Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Nijboer over de huurtoeslag en de uitwerking van het Sociaal Huurakkoord
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Financiën over de huurtoeslag en de uitwerking van het Sociaal Huurakkoord (ingezonden 24 september 2020).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane (ontvangen 9 november
2020).
Vraag 1
Kunt u per afspraak uit het Sociaal Huurakkoord tussen de Woonbond en Aedes aangeven
of de maatregel wordt omgezet in wetgeving, en wat de huidige stand van zaken is?
Antwoord 1
Afspraak uit Sociaal Huurakkoord 2018
Wetgeving
Stand van zaken
Aanpassing huursombenadering:
– Maximaal inflatie exclusief huurharmonisatie
–Alle huurverhoging wegens renovatie buiten huursomstijging
Wetsvoorstel Wijziging maximale huursomstijging (35 254)
Geldt in 2020.
Wetsvoorstel is per 15-02-2020 in werking getreden.
Extra bandbreedte huursomstijging:
– Mogelijkheid om in prestatieafspraken hogere huursomstijging af te spreken (max.
inflatie+1%punt)
Wetsvoorstel Wijziging maximale huursomstijging (35 254)
Geldt in 2020.
Wetsvoorstel is per 15-02-2020 in werking getreden.
Huurbeleid individuele woningen: alleen voor woningcorporaties wordt de maximale jaarlijkse huurverhoging inflatie+4,5%punt,
om tot betere verhouding huurprijs en woningkwaliteit te kunnen komen
Deze afspraak zorgt voor rechtsongelijkheid tussen huurders van woningcorporaties
(die hogere huurverhoging kunnen krijgen) en huurders van andere verhuurders.
Alternatieve maatregel is uitgewerkt in het wetsvoorstel Wijziging huurverhogingsmogelijkheden
en inkomensgrenzen Woningwet (35 518): maximale huurverhoging van € 25 voor zeer lage huren (<€ 300)
Schriftelijke behandeling Tweede Kamer
Specifiek maatwerk: huurbevriezing of huurverlaging voor dure scheefwoners
Het wetsvoorstel Tijdelijke huurkorting (35 516) biedt verhuurders de mogelijkheid om een tijdelijke huurkorting te geven (nu is
alleen permanente huurkorting toegestaan).
in wetsvoorstel Eenmalige huurverlaging woningcorporaties (35 578) is een alternatief uitgewerkt voor de afspraak uit het Sociaal Huurakkoord: dure
scheefwoners krijgen huurverlaging of kunnen om huurverlaging vragen
Beide wetsvoorstellen (35 516 en 35 578): schriftelijke behandeling Tweede Kamer
Verduurzaming: «vergoedingentabel voor duurzaamheidsinvesteringen»
Loopt mee in het traject van het Klimaatakkoord
Naar verwachting later dit jaar informatie aan de Tweede Kamer over eventuele aanpassingen
in huurbeleid- en regelgeving (zie ook 32 813, nr. 570).
Vraag 2
Welke afspraken gelden ook voor commerciële verhuurders van gereguleerde huurwoningen?
Heeft u aanvullende afspraken met deze partijen gemaakt? Wat is de stand van zaken
daaromtrent?
Antwoord 2
De alternatieve maatregel voor huurbeleid individuele woningen, de maximaal € 25 huurverhoging
voor zeer lage huren (<€ 300) uit het wetsvoorstel Wijziging huurverhogingsmogelijkheden
en inkomensgrenzen Woningwet (Kamerstuk 35 518) gaat ook voor particuliere en commerciële verhuurders gelden. Ook de mogelijkheid
tot het geven van een tijdelijke huurkorting (wetsvoorstel Tijdelijke huurkorting,
Kamerstuk 35 516) zal tevens voor particuliere en commerciële verhuurders gaan gelden. Ten slotte
zal ook de uitwerking van de «vergoedingentabel voor duurzaamheidsinvesteringen» mede
voor particuliere en commerciële verhuurders gaan gelden.
In het kader van de coronacrisis heb ik afspraken gemaakt met de verhuurdersorganisaties
over het zoveel mogelijk voorkomen van huisuitzettingen en over het toepassen van
individueel maatwerk voor huurders die door de coronacrisis in betalingsproblemen
zijn gekomen. Ik onderzoek de mogelijkheden om de afspraken over het zoveel mogelijk
voorkomen van huisuitzettingen kan verlengen.
Vraag 3
Vindt u dat commerciële verhuurders ook zouden moeten overgaan tot huurverlaging als
de huur hoog is in relatie tot het inkomen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze
bevordert u dit?
Antwoord 3
Ik vind niet dat particuliere en commerciële verhuurders verplicht moeten overgaan
tot huurverlaging als de huur hoog is in relatie tot het inkomen. De verhuurders hebben
ook hun financiële verplichtingen en hun investeringsopgave in nieuwbouw en/of verduurzaming.
