Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over de ondertekening Memorandum of Understanding (MoU) met Griekenland over het samenwerkingsverband ter verbetering van het voogdijsysteem en de opvang van amv’s in Griekenland
27 062 Alleenstaande minderjarige asielzoekers
Nr. 119 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 27 november 2020
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de brief van 24 november 2020
inzake ondertekening Memorandum of Understanding (MoU) met Griekenland over het samenwerkingsverband
ter verbetering van het voogdijsysteem en de opvang van amv’s in Griekenland (Kamerstuk
27 062, nr. 112).
De Staatssecretaris heeft deze vragen beantwoord bij brief van 24 november 2020. Vragen
en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Van Meenen
De adjunct-griffier van de commissie, Burger
1
Is de eerste opvanglocatie inmiddels geopend, zoals gepland? Zo nee, waarom niet,
en wanneer gaat dit alsnog gebeuren?
Antwoord
Ja. Deze was eind september gereed. Kortheidshalve verwijs ik u naar mijn brief van
1 oktober jl.1
2
Wat is de meerwaarde van het gebruik van Movement on the Ground (MOTG) als go-between
met het Griekse The Home Project?
Antwoord
Als onderdeel van het bredere Grieks-Nederlandse partnerschap, werd belang gehecht
aan gezamenlijke uitvoering door een Griekse en Nederlandse ngo. Movement on the Ground
en Home Project zijn complementair. Movement on the Ground heeft zich de afgelopen
jaren onderscheiden met een aanpak van duurzame opvang van vluchtelingen en migranten
in Griekenland, de zogenaamde «CamptocampUs»-benadering. De Home Project heeft veel
ervaring met deze kwetsbare doelgroep, met name met begeleiding en opvang. Uitganspunt
van beide organisaties is sterke betrokkenheid van zowel de vluchtelingen en migranten
zelf, als de lokale Griekse gemeenschappen. Dat maakt hun aanpak ook duurzaam. Binnen
dit project voert MOTG het opvangdeel van dit programma uit. Zij hebben de locaties
gevonden en voorbereid. Home Project heeft een leidende rol op het terrein van bescherming
van de amv en het vormgeven van individuele trajecten. Voorts verwijs ik u naar mijn
toelichting in de brief van 2 september jl.2
3
Zijn reeds alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv's) geselecteerd voor de te
openen opvanglocaties? Zo nee, wanneer zal dit gebeuren?
Antwoord
Ja. Op het moment dat de eerste opvanglocatie gereed was, waren reeds 16 meisjes geselecteerd
door de Griekse autoriteiten. Kortheidshalve verwijs ik u naar mijn brief van 1 oktober
jl. Medio oktober jl. hebben 14 kinderen hun intrek in de eerste opvanglocatie genomen,
waaronder 2 tienermoeders met in totaal 3 kinderen. Medio november is inmiddels een
kind naar een andere EU lidstaat vertrokken in het kader van een ingewilligde gezinsherenigingsprocedure.
De Griekse autoriteiten zullen de beschikbare opvangplekken in deze locatie benutten
voor de opvang van andere kinderen.
4
Worden amv's op de opvanglocaties in staat gesteld een asielverzoek te doen en worden
zij hierbij begeleid? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Ja. Dit is onderdeel van de begeleiding en bijstand die zij krijgen.
5
Hoe lang mogen geselecteerde kinderen in de opvanglocaties verblijven?
6
Wat gebeurt er met de kinderen zodra ze de opvanglocaties verlaten?
Antwoord vraag 5 en 6
Dit is afhankelijk van de duur van hun procedures. Kortheidshalve verwijs ik u naar
de toelichting op eerdere, vergelijkbare vragen.3
7
De totale kosten zijn begroot op 3,5 tot 4 miljoen euro (te lezen in kamerstuk 27 062, nr. 111, behorende bij dit onderwerp). Kunt u deze kosten specificeren? Hoe zorgt u ervoor
dat deze kosten niet worden overschreden?
