Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kröger over het gif terrein in Krimpen aan den IJssel toekomen
Vragen van het lid Kröger (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het gifterrein in Krimpen aan den IJssel (ingezonden 3 september 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-Van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
(ontvangen 3 november 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021,
nr. 72.
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Gifterrein EMK Krimpen aan den IJssel baart Provincie
grote zorgen»1 en «Nieuw leven voor het EMK- terrein»?2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat er in de jaren zeventig minimaal 73.000 ton chemisch afval van het EMK-terrein
(Exploitatie Maatschappij Krimpen) is verdwenen? Is er bekend hoeveel daarvan in de
grond is gelopen op het voormalige terrein van EMK? Waarom is er in de jaren tachtig
voor gekozen om het EMK-terrein niet te reinigen en werd er gekozen voor een IBC-maatregel
(Isoleren, Beheersen en Controleren)?
Antwoord 2
Het is ons niet bekend waarop de in de publicaties genoemde 73.000 ton verdwenen chemisch
afval van het bedrijf EMK is gebaseerd. Het EMK-terrein terrein heeft een lange industriële
geschiedenis. Als laatste was hier de B.V. Exploitatie Maatschappij Krimpen (EMK)
gevestigd. Na de sluiting van het bedrijf EMK heeft de ingestelde projectgroep EMK
in november 1982 een werkbeschrijving laten opstellen voor de sanering van de boven-
en ondergrondse opslag. Dit was nodig vanwege de slechte conditie waarin de onder-
en bovengrondse opslag van chemische afvalstoffen op het terrein zich bevonden en
ter voorkoming van verdere verontreiniging van de bodem en het grondwater.
Bij het slopen en opruimen van de bovengrondse tanks in 1984 is circa 4.000 m3 aan afvalstoffen van de locatie afgevoerd. In het saneringsonderzoek uit 1984 wordt
gesproken over 350.000 m3 te saneren grond en in het raamsaneringsplan van 2016 is sprake van het afvoeren
van circa 90.000 m3 verontreinigde grond ter verwerking. Op basis van deze getallen kan wel geconcludeerd
worden dat grote hoeveelheden afvalstoffen in de bodem ter plaatse terecht moeten
zijn gekomen.
Op basis van het saneringsonderzoek in 1984 is door het adviesbureau IWACO b.v. in
opdracht van het toenmalig Openbaar Lichaam Rijnmond een saneringsonderzoek uitgevoerd,
waarbij meerdere saneringsvarianten zijn afgewogen. Hierop is uiteindelijk besloten
om de locatie te saneren door middel van een IBC-aanpak (Isoleren, Beheren, Controleren)
met een zo sober en doelmatig mogelijke isolatie.
In de jaren tachtig kon bij bodemsaneringen, in het kader van de Interimwet Bodemsanering,
de afweging worden gemaakt tussen multifunctioneel saneren, waarbij alle verontreiniging
verwijderd werd of IBC. Op basis van locatie-specifieke, technische, milieuhygiënische
en/of financiële omstandigheden kon afgeweken worden van multifunctioneel saneren.
Dit laatste was ook het geval bij het EMK-terrein. De variant waarbij alle verontreiniging
werd ontgraven en vervolgens gestort werd toen geraamd op meer dan 100 miljoen gulden.
De haalbaarheid van deze IBC-saneringsvariant is nader uitgewerkt in de haalbaarheidsstudie
isolatie EMK-terrein te Krimpen aan den IJssel van november 1986 opgesteld in opdracht
van de Provincie Zuid-Holland Dienst Rijnmond.
Vraag 3
Hoe beoordeelt u het feit dat 5,3 hectare staatsterrein dat tot grote diepte vol zit
met allerlei soorten chemisch afval, en dat daarmee de grootste gifbelt van Nederland
is, na veertig jaar nog steeds niet gesaneerd is?
Antwoord 3
Zoals toegelicht in het antwoord op vraag 2 is voor het EMK-terrein een IBC-sanering
toegepast waarbij er bewust voor is gekozen om de milieuhygiënische risico’s en verspreidingsrisico’s
ter plekke te beheersen. Het volledig multifunctioneel saneren door het verwijderen
van alle verontreiniging werd niet haalbaar geacht. Dat geldt nog steeds.
