Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Gerven over de ontwikkeling en distributie van coronavaccins
Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Economische Zaken en Klimaat over de ontwikkeling en distributie van coronavaccins (ingezonden 20 november 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
            Minister van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 2 december 2020)
         
Vraag 1
            
Wat vindt u ervan dat er een kunstmatige coronavaccinschaarste gecreëerd wordt, doordat
               fabrikanten die recentelijk de werkzaamheid van hun vaccins hebben aangetoond niet
               zijn aangesloten bij de COVID-19 Technology Access Pool (C-TAP)?1
Antwoord 1
            
Het systeem van intellectuele eigendom heeft in deze pandemie grootschalig en kostbaar
               onderzoek naar mogelijke vaccins gestimuleerd. Dat heeft nu geleid tot de eerste positieve
               resultaten met kandidaat-vaccins. Dit toont aan dat het systeem van intellectuele
               eigendom, als stimulans om te investeren en te innoveren, zijn vruchten afwerpt. Dit
               systeem stelt bedrijven ook in staat hun innovaties te delen, kennis en gegevens uit
               te wisselen, licenties te verlenen en productie op grote schaal te waarborgen. Zie
               verder het antwoord op vraag 3, 4 en 5.
            
Vraag 2
            
Wat vindt u ervan dat rijke landen er als de kippen bij waren om te bevestigen dat
               zij vaccins bij deze fabrikanten hebben ingekocht, terwijl armere landen het nakijken
               hebben?
            
Antwoord 2
            
De Europese Commissie heeft op 17 juni een Europese strategie gepresenteerd om de
               ontwikkeling, productie en uitrol van doeltreffende en veilige vaccins tegen COVID-19
               te versnellen. Als tegenprestatie voor het recht om binnen een bepaalde termijn een
               bepaald aantal vaccindoses aan te kopen, financiert de Europese Commissie door middel
               van aankoopovereenkomsten (Advance Purchase Agreements) een deel van de aanloopkosten
               van vaccinproducenten. Gezien de hoge kosten en het hoge uitvalpercentage brengt het
               investeren in een COVID-19-vaccin voor de ontwikkelaars van vaccins een groot risico
               met zich mee. Door deze overeenkomsten worden daarom investeringen mogelijk gemaakt
               die anders misschien niet zouden worden gedaan en een flinke impuls gegeven aan de
               beschikbare capaciteit voor de productie van vaccins, waar ook niet-Europese landen
               van profiteren.
            
Veel landen, waaronder Nederland, hebben er voor gekozen zelf vaccins in te kopen
               voor de eigen bevolking. Dit is voor veel lagere inkomenslanden financieel niet haalbaar.
               Het mechanisme dat in multilateraal verband is opgezet om deze landen hierbij te steunen,
               de COVAX Advanced Market Commitment, is geen bank of land en loopt daarom achter in
               het sluiten van contracten. Bovendien heeft dit mechanisme nog niet voldoende middelen
               gemobiliseerd om aan de vraag van deze landen te voldoen. Dit betekent dat lagere
               inkomenslanden hoogstwaarschijnlijk later toegang zullen krijgen tot vaccins dan de
               rijkere landen die zelf contracten hebben afgesloten. Zowel via een substantiële financiële
               bijdrage via de EU als via een directe bijdrage steunen wij het Covax mechanisme.
            
Nederland blijft daarom met de EU-partners in gesprek om te kijken hoe bij kan worden
               gedragen aan optimale beschikbaarheid van vaccins voor lagere- en middeninkomenslanden.
               Binnenkort ontvangt uw Kamer een brief van de Minister voor BHOS waarin een overzicht
               gepresenteerd van nationale en internationale initiatieven die het Kabinet daartoe
               ondersteunt.
            
Vraag 3
            
Hoe kan het dat u geen signalen ziet van het vertragende effect dat patenten hebben
               op de vaccinproductie en dus de strijd tegen corona?2
Antwoord 3
            
Zodra een vaccin wordt toegelaten, staan we voor de volgende uitdaging: productiecapaciteit.
               De vraag is enorm en de productiecapaciteit is beperkt. Je kunt dat niet zomaar opschalen.
               Beperkingen zitten onder meer in gespecialiseerd personeel, grondstoffen, installaties,
               know how, opslag (-80 °C), distributie etc. Ik heb geen indicatie dat octrooien of
               de opstelling van de industrie een barrière vormen voor het opschalen van de productiecapaciteit.
               Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 1, wordt snelle beschikbaarheid van vaccins
               en geneesmiddelen juist vanwege het stelsel van octrooibescherming, licentieverlening
               en kennisdeling gerealiseerd. We doen uiteraard een beroep op de maatschappelijke
               verantwoordelijkheid van bedrijven en roepen hen op het maximale te doen om productiecapaciteit
               uit te breiden, waaronder het onder redelijke voorwaarden delen van kennis en intellectuele
               eigendom als daarmee productiecapaciteit kan worden opgeschaald. Gelukkig zien we
               ook vanuit bedrijven de wil om hieraan mee te werken.
            
