Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van den Hul, Bergkamp, Özütok, Bouali en Van den Nieuwenhuijzen over aandacht voor de kwetsbare positie van oa. LHBTI’s in de nationale en internationale COVID-19 respons
Vragen van de leden Van den Hul (PvdA), Bergkamp (D66), Özütok (GroenLinks), Bouali (D66) en Van den Nieuwenhuijzen (GroenLinks) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over aandacht voor de kwetsbare positie van oa. LHBTI’s in de nationale en internationale COVID-19 respons (ingezonden 12 oktober 2020).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), mede namens
de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 5 november
2020).
Vraag 1 en 2
Bent u bekend met het feit dat de Hoge Commissaris voor de mensenrechten van de Verenigde
Naties stelt dat LHBTI-personen1 zich door de COVID-19-pandemie in een extra kwetsbare positie bevinden? Bent u op
de hoogte van de oproep van de Hoge Commissaris aan nationale overheden om er voor
te zorgen dat LHBTI-personen door de COVID-19-pandemie niet (extra) worden getroffen
door discriminatie en geweld, te verzekeren dat LHBTI-personen goede toegang houden
tot gezondheidszorg, en dat landen in hun sociaal beleid rond COVID-19 bijzondere
aandacht hebben voor o.a. oudere LHBTI-personen?
Bent u bekend met de oproep van mensenrechtenexperts van de Verenigde Naties (VN)
aan nationale overheden om in het kader van de COVID-19-pandemie in het bijzonder
bescherming te bieden aan LHBTI-personen?
Antwoord 1 en 2
Ja.
Vraag 3 en 4
Heeft u inzicht in de impact van COVID-19 op LHBTI-personen in Nederland?
Bent u op de hoogte van de signalen dat LHBTI-personen in Nederland tijdens de COVID-19-pandemie
in het bijzonder worden getroffen door eenzaamheid?
Antwoord 3 en 4
De impact van de coronacrisis is voelbaar voor verschillende groepen in de samenleving.
Velen worden op allerlei vlakken hard getroffen. Dat geldt ook voor LHBTI-personen.
Tijdens de eerste fase van de lockdown was het vrijwel onmogelijk voor LHBTI-personen
om gebruik te maken van de vele ontmoetingsplekken waar ze zich doorgaans (sociaal)
veilig en geaccepteerd voelen. Dit is vooral belangrijk voor mensen die in een onveilige
thuissituatie of buurt wonen. De gevolgen van het wegvallen van deze zogeheten «safe
spaces» kunnen heel groot zijn voor het welzijn van deze doelgroep. Ook heeft het
wegvallen van regenboogactiviteiten en andere ontmoetingsmogelijkheden een grote impact
gehad. In verband met de maatregelen tegen het coronavirus kon bijvoorbeeld de 25ste verjaardag van Pride Amsterdam in augustus niet worden gevierd en werden overal in
het land grootschalige activiteiten en evenementen afgelast. Desondanks bleek in de
periode van versoepeling van de maatregelen de creativiteit van organisaties als COC
Nederland groot en ontstond er ondanks de beperkte mogelijkheden een breed scala aan
creatieve alternatieven, zowel fysiek als online. In plaats van de jaarlijkse evenementen,
zoals de (boten)parade, vonden kleinschaliger activiteiten plaats die naar verluidt
als intimier en inclusiever werden ervaren.2
De impact van de coronacrisis reikt vermoedelijk verder dan het wegvallen van bijeenkomsten
en andere ontmoetingsplekken. Onderzoek naar de verschillende manieren waarop COVID-19
effect heeft gehad op het dagelijks leven van deze groep is van groot belang. Op dit
moment peilt Movisie het effect van de coronacrisis op LHBTI-personen in Nederland.3 De uitkomsten van deze peiling worden dit najaar verwacht. Verder is er veelvuldig
contact met belangenorganisaties om zicht te krijgen op de signalen die zij van de
achterban ontvangen. Een van die signalen blijkt de grote eenzaamheid onder de groep
te zijn. In deze moeilijke tijd ligt voor verschillende groepen mensen eenzaamheid
op de loer. Dit geldt ook voor zowel roze ouderen als jongeren. Ook voor mensen die
nog geen «coming out» hebben gehad en daardoor geen toegang hebben tot «safe spaces».
Mogelijkheden voor digitaal contact, zoals bijvoorbeeld middels de app Jong&Out, kunnen
hier van grote waarde zijn.4
Vraag 5
Kunt u aangeven welke gevolgen de COVID-19-pandemie heeft voor medische zorg aan transgenderpersonen?
Is het waar dat de wachttijden voor transgenderzorg sinds de pandemie sterk zijn toegenomen?
Welke maatregelen treft u om dit tegen te gaan?