Onderdeel van de IBC-sanering is de afdekking met een bijna 6 hectare grote asfaltplaat
en is het terrein afgesloten van de omgeving. Het terrein heeft daarmee geen maatschappelijke
waarde. Om die reden heeft de gemeente Krimpen aan den IJssel in 2012 verzocht om
na te gaan of met een aanvullende, functionele hersanering het terrein alsnog geschikt
gemaakt kan worden voor industrieel gebruik. Uit onderzoek is eind 2014 gebleken dat
een aanvullende functionele hersanering mogelijk is. De onderzoeken zijn in opdracht
van de DCMR uitgevoerd.
Om te komen tot de hersanering en herontwikkeling van het EMK-terrein hebben het Ministerie
van Infrastructuur en Milieu, de Provincie Zuid-Holland, de gemeente Krimpen aan den
IJssel en het Hoogheemraadschap van Schieland en Krimpenerwaard op 13 mei 2015 een
bestuurlijke overeenkomst gesloten. Het doel van de overeenkomst is het eeuwigdurende
beheer van het EMK-terrein te beëindigen en de herontwikkeling van het EMK-terrein
tot bedrijfsterrein op milieuhygiënische en waterstaatkundig verantwoorde en kosteneffectieve
wijze mogelijk te maken.
Vraag 4
Kunt u aangeven welke kosten tot op heden zijn gemaakt om sterk verontreinigd grondwater
vanuit het geïsoleerde gebied op te pompen en te reinigen alvorens te worden geloosd
om de druk op de damwand te verminderen? Kunt u toelichten of dit aanvankelijk was
voorzien? Kunt u een uitsplitsing maken welke andere vaste en variabele kosten bij
deze IBC-maatregel zijn gemaakt?
Antwoord 4
Direct na afronding van de IBC-sanering is in opdracht van de provincie Zuid-Holland
in mei 1991 een nazorgprogramma opgesteld. Hierin is rekening gehouden met nazorg
en daarmee ook met nazorgkosten. Door een hogere grondwaterstand en als gevolg daarvan
een te grote belasting van de damwanden is in 1994 een aanvullende ondiepe grondwaterbeheersing
geplaatst. De nazorgkosten bedragen gemiddeld circa € 250.000 per jaar (exclusief
herinvesteringen). In deze nazorgkosten zijn opgenomen:
Het instandhouden van het onttrekkingssysteem en zuivering
Inspectie en onderhoud onttrekkingssysteem en zuivering
Monitoring grondwater in peilbuizen
Terreinonderhoud
Inkoop/aanbesteding werkzaamheden nazorg
Apparaatskosten
Vraag 5
Kunt u bevestigen dat de huidige staat van de stalen damwand langs de Sliksloot een
veilige diepere ontgraving tijdens de bodemsanering belemmert? Wat zegt dit over de
huidige kwaliteit van deze damwand? Wat is de staat van de damwand aan de kant van
de Hollandsche IJssel?
Antwoord 5
De aannemer heeft in het najaar van 2019 ten behoeve van de uitvoering onderzoeken
laten uitvoeren naar de kwaliteit van de damwanden. Uit de inspectie is gebleken dat
de damwanden langs de Hollandse IJssel en Sliksloot in redelijke staat verkeren. Er
zijn geen substantiële beschadigingen aangetroffen en de damwanden voldoen op dit
moment aan zijn functie om de verontreiniging te isoleren en om de milieuhygiënische
risico’s en de risico’s voor verspreiding weg te nemen. De damwand is in de huidige
vorm niet geschikt om een diepe ontgraving mogelijk te maken. De damwand langs de
Hollandsche IJssel kan middels versteviging wel geschikt gemaakt worden ten behoeve
van een ontgraving van de verontreiniging.
Vraag 6
Bestaat het risico dat er giftige stoffen kunnen weglekken als er niet wordt ingegrepen?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat zou dit betekenen voor de omgeving aangezien dit stukje
grond nabij grote rivieren ligt?
Antwoord 6
Onderdeel van de IBC-sanering is het grondwaterbeheerssysteem. Dit systeem wordt voortgezet
totdat de hersanering is uitgevoerd. Zolang de huidige beheeronttrekking aan de binnenzijde
van de damwand in stand wordt gehouden is er geen risico op verspreiding van de verontreiniging.
Het systeem wordt conform het nazorgplan regelmatig gecontroleerd en indien nodig
worden maatregelen genomen. Het toezicht op de werking van de IBC-maatregelen wordt
jaarlijks gerapporteerd aan het bevoegd gezag de DCMR.