Antwoord
De schatting van 3,5–4 miljoen euro betreft de kosten voor de financiering van de
48 opvang plekken voor de duur van drie jaar alsmede de kosten die worden gemaakt
door Nidos voor de inzet van experts. De financiering van de opvangplekken is begroot
op ca. 3,5 miljoen euro. De kosten voor de inzet van Nidos betreffen vooral reis-
en verblijfskosten en de (tijdelijke) inzet van experts en worden geschat op ca. 250.000
euro per jaar. Naast nationale middelen zullen zo veel mogelijk Europese middelen
worden aangewend. Verder is het de bedoeling dat Griekenland EU subsidies zal aanwenden
om de duurzaamheid van het programma na afloop van de Nederlandse financiering te
garanderen. Vooralsnog is er geen reden om aan te nemen dat de kosten worden overschreden.
Mede als gevolg van de gevolgen van COVID-19 maatregelen, zullen veel activiteiten
online worden georganiseerd waardoor reis- en verblijfskosten lager uit zullen vallen.
8
Nemen de Griekse autoriteiten na de drie jaar waarin het Ministerie van Justitie en
Veiligheid het programma financieel zal ondersteunen alle kosten automatisch over?
Is Nederland daarna op geen enkele wijze meer betrokken bij dit voogdijsysteem?
Antwoord
Het is de bedoeling dat Griekenland in de komende drie jaar een duurzame oplossing
vindt voor het financieren van deze opvangplekken. Daar zal tijdens het programma
ook op worden ingezet. Dit zal vermoedelijk via Europese subsidies gebeuren. Het is
tevens de bedoeling dat binnen deze periode een functionerend voogdijsysteem is opgezet
in Griekenland, waarbij verdere ondersteuning van Nidos niet meer nodig is.
9
Betekent het feit dat de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid voor de amv’s,
alsmede de voogdij en asielprocedure bij de Griekse autoriteiten blijven liggen, dat
Nederland op geen enkele wijze juridisch of financieel aansprakelijk is voor de amv’s?
Betekent dit ook dat de juridische begeleiding die de amv’s ontvangen, door de Griekse
autoriteiten wordt verleend?
Antwoord
Het is juist dat Nederland geen verantwoordelijkheid draagt, maar dat deze bij Griekenland
blijft. Dit geldt ook voor amv’s die in Griekenland worden opgevangen door bijvoorbeeld
IOM of met steun van de Europese Commissie of andere lidstaten. De kinderen die worden
opgevangen tijdens dit programma worden begeleid door Movement on the Ground en The
HOME project. In elke locatie zal een team van experts aanwezig zijn, bestaande uit
o.a. een advocaat, een psycholoog, een maatschappelijk werker en een tolk.
10
Kunt u «het bieden van hulp bij alleenstaande minderjarigen nadat zij de asielprocedure
hebben doorlopen», nader toelichten? (element 3 in Kamerstuk 27 062, nr. 111).
Antwoord
Het gaat hier met name om hun begeleiding bij integratie in de Griekse samenleving
wanneer zij in Griekenland mogen blijven. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van educatieve
programma’s. In deze programma’s wordt de interactie tussen Griekse kinderen en amv’s
gestimuleerd en ligt er een focus op Griekse en Engelse taaltraining. In het geval
dat de asielaanvraag wordt afgewezen, zal er sprake zijn van terugkeer wanneer betrokkene
18 jaar of ouder is.
11
Hoe ziet deze begeleiding eruit als bijvoorbeeld blijkt dat de amv geen recht heeft
op asiel?
Antwoord
In dat geval ligt het voor de hand dat wordt gewerkt aan de terugkeer van de betreffende
amv. Op welke wijze dat vorm wordt gegeven is aan de Griekse autoriteiten. Hier zij
overigens opgemerkt dat Griekenland geen werk maakt van de terugkeer van afgewezen
amv. Dat is pas aan de orde wanneer zij 18 jaar worden.
12
Vindt een tussentijdse evaluatie plaats van het voogdijsysteem? Zo ja, op welke termijn
en op welke wijze?
Antwoord
De effectiviteit van de activiteiten die in het kader van dit programma worden ontwikkeld
en uitgevoerd, worden met regelmaat geëvalueerd tijdens de hoog-ambtelijke stuurgroepen.
13
Wat gebeurt er met asielzoekers die in dit voogdijsysteem worden opgevangen wanneer
zij de leeftijd van 18 jaar bereiken?
Antwoord
Zie de beantwoording van vragen 5 en 6.
14
Wat betekent het voor de amv wanneer nadien blijkt dat deze niet alleenstaand is maar
familie heeft en deze amv ook een asielprocedure voor familieleden «opeist»?
