprake van een verdeelsleutel
tussen EU-lidstaten voor de leveringen waarover steeds afspraken zijn gemaakt. Pas
in het derde kwartaal is er op basis van deze inschattingen, en mits alle vaccins
de eindstreep halen, voldoende vaccin voor alle Nederlanders. Het is mij niet bekend
dat de vaccinatiecampagne in het Verenigd Koninkrijk zes weken duurt.
Vraag 8
Bent u bekend met de berichtgeving: «Waarom starten met vaccineren nog even gaat duren
(of toch niet)»4, waarin net als u zelf in het debat van 15 december5 stelde, wordt gesteld dat een belangrijke horde het registratiesysteem is?» Wanneer
is de opdracht verleend om het IT-systeem voor de vaccinaties op te tuigen? Welke
stappen onderneemt u om er zeker van te zijn dat de GGD'en zo snel mogelijk na de
goedkeuring van het EMA kan beginnen met vaccineren?
Antwoord 8
Daar ben ik mee bekend. In de zomer van 2020 is gestart met de ontwikkeling van een
centraal registratiesysteem, gebaseerd op de toepassing die door het RIVM wordt gebruikt
voor het Rijksvaccinatieprogramma. Zowel voor het GGD-systeem als voor het RIVM systeem
voor centrale registratie is doorgebouwd op bestaande systemen. In mijn brief van
4 januari jl. heb ik toegelicht op welke wijze de systemen zijn vormgegeven en hoe
is voorbereid op de start van de vaccinatie.
Vraag 9
Welke andere (potentiële) bottlenecks voorziet u voordat er met het vaccineren begonnen
kan worden? Welke stappen bent u voornemens te zetten om deze bottlenecks zoveel mogelijk
weg te nemen?
Antwoord 9
Hierover heb ik u in mijn brieven van 21 december jl. en 4 januari jl. geïnformeerd.
Daarbij heb ik aangegeven dat we voor het verloop van de vaccinatiecampagne sterk
afhankelijk zijn van de snelheid en de omvang van de leveringen.
Vraag 10
Kunt u toelichten wat de stand van zaken is rondom het oproepsysteem voor de vaccinaties?
Hoe zal dit systeem functioneren? Wanneer zal dit systeem klaar voor gebruik zijn?
Antwoord 10
Hiervoor verwijs ik u naar de Kamerbrief van 4 januari jl.
Vraag 11
Bent u bekend met het bericht «50 Corona-Impfzentren in Niedersachsen eingerichtet»6? Hoe verklaart u dat er in het Duitse Nedersaksen reeds vijftig coronavaccinatielocaties
zijn ingericht en in Nederland tot op heden geen enkele?
Antwoord 11
Zoals ik in mijn brief van 4 januari heb aangegeven, is ingezet op kleinschalige toediening,
in verpleeghuizen en instellingen zelf, via reeds bestaande structuren. Vanwege de
diepgevroren bewaarcondities in combinatie met de beperkte houdbaarheid na ontdooien,
de specifieke wijze van levering, én om zo veel mogelijk spillage te voorkomen, heeft
het kabinet begin december op advies van het RIVM gekozen voor toediening van het
BioNTech/Pfizer vaccin via centrale locaties. Ik heb de GGD’en gevraagd dit te coördineren.
Dit hebben zij in een snel tijdsbestek voor elkaar gekregen. Het is niet aan mij om
in de keuzes van anderen landen te treden.
Vraag 12
Kunt u toelichten wanneer de vaccinatielocaties en voldoende personeel gereed zullen
zijn om te beginnen met vaccineren? Waar zullen de locaties zich bevinden?
Antwoord 12
Daarvoor verwijs ik u naar de Kamerbrief over de uitwerking van de vaccinatiestrategie
van 4 januari jl. Voor informatie over de locaties verwijs ik u door naar de website
www.coronavaccinatie.nl.
Vraag 13
Hoe wordt gewaarborgd dat het vaccineren en het grootschalig testen naast elkaar ambitieus
kan worden uitgerold, gegeven het laatste advies van het Outbreak Management Team
(OMT) waarin gewaarschuwd wordt dat het grootschalig testen van bijvoorbeeld reizigers
niet mogelijk is? Hoeveel extra mensen worden er aangeworven en opgeleid?
Antwoord 13
De capaciteit voor testen is momenteel fors ruimer dan de testvraag. De GGD’en zijn
voorbereid op de verwachte maximale vraag in februari, en houden rekening een mogelijke
eerdere piekvraag, bijvoorbeeld in de periode volgend op de kerstvakantie. Wat de
capaciteit voor bron- en contactopsporing betreft is deze door de GGD inmiddels groter
dan in het opschalingsplan voorzien, namelijk 7500 fte. De personele en infrastructurele
capaciteit voor vaccinatie wordt los daarvan opgebouwd. Er is ook gekeken of er op
locaties die zijn ingericht als testlocatie ruimte is naast de bestaande teststraten.
Onze inzet is erop gericht om maximaal te kunnen vaccineren en daarnaast voldoende
te kunnen testen en bron- en contactonderzoek uit te kunnen voeren.
Vraag 14
Kent u de berichtgeving «Genoeg vaccins besteld om voor 1 juli meeste Nederlanders
te vaccineren»?7 Hoe oordeelt u over het feit dat het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
(RIVM) verwacht dat 10% – 20% van de vaccins verspild zullen worden? Deelt u de zorg
dat een ineffectief oproepsysteem wellicht zal resulteren in meer spillage? Zo nee,
waarom niet? Zo ja, welke stappen bent u voornemens te nemen om de verspilling van
vaccins te minimaliseren?
Antwoord 14
Het is niet ongebruikelijk om uit te gaan van 10% spillage bij zogenaamde «multidose
vials», waarin meerdere doses uit een flesje/ampul worden gehaald. De inzet is zeker
gericht op een zo beperkt mogelijke spillage. Vaccineren vanuit centrale locaties
draagt eraan bij om juist ook om het spillagerisico te verlagen, net als het werken
met een gericht aanmeldsysteem. Op basis van de aanmeldingen kan de vraag en aanbod
van vaccins per locatie en dag zoveel mogelijk afgestemd worden. Het schema van leveringen
en toediening wordt op deze manier is dus aangepast op de mensen die zich actief hebben
aangemeld.
Vraag 15
Ziet u mogelijkheden om vaccins die niet gebruikt zijn door de mensen die hier voor
opgeroepen zijn, beschikbaar te stellen aan andere mensen voordat de vaccins onhoudbaar
worden, in plaats van de vaccins weg te gooien? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u
toelichten hoe u dit wilt bewerkstelligen en aan welke groepen u deze «overgebleven»
vaccins ter beschikking zou willen stellen?
Antwoord 15
Er worden geen vaccins aan locaties geleverd, wanneer deze niet toegediend kunnen
worden. Hier is in de logistieke organisatie in voorzien. Iedere GGD geeft dagelijks
(per locatie) gegevens door aan het RIVM over planning en verbruik vaccins:
aanwezige voorraad vaccins;
daadwerkelijk aantal toegediende vaccinaties en vaccinverlies op die dag;
aantal vaccinatieafspraken voor de komende 5 dagen.
Het RIVM maakt op basis van deze gegevens een distributieplanning. In de uitvoeringsrichtlijn
voor de COVID-19 vaccinatie is opgenomen dat spillage aan het eind van de dag op een
vaccinatielocatie zoveel mogelijk voorkomen moet worden.
Vraag 16
Kunt u deze vragen zo spoedig mogelijk afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 16
Hierbij treft u de afzonderlijke beantwoording.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.