Vraag 4
            
Waarom maakt u zich in EU-verband niet hard voor dwanglicenties en het opzijzetten
               van intellectueel eigendomsrechten ten behoeve van grootschalige productie van het
               vaccin?
            
Antwoord 4
            
Het instrument dwanglicenties is, met toepassing van een zorgvuldig afwegingskader,
               een optie die het kabinet openhoudt. Een dwanglicentie komt echter pas in beeld als
               de octrooihouder niet bereid is de licentie onder redelijke voorwaarden vrijwillig
               te verlenen, andere instrumenten niet helpen, inzet van de dwanglicentie proportioneel
               is richting octrooihouder en daadwerkelijk kan leiden tot beschikbaarheid van een
               vaccin. Het kabinet heeft geen indicatie dat een dergelijke situatie zich nu voordoet.
               Bovendien: een dwanglicentie op grond van de Rijksoctrooiwet werkt nationaal. Als
               er nog vrije productiecapaciteit is, zal dat waarschijnlijk niet in Nederland zijn.
               Een voor het Nederlands grondgebied afgegeven dwanglicentie, dient dan geen doel.
            
Daarvoor in aanmerking komende (ontwikkelings)landen, die vaccins nodig hebben, zouden
               op basis van Verordening (EG) 816/2006 kunnen verzoeken om verlening van dwanglicenties
               voor octrooien voor de vervaardiging van vaccins bestemd voor export naar die ontwikkelingslanden.
               Ook hiervoor geldt echter dat wij geen indicatie hebben dat octrooien in de weg staan
               aan het opschalen van de productiecapaciteit. Tot op heden zijn wij ook niet bekend
               met een verzoek tot afgifte van een dergelijke dwanglicentie vanuit derde landen.
            
Vraag 5
            
Wat is de handtekening van Nederland onder C-TAP waard?
Antwoord 5
            
Nederland heeft zich in mei aangesloten bij de call to action van Costa Rica en de
               WHO om een COVID-19 Technology Access Pool (C-TAP) op te zetten, om een uitwisseling
               van technologieën te faciliteren. In de zomer is het idee van C-TAP verder uitgewerkt
               door de WHO, in samenwerking met UNITAID, Medicines Patent Pool, Open Covid Pledge
               en Tech Access Partnership. Dit werd een maand geleden toegelicht in de eerste bijeenkomst
               van de ondertekenaars van de Call to Action en de WHO. Nederland was hierbij aanwezig.
               Alle landen spraken sympathie uit voor het initiatief, maar de ideeën binnen de pool
               zijn nog weinig concreet.
            
Voor de ontwikkeling en productie van vaccins op grote schaal is niet zozeer toestemming
               om octrooien toe te passen van belang, maar het delen van de kennis en technologie
               erachter. Dit vereist samenwerking en vrijwillige licenties, dit is al mogelijk in
               de huidige (internationale) wet- en regelgeving. De experts bij onder andere de WHO
               en GAVI geven aan dat het afdwingen van licenties juist een remmend effect zal hebben
               op de ontwikkeling van vaccins. Lidstaten kunnen wel positieve prikkels aan de markt
               geven. Wat voor soort prikkels zouden kunnen werken, wordt binnen C-TAP onderzocht
               en gedeeld. Nederland draagt bij aan deze discussie.
            
Vraag 6
            
Wat is de bijdrage van respectievelijk Pfizer/BioNTech, Moderna, Johnson & Johnson,
               CureVac, Sanofi/GSK en AstraZeneca aan COVAX?
            
Antwoord 6
            
COVAX heeft een MoU getekend met AstraZeneca voor 300 miljoen doses. Het heeft een
               ‘statement of intent’ getekend met Sanofi-GSK voor de levering van 200 miljoen doses.
               Een agreement met Serum Institute of India is gesloten voor de levering van 200 miljoen
               doses (incl. een optie voor opschaling) van de Astra Zeneca en/of Novavax kandidaten
            
Vraag 7
            
Hoeveel publiek geld is gemoeid met de Nederlandse publieke financiering van de ontwikkeling
               van de vaccins van respectievelijk Pfizer/BioNTech, Moderna, Johnson & Johnson, CureVac,
               Sanofi/GSK en AstraZeneca?
            