Antwoord
Dit zal op basis van de Griekse wet- en regelgeving per casus worden bezien. Indien
blijkt dat de familie van amv in Griekenland verblijven, ligt het in de rede dat hij
of zij wordt herenigd met zijn of haar familie wanneer dit mogelijk is. In het geval
dat de familie in een andere EU-lidstaat verblijft, kan men een beroep doen op gezinshereniging,
onder Dublin of onder normale gezinshereniging. Indien er sprake is van een succesvolle
gezinshereniging nádat de amv een verblijfsstatus in Griekenland heeft ontvangen,
zou gezinshereniging in Griekenland een mogelijkheid zijn.
15
Hoeveel amv's zijn per 1 oktober 2020 opgevangen in de door Nederland ondersteunde
opvanglocaties?
Antwoord
Kortheidshalve verwijs ik u naar het antwoord op vraag 3.
16
Welke verbeteringen van het voogdijsysteem worden met het samenwerkingsverband precies
beoogd? Zijn daarbij concrete doelen gesteld? Zo ja, welke?
Antwoord
De in mijn brief van 1 oktober jl. aangekondigde overheveling van de verantwoordelijkheid
voor de voogdij van amv van het Griekse Ministerie van Werkgelegenheid en Sociale
Zaken (en E.K.K.A. als uitvoeringsorganisatie) naar de Special Secretary for Unaccompanied Minors van het ministerie voor Migratie en Asiel lijkt in de praktijk nog niet te hebben
plaatsgevonden Dat laat onverlet dat er nog altijd voldoende aanknopingspunten zijn
om de Griekse autoriteiten te ondersteunen in het (her-)ontwerpen en versterken van
de voogdij voor amv in Griekenland, omdat bekend is dat de Griekse autoriteiten een
nieuw systeem op willen zetten, gestoeld op het Nederlandse model. Afhankelijk van
de verdere uitwerking daarvan, zal het programma Griekenland hierin ondersteunen.
Op dit moment worden verschillende online workshops georganiseerd rond bepaalde thema’s.
Aan de hand daarvan, en de ontwikkelingen in Griekenland zelf zullen nieuwe afspraken
worden gemaakt over de invulling, doelstellingen en de tijdlijn van het programma.
17
Hoeveel voogden zijn beschikbaar voor de kinderen die nu al opgevangen worden? Welke
training hebben zij gehad? Hoeveel voogden zullen uiteindelijk nodig zijn gedurende
de loop van het programma? Worden zij betaald met Nederlands geld? Wat gebeurt er
met deze functies als het programma afloopt?
Antwoord
In het huidige Grieks systeem wordt de voogdij formeel belegd bij een Officier van
Justitie. In de praktijk worden amv vervolgens veelal vertegenwoordigd door medewerkers
van maatschappelijke organisaties. Vanwege het gebrek aan formele voogden worden amv
in de praktijk ook bijgestaan door zogenoemde mentoren. Dat is vooralsnog ook het
geval voor deze groep.
18
Wat wordt er gedaan aan het gesignaleerde knelpunt van het ontbreken van een adequaat
opleidings- en begeleidingssysteem?
Antwoord
Bij het opzetten van een nieuw Grieks voogdijsysteem voor amv zal de opleiding en
begeleiding van voogden bijzondere aandacht krijgen. Afhankelijk van de keuzes die
de Griekse partners maken, ligt het voor de hand dat een dergelijk systeem wordt ontwikkeld
om (nieuwe) voogden te ondersteunen.
19
Voor hoeveel amv's is per 1 oktober huisvesting gerealiseerd? Gaat het om één gebouw
en één locatie of verschillende plekken op verschillende locaties?
Antwoord
Kortheidshalve verwijs ik u naar mijn brief van 1 oktober jl. Het gaat om een locatie
waar in totaal 16 meisjes, waaronder ook tienermoeders, opgevangen kunnen worden.
20
Wanneer zijn alle 48 opvangplaatsen gereed?
Antwoord
Doelstelling is nog altijd dat alle 48 opvangplekken eind dit jaar gereed zijn. Zoals
toegelicht tijdens het Algemeen Overleg met uw Kamer op 11 november jl. wordt de voortgang
helaas negatief beïnvloed door de in Griekenland genomen covid-19 maatregelen. Met
name de recent afgekondigde strenge lockdown leidt mogelijk tot vertraging bij de
levering van benodigde spullen, de inzet van aannemers, maar ook het overplaatsen
van amv.
