Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Futselaar over het nieuws dat de controle op visvangst in de Nederlandse havens tekortschiet
Vragen van het lid Futselaar (SP) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het nieuws dat de controle op visvangst in de Nederlandse havens tekortschiet (ingezonden 4 november 2020).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 26 november
2020)
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Brussel: controle op visvangst in Nederlandse havens
deugt niet» en «Europese Commissie: controle op visvangst in Nederlandse havens deugt
niet»?1 2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 4
Wat is uw reactie op het nieuws dat de controle en inspectie van de wegingen, het
transport en de traceerbaarheid van de vis en de vangstregistratie in Nederlandse
havens tekortschieten?
Erkent u dat er verbeteringen noodzakelijk zijn bij de controle op de Nederlandse
visvangst, duurzaam visserijbeheer en het tegengaan van overbevissing en stroperij?
Zo ja, hoe wenst u die verbeteringen door te voeren?
Antwoord 2 en 4
De tekortkomingen die door de Europese Commissie zijn geconstateerd rondom de controle
en inspectie van wegingen, transport, registratie en traceerbaarheid van vis neem
ik zeer serieus. De Nederlandse invulling van risico-gebaseerde controle, handhaving
en inspectie, wordt door de Europese Commissie als onvoldoende beoordeeld. De geconstateerde
punten in de ingebrekestelling zien op zowel onvolkomenheden in het steekproef- en
controleplan als op de beschikbare capaciteit bij de NVWA hiervoor. Als gevolg van
deze ingebrekestelling zal het steekproef- en controleplan aangescherpt worden en
zal de capaciteit bij de NVWA uitgebreid worden om op een goede manier invulling te
geven aan de Europese verplichtingen ten aanzien van de controle en handhaving op
het wegen, transport en traceerbaarheid van vis.
Vraag 3
Bent u bereid om de betreffende brief van de Europese Commissie spoedig te delen met
de Kamer?
Antwoord 3
Nee, het gaat hier om een juridische procedure tussen de Europese Commissie en de
Nederlandse regering. Een dergelijke procedure is vertrouwelijk van aard. Alle correspondentie
die hierover tussen de Nederlandse regering en de Europese Commissie wordt gewisseld
kan dan ook niet naar buiten worden gebracht.
Vraag 5
Hoe kijkt u aan tegen de bevindingen van Deloitte, dat in opdracht van uw ministerie
onder meer concludeerde dat de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) onvoldoende
capaciteit heeft om afdoende te kunnen handhaven op het domein Vis duurzaamheid?3
Antwoord 5
In mijn reactie op de bevindingen van Deloitte (Kamerstuk 33 835, nr. 171) heb ik aangegeven dat voor het domein Vis Duurzaamheid de beschikbare capaciteit
voor de NVWA niet toereikend is voor het uitvoeren van haar taken op dit domein.
Vraag 6
Verwacht u op basis van de conclusies van de rapportage van Deloitte dat u de capaciteitsproblemen
bij de NVWA het hoofd kunt bieden en waarom heeft u ervoor gekozen om geen nieuwe
middelen voor personele kosten vrij te maken in de rijksbegroting?
Antwoord 6
Dat is wel mijn inzet. Ik zal zoeken naar een structurele oplossing om de capaciteitsproblemen
bij de NVWA aan te pakken.
Vraag 7
Hoe groot schat u de kans in dat er ten aanzien van het toezicht op visserij in gesloten
gebieden tevens risico's op basis van de voedselveiligheid zijn, zoals Deloitte constateert,
en bent u bereid om de potentiële risico's snel in kaart te brengen?
Antwoord 7
Het sluiten van gebieden voor de visserij is bedoeld om bepaalde voedselveiligheidsrisico’s
te voorkomen, met name de vangst van paling en wolhandkrab in gebieden die sterk verontreinigd
zijn met dioxinen en PCB’s. Als het toezicht op de vangstverbod in deze gebieden niet
optimaal is, zijn voedselveiligheidsrisico’s niet uit te sluiten. De NVWA is op dit
moment bezig met het opstellen van een Integrale Ketenanalyse van de visketen, waarin
onder andere de voedselveiligheidsrisico’s in de visketen in kaart worden gebracht.
Overigens ziet de constatering van Deloitte op de binnenvisserij en staat deze los
van de controle op visvangst in de Nederlandse havens waarop de brief van de Europese
Commissie betrekking heeft.
Vraag 8
Welke sancties kan Nederland volgens u tegemoetzien op basis van de huidige tekortkomingen?
Antwoord 8
Mijn inzet is erop gericht om aan de kritiekpunten van de Europese Commissie te voldoen
teneinde verdere stappen van de Europese Commissie in deze ingebrekestelling te voorkomen.
De Europese Commissie heeft de mogelijkheid om in een latere fase van de procedure
naar het Europese Hof te stappen indien zij van mening blijft dat Nederland zijn verplichtingen
niet nakomt. In dat kader beschikt het Europese Hof over de mogelijkheid om een boete
en/of een dwangsom op te leggen.
Vraag 9
Heeft u eerder waarschuwingen van de Europese Commissie ontvangen als het gaat om
de controle en handhaving van visvangst in Nederland?
Antwoord 9
De Europese Commissie heeft in mei vorig jaar in Nederland een audit uitgevoerd naar
het toezicht op wegen, het transport, de traceerbaarheid en de registratie van vis.
In deze audit werden door de Europese Commissie tekortkomingen geconstateerd in de
controle en handhaving van verplichtingen met betrekking tot onder andere het wegen
van vis. Naar aanleiding hiervan is met de Europese Commissie gesproken over verbeteringen.
Voor de Europese Commissie was dit echter niet voldoende en daarop heeft de Commissie
besloten tot een ingebrekestelling.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.