Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Aukje de Vries en Lodders over het bericht 'Flinke weerstand akkerbouw tegen Waddenagenda'
Vragen van de leden Aukje de Vries en Lodders (beiden VVD) aan de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht «Flinke weerstand akkerbouw tegen Waddenagenda» (ingezonden 15 september 2020).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat), mede
namens Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (ontvangen 19 oktober 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Flinke weerstand akkerbouw tegen Waddenagenda»? Wat vindt u van het bericht?1
Antwoord 1
Ik heb kennisgenomen van het bericht.
Vraag 2
Hoe zijn de vertegenwoordigende organisaties van de boeren en meer specifiek de akkerbouwers
(zoals de Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) en de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV))
betrokken bij het opstellen van de ontwerp Waddenagenda 2050 en wat is er met hun
input gedaan? Hoe zijn de natuurorganisaties betrokken?
Antwoord 2
De LTO Noord is betrokken geweest bij het proces om te komen tot de ontwerp«Agenda
voor het Waddengebied 2050» (Agenda). De conceptstukken voor de projectgroep zijn
steeds met LTO gedeeld en zij zijn ook uitgenodigd voor de projectgroep. Ook heeft
LTO deelgenomen aan verschillende inhoudelijke sessies, onder meer die waar het ging
over duurzame waddeneconomie. Dit heeft geleid tot een hoofdstuk in de Agenda waarin
ook een paragraaf is opgenomen over de landbouw in het Waddengebied. Ook de natuurorganisaties
zijn van het begin af aan betrokken bij het opstellen van de Agenda.
Daarnaast zijn zowel de landbouw (middels LTO Noord) als ook de natuurorganisaties
vertegenwoordigd in het Omgevingsberaad Waddengebied dat adviseert over het beleid
in het Waddengebied. Het Omgevingsberaad heeft in mei geadviseerd over de conceptversie
van de ontwerpAgenda. Het advies gaf geen aanleiding om de passages over Landbouw
aan te passen. Het advies is te vinden op https://www.waddenzee.nl/overheid/omgevingsberaad-waddengebied/adviezen.
Vraag 3
Klopt het dat voor de kuststrook langs de Wadden gekozen is om zowel de Waddenzeekant
als ook de landzijde meer natuurwaarde te geven en er dus brakwaterzones komen? Zo
ja, waarom is daarvoor gekozen? Zo nee, wat is er dan geregeld in de ontwerp Waddenagenda?
Antwoord 3
De Agenda zelf maakt geen keuzes voor veranderingen van functies, maar signaleert
relevante ontwikkelingen waar zowel landbouw als andere functies mee te maken krijgen,
zoals klimaatverandering. De gevolgen van zeespiegelstijging en toenemende droogteperiodes
plaatsen ons voor ingrijpende keuzes. In de Agenda is als één van de leidende principes
benoemd dat de opgaven integraal worden benaderd. Waterveiligheid, energie, klimaat,
leefbaarheid, landbouw, beleving van het Werelderfgoed en natuurherstel worden zo
mogelijk gekoppeld en gezamenlijk opgepakt met integrale gebiedsontwikkeling. Zo wordt
bijvoorbeeld bij dijkversterkingsmaatregelen, nodig in verband met waterveiligheid,
nagegaan of dit kan worden gecombineerd met andere opgaven in het gebied zoals natuurversterking
door kwelders uit te breiden, zoet-zout overgangen te realiseren en vismigratie te
bevorderen (Integrale aanpak kustzone). Uiteraard worden daarbij alle relevante stakeholders
in de omgeving (waaronder de landbouw) betrokken en zullen ook gevolgen voor andere
opgaven in het gebied, zoals verzilting en zoetwaterbeschikbaarheid, in beeld worden
gebracht.
Vraag 4
Wat zijn de gevolgen voor de landbouw en meer specifiek de akkerbouw van de voorstellen
in de ontwerp Waddenagenda? Welke onderzoeken hebben plaats gevonden om te toetsen
wat de gevolgen zijn van de gekozen maatregelen voor de landbouw en meer specifiek
de akkerbouw? Bent u bereid deze onderzoeken met de Tweede Kamer te delen? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 4
Een van de doelstellingen voor het Waddengebied is dat economische sectoren, waaronder
dus ook de land- en akkerbouw, excelleren, in de context van het Werelderfgoed Waddenzee.
In de ontwerpAgenda is als opgave opgenomen het behouden van de sterke (export)posities
van de landbouw, ook als drager van het landschap en de identiteit van het gebied
en bron van werkgelegenheid. Daarnaast wordt de landbouw geconfronteerd met een toenemende
verzilting. In de ontwerpAgenda hebben we enkele adaptie-strategieën voor het omgaan
met verzilting opgenomen. Daarnaast is ook de strategie opgenomen om de huidige landbouw
te verduurzamen en te werken aan een circulaire landbouw, rekening houdend met de
sterke positie van de grootschalige pootaardappelteelt en akkerbouw langs de Waddenkust
en bloembollenteelt in Noord-Holland.