21
Zijn de Nederlandse experts die de Programmamanager en het Programma Management Team
gaan ondersteunen al geselecteerd en beschikbaar? Worden zij gestationeerd in Griekenland?
Antwoord
De Programmamanager wordt geworven door de Griekse partners. Het ligt voor de hand
dat dit een Griekse medewerker is. Vooralsnog wordt er geen apart programma managementteam
aangesteld. Het ziet ernaar uit dat de beoogde programmamanager het programma alleen
zal kunnen begeleiden, in nauwe samenwerking met de leden van de Stuurgroep.
22
Is er al een trainingsprogramma voor Griekse voogden? Zo nee, wanneer begint dit en
welke training dan wel opleiding hebben deze voogden nu gehad?
Antwoord
Een dergelijk programma bestaat nog niet. Mede als gevolg van ontwikkelingen waarnaar
in eerdere vragen wordt verwezen zal worden bezien op welke wijze het programma hen
kan ondersteunen in de wens om een nieuw voogdijsysteem voor amv op te zetten. Zoals
gesteld in het antwoord op vraag 18, ligt het voor de hand dat een kwalitatief trainingsprogramma
daar onderdeel van zal zijn.
23
Wat gebeurt er met dit programma na afloop van de drie jaar?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 8. Het ligt in de rede dat Griekenland hier t.z.t. Europese
subsidies voor aanwendt. Het is de bedoeling dat het nieuwe voogdijsysteem voor amv
dan ook al enige tijd operationeel is.
24
Hoeveel fte van het Ministerie van Justitie en Veiligheid en het Centraal Orgaan opvang
Asielzoekers (COA) worden de komende drie jaar ingezet in dit samenwerkingsverband?
Zijn deze fte’s binnen deze begroting van 3,5 tot 4 miljoen euro gedekt?
Antwoord
Vanuit het Ministerie van Justitie en Veiligheid is 1 medewerker aangewezen als centraal
aanspreekpunt voor dit programma. De betrokkenheid van deze en andere medewerkers
van het ministerie en van het COA volgt uit hun bestaande taakpakket. Het is daarom
niet nodig dit aanvullend in de begroting van dit programma te dekken.
25
Kunt u bevestigen dat de amv’s, door mee te doen aan dit voogdijprogramma, op geen
enkele wijze de mogelijkheid krijgen asiel aan te vragen in Nederland? Maken de amv’s
die hieraan meedoen enkel kans op een asielstatus in Griekenland?
Antwoord
Dit programma heeft geen invloed op de rechten van amv. De bestaande Europese wet-
en regelgeving blijft het uitgangspunt. Indien de amv op basis van Dublin danwel anderszins
in aanmerking komen voor gezinshereniging in een andere EU-lidstaat, waaronder Nederland,
dan is dat mogelijk, maar niet als gevolg van deelname aan dit voogdijprogramma.
26
Hoe verhoudt het door u geambieerde voogdijsysteem zich tot het door de Nederlandse
stichting Nidos en het Griekse Metadrasi opgezette voogdijsysteem?
Antwoord
Nidos en METAdrasi hebben niet gezamenlijk een voogdijsysteem opgezet. Zij werken
samen in verschillende Europese projecten. Wel is het inderdaad zo dat METAdrasi in
het huidige systeem voogden beschikbaar stelt en daarnaast ook tolken, opvanglocaties
en andere diensten levert. Nu de Griekse autoriteiten hebben aangegeven een nieuw
voogdijsysteem voor amv te willen opzetten, gestoeld op het Nederlandse model (zie
mijn brief van 1 oktober jl. en de beantwoording van voorgaande vragen) is intensievere
samenwerking met METAdrasi en eventuele andere (non-gouvernementele) organisaties
een optie. Maar nogmaals, dit is aan de Grieks autoriteiten.
27
Kloppen de berichten dat Nidos al opgeleide voogden in Griekenland heeft? Zo ja, waarom
maakt u geen gebruik van hun expertise?
Antwoord
Nidos heeft in het verleden samengewerkt met METAdrasi op het gebied van voogdij.
