Verslag van een schriftelijk overleg : Verslag van een schriftelijk overleg over de ontwikkelingen met betrekking tot Covid-19 in het Verenigd Koninkrijk en Nederland (Kamerstuk 25295-847)
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 871
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 6 januari 2021
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft een aantal vragen
en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over
de brief van 20 december 2020 over de ontwikkelingen met betrekking tot Covid-19 in
het Verenigd Koninkrijk (Kamerstuk 25 295, nr. 847).
De vragen en opmerkingen zijn op 21 december 2020 aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport voorgelegd. Bij brief van 22 december 2020 is het eerste deel van
de vragen beantwoord (Kamerstuk 25 295, nr. 848). De antwoorden op de resterende vragen inzake vaccins en overige onderwerpen zijn
hieronder beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Lodders
Adjunct-griffier van de commissie, Bakker
Inleiding
Op 22 december jl. heb ik uw Kamer een brief gestuurd1, waarin ik ben ingegaan op de vragen die gaan over mutatie van het virus, de geldende
reisbeperking en bijbehorende maatregelen. Hiervoor heb ik uw Kamer verwezen naar
een brief over de ontwikkelingen van COVID-19 en het 93ste OMT-advies2. De vragen met een meer technisch karakter zijn in de brief zelf behandeld. Wat betreft
de vragen inzake vaccins en overige onderwerpen heb ik aangegeven uw Kamer zo spoedig
mogelijk na het reces te informeren. Met deze brief geef ik antwoord op de resterende
vragen van het schriftelijk overleg. Hiermee voldoe ik aan het verzoek van het lid
Agema om de resterende antwoorden op het schriftelijk overleg over de ontwikkelingen
m.b.t. de mutatie van het coronavirus in het Verenigd Koninkrijk en Nederland voorafgaand
aan het debat op 5 januari aan de Kamer te sturen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie wijzen de Minister voorts op uitspraken van vaccinoloog
Leroux-Roels van de UGent tegen Het Nieuwsblad waarin betrokkene stelt dat mensen
vanwege de cellulaire immuniteit na verloop van tijd minder kwetsbaar zullen zijn
en dat het virus kan «evolueren naar een verkoudsheidsvirus» en dan vooral voor de
allerzwaksten een risico vormt.
Deelt de Minister de stelling en verwachting van deze vaccinoloog en zo ja, wat betekent
dat dan voor het beleid en zo neen, waarom niet?
De vraag met betrekking tot de duur van de immuniteit is uitgezet bij de Gezondheidsraad
en het OMT. Er is een gezamenlijk advies voor een wetenschappelijk onderbouwd antwoord
gevraagd. Op uiterlijk 18 januari hoop ik hier een antwoord op te ontvangen. Mogelijk
zijn mensen in de toekomst minder vatbaar voor het virus, maar hier is op dit moment
nog geen duidelijkheid over.
Het Verenigd Koninkrijk is op 8 december jongstleden begonnen met het vaccineren van
zelfstandig wonende tachtigers en denkt nog voor het einde van het haar alle tachtigers
(vrijwillig) gevaccineerd te hebben. Kan de Minister aangeven in welke week van 2021
de Nederlandse regering denkt alle Nederlandse tachtigers (vrijwillig) gevaccineerd
te hebben?
De snelheid van vaccinatie is van veel factoren afhankelijk, maar met name de omvang
en snelheid van de levering van de vaccins. De 80- plussers behoren tot de groep thuiswonende
mensen ouder dan 75 jaar die in de huisartsenpraktijk worden gevaccineerd. Voor deze
doelgroep ben ik afhankelijk van de leveringschema’s van het Moderna vaccin. Dit vaccin
is beoogd voor de groep 75 plussers en niet mobiele 60 plussers. De groep 80-plussers
bestaat uit 821.487 personen (75-plusser: 1,3 miljoen). Wanneer deze groep gevaccineerd
kan zijn, hangt af van de opkomst van deze groep. Er wordt gestart met vaccineren
omstreeks maart. Voor het Moderna vaccin geldt dat twee prikken nodig zijn. Tot en
met het tweede kwartaal hopen wij 1,8 miljoen doses te mogen ontvangen. Daarmee zouden
wij de 80-plussers allen kunnen vaccineren, als alleen zij zouden worden uitgenodigd.