Maar om het voor verhuurders mogelijk te maken op verzoek van de huurder een tijdelijke
huurkorting toe te kennen, is het wetsvoorstel Tijdelijke huurkorting (Kamerstuk 35 516) ingediend.
Vraag 4
Kunt u uiteenzetten aan welke voorwaarden mensen moeten voldoen om het recht op huurtoeslag
te laten herleven indien zij later weer aan de inkomens- of vermogenstoets voldoen,
maar de huur is gestegen boven de maximale norm?
Antwoord 4
Aanvragers die in de jaren voor de Raad van State-uitspraken hun verworven rechten
op huurgrensoverschrijding verloren door een inkomens- en/of vermogensstijging kunnen
hier vanaf 24 juli 2019 wel weer aanspraak op maken.
Huishoudens die in het verleden recht op huurtoeslag hadden, kunnen na huurgrensoverschrijding
een «verworven recht» hebben en hun toeslag behouden. Huurders die een verworven recht
hadden en dit zijn kwijtgeraakt door bijvoorbeeld een hoger inkomen, kunnen dit laten
herleven. Uiteraard is dat alleen het geval als ook aan de overige voorwaarden voor
huurtoeslag is voldaan, zoals voorwaarden ten aanzien van financiële draagkracht (inkomen
en vermogen).
Vraag 5
Kunt u ingaan op de in de voetnoot vermelde casus1 en aangeven of deze persoon naar de huidige omstandigheden wel of geen (herleefd)
recht op huurtoeslag heeft?
Antwoord 5
Verworven recht ontstaat wanneer door een huurverhoging de huur de liberalisatiegrens
overschrijdt, maar de huurder de maand ervoor wel huurtoeslag ontving. De casus beschrijft
dat de huur vanaf juli 2019 de liberalisatiegrens overschreed. De persoon ontving
echter al sinds 2018 onterecht huurtoeslag omdat de inkomensgegevens niet tijdig waren
aangepast. De persoon had dus geen recht op huurtoeslag in de maand voorafgaand aan
de huurverhoging. Er is dus geen verworven recht ontstaan en ook geen sprake van herleefd
recht op huurtoeslag.
Vraag 6
Welke interne instructies hanteert de Belastingdienst bij vragen over het herleefde
recht op huurtoeslag?
Antwoord 6
De Belastingdienst hanteert de volgende interne instructie: «Als in het verleden een
periode (de periode van onderbreking is onbeperkt) van geen recht is geweest nadat
er recht was bij een rekenhuur boven de maximale huur grens (van toen) en daarna voor
dezelfde woning nu weer een aanvraag is gedaan mag die niet worden afgewezen op een
rekenhuur boven de maximale huur grens.»
Het geautomatiseerde systeem is zodanig aangepast dat het herleven van recht automatisch
zal leiden tot het wederom toekennen van huurtoeslag. Wanneer automatische toekenning
niet mogelijk is, bijvoorbeeld omdat de aanvrager aangeeft dat het verworven recht
te lang geleden is ontstaan, kijkt de Belastingdienst/Toeslagen welke informatie in
archieven aanwezig is. Alleen wanneer deze informatie ook niet beschikbaar is, moet
de burger aantonen dat in het verleden sprake was van een verworven recht dat nu weer
kan herleven.
Vraag 7
Vindt u het wenselijk dat commerciële verhuurders in schrijnende situaties meewerken
aan huurverlaging om recht op huurtoeslag mogelijk te maken? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen?
Antwoord 7
Om het voor verhuurders – woningcorporaties, particuliere en commerciële verhuurders
– mogelijk te maken op verzoek van de huurder een tijdelijke huurkorting toe te kennen,
is het wetsvoorstel Tijdelijke huurkorting (Kamerstuk 35 516) ingediend. Door een tijdelijke huurkorting tot onder de maximale huurtoeslaggrens
kan de huurder in aanmerking komen voor huurtoeslag. Om te voorkomen dat de verhuurder
de huur na een korte huurkorting weer terugbrengt naar het oude niveau en de blijvende
betaalbaarheid eenzijdig ten laste van de huurtoeslag komt, kan de verhuurder de huur
na een tijdelijke huurkorting tot onder de maximale huurtoeslaggrens (2020: € 737,140)
verhogen tot maximaal de maximale huurtoeslaggrens. Hiermee komt de blijvende betaalbaarheid
gedeeltelijk ook ten laste van de verhuurder en wordt de misbruikgevoeligheid van
de tijdelijke huurkorting beperkt.
Vraag 8
Bent u van mening dat de huurtoeslag een hardheidsclausule zou moeten bevatten om
in schrijnende situaties op wettelijke basis mensen alsnog tegemoet te kunnen komen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Sinds 7 juli 2020 is een nieuwe hardheidsclausule in de Awir opgenomen. Deze geldt
voor alle toeslagen, dus ook de huurtoeslag.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.