Amendement : Subamendement van het lid Van Nispen over uitsluiten dat de met stuk nr. 11 voorgestelde nieuwe strafbepaling kan worden ingeroepen tegen het slachtoffer
35 348 Wet tegengaan huwelijkse gevangenschap en enige andere onderwerpen
Nr. 12
SUBAMENDEMENT VAN HET LID VAN NISPEN
Ontvangen 9 november 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In het amendement van het lid Van Wijngaarden (stuk nr. 11) wordt aan het voorgestelde
artikel IIIA een onderdeel toegevoegd, luidende:
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Niet strafbaar is hij die een andere partij heeft verzocht tot medewerking als bedoeld
in artikel 1:68, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek.
Toelichting
Het wetsvoorstel beoogt de positie van slachtoffers van huwelijks gevangenschap te
verbeteren, door de norm te stellen dat een partij bij een religieus huwelijk verplicht
is medewerking te verlenen aan het teniet doen gaan van dit religieuze huwelijk als
de andere partij daar om verzoekt. Zo kan worden voorkomen dat mensen vast blijven
zitten in «huwelijkse gevangenschap», met alle nare gevolgen van dien.
De nieuwe strafbepaling zoals neergelegd in het amendement Van Wijngaarden op nr.
11 kan er toe leiden dat het slachtoffer van huwelijkse gevangenschap zich niet durft
te melden, uit angst zelf strafbaar te hebben gehandeld. Het risico is dan dat mensen
geen aangifte meer van huwelijkse gevangenschap durven te doen of naar de burgerlijke
rechter zouden stappen omdat het aangaan van alleen een religieus huwelijk al een
strafbaar feit is. Zo worden kwetsbare mensen nog kwetsbaarder. Daarom beoogt dit
subamendement te regelen dat deze nieuwe strafbepaling geen betrekking heeft op het
slachtoffer van huwelijkse gevangenschap, dat juist beschermd dient te worden.
Van Nispen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Michiel van Nispen, Tweede Kamerlid