Ik verwacht dat eind derde kwartaal 2021 de hele Nederlandse volwassen bevolking (van
18 jaar en ouder) de mogelijkheid moet hebben gekregen zich te laten vaccineren.
De Minister heeft gezegd dat het mogelijk is dat er meer maatregelen genomen gaan
worden. Zo ja, waarop is dat dan precies gebaseerd en denkt de Minister niet dat Nederland
inmiddels haar buik wel vol heeft van steeds nieuwe maatregelen? Kan de Minister aangeven
waar het kabinet dan precies aan denkt?
Het kabinet houdt de ontwikkelingen voortdurend in de gaten. Afhankelijk van de epidemiologische
en maatschappelijke situatie worden de maatregelen genomen die nodig zijn. Het aantal
besmettingen per dag is nog steeds erg hoog. Dat geldt ook voor de belasting van de
zorg.
Binnenkort verwachten we meer inzicht te krijgen in de ontwikkeling van het aantal
besmettingen en het effect van de feestdagen daarop. Ook komen we deze week weer meer
te weten over het effect van variant van het virus. Op basis van een advies van het
OMT over deze ontwikkelingen én de maatschappelijke situatie neemt het kabinet dinsdag
12 januari een besluit over de maatregelen voor de komende periode. Alle opties liggen
daarbij op tafel.
De leden van de PVV-fractie herinneren de Minister eraan dat een avondklok sowieso
niet ingevoerd moet worden en wijzen de Minister en het kabinet op de aangenomen motie
van het lid Wilders terzake (Kamerstuk 25 295, nr. 691). Per wanneer zouden eventuele extra maatregelen dan ingaan?
Op dit moment is het proces zo ingericht dat besluitvorming zal plaatsvinden op 12 januari
zodat een eventueel aangepast maatregelenpakket 19 januari 2021 in zou kunnen gaan.
Dat neemt niet weg dat indien urgente ontwikkelingen daartoe aanleiding geven, er
eerder besluitvorming over aanvullende maatregelen zou kunnen plaatsvinden.
Als het besmettelijkere gemuteerde virus tot veel meer besmettingen gaat leiden, gaat
de druk op de ziekenhuizen ook toenemen. Hoe gaat de druk op onze ziekenhuizen verlopen?
Op dit moment is nog niet te zeggen wat de omvang van het gemuteerde virus zal zijn.
Er wordt nu uitgebreid onderzoek gedaan middels sequencing om de mate van introductie,
circulatie en geografische spreiding van SARS-CoV-2-varianten met een bepaalde genetische
opmaak te monitoren. De besmettelijkere gemuteerde VK-variant heeft op dit moment
geen invloed op de prognoses van de covid-bezetting in de ziekenhuizen.
Heeft de Minister wel genoeg klinische en intensive care (IC)-bedden? Hoeveel extra
bedden heeft de Minister dan nodig? Heeft de Minister voldoende artsen en verpleegkundigen?
Hoeveel extra artsen en verpleegkundigen heeft de Minister dan nodig?
Bron dagrapportage 4 januari LCPS:
De prognose van het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS) is dat
het aantal covid-patiënten in de ziekenhuizen nog lange tijd hoog zal zijn, zowel
op de verpleegafdelingen als op de IC. Het LCPS verwacht op basis van de huidige ontwikkelingen
dat de piek van de instroom in de eerste week van januari zal liggen.
In de kamerbrief van de Minister voor MZS van 22 december is vastgesteld dat opschaling
nodig is tot 1.450 IC bedden, inclusief bijbehorend zorgpersoneel conform het opschalingsplan
COVID-19 van de LNAZ. Deze opschaling is nu gaande. Op dit moment (4 januari) bedraagt
de totale IC bezetting 1.083bedden waarvan 708 COVID-patiënten. Er bevinden zich daarnaast
9 patiënten op de IC in Duitsland. Daarnaast zijn deBOSS-bedden die vrij gehouden
dienen te worden voor calamiteiten momenteel beschikbaar.