Vraag 7
Klopt het dat het ministerie recentelijk opdracht heeft gegeven tot sanering, maar
dat dit deze zomer weer is stilgelegd? Wat zijn hiervan de redenen? Spelen hoge kosten
hier een rol?
Antwoord 7
De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft in 2012 het Ministerie, namens de Staat eigenaar
van het terrein, verzocht om na te gaan of met een aanvullende, functionele hersanering
het terrein alsnog geschikt gemaakt kon worden voor industrieel gebruik. Uit onderzoek
is eind 2014 gebleken dat een aanvullende functionele hersanering mogelijk is waarbij
het EMK-terrein weer een maatschappelijke functie krijgt. De uitgangspunten voor de
hersanering en herontwikkeling zijn vastgelegd in de Bestuurlijke Overeenkomst hersanering
en herontwikkeling EMK-terrein. Deze overeenkomst is op 13 mei 2015 overeengekomen
met de Provincie Zuid-Holland, de gemeente Krimpen aan den IJssel en het Hoogheemraadschap
van Schieland en de Krimpenerwaard. Op basis van deze afspraken heeft het Ministerie
van Infrastructuur en Waterstaat in 2018 opdracht gegeven om te komen tot hersanering
en herontwikkeling van het EMK-terrein. De insteek van de hersanering is om de actieve
nazorg voor de verontreiniging te beëindigen en dat het terrein geschikt wordt voor
industrieterrein. De insteek van de hersanering is niet om alle verontreiniging te
verwijderen. Dit is vanwege de diepte van de verontreiniging niet mogelijk. In het
raamsaneringsplan van 22 januari 2016, opgesteld in opdracht van het Ministerie van
Infrastructuur en Milieu, beschikt door bevoegd gezag, de DCMR, op 28 april 2016 gaat
uit van het verwijderen van mobiele verontreinigingen in combinatie met een isolatie
variant.
De eerste fase van de hersanering en de herontwikkeling is door de aannemer in juni
2020 afgerond. Afgelopen maanden is reeds 1,6 hectare van het EMK-terrein bouwrijp
gemaakt. Op dit deel van het terrein zijn geen EMK-gerelateerde verontreinigingen
aangetroffen en daarmee kan dit als bouwterrein worden uitgegeven.
Tijdens de voorbereiding van de hersaneringswerkzaamheden voor de rest van het terrein
is door de aannemer verificatieonderzoek uitgevoerd waarbij een aantal niet voorspelbare
en onvoorziene omstandigheden naar voren zijn gekomen. In de ondergrond is meer mobiele
verontreiniging op diepte aangetroffen. Deze verontreiniging bevindt zich binnen de
isolatie van de IBC-variant. Verder is de civieltechnische kwaliteit van de bestaande
damwanden niet voldoende om nabij de voorgenomen ontgraving op grote diepte langs
de Sliksloot veilig uit te voeren. De damwand is wel van voldoende kwaliteit ten behoeve
van de huidige isolatievariant. Ook speelt dat de verontreinigde grond niet kan worden
afgevoerd naar de thermische reiniger. In mijn beantwoording van de vragen gesteld
door het lid Von Martels (CDA) over de problemen met thermisch gereinigde grond (TGG)
heb ik hier melding van gemaakt (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1225). Tot slot is een complicerende factor dat in de aanwezige AVI-slakken licht verhoogde
gehalten aan PFAS zijn aangetoond. De gehalten liggen onder de huidige normen voor
toepassing echter de verhoogde gehalten zorgen ervoor dat het grondwater, dat opgepompt
wordt ten behoeve van de isolatie variant, aanvullend gereinigd moet worden. Anders
worden de lozingseisen voor PFAS overschreden. Het is te kostbaar om de AVI-slakken
te verwijderen.
Dit maakt dat de uitvoering van de oorspronkelijke opzet, zoals vast gelegd in de
Bestuurlijke Overeenkomst op dit moment onmogelijk en buitengewoon kostbaar. De extra
kosten staan daarbij niet meer in verhouding tot de maatschappelijke opbrengsten.
Voor de goede orde, ook bij de hersanering is het technisch niet mogelijk om alle
verontreiniging te verwijderen. Daarom hebben de bestuurlijke partners gezamenlijk
besloten tot een heroriëntatie op de uitvoering van het project.