Antwoord 7
            
Indirect heeft Nederland via haar ondersteuning van de Coalition for Epidemic Preparedness
               Innovations (CEPI) – een globaal partnership voor de ontwikkeling van vaccins – bijgedragen
               aan onderzoek en ontwikkeling van een aantal kandidaat covid-19 vaccins van onder
               andere AstraZeneca, Curevac en Moderna. Ook is indirect via de EU hieraan bijgedragen.
            
Vraag 8
            
Hoe verklaart u de verschillen in prijzen van de verschillende vaccins?3
Antwoord 8
            
Prijzen worden bepaald door verschillende factoren. De kosten van onderzoek, productie
               en logistieke afhandeling zijn afhankelijk van onder andere de typologie van het vaccin.
               Daarnaast spelen er ook commerciële overwegingen die leiden tot een prijsstelling.
            
Vraag 9
            
Wat is volgens u de gemiddelde kostprijs van een vaccin? Vindt u die grote verschillen
               tot wel een factor zes te rechtvaardigen?
            
Antwoord 9
            
De gemiddelde kostprijs is nu niet te geven. De Europese Commissie heeft zich contractueel
               verplicht geen uitspraken te doen over de prijs.
            
Vraag 10
            
Wat is uw inzet bij de onderhandelingen over de prijs?
Antwoord 10
            
De inzet is te komen tot een acceptabele prijs die de beschikbaarheid van vaccin als
               global public good op de meest snelle termijn mogelijk maakt.
            
Vraag 11
            
Deelt u de mening dat transparantie over de prijsvorming noodzakelijk is vanwege de
               publieke financiering die met de ontwikkeling van het vaccin gemoeid is? Wat doet
               u om de transparantie over de prijsvorming te bewerkstelligen?
            
Antwoord 11
            
Ik vind het geven van inzicht in de overeengekomen prijs belangrijk, en niet alleen
               vanwege de publieke financiering die mogelijk bij de ontwikkeling van een geneesmiddel
               of een vaccin gemoeid is. Dit geldt in het bijzonder bij geneesmiddelen met een hoge
               prijs per patiënt, of hoge budgetimpact. En niet in de laatste plaats bij producten
               met een enorme maatschappelijke impact zoals een vaccin tegen COVID-19.
            
Dit inzicht is nodig om met die informatie een maatschappelijke afweging te kunnen
               maken of de prijs, en daarmee de uitgaven aan een geneesmiddel, maatschappelijk verantwoord
               zijn.
            
De informatie is bij voorkeur openbaar, maar kan omwille van bedrijfsgevoelige informatie,
               of de onderhandelingspositie, vertrouwelijk blijven.
            
Zoals ik ook in beantwoording op Kamervragen4heb aangegeven op 6 oktober 2020, wil ik, en ook de Europese Commissie, blijkens een
               hoorzitting in het Europees parlement op 7 september jl., graag zo transparant mogelijk
               zijn over de inhoud van de gemaakte afspraken. Daarom informeer ik uw Kamer over het
               afsluiten van contracten door de Europese Commissie met producenten en over succesvol
               afgesloten verkennende gesprekken die naar verwachting tot contracten zullen leiden.
               Ik verwijs hierbij naar onder meer mijn brieven van 17 augustus en 18 september jl.
               Ook de Europese Commissie verstrekt veel informatie over de EU vaccins strategie en
               het sluiten van contracten met producenten. De bedoeling van de geheimhoudingsplicht
               is tweeërlei: enerzijds dient deze om beïnvloeding van de onderhandelingen met andere
               producenten te voorkomen. Anderzijds wordt tijdens de onderhandelingen bedrijfsvertrouwelijke
               en beursgevoelige informatie van de producent gewisseld die niet openbaar kan worden.
               In het belang van Nederlandse burgers vind ik het niet kunnen geven van dit inzicht
               in dit geval gerechtvaardigd.
            
Vraag 12
            
Wat vindt u van de claims over de bijzonder hoge werkzaamheid van het vaccin zonder
               dat hier wetenschappelijke data bij zijn geleverd?5
Antwoord 12
            
Tijdens het proces van de markttoelating zullen de farmaceuten de wetenschappelijke
               data moeten overleggen aan de registratie autoriteiten. De claims zullen dus zeker
               op hun wetenschappelijke onderbouwingen door het Europees Geneesmiddelenagentschap
               (EMA)de registratie autoriteiten beoordeeld worden. Ik vertrouw dan ook op het uiteindelijke
               wetenschappelijk oordeel van de EMA en het in EMA-verband deelnemende Nederlandse
               College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG).
            