De totale capaciteit in de kliniek bedraagt nu 14.677 bedden, van deze bedden zijn
in totaal 11.789 bedden bezet en hiervan zijn 2.130 COVID-patiënten. Op basis van
de bij ons beschikbare data verwachten wij de komende week een stijging van het aantal
COVID-patiënten in de kliniek.
Klopt het bericht3 dat 1.566 thuiswonende tachtigers thuis stierven aan corona en geen plek in het ziekenhuis
kregen?
Het bericht waarnaar gerefereerd wordt is een artikel van de NRC getiteld IC’s werden ontlast doordat ouderen vaker thuis stierf». Dit artikel is een uiteenzetting van een studie dat uitgevoerd is door het Consortium
Onderzoek Huisartsgeneeskunde. In de resultaten van het onderzoek wordt inderdaad
gesproken van 1.566 oudere en kwetsbare coronapatiënten die thuis zijn overleden en
waarvoor ziekenhuisopname niet aan de orde was. Dit wordt in onderstaande beantwoording
nader toegelicht.
Hoeveel thuiswonende tachtigers liggen er op dit moment met corona op een zogeheten
«eerstelijnsbed» in een instelling buiten het ziekenhuis? Zijn dat er nog steeds circa
950?
Er is navraag gedaan bij de GGD/GHOR NL en Actiz over deze cijfers. Helaas is op dit
moment niet bekend om welke aantallen het gaat. Mocht deze informatie beschikbaar
komen, dan informeer ik u daarover in aanstaande stand van zakenbrief.
Wie beslist op basis waarvan dat tachtigers geen plek in het ziekenhuis, en dus geen
klinische kans op genezing van COVID-19 krijgen?
Opname in het ziekenhuis en/of op de IC heeft tot doel om patiënten een kans op overleven
te bieden met daarna een voor de patiënt acceptabele en zinvolle kwaliteit van leven.
Gegevens uit wetenschappelijk onderzoek en registraties zoals de Nationale Intensive
Care Evaluatie (NICE) bieden inzicht in factoren die van invloed zijn op de uitkomst
en duur van IC opnamen. Follow-up van de overlevenden geeft tevens inzicht in de kwaliteit
van leven na COVID-19.
De beslissing om wel of niet in het ziekenhuis en/of op de IC opgenomen te worden
komt tot stand in overleg tussen de behandelend arts en de patiënt (en diens naasten).
Wat zinvolle en menslievende zorg is voor de patiënt is nadrukkelijk onderdeel van
het gesprek. Samen wordt besloten wat op basis van medische gronden en de wensen van
de patiënt het beste is. De capaciteit van de klinische of IC-bedden is niet van invloed
op de uiteindelijke gezamenlijke beslissing om een patiënt wel of niet door te sturen
naar het ziekenhuis of te behandelen op de IC.
Dit gesprek vindt op meerdere momenten plaats in het behandeltraject van de patiënt.
Zo wordt dit door de huisarts gedaan zodra de patiënt zich meldt; of is daar al op
voorhand actief naar gevraagd door de huisarts. Ook op de SEH wordt het behandelbeleid
onder meer met betrekking tot opname in het ziekenhuis en de IC besproken samen met
patiënt (en diens naasten). En ook vindt dit gesprek weer plaats indien opname op
de IC aan de orde mocht komen.
Hoe lang gaat de Minister voor Medische Zorg nog treuzelen met het naar de Kamer zenden
van het protocol Code Zwart, het zogeheten Draaiboek «Triage op basis van niet-medische
overwegingen voor IC-opname ten tijde van Fase 3 stap C in de Covid-19 pandemie»?
Dit omdat de Minister voor Medische Zorg in haar eerdere reactie stelde dat selectie
op basis van leeftijd niet aan de orde zou zijn. Hoeveel tachtigers kregen sinds de
corona-uitbraak geen plek in het ziekenhuis?