Het gaat met name op het uitwisselen van best practices. Van het opleiden van specifieke voogden is geen sprake geweest. In het programma
wordt zo veel mogelijk gewerkt op basis van eerdere en lopende initiatieven om zo
veel mogelijk gebruik te maken van bestaande kennis en kunde. Dit is echter mede afhankelijk
van de keuzes die de Griekse autoriteiten zullen maken t.a.v. het voogdijsysteem voor
amv.
28
Op welke termijn wordt het voogdijsysteem opgezet?
Antwoord
Kortheidshalve verwijs ik u naar de beantwoording van vragen 12, 16, 18, 22 en 26.
29
Hoeveel Grieken hebben aangegeven voogd van een amv te willen worden?
Antwoord
Daar is op dit moment nog geen sprake van. Kortheidshalve verwijs ik naar de eerder
vragen over de activiteiten op het gebied van voogdij.
30
Hoe stelt u zich de opvang van amv's bij voogden voor nu Griekenland opnieuw wordt
geraakt door een economische crisis?
Antwoord vraag 30
Het is evident dat Griekenland al langer te kampen heeft met economische uitdagingen.
Tegelijkertijd hebben de Griekse autoriteiten meermaals bevestigd serieus werk te
willen maken van het opzetten van een voogdijsysteem voor amv gestoeld op het Nederlandse
model. Ook de Europese Commissie steunt deze inzet en is ook bereid hiervoor middelen
ter beschikking te stellen. Overigens zij opgemerkt dat opvang bij voogden (nog) niet
wordt voorzien. Afhankelijk van de keuzes die door de Griekse autoriteiten worden
gemaakt, kan eventueel worden gedacht aan de opvang in opvang- of pleeggezinnen, zoals
ook in Nederland gebruikelijk is.
31
Hoe verhoudt de duur van het opzetten van voldoende opvang voor amv's in Griekenland
zich tot de erbarmelijke omstandigheden waarin de minderjarigen op dit moment verblijven?
Antwoord
Het is duidelijk dat de opvang van amv in Griekenland zorgelijk is. Daarom ondersteunt
het kabinet Griekenland met het opzetten van 48 aanvullende plekken. Daarnaast hebben
ook andere lidstaten en de Europese Commissie Griekenland steun toegezegd om voldoende
opvangcapaciteit op het vasteland te creëren. De Griekse autoriteiten hebben de nationale
opvangcapaciteit voor amv in 2020 met bijna 50% vergroot4. Dit is extra urgent nu de Griekse autoriteiten hebben besloten om alle amv van de
Griekse eilanden over te brengen naar het vasteland. Volgens de Griekse autoriteiten
zouden er op dit moment nagenoeg geen amv meer in de hotspots verblijven. Zij worden
na hun transfer naar het vaste land tijdelijk door de IOM opgevangen in hotels, in
afwachting van meer geschikte opvanglocaties zoals die nu door dit programma worden
opgezet. Hoewel deze tussenfase nog altijd verre van ideaal is, is dit een belangrijke
stap ten opzichte van hun verblijf in de hotspots op de Griekse eilanden.
32
Wat waren de eisen voor de Grieken tijdens de gesprekken voor het sluiten van dit
memorandum?
Antwoord
Vanwege het diplomatieke karakter van deze onderhandelingen, mag Griekenland uitgaan
van de vertrouwelijkheid van deze gesprekken. Daarom wordt, zoals gebruikelijk, geen
toelichting gegeven op de ingebrachte posities. Het moge duidelijk zijn dat de eensgezindheid
groot was over de noodzaak voor extra opvangcapaciteit en ondersteuning van het voogdijsysteem.
De Griekse autoriteiten waren bekend met het Nederlandse systeem en de rol van Nidos.
Doel van het partnerschap was voor beide partijen vanaf het begin helder: een duurzame
en structurele verbetering van de voorzieningen voor deze kwetsbare groep, waar nog
vele amv in Griekenland in de toekomst profijt van zullen hebben.
33
Zou het de Grieken helpen om hun voogdijsysteem te verlichten door zelf ook amv's
uit Griekenland op te nemen?
