Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kops over het bericht dat het verduurzamen van woningen niet rendabel is
Vragen van het lid Kops (PVV) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat het verduurzamen van woningen niet rendabel is (ingezonden 24 augustus 2020).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 2 november 2020). Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 5.
Vraag 1
Bent u bekend met het onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), waaruit
blijkt dat het verduurzamen van woningen «voor vrijwel niemand rendabel is»?1 Wat is uw reactie hierop?
Antwoord 1
PBL heeft onderzocht of woonlastenneutraliteit op dit moment haalbaar is voor 20 verschillende types huishoudens in tussenwoningen van 110 m2 na het in een keer nemen van een geheel aan maatregelen van EUR 35.000 op basis van
een luchtwarmtepomp met zonnepanelen, met als doel deze woningen aardgasvrij en energieneutraal
te maken. De conclusie is dat dit in veel gevallen niet het geval is. Daarbij houdt
het onderzoek slechts deels rekening met de maatregelen die het kabinet heeft genomen
om de betaalbaarheid van de energietransitie te versterken, zoals subsidies, kostenreductie
en de schuif in de energiebelasting.
Het onderzoek biedt dus een beperkt en partieel beeld ten aanzien van de betaalbaarheid
van de energietransitie. Het PBL heeft eerder, bij de doorrekening van het ontwerp-Klimaatakkoord,
berekend dat met de huidige maatregelen ruim een miljoen woningen woonlastenneutraal
verduurzaamd kunnen worden. Deze berekeningen zijn gebaseerd op gemiddelde huishoudens
in gemiddelde woningen. Maar uiteraard is geen enkel huishouden gemiddeld en bestaat
er geen gemiddelde woning. Dit betekent dat het beeld gedifferentieerd is. Er nu al
een groep woningen is die woonlastenneutraal verduurzaamd kunnen worden, maar ook
een groep waarvoor dit nog niet kan.
Om een vollediger beeld te hebben van de haalbaarheid en betaalbaarheid van de energietransitie
voor de huishoudens, vind ik het van belang om ook te kijken naar verschillende woningtypen,
warmtealternatieven en verduurzamingsmaatregelen en -strategieën. Daarom wordt samen
met EZK en de VNG door PBL en TNO momenteel onderzoek naar eindgebruikerskosten uitgevoerd
(Kamerstuk 31 239, nr. 316). Daarin wordt expliciet gekeken naar de spreiding van woonlastenneutraliteit tussen
woningen en warmteopties door de tijd. Deze informatie zal gemeenten helpen om keuzes
te maken binnen de transitievisies warmte om woningen aardgasvrij te maken. Ik verwacht
de eerste resultaten hiervan begin 2021 met de Kamer te kunnen delen.
Andere relevante trajecten die ik hierbij zal betrekken zijn het onderzoek naar de
kosten en besparingen in het kader van Standaard en Streefwaarden en het onderzoek
van het EIB naar de businesscases in proeftuinen.
Vraag 2
Kunt u zich herinneren hoe vaak u hebt beloofd dat het verduurzamen van woningen goed
zou zijn voor de portemonnee van huishoudens? Staat u nog steeds achter deze woorden?
Zo ja, hoe valt dit te rijmen met de conclusie van het PBL «dat niet veel huishoudens
hun woning zullen kunnen verduurzamen zonder hun totale woonlasten te verhogen»?
Antwoord 2
Het rapport ondersteunt in mijn ogen het belang van de in het Klimaatakkoord uiteengezette
benadering, waarbij door de schuif kostendalingen (via opschaling via aanbod- en vraagbundeling,
digitalisering en innovatie), betere en goedkopere financieringsmogelijkheden en gerichte
financiële ondersteuning betaalbaarheid voor steeds meer huishoudens in zicht komt.
Daarmee bevestigt het rapport ook de noodzaak van de maatregelen die door het kabinet
zijn genomen, waaronder de schuif in de energiebelasting, diverse subsidieregelingen
en afspraken over kostenreductie. Die zijn, in hun onderlinge samenhang, nodig om
betaalbaar en woonlastenneutraal te kunnen verduurzamen en voor steeds meer situaties
en huishoudens binnen bereik te brengen.
Ik constateer verder dat het nu al treffen van verduurzamingsmaatregelen verstandig
is. Veel van de afzonderlijke maatregelen verdienen zich snel terug, zoals vloer-,
spouwmuur en dakisolatie. Een uitgebreid overzicht is te vinden via https://www.milieucentraal.nl/energie-besparen/energiezuinig-huis/isole…. Aansluiting op natuurlijke vervangingsmomenten van installaties en op aankoop- en
verbouwmomenten kan de individuele betaalbaarheid verder versterken. Naast de financiële
baten van deze verduurzamingsmaatregelen, zijn bovendien bredere overwegingen van
belang, zoals groter wooncomfort en een mogelijke waardestijging van de woning.