Voor de beantwoording van bovenstaande vragen verwijs ik uw Kamer naar de brief Draaiboek
«Triage op basis van niet-medische overwegingen voor IC-opname ten tijde van fase
3 in de COVID-19 pandemie» die 4 januari jl. is uitgegaan.
De leden van de PVV-fractie geven aan het ondraaglijk te vinden dat Engeland nog dit
jaar al haar tachtigers vrijwillig heeft gevaccineerd, maar dat onze tachtigers niet
eens kans maken op genezing van COVID-19 in een ziekenhuis. Hoeveel vaccins en mensen
die kunnen prikken heeft de Minister in januari?
In mijn brief van 21 december jl. heb ik toegelicht dat de GGD voor de eerste tranche
BioNTech/Pfizer-vaccins circa 350–400 prikkers nodig hebben en circa 1.500 ondersteunende
medewerkers. Volgens de leveringschema’s zijn van BioNTech/Pfizer totaal in januari
ruim 750.000 vaccins beschikbaar. Dit hangt af van feitelijke levering.
Hoeveel mensen kunnen er in januari (vrijwillig) gevaccineerd worden? Hoeveel in februari?
Hoeveel in maart? Kan de Minister dit aangeven voor elke maand in 2021?
Uitgaande van het huidige leveringsschema van BioNTech/Pfizer kunnen de GGD'en vanaf
18 januari maximaal 66.000 zorgmedewerkers per week vaccineren. Bij een maximale benutting
van die capaciteit kunnen de GGD'en binnen zes weken 200.000 medewerkers in de langdurige
zorg voor de eerste en tweede keer prikken. Hoeveel mensen in de komende maanden c.q.
per maand in 2021 gevaccineerd kunnen worden hangt af van de leveringen van de verschillende
vaccins.
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
Ook vragen de leden van de GroenLinks-fractie of deze nieuwe ontwikkelingen in het
Verenigd Koninkrijk een verandering teweeg zal brengen in de vaccinatiestrategie.
Het ECDC geeft aan dat de nieuwe versie van het virus vooral geïdentificeerd wordt
bij mensen jonger dan 60 jaar.4 Acht de Minister het noodzakelijk om voorrang te verlenen in de vaccinatiestrategie
voor bijvoorbeeld regio’s in Nederland waar een uitbraak is van deze besmettelijke
versie van het coronavirus? Zo ja, kan de Minister de Kamer informeren over een eventuele
nieuwe vaccinatiestrategie?
Gelet op de ontwikkelingen in de epidemiologische situatie en de ontwikkelingen rond
de mutatie van het virus heb ik de Gezondheidsraad en het OMT gevraagd gezamenlijk
te adviseren over de noodzaak van mogelijke aanpassingen en/of aanvullingen in de
vaccinatiestrategie en daarin gekozen hoofdroute. Zij zullen uiterlijk 18 januari
een advies uitbrengen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie willen opnieuw benadrukken hoe belangrijk het is om zo
spoedig mogelijk te starten met vaccineren. Het feit dat steeds besmettelijker varianten
van het virus rondgaan, bewijst wederom dat een weekje eerder starten wel degelijk
verschil kan maken, in tegenstelling tot eerdere uitspraken van de Minister hierover.
Kan de Minister toezeggen dat er echt op de zo kortst mogelijke termijn wordt begonnen?
Kan de Minister een update geven over hoe het er nu voor staat met vaccinaties?
Er wordt deze week gestart met vaccineren. De callcenters van de GGD zijn maandag
begonnen met het inplannen van de zorgmedewerkers van de verpleeghuizen. Daarnaast
is de startdatum van de eerste prik zelf naar voren gehaald, namelijk van 8 januari
naar 6 januari.
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
16. Zij vragen de Minister om te reageren op de vraag hoe het zorgpersoneel beschermd
blijft voor het virus. Welke inzet verricht hij om te zorgen dat het zorgpersoneel
hun werk volhoudt?