Antwoord
Uw Kamer is bekend met het standpunt van het kabinet. Hoewel het overnemen van amv
inderdaad de druk op het Griekse systeem tijdelijk zal verlichten, zal dat op de lange
termijn geen oplossing zijn. Zoals ook door de huidige Griekse regering wordt benadrukt,
wenst Griekenland nu ook duidelijk verantwoordelijkheid te nemen voor de opvang van
deze groep. Daar hoort ook een werkend opvang- en voogdijsysteem voor deze kwetsbare
groep bij. Dat is waarom het kabinet eerder dit jaar heeft gekozen om positief te
reageren op het voorstel van Griekenland en onze Griekse partners te steunen in het
doorvoeren van structurele verbeteringen. Bij hoge uitzondering heeft het kabinet
in reactie op de branden op Lesbos besloten om Griekenland aan te bieden tot 50 amv
over te nemen.
34
Heeft u aangeboden om zelf ook te helpen met het opvangen van amv's in Nederland?
Wat is de stand van zaken?
Antwoord
Zoals uw Kamer bekend, heeft het kabinet naar aanleiding van de humanitaire noodsituatie
die ontstond na de branden in de opvangkampen op Lesbos besloten om tot 100 kwetsbare
personen over te nemen vanuit Griekenland. Ik informeer uw Kamer hier in een aparte
brief over
35
Kunt u stap voor stap aangeven welke afspraken gemaakt zijn ten aanzien van het begeleiden
van de groep amv's na hun asielprocedure? Wat houdt dit in?
Antwoord
Het gaat hier om algemene begeleiding van de amv bij hun integratie in de Griekse
samenleving, danwel voorbereiding op terugkeer, herplaatsing of gezinshereniging in
een andere EU-lidstaat. Dat kan juridische ondersteuning zijn, psychosociale zorg,
toegang tot onderwijs en gezondheidszorg etc.
36
Kan onderdeel van deze begeleiding het verlenen van asiel in een andere lidstaat van
de Europese Unie zijn?
Antwoord
In het geval dat een amv in aanmerking komt voor gezinshereniging, bijvoorbeeld op
grond van de huidige Dublin Verordening, is dat inderdaad mogelijk. Dit kan ook het
geval zijn indien de amv in aanmerking komt voor herplaatsing naar een andere EU-lidstaat.
Dit zal afhankelijk zijn van de afspraken die worden gemaakt tussen Griekenland en
de lidstaten die Griekenland hebben toegezegd amv over te nemen.
37
Kan het verlenen van asiel in Nederland onderdeel zijn van deze begeleiding?
Antwoord
Indien de amv in aanmerking komt voor gezinshereniging naar Nederland op basis van
de bestaande kaders is dat een mogelijkheid Dat geldt ook voor amv die in het kader
van dit programma worden opgevangen en wellicht de komende periode naar Nederland
worden overgebracht naar aanleiding van het Nederlandse aanbod volgend op de humanitaire
noodsituatie op Lesbos.
38
Waarom heeft u bij dit project gekozen voor de inzet van MOTG, een omstreden hulporganisatie?
39
Wanneer heeft u precies voor de inzet van MOTG gekozen?
Antwoord vragen 38 en 39
Kortheidshalve verwijs ik u naar mijn brief van 2 september jl.5en het antwoord op vraag 1. Het partnerschap van Movement on the Ground (MOTG) met
het Griekse Home Project, sluit goed aan op de bredere doelstellingen van het Grieks-Nederlandse
amv-programma, inclusief de wijze van begeleiding van amv en de betrokkenheid van
de lokale Griekse gemeenschappen. MOTG heeft bovendien veel ervaring met het opzetten
van nieuwe initiatieven in Griekenland. De snelheid waarmee de eerste opvanglocatie
gereed was, bevestigt dat eens temeer.
40
Bent u ervan op de hoogte dat de organisatie MOTG ontkent dat er 500 kinderen in drie
jaar tijd opgevangen gaan worden?
Antwoord
Zover mij bekend is van een dergelijke ontkenning geen sprake.
41
Is MOTG op de hoogte van deze verplichting?
Antwoord
Movement on the Ground is bekend met dit verwachte aantal. Zoals eerder gemeld, is
deze gebaseerd op verschillende gegevens, waaronder de samenstelling van de op te
vangen groep, de snelheid van de Griekse asielprocedure, gezinshereniging en/of eventueel
herplaatsing naar een andere EU lidstaat. 6 Het betreft dus geen verplichting of doelstelling waarop MotG kan of zal sturen.