Vraag 13
            
Wat vindt u van het feit dat Pfizer in het verleden in de Verenigde Staten is beschuldigd
               van illegale marketing en gezondheidsfraude?6
Antwoord 13
            
Net als ieder ander dienen bedrijven, dus ook Pfizer, zich aan de wet te houden. De
               vraag gaat over een zaak die heeft gespeeld in de Verenigde Staten. Hier wil ik me
               verder niet in mengen.
            
Vraag 14
            
Wat vindt u van het feit dat de bedrijfstop van Pfizer de dag na de aankondiging over
               de werkzaamheid van het vaccin miljoenen verdiende met de verkoop van aandelen?7
Antwoord 14
            
Farmaceutische bedrijven opereren in een vrije markt. Ik heb dan ook geen oordeel
               over de beurswaarde en het economisch handelen van fabrikanten en hun aandeelhouders,
               zolang zij zich aan de geldende wet- en regelgeving ten aanzien van financiële markten
               houden. Pfizer is een Amerikaans beursgenoteerd bedrijf en dient zich dan ook aan
               de Amerikaanse geldende regels houden die gelden voor in en verkoop van aandelen van
               de bestuurders. Zonder een oordeel te vellen over de rechtmatigheid ervan, vind ik
               de timing om aandelen te verkopen niet bijdragen aan een de beeldvorming over de farmaceutische
               industrie en hun maatschappelijke verantwoordelijkheid in het algemeen en hun motieven
               in deze pandemie in het bijzonder.
            
Vraag 15
            
Wat vindt u van het feit dat vaccins met messenger-RNA (mRNA), zoals die van Moderna
               en Pfizer/BioNTech, nooit eerder op grote schaal gebruikt zijn? Kunt u de veiligheid
               van gebruik van dit soort vaccins garanderen?
            
Antwoord 15
            
De registratie autoriteiten (EMA) zullen de registratiedossiers beoordelen. Hun oordeel
               om een markttoekenning toe te kennen aan vaccins met mRNA zal een afweging zijn tussen
               de balans werkzaamheid en de mogelijke bijwerkingen op basis van wetenschappelijk
               onderzoek.
            
Vraag 16
            
Zal elke Nederlander zich straks gratis kunnen laten vaccineren zonder dat het eigen
               risico hoeft te worden aangesproken?
            
Antwoord 16
            
De burger hoeft niet te betalen om zich te laten vaccineren en de vaccinatie heeft
               geen invloed op het eigen risico.
            
Vraag 17
            
Komt er een waterdicht registratiesysteem waarbij bij van ieder persoon die gevaccineerd
               wordt, te achterhalen valt welk vaccin van welke fabrikant gebruikt is en van welke
               productiebatch? Hoe lang blijven deze registratiegegevens bewaard?8
Antwoord 17
            
Het RIVM werkt aan een centraal registratiesysteem specifiek voor COVID-19. In dit
               centrale register wordt onder andere geregistreerd wie, wanneer, welk vaccin en van
               welke batch heeft ontvangen. Het bijhouden van deze gegevens is van belang voor de
               veiligheid van het individu maar ook voor de veiligheid van anderen. Daarnaast is
               het van belang voor de bestrijding van deze pandemie om zicht te hebben op de effectiviteit
               van het vaccin, de vaccinatiegraad, etc. Desondanks kan het zo zijn dat iemand er
               toch op tegen is dat zijn/haar gegevens worden geregistreerd. In dat geval is het
               mogelijk om achteraf je gegevens te laten verwijderen. In principe worden deze gegevens
               bewaard zodat ook later deze informatie altijd te achterhalen is, tenzij iemand heeft
               gevraagd om zijn/haar gegevens te laten verwijderen, in dat geval zullen de gegevens
               uiteraard niet worden bewaard.
            
Vraag 18
            
Kunt u deze vragen beantwoorden voor het komende algemeen overleg «EU-Gezondheidsraad
               d.d. 2 december 2020» van aanstaande donderdag 26 november?
            
Antwoord 18
            
Dit is helaas net niet gelukt, maar wel zo snel als mogelijk na dit algemeen overleg.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport - 
              
                  Mede namens
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.