Een van de strategieën is ook om de samenwerking tussen de landbouw- en natuurorganisaties
te versterken waarbij LTO, landbouwcollectieven en de natuur- en milieuorganisaties
bekijken hoe ze de in de ontwerpAgenda benoemde strategieën gezamenlijk kunnen invullen.
Deze strategie, alsmede ook andere in de (ontwerp)Agenda benoemde strategieën zullen
we, in overleg met betrokken partijen, in de loop van 2021 via het Uitvoeringsprogramma
Waddengebied 2021–2026 omzetten in concrete acties.
Op verzoek van het Regiecollege Waddengebied (RCW) zijn in 2018 voor verschillende
thema’s discussiepapers opgesteld waarover het RCW vervolgens advies heeft gegeven
aan de Stuurgroep van de Gebiedsagenda. De papers schetsen de belangrijkste ontwikkelingen,
dilemma’s en oplossingsrichtingen. In discussiepaper «Kansen voor economische initiatieven»
komen de onderwerpen landbouw, visserij, recreatie en toerisme, en zakelijke en persoonlijke
dienstverlening aan de orde. De publicatie «Als het getij verloopt...» (maart 2019)
bundelt de adviezen en discussiepapers. De discussiepapers, de afzonderlijke adviezen
en de publicatie zijn te vinden op https://www.agendavoorhetwaddengebied2050.nl/ (Publicaties en Agenda Waddengebied/Discussiepapers)
Vraag 5
Klopt het dat de doelen voor Natura 2000, zoals de NAV aangeeft, leidend worden gemaakt
voor het veel grotere Waddengebied? Kunt u een overzicht geven van de maatregelen
die in de huidige Natura 2000 beheerplannen opgenomen zijn voor dit gebied? Zo nee,
waarom niet? Kunt u aangeven welke extra maatregelen zijn toegevoegd en wat de reden
daarvan is?
Antwoord 5
Nee dit klopt niet. Wel wordt met de Agenda een aanpak geschetst waarbij opgaven integraal
aangepakt worden zoals de «Integrale aanpak kustzone». Dit kan kansen opleveren voor
zowel de natuur als voor de landbouw. De hoofddoelstelling voor de Waddenzee, «een
duurzame bescherming en ontwikkeling van de Waddenzee als natuurgebied en het behoud
van het unieke open landschap», is en blijft het rijksbeleid. Het leidende principe
bij ingrepen of handelingen in de Waddenzee is dat wordt uitgegaan van een duurzame
bescherming en zo natuurlijk mogelijke ontwikkeling van de Waddenzee. Het bereiken
van de hoofddoelstelling voor de Waddenzee heeft effecten op het omliggende Waddengebied,
en ook andersom kunnen er effecten zijn van ontwikkelingen in het Waddengebied die
van invloed zijn op het bereiken van de doelstelling voor de Waddenzee. Daarmee zijn
ook de doelen voor het omliggende Waddengebied relevant, voor zover dat verband houdt
met het bereiken van de hoofddoelstelling van de Waddenzee. Een en ander is beschreven
in de Natura 2000-beheerplannen.
In de Natura 2000-beheerplannen voor respectievelijk de Waddenzee en de Noordzeekustzone
(periode 2016–2022) staat beschreven welke maatregelen dienen te worden genomen om
de doelen voor Natura 2000 te behalen. De begrenzing van het Natura 2000 gebied Waddenzee
blijft ongewijzigd. In de Verzamelbrief Wadden van 20 juni 20192 heb ik aangegeven dat de natuurkwaliteit van de Waddenzee onder druk staat. «De instandhoudings-doelstellingen
worden gehaald, maar de natuurontwikkelingsdoelstellingen blijven nog achter. Naast
verbetering van het beheer is ook extra aandacht nodig voor investeringen». Rijk en
provincies trekken gezamenlijk op de komende jaren om te werken aan de grote opgaven
voor de wadden: natuurherstel en -ontwikkeling, verduurzaming van het medegebruik,
klimaatadaptatie en versterking van het Werelderfgoed.
Vraag 6
Bent u het eens dat kuststrook langs de Wadden in Noord-Holland, Fryslân en Groningen
van groot belang is voor de voedselvoorziening, met name ook door de akkerbouw in
dat gebied? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Ja, dat wordt ook onderkend in de Agenda. Langs de Waddenkust is de grondgebonden
grootschalige landbouw de belangrijkste economische sector, met name de akkerbouw.