Vraag 3 en 4
Deelt u de mening dat een «investering» van maar liefst € 35.000 om een gemiddelde
woning energieneutraal te maken bizar veel geld is? Deelt u de mening dat het nóg
bizarder is dat die kosten zelfs over een periode van 30 jaar niet terug te verdienen
zijn, omdat de maandelijks bespaarde energielasten te beperkt zijn? Deelt u dan ook
de conclusie dat hier allesbehalve sprake is van een «investering»?
Kunt u zich herinneren hoe vaak dit door leden van de PVV-sfractie is voorspeld? Waarom
duurt het zo lang voordat bij het PBL en bij u eindelijk het kwartje valt?
Antwoord 3 en 4
De kosten voor het energieneutraal maken van een woning zijn sterk afhankelijk van
de individuele situatie en of daarbij aangesloten kan worden bij natuurlijke momenten
van vervanging en verbouwing. Het in het Klimaatakkoord afgesproken doel is overigens
om in 2030 in de gebouwde omgeving 3,4 Mton minder CO2 uit te stoten dan in het referentiescenario. Energieneutraliteit is geen doel op
zichzelf, ook met minder vergaande maatregelen kan het doel behaald worden. Ik wil
benadrukken dat er verschillende strategieën zijn om gefaseerde en reeds financieel
aantrekkelijke stappen te nemen om energie te besparen. Veel van de afzonderlijke
maatregelen verdienen zich snel terug, zoals vloer-, spouwmuur en dakisolatie. Een
uitgebreid overzicht is te vinden via https://www.milieucentraal.nl/energie-besparen/energiezuinig-huis/isole…. Naast de financiële baten van deze verduurzamingsmaatregelen, kunnen bovendien bredere
overwegingen spelen, zoals groter wooncomfort en een mogelijke waardestijging van
de woning.
Vraag 5
Bent u ervan op de hoogte dat het afschaffen van de Opslag Duurzame Energie (ODE)
en de Stimulering Duurzame Energietransitie (SDE++) wel direct leidt tot een lagere
energierekening zonder dat er tientallen duizenden euro’s per woning over de verduurzamingsbalk
gesmeten worden? Wanneer gaat u daarvoor zorgen?
Antwoord 5
Het kabinet vindt het van belang dat er geïnvesteerd wordt in duurzame energie en
CO2-reductie. Om deze reden is de SDE++ in het leven geroepen. Met de Opslag Duurzame
Energie wordt geld opgehaald ter dekking van de kasuitgaven van de SDE++ regeling.
Dit systeem zal het kabinet in stand houden.
Vraag 6 en 7
Deelt u nu eindelijk de conclusie dat het effect van het energieneutraal en/of aardgasvrij
maken van woningen op het klimaat totaal te verwaarlozen is, terwijl de gevolgen voor
de portemonnee rampzalig zijn? Deelt u dan ook de mening dat het hier eigenlijk niet
gaat om klimaatbeleid, maar om wanbeleid dat huishoudens de energiearmoede in stort?
Bent u ertoe bereid om huishoudens niet langer voor de gek te houden dat de energietransitie
voor iedereen «haalbaar en betaalbaar» zou zijn? Bent u ertoe bereid het schrappen
van de gasaansluitplicht terug te draaien en direct te stoppen met het obsessieve
klimaatneutraal en/of aardgasvrij maken van woningen?
Antwoord 6 en 7
Het in het Klimaatakkoord afgesproken doel is om in 2030 in de gebouwde omgeving 3,4
Mton minder CO2 uit te stoten dan in het referentiescenario. Energieneutraliteit is geen doel op
zichzelf, ook met minder vergaand maatregelen kan het doel behaald worden. Ik wil
nogmaals benadrukken dat er verschillende strategieën zijn om gefaseerde en reeds
financieel aantrekkelijke stappen te nemen om energie te besparen. Haalbaarheid en
betaalbaarheid voor steeds meer huishoudens staat hierbij voor het kabinet voorop.
Het rapport ondersteunt in mijn ogen het belang van de in het Klimaatakkoord uiteengezette
benadering, waarbij door kostendalingen (via opschaling via aanbod- en vraagbundeling,
digitalisering en innovatie), betere en goedkopere financieringsmogelijkheden en gerichte
financiële ondersteuning betaalbaarheid voor steeds meer huishoudens in zicht komt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.