Antwoord 5
Deze vraag ligt op het beleidsterrein van de Minister voor Medische Zorg en Sport
(MZS). Op 4 november jl. heeft deze Minister een Commissiebrief aan de Eerste Kamer
gestuurd met antwoorden op vragen van de Eerste Kamer inzake transgenderzorg, waaronder
een vraag van gelijke strekking als de vraag die u stelt. Ik informeer u dan ook graag
over haar antwoord in die Commissiebrief: «De eerste golf covidpatiënten heeft eerder
dit jaar een grote impact gehad op de reguliere zorg. Ook op de zorg voor transgenderpersonen
heeft de crisis impact gehad. In mijn brief aan uw Kamer (Kamerstukken I 2019–2020,
31 016/34 650, E en bijlagen) was ik positief over het feit dat de impact van de crisis op de wachttijden
en het aantal wachtenden voor de psychologische en endocrinologische zorg door de
inzet van digitale zorg beperkt is gebleven, maar het is wel zo dat de chirurgische
zorg enige tijd heeft stil gelegen en dat bijvoorbeeld veel intakes en diagnosestellingen
zijn uitgesteld waardoor er vrijwel geen instroom van nieuwe patiënten is geweest.
Op 1 september 2020 (Kamerstukken II, 2019–2020, 25 295, nr. 508) heb ik de Tweede Kamer geïnformeerd over de lessen die we leerden uit de covidcrisis.
In mijn brief van 13 oktober 2020 (Kamerstukken II, 2019–2020, 25 295, nr. 656) ben ik uitgebreid ingegaan op de stand van zaken in de curatieve zorg in het licht
van het toenemend aantal covidpatiënten en de effecten daarvan op de reguliere zorg.
De lessen die getrokken kunnen worden uit de eerste golf zijn niet specifiek te trekken
voor transgenderzorg. Maar zoals u weet, is er mij en ook de partijen in het veld
veel aan gelegen om ervoor te zorgen dat de zorgcapaciteit in Nederland (voor zowel
covid als non-covid-patiënten) zo goed mogelijk wordt benut en dat de toegang die
patiënten hebben tot de zorg overal gelijk is. Ik heb uw Kamer recent geïnformeerd
over de aanvullende tijdelijke maatregelen (Kamerstukken II, 2019–2020, nr. 29 247 nr. 317) die hiervoor worden getroffen. Met het Tijdelijk beleidskader waarborgen acute zorg
in de covid-19 pandemie worden aanvullende maatregelen genomen voor optimale benutting
van de zorgcapaciteit en gelijke toegankelijkheid van zorg.»
Vraag 6
Bent u bereid om, in lijn met de aanbevelingen van de VN, voor Nederland een integrale
aanpak te ontwikkelen om kwetsbare groepen zoals LHBTI’s tijdens de COVID-19-pandemie
te steunen en te beschermen? Bent u bereid om daarbinnen bijzondere aandacht te besteden
aan de aanpak van geweld en discriminatie tegen LHBTI-personen, de bestrijding van
eenzaamheid, aan oudere LHBTI-personen en aan (goed toegankelijke zorg voor) transgender
personen? Kunt u aangeven welke initiatieven u in het kader van de COVID-19-pandemie
al heeft genomen voor LHBTI-personen en andere kwetsbare groepen in Nederland?
Antwoord 6
Het kabinet blijft ernaar streven dat alle mensen zich veilig voelen en de ruimte
krijgen om te worden wie ze willen zijn. Ook in deze pandemie blijft het van groot
belang dat LHBTI-personen en andere kwetsbare groepen op steun en bescherming kunnen
blijven rekenen. Dit geldt uiteraard ook voor LHBTI-personen die in verband met de
corona maatregelen in een kwetsbare positie verkeren, zoals roze ouderen en transgender
personen. Zoals gezegd wordt er op dit moment gekeken naar duidelijke aanwijzingen
naar de effecten van Covid-19 op het leven van LHBTI-personen. Wanneer concrete aanwijzingen
duidelijk worden, kan dit aanleiding zijn voor aanvullende beleidsinitiatieven. Hierbij
zal ik de aanbevelingen van de Verenigde Naties uiteraard betrekken.
Vraag 7
Bent u op de hoogte van de signalen van lokale organisaties dat sinds de uitbraak
van de uitbraak van COVID-19 in vluchtelingenkampen van de VN LHBTI-personen minder
veilig zijn en dat zij uit de vluchtelingenkampen vluchten? Welke mogelijkheden ziet
u om de veiligheid van LHBTI-mensen te verbeteren? Heeft u hierop al stappen gezet?
Antwoord 7
Uit navraag bij verschillende directies en ambassades blijkt dat het Ministerie van
Buitenlandse Zaken geen signalen heeft opgevangen dat LHBTI-vluchtelingen in vluchtelingenkampen
van de VN door COVID-19 extra onveilig zouden zijn. Mochten er berichten in deze richting
binnenkomen, dan is een eerste stap contact te leggen met relevante organisaties,
zoals de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR.