Vraag 7
Bent u het eens dat het voor de Wadden belangrijk is dat ecologie en economie in balans
met elkaar zijn, en dat economische activiteiten, zoals landbouw en akkerbouw, ook
zeker bij het Waddengebied horen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom heeft u zich
dan geen rekenschap gegeven van de landbouw en meer specifiek de akkerbouw?
Antwoord 7
Ja, dat wordt ook onderkend in de Agenda.
In de Agenda is een aantal leidende principes benoemd hoe om te gaan met de verschillende
opgaven in het gebied. Een van de principes die daarbij wordt gehanteerd is dat ecologie
en economie elkaar versterken. We investeren in robuuste en veerkrachtige natuur.
In eerste instantie voor de natuur zelf, maar ook om ruimte te houden voor economische
ontwikkeling. Economie en ecologie versterken elkaar en dragen samen bij aan een vitaal
en veerkrachtig Waddengebied. «Ecologie en Economie in balans» is een werkwijze die
ontwikkeld is voor de Eems-Dollard en nu centraal staat in het hele Waddengebied.
Per opgave en per gebied zal binnen het Waddengebied die balans tussen economie en
ecologie verschillen. Voorwaarde is daarbij telkens dat samen gezocht wordt naar die
balans en geïnvesteerd wordt in begrip voor elkaars opgave en wederzijds vertrouwen
om tegenstellingen te overbruggen en tot nieuwe oplossingen te komen.
Vraag 8
Bent u het eens dat de akkerbouwbelangen ook zwaar gewogen moeten worden in de Waddenagenda,
want het is onder meer een zeer belangrijk gebied voor de pootaardappelen, waar Nederland
een leidende positie in heeft? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe komt het belang van
de akkerbouw en landbouw dan tot uiting in de ontwerp Waddenagenda?
Antwoord 8
Zie het antwoord op vragen 4 en 7.
Vraag 9
Hoe heeft de constatering in de concept Waddenagenda 2050 «Langs de Waddenkust is
de grondgebonden grootschalige landbouw de belangrijkste economische sector, met name
de akkerbouw. De pootaardappel is economisch gezien de belangrijkste teelt langs de
Gronings-Friese kust en heeft een grote exportwaarde.» een vertaling gekregen in de
ontwerp Waddenagenda?
Antwoord 9
Zie het antwoord op vragen 4 en 7.
Vraag 10
Wat is de zienswijze die NAV heeft ingediend met betrekking tot de Waddenagenda? Kan die worden gedeeld met de Tweede Kamer? Welke landbouworganisaties hebben
nog meer zienswijzen ingediend?
Antwoord 10
De reactie van de NAV heeft betrekking op de geografische scope van de Agenda en het
belang van de landbouw, de zoetwatervoorziening in het gebied en op het binnendijks
broeden van Waddenvogels.
Naast de NAV hebben ook de Nederlandse Aardappel Organisatie, Coöperatie Agrico, LTO
afdeling Noardeast Fryslân en de Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV) een (openbare)
reactie ingediend. De volledige reactie van de NAV alsmede ook van de andere ingediende
(openbare) reacties is te vinden op https://www.internetconsultatie.nl/ontwerpagenda_voor_het_waddengebied_…
Vraag 11
Bent u bereid om in gesprek te gaan met vertegenwoordigers van de landbouw- en akkerbouwsector
(inclusief meer specifiek de pootaardappelen) over positie in de Waddenagenda en de
Tweede Kamer over de uitkomsten van het overleg te informeren ruim voor het eerstvolgende
algemeen overleg Wadden op 5 november 2020, waar de Waddenagenda zal worden besproken?
Antwoord 11
Het Ministerie van IenW en van LNV gaan in gesprek gaan met de land- en akkerbouwsector
over de positie van de sector in de Agenda. In aanloop naar het AO Wadden op 5 november
wordt uw Kamer middels een «Waddenbrief» geïnformeerd over de stand van zaken.
Vraag 12
Hoe is de Waddenagenda, die nog niet definitief is vastgesteld, vertaald in de Nationale
Omgevingsvisie (NOVI)? Wat is de status van NOVI op dit moment?
Antwoord 12
In de NOVI zijn de hoofddoelstelling voor de Waddenzee alsmede de doelstellingen voor
het Waddengebied opgenomen. Daarnaast wordt in de NOVI verwezen naar de totstandkoming
van de (ontwerp)Agenda. Het kabinet heeft op vrijdag 11 september de definitieve NOVI3 aangeboden aan de Tweede Kamer.
Vraag 13
Bent u bereid om deze vragen één voor één en in ieder geval ruim voor het algemeen
overleg Wadden op 5 november 2020 te beantwoorden?
Antwoord 13
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede namens
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.