Schriftelijke vragen : Het gebruik van vervuilde grond voor de aanleg van de Perkpolder
Vragen van het lid Schonis (D66) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het gebruik van vervuilde grond voor de aanleg van de Perkpolder (ingezonden 9 december 2020).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de situatie rondom de vervuilde zeedijk bij Perkpolder?1
Vraag 2
Klopt het dat Rijkswaterstaat verantwoordelijk is voor de grond die is gebruikt in
de dijk?
Vraag 3
Klopt het dat uit de monsters die zijn genomen van de dijk is gebleken dat hierin
stoffen aanwezig zijn die niet aanwezig zouden mogen zijn bij thermisch gereinigde
grond?
Vraag 4
Weet u wat de oorsprong was van de grond die is gebruikt voor de dijk voordat deze
thermisch gereinigd werd? Zo ja, kunt u deze oorsprong delen? Zo nee, bent u bereid
deze oorsprong alsnog te achterhalen en dit met de Kamer te delen?
Vraag 5
Kunt u aangeven in hoeverre nog te achterhalen valt of de aangeleverde thermisch gereinigde
grond volledig gereinigd is? Wordt dit proces door u nog nader onderzocht?
Vraag 6
Kunt u toelichten waarom gekozen is om de Westdijk te Bunschoten-Spakenburg te saneren
en de dijk bij Perkpolder niet?
Vraag 7
Kunt u deze vragen elk afzonderlijk zo spoedig mogelijk beantwoorden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.J. Schonis, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.