Nederland vraagt het maximale van zorgorganisaties en hun personeel. Zij gaan tot
de grenzen van wat mogelijk is. Het ziekteverzuim stijgt en onze zorgverleners zijn
coronamoe. Daarom is deze lockdown ook nodig en onvermijdelijk. Want de enige echte
oplossing voor de druk op zorgverleners is het terugdringen van het aantal besmettingen.
Het is ook de reden dat zorgverleners in de acute zorg, verpleeghuizen en gehandicaptenzorg
prioriteit krijgen in de vaccinatiestrategie én dat ze met voorrang getest worden
bij de GGD.
In geval van een positieve test en/of quarantaine geldt het volgende. Zorgmedewerkers
volgen in de basis het beleid voor alle burgers in Nederland: tijdens quarantaine
blijf je thuis. Het RIVM stelt in haar uitgangspunten dat bij hoge uitzondering en
alléén als de zorgcontinuïteit in het geding komt door dreigende personeelskrapte,
hiervan afgeweken kan worden. Ook in het ziekenhuis is deze uitzonderingssituatie
mogelijk op basis van de FMS-richtlijn. Een uitzondering kan alleen gemaakt worden
indien de afweging die een zorgbestuurder over de inzet maakt, veilig is, navolgbaar
en goed beargumenteerd schriftelijk wordt vastgelegd. Werkgevers kunnen deze afweging
in overleg met de bedrijfsarts, personeelsvertegenwoordiging of de GGD formuleren.
Ik verwacht van werkgevers dat zij alleen gebruik maken van deze uitzonderingsmogelijkheid
als er geen andere oplossingen zijn om de continuïteit van zorg te waarborgen. Daarom
kan zorgpersoneel met prioriteit getest worden bij de GGD. Ik wil zorgpersoneel erop
wijzen dat zij ook altijd een melding kunnen doen bij de Inspectie SZW en IGJ indien
er signalen zijn dat werkgevers niet voldoen aan de voorwaarden die in de uitzonderingsrichtlijn
van het RIVM zijn opgenomen.
Om medewerkers daarnaast zo veel mogelijk gezond en inzetbaar te houden, hebben de
zorgmedewerkers in de acute zorg, verpleeghuizen en gehandicaptenzorg prioriteit in
de vaccinatiestrategie. Ook doen wij wat we kunnen om de mensen in de zorg te ondersteunen,
ook mentaal. Voor wie daarvoor niet bij de eigen organisatie terecht kan, hebben we
afgelopen voorjaar Sterk in je Werk – Extra Coaching opgericht. Dit traject heet per
1 januari anders (www.samenstajesterker.nl) maar zorgprofessionals kunnen daar nog steeds gratis terecht voor een gesprek of
andere hulp als ze tegen hun grenzen aanlopen. Voor zwaardere mentale zorgvragen is
er een contactpunt psychosociale ondersteuning zorgprofessionals ingericht bij ARQ-IVP.
Daarnaast werken we hard om extra handen in de zorg te krijgen. Door mensen vanuit
andere sectoren zoals de horeca in te zetten. We bieden deze mensen een opleiding
via de Nationale Zorgklas en matchen ze aan zorgorganisaties via Extra Handen voor
de Zorg. Het kabinet versterkt deze initiatieven met een budget van € 80 miljoen euro
voor tijdelijke betaalde coronabanen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdD-fractie
De leden van de PvdD-fractie hebben vanaf het begin van de coronacrisis gepleit voor
het inperken van het aantal internationale reisbewegingen. Corona kwam hier niet met
de fiets. Schiphol fungeert bijvoorbeeld met haar vele overstappers als vliegwiel
voor de internationale pandemie. Erkent de Minister de versnellende rol die de luchtvaart
speelt in het verspreiden van het coronavirus en de verschillende varianten? Zo nee,
waarom niet?
Elke reisbeweging vormt een risico voor verspreiding van het COVID-19 virus. Dit geldt
voor zowel binnen- als buitenlandse reizen. Gezien de ontwikkelingen in relatie tot
de mutatie van het COVID-virus, en het OMT-advies hierover, geldt sinds 29 december
2020 dat alle reizigers uit gebieden waar sprake is van een hoog COVID-risico, een
negatieve PCR-testuitslag moeten kunnen overleggen. Luchtvaartmaatschappijen, internationale
bus- en treinvervoerders (uitgezonderd het kort-grensoverschrijdend verkeer) en rederijen
zijn daarbij verplicht om reizigers op de aanwezigheid van een negatieve PCR-testuitslag
te controleren.