42
Op welke wijze gaat u waarmaken dat er in drie jaar tijd 500 kinderen worden geholpen
in een opvang voor 48?
Antwoord
Kortheidshalve verwijs ik u naar de beantwoording van vraag 41.
43
Op welke wijze gaan al deze kinderen goed onderwijs en psychosociale ondersteuning
krijgen? Hoe is dat mogelijk bij een gemiddelde verblijfsduur van drie maanden?
Antwoord
Zoals in de vraag wordt aangegeven, gaat het hier om een verwachte gemiddelde verblijfsduur.
Movement on the Ground spant zich samen met haar partner The HOME Project in om te
zorgen dat de kinderen gedurende hun verblijf toegang hebben tot onderwijs en de nodige
psychosociale zorg. Dit zal plaatsvinden op basis van een individueel behandelplan.
44
Waar worden deze kinderen na hun verblijf in de opvang (gemiddeld na drie maanden)
ondergebracht?
Antwoord
Kortheidshalve verwijs ik u naar de beantwoording van eerdere vergelijkbare schriftelijke
vragen van uw Kamer.7
45
Vanaf wanneer hebben er gesprekken plaatsgevonden met MOTG?
Antwoord
Vertegenwoordigers van de Nederlandse overheid hebben geregeld contact met Movement
on the Ground, net als met andere organisaties die actief zijn in Griekenland. In
april werd bekend dat Movement on the Ground samen met lokale partners werkte aan
een voorstel voor het opzetten van opvanglocaties voor amv, toen nog op de eilanden.
Dit voorstel was aanvankelijk bedoeld voor private partijen.
46
Welke regels zijn in acht genomen bij deze aanbesteding? Welke andere organisaties
zijn beoordeeld?
Antwoord
Er is gebruik gemaakt van de Wet Justitie Subsidies. Omdat andere organisaties geen
interesse toonden om binnen het kader dat is geschetst in mijn brief van 7 mei jl.8 mee te werken aan het opzetten van de 48 opvangplekken op het Griekse vasteland is
geen verdere uitvraag gedaan.
47
Waarom heeft u bijvoorbeeld niet gekozen voor Defence for Children, een organisatie
die al actief is in Griekenland en gespecialiseerd is in omgang met amv's?
Antwoord
Met Defence for Children hebben geen gesprekken plaatsgevonden. Deze organisatie heeft
geen belangstelling getoond om mee te werken aan dit programma. In tegendeel: Defence
for Children heeft naar kennelijke aanleiding van mediaberichten publiekelijk gesteld
het samenwerkingsverband «een schijnoplossing» te vinden.9 Derhalve zag ik geen aanleiding om Defence for Children voor dit initiatief te benaderen.
48
Waarom wordt er niet direct gekozen voor de inzet van Homeproject.org, een Griekse
NGO die al meerdere shelters in Athene heeft?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 2.
49
Hoelang mag een amv in de gerealiseerde shelters verblijven? Zit daar een maximum
aan?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 5 en 6.
50
Klopt het dat het Griekse advocatenkantoor Potamitis Vekris werk doet voor MOTG? Zo
ja, kunt u ingaan op de eerdere werkgevers van dit advocatenkantoor?
Antwoord
De keuze voor samenwerking met een advocatenkantoor is aan Movement on the Ground
en Home Project. Daarover zijn geen afspraken gemaakt. Evenmin is het nodig dat Movement
on the Ground hiervoor toestemming vraagt. Desgevraagd heeft Movement on the Ground
mij laten weten dat de juridische advisering door dit kantoor niet ziet op de juridische
advisering van de amv.
51
Waarom is niet gekozen voor samenwerking met een Nederlands advocatenkantoor?
Antwoord
Het ligt in de rede dat in Griekenland gebruik wordt gemaakt van een Grieks advocatenkantoor,
zoals ook in Nederland gebruik wordt gemaakt van Nederlandse advocaten.
52
Gaat u tijdens deze samenwerking met Griekenland de expertise van alle NGO's gebruiken,
niet alleen die van MOTG, zodat het belang van de amv's centraal komt te staan?
Antwoord
Ja, dat volgt uit paragraaf 1 van het MoU. Kortheidshalve verwijs ik tevens naar mijn
eerdere brieven over dit programma.10
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.H. van Meenen, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
M.C. Burger, adjunct-griffier