Eerder dit jaar trad een groep LHBTI’s in het kamp Kakuma in Kenia naar voren na klachten
over discriminatie. Media hebben hier ook aandacht aan besteed. Hier speelde voor
zover bekend COVID-19 echter geen rol. Uit antwoorden op vragen vanuit het ministerie
en ambassades is gebleken dat UNHCR in dit geval zorgde voor extra veiligheidsmaatregelen
en steun voor betrokkenen. Klachten zijn onderzocht. UNHCR startte ook een dialoog
tussen verschillende gemeenschappen in het kamp.
Vraag 8
Kunt u aangeven hoe Nederland bij de VN erop aandringt dat alle landen in hun internationale
COVID-19 respons bijzondere aandacht hebben voor kwetsbare groepen, inclusief LHBTI-personen,
zonder enige vorm van discriminatie en uitsluiting?
Antwoord 8
Nederland heeft in VN-verband geregeld aangedrongen op aandacht van landen voor kwetsbare
groepen in de COVID-19 respons, onder meer tijdens de onderhandelingen over de zogenaamde
omnibus-resolutie over COVID-19, in de Algemene Vergadering van de VN. De aangenomen resolutie
erkent de katalyserende en coördineerde rol van de VN, in het bijzonder die van de
WHO, in de wereldwijde COVID-19 respons en roept op tot intensivering van internationale
samenwerking, solidariteit en een mensgerichte en gender-inclusieve COVID-19 respons
waarin mensenrechtenstandaarden worden gerespecteerd.
In VN-verband vroeg Nederland ook aandacht van landen voor specifieke, kwetsbare groepen
in de COVID-19 respons, zoals voor LHBTI’s, religieuze minderheden, vrouwen en meisjes
en journalisten. Dat deed Nederland onder meer tijdens de openingsweek van de 75e zitting van de Algemene Vergadering van de VN waar Nederland als covoorzitter van
de UN LGBTI Core Group samen met Argentinië het high-level side event op LHBTI organiseerde. Tijdens de 45e sessie van de VN-Mensenrechtenraad heeft Nederland met andere landen in een gezamenlijke
verklaring aandacht gevraagd voor de kwetsbare positie van intersekse personen in
de context van de pandemie. De VN-onafhankelijk expert op het gebied van seksuele
oriëntatie en genderidentiteit (SOGI) publiceerde recent een rapport over de impact
van COVID-19 op LHBTI’s wereldwijd met aanbevelingen om de positie van LHBTI’s beter
mee te nemen in de COVID-19 respons. Tijdens de Derde Commissie van de VN heeft Nederland
in de interactieve dialoog met de onafhankelijk expert op SOGI via een gemeenschappelijke
EU-verklaring en een nationale verklaring steun uitgesproken voor deze aanbevelingen.
Hetzelfde deed Nederland tijdens interactieve dialogen met de VN Speciaal Rapporteur
vrijheid van religie en levensovertuiging en de VN-onafhankelijk expert op het gebied
van geweld tegen vrouwen. Onder leiding van onder meer Nederland is er in juli jl.
een resolutie aangenomen in de VN-Mensenrechtenraad over vrijheid van meningsuiting
waarin aandacht wordt gevraagd voor geweld tegen journalisten en het belang van mensenrechtenbescherming
in reactie op gezondheidscrisis of andere noodsituaties.
Vraag 9
Welke acties onderneemt Nederland om ervoor te zorgen dat organisaties die Nederlandse
steun ontvangen en distribueren in het kader van de COVID-19-respons, zorgen dat deze
hulp kwetsbare groepen, zoals LHBTI’s, optimaal en zonder enige vorm van discriminatie
bereikt?
Antwoord 9
Het is van groot belang dat steun voor kwetsbare groepen terecht komt bij hen die
dat het hardst nodig hebben. Nederland steunt daarom maatschappelijke organisaties.
Die hebben als partners een belangrijke rol bij het in kaart brengen van de behoeften
en ervaringen van verschillende kwetsbare groepen en bieden hen de nodige ondersteuning,
ook in de context van de pandemie.
Om voeling te houden met de behoeftes en ervaringen van organisaties die Nederlandse
steun ontvangen en distribueren in het kader van de COVID-19 respons en ondersteuning
aan kwetsbare groepen voerden ambassades en de Minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking de afgelopen maanden meerdere gesprekken met subsidiepartners.
Door deze partners flexibiliteit te bieden, kunnen zij zich aanpassen aan de veranderende
context, zodat hun hulp de meest kwetsbare groepen optimaal bereikt. De flexibiliteit
is geboden binnen de bestaande contractvoorwaarden en via het tijdelijke subsidiebeleidskader NGO’s Corona crisis.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede namens
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.