Deze leden constateren dat er op dit moment een breed gedeelde behoefte bestaat om
het aantal reis- (en met name vlieg)bewegingen zo veel mogelijk in te perken. Ondanks
de oproep van het kabinet om niet te reizen, was het op Schiphol bij momenten nog
steeds erg druk. Erkent de Minister van Infrastructuur en Waterstaat dat haar vrijblijvende
oproep om alleen noodzakelijke reizen te maken tot nu toe onvoldoende effect heeft
gesorteerd? Zo nee, waarom niet?
Het kabinet heeft in de week van 15 december jl. de oproep verlengd om niet te reizen
naar het buitenland en geen reizen te boeken – tenzij dit strikt noodzakelijk is –
tot 15 maart 2021. Als reizigers toch besluiten om voor een vakantie op reis te gaan,
dan acht het kabinet dat zeer onverantwoord en ongepast. Uw Kamer is op 16 december
jl. geïnformeerd over (aanvullende) afspraken die er met de luchtvaartsector zijn
gemaakt over hun verantwoordelijkheid in dezen5.
Zijn er verschillen zichtbaar in de mate waarin het advies per modaliteit is opgevolgd?
Kan de Minister dat inzichtelijk maken voor (grensoverschrijdend) trein, boot, bus,
auto en vliegverkeer?
In de Kamerbrief van 16 december jl. heeft de Minister van IenW aangegeven te onderzoeken
of het mogelijk is om een verklaring in te voeren waarin reizigers aangegeven of het
een noodzakelijke reis betreft. Over de uitkomsten hiervan wordt uw Kamer zo spoedig
mogelijk geïnformeerd. Voor derdelanders geldt het EU-inreisverbod. Zij mogen alleen
naar Nederland reizen als zij onder een uitzonderingscategorie vallen.
De leden van de PvdD-fractie vragen de Minister van Infrastructuur en Waterstaat of
zij de kritiek van de reisorganisaties op de luchtvaartmaatschappijen kent, aangezien
de luchtvaartmaatschappijen nog steeds vliegtickets verkopen naar diverse bestemmingen
met code oranje6.
Ja, het kabinet is bekend met het signaal van de reisorganisaties. De luchtvaartmaatschappijen
blijven vluchten aanbieden om het noodzakelijk transport van goederen en mensen te
faciliteren, bijvoorbeeld voor dringende familieomstandigheden.
Erkent de Minister dat het in de tussentijd steeds mogelijk is om met het vliegtuig
op vakantie te gaan? Zou het de Minister verrassen als het de komende dagen bij momenten
alsnog erg druk gaat zijn op Schiphol?
Een vliegverbod is een zeer zwaar middel om in te zetten. Met een vliegverbod Het
kabinet heeft in de week van 15 december jl. de oproep verlengd om niet te reizen
naar het buitenland en geen reizen te boeken – tenzij dit strikt noodzakelijk is –
tot 15 maart 2021. Als reizigers toch besluiten om voor een vakantie op reis te gaan
dan acht het kabinet dat zeer onverantwoord en ongepast. In de periode voor de kerst
zijn er onwenselijke situaties ontstaan op Schiphol waarbij veel mensen dicht bij
elkaar stonden. Dit is onacceptabel. De Minister van IenW heeft direct afspraken gemaakt
met de luchtvaartsector over aanvullende maatregelen. Uw Kamer is hierover geïnformeerd
op 16 december jl.
Erkent de Minister dat het prima mogelijk is om, in afwachting van het instrument
van een noodzakelijkheidsverklaring, alsnog op korte termijn een wereldwijd tijdelijk
vliegverbod in te voeren, zoals nu voor het Verenigd Koninkrijk, uiteraard met oog
voor de noodzakelijke uitzonderingen? Zo nee, waarom niet?