Vraag 8
Klopt het dat het saneren behelst dat de grond thermisch gereinigd zou gaan worden
in de Eemshaven, maar dat het door de aanwezige hoeveelheid PFAS niet vervoerd mag
worden? En zou die grond daar überhaupt van PFAS ontdaan kunnen worden? Hoe zou dit
opgelost kunnen worden onder de huidige wetgeving? Wat zijn de alternatieven?
Antwoord 8
Naar aanleiding van het tijdelijk handelingskader PFAS is onderzoek gedaan naar de
aanwezigheid van PFAS in de grond en in het grondwater op het EMK-terrein. Daarnaast
is onderzoek gedaan naar de gehalten PFAS buiten het EMK-terrein om een indruk te
krijgen van de lokale waarden.
De PFAS-gehalten in de verontreinigde grond liggen beneden de huidige (toepassing)normen.
De aanwezigheid van PFAS speelt geen rol bij het niet kunnen thermisch reinigen van
de grond. Wel speelt het probleem dat de thermische reinigers momenteel geen grond
accepteren vanwege stagnatie in de afzet van de gereinigde grond. Hier wordt door
de verschillende betrokkenen aan gewerkt.
Vraag 9
Klopt het dat uit recentelijk technisch onderzoek is gebleken dat de grond nog meer
verontreinigd is dan gedacht? Zo ja, waarom was de schaal van de vervuiling niet eerder
bekend aangezien het terrein er al veertig jaar zo bij ligt en er de afgelopen jaren
zeer frequent onderzoek gedaan is? Welke giftige stoffen zijn er aangetroffen en tot
hoe diep zit de vervuiling?
Antwoord 9
Uit recent bodemonderzoek is gebleken dat in de ondergrond binnen de isolatie variant
meer mobiele verontreiniging is aangetroffen dan bekend was op basis van eerdere bodemonderzoeken.
Deze recent ontdekte vervuiling zit dieper dan de eerder aangetoonde verontreiniging.
Deze wordt tegengehouden door het onderliggende klei- en veenpakket dat ook circa
2 meter dieper ligt dan bij het overige deel van het terrein. Dit betekent dat ook
deze verontreiniging in horizontale en verticale richting volledig wordt geïsoleerd,
beheerd en gecontroleerd. Gezien de complexiteit van bodemonderzoeken op deze locatie,
waaronder de aanwezigheid van puin in de ondergrond, was het eerder niet mogelijk
om alles tot in detail en tot voldoende diepte in beeld te brengen.
De verontreiniging die op het terrein is aangetoond bestaat uit een mix van diverse
verontreinigingen, waaronder minerale olie, vluchtige aromaten (BTEX), polycyclische
aromatische koolwaterstoffen (PAK), fenolen en creosoten. De concentraties van deze
stoffen in de grond zijn zeer hoog (tot tienduizenden mg/kg droge stof en pure olie
en teer) en bevinden zich vanaf enkele meters diepte tot 6 à 9 meter onder het maaiveld.
In het grondwater zijn de sterkste verontreinigingen tot dezelfde diepte aangetoond.
De risico’s van deze verontreiniging zijn door de uitgevoerde IBC-variant richting
de omgeving volledig weggenomen. Naar de diepte toe wordt de verspreiding van de mobiele
component geremd door de aanwezige klei en veenlaag die een natuurlijke barrière vormt
tegen verspreiding.
Vraag 10
Hoe ziet de heroriëntatie van het saneringsproject eruit? Wat zijn de vervolgstappen?
Kunt u toezeggen dat de sanering van het volledige terrein nog steeds uw ambitie is?
Antwoord 10
De heroriëntatie is gericht op het bereiken van een passende ruimtelijke functie in
relatie tot de mogelijkheden voor de hersanering. Hierbij wordt rekening gehouden
met de huidige omstandigheden. Ten behoeve van de heroriëntatie wordt een aantal herontwikkeling-
en saneringsvarianten in beeld gebracht om een goede afweging te kunnen maken met
alle partners van de Bestuurlijke Overeenkomst. Tevens wordt ook de speciale klankbordgroep,
bestaande uit bewoners en belanghebbenden, bij de heroriëntatie betrokken, omdat ik
het belangrijk vind dat zij op een goede manier hun inbreng kunnen leveren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.