Een vliegverbod is een zeer zwaar middel om in te zetten. Met een vliegverbod kunnen
ook geen noodzakelijke reizen meer plaatsvinden. Het kabinet achtte het noodzakelijk
– mede op advies van het RIVM en OMT – om het in het geval van het VK en Zuid-Afrika
een vliegverbod in te zetten, om mogelijk verspreiding van de nieuwe variant van het
COVID-19 virus zo veel mogelijk te beperken. Het is niet uit te sluiten dat er in
andere landen een vergelijkbare variant heerst. Het OMT heeft daarnaast geadviseerd
dat een negatieve testuitslag van reizigers uit hoog risicogebieden wenselijk is.
Daarom heeft het kabinet op 23 december jl. besloten het vliegverbod voor het VK en
Zuid Afrika te beëindigen en te vervangen door een verplichte negatieve PCR-testuitslag
voorafgaand aan de reis voor alle reizigers. Vanaf 29 december jl. geldt dit voor
alle reizigers uit hoog-risicogebieden. Luchtvaartmaatschappijen, internationale bus-
en treinvervoerders (uitgezonderd het kort-grensoverschrijdend verkeer) en rederijen
zijn daarbij verplicht om reizigers op de aanwezigheid van een negatieve PCR-testuitslag
te controleren.
In diverse andere landen wordt er al lang gewerkt met richtlijnen omtrent het aantonen
van de noodzaak van een reis. Kan de Minister een internationaal overzicht verschaffen
met de meest relevante voorbeelden van hoe er in andere landen wordt omgegaan met
het bepalen van de noodzaak van een reis?
Hoe gaat de Minister de voorbeelden uit het buitenland benutten om zo snel mogelijk
tot een Nederlandse variant te komen?
De Minister van IenW heeft in de kamerbrief van 16 december jl. aangegeven te onderzoeken
of het mogelijk is om een verklaring in te voeren waarin reizigers aangeven of het
een noodzakelijke reis betreft. Hierbij worden ook nog nader te onderzoeken voorbeelden
uit het buitenland benut, zoals in Frankrijk waar binnenlandse reizigers in het voor-
en najaar van 2020, een zelf-ingevulde verklaring in bezit moesten hebben om aan te
kunnen tonen dat ze een noodzakelijke reis maken.
Ziet de Minister, vanwege de klimaatcrisis, het belang om de niet-noodzakelijke vliegreizen
ook op lange termijn in te perken? Zo nee, waarom niet?
Op dit moment houdt het COVID-virus wereldwijd de luchtvaart in zijn greep. Het herstel
zal stapsgewijs gaan. Over de acties die het kabinet onderneemt ten aanzien van het
verduurzamen van de luchtvaart, bent u door de Minister van IenW geïnformeerd middels
de luchtvaartnota en uitvoeringsagenda.
De Minister is van mening dat een vliegverbod onwenselijk is, maar laat daarbij onvermeld
dat het sluiten van diverse andere onderdelen van de samenleving eveneens zeer onwenselijk
is. Denk aan het sluiten van scholen en een groot deel van het midden- en kleinbedrijf
(MKB). De leden van de PvdD-fractie zijn van mening dat dit kabinet haar prioriteiten
totaal niet op orde heeft.
Is de Minister het met de leden van de Partij voor de Dieren-fractie eens dat het
niet zo kan zijn dat als basisscholen gesloten worden, het op Schiphol of andere vliegvelden
bij momenten nog steeds erg druk is? Zo nee, waarom niet?
In de week van 14 december zijn verregaande maatregelen getroffen zoals de sluiting
van het basisonderwijs. Om herhaling van situaties die op Schiphol in diezelfde week
zijn ontstaan waarbij veel mensen dicht bij elkaar stonden te voorkomen, heeft de
Minister van IenW direct afspraken gemaakt met de luchtvaartsector over aanvullende
maatregelen. Uw Kamer is hierover geïnformeerd op 16 december jl.
Vragen en opmerkingen van de leden van de 50PLUS-fractie
5. Is deze mutatie dezelfde mutatie die gevonden is bij de Deense nertsen?
Nee, dit is een andere variant.
13. Hoe ziet de vaccinatiestrategie er nu uit? Is deze extra besmettelijke mutatie
geen aanleiding om de strategie nu te versnellen?
In mijn brief van 4 januari heb ik u geïnformeerd over de nadere invulling van de
vaccinatiestrategie. Ik heb de Gezondheidsraad en het OMT gevraagd te adviseren over
de noodzaak van mogelijk aanpassingen en/of aanvullingen in de vaccinatiestrategie
en gekozen hoofdroute. Ik heb hen gevraagd uiterlijk 18 januari hierover te adviseren.
Ook heb ik u meegedeeld dat in de loop van de week meer informatie beschikbaar komt
over de mutatie van het virus uit het Verenigd Koninkrijk. Het Outbreak Management
Team (OMT) zal daar aanstaande vrijdag 8 januari over adviseren. Dit OMT advies zal
worden meegenomen in de voortgangsbrief van 12 januari as.
14. De leden van de 50PLUS-fractie zouden graag zien dat zorgmedewerkers van verpleeghuizen
met spoed worden gevaccineerd. Is dat een mogelijkheid?
De zorgmedewerkers van verpleeghuizen worden als eerste groep gevaccineerd. Daar wordt
deze week mee gestart.
15. Kan de Minister voor de eerste dertien weken van 2021 per week aangeven hoeveel
personen het traject van de twee vaccinaties per persoon volgens de huidige planning
zullen doorlopen?
Hoeveel mensen in de eerste dertien weken van 2021 gevaccineerd kunnen worden hangt
af van de omvang van de leveringen van de verschillende vaccins en de snelheid waarmee
deze vaccins geleverd worden.
Uitgaande van het huidige leveringsschema van BioNTech/Pfizer kunnen de GGD'en vanaf
18 januari maximaal 66.000 zorgmedewerkers per week vaccineren. Bij een maximale benutting
van die capaciteit kunnen de GGD'en binnen zes weken 200.000 medewerkers in de langdurige
zorg voor de eerste en tweede keer prikken.
Vragen en opmerkingen van het lid Krol
12. Wat zijn de te voorziene gevolgen voor de eerste maanden van 2021, in het bijzonder voor de lockdown die op 19 januari a.s. beëindigd zou worden?
Het kabinet houdt de ontwikkelingen voortdurend in de gaten. Afhankelijk van de epidemiologische
en maatschappelijke situatie besluit het kabinet op 12 jaunari 2021 over het maatregelenpakket
voor de periode vanaf 19 januari as.
13. Kan de Minister met het kabinet aangeven welke mogelijke gevolgen er te verwachten
zijn voor verkiezingen in maart en de aanloop er naartoe, in het bijzonder het verzamelen
van ondersteuningsverklaringen, het voeren van campagne en het stemmen?
Het kabinet doet er alles aan om te zorgen dat de verkiezingen door kunnen gaan. Als
de situatie rondom het virus en de epidemiologische ontwikkelingen ons in het uiterst
ongewenste geval zouden nopen om uitstel te overwegen, dan moet dat natuurlijk een
gezamenlijke beslissing zijn van kabinet en parlement. Voor de (voorbereiding van
de) verkiezing zijn maatregelen getroffen met de Tijdelijke wet verkiezing covid-19,
zoals het inrichten van de stemlokalen op 1,5 meter. Aanvullende maatregelen zoals
briefstemmen voor kiezers van 70 jaar en ouder zijn door de Tweede Kamer op 17 december
aanvaard en liggen momenteel voor bij de Eerste Kamer. Onderdeel van deze wettelijke
maatregelen is dat de termijn voor het afleggen van ondersteuningsverklaringen is
verlengd van 2 naar 4 weken voor de dag van kandidaatstelling. De Minister van BZK
heeft de gemeenten per brief gewezen op de procedure rond het afleggen van ondersteuningsverklaringen.
Er zijn geen gevolgen voorzien voor dit proces.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.J.H. Lodders, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
J. Bakker, adjunct-griffier