Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van den Hul en Westerveld over het sluiten van de NESO-kantoren
Vragen van de leden Westerveld (GroenLinks) en Van den Hul (PvdA) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Buitenlandse Zaken over het sluiten van de Netherlands Education Support Offices-kantoren (ingezonden 22 september 2020).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), mede namens
de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 19 oktober 2020). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 377.
Vraag 1
Bent u bekend met de brief aan de Kamer over «Stand van zaken proces hernieuwde inzet
kennisdiplomatie»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u toelichten in welk opzicht de Netherlands Education Support Offices (NESO-)kantoren
niet voldeden aan de wens van de regering om in te zetten op meer strategische aanwezigheid
in het buitenland? In hoeverre worden er plaatsvervangende instituten gesubsidieerd
om aan deze wens te voldoen, zodat studentenmobiliteit tussen Nederland en de tien
NESO-landen gewaarborgd blijft?
Antwoord 2
De NESO-kantoren zijn buitenlandse vestigingen van de Nederlandse stichting Nuffic
en maken als zodanig geen deel uit van de vertegenwoordiging van de Nederlandse overheid
in het buitenland. De medewerkers hebben geen diplomatieke status en niet alle overheidsinformatie
kan met NESO-medewerkers worden gedeeld. Het is daarom lastig om de NESO-kantoren
voor de meer strategische doeleinden in te zetten, waar de veranderende geopolitieke
verhoudingen en de verscherpte aandacht voor kennisveiligheid om vragen. Het is dan
ook niet gezegd dat in de tien NESO-landen gecontinueerde inzet op onderwijs en wetenschap
plaatsvindt.
Studentenmobiliteit vanuit NESO-landen blijft uiteraard mogelijk. Nuffic blijft via
allerlei kanalen informatie verschaffen aan internationale studenten die geïnteresseerd
zijn in een verblijf in Nederland en aan Nederlandse studenten die in het buitenland
willen studeren. Ik leg mijn plannen voor de vernieuwde inzet op internationale samenwerking
en kennisdiplomatie binnenkort aan u voor. De wensen van uw Kamer omtrent het beperken
van de actieve werving van internationale studenten (motie van het lid Futselaar,
Kamerstukken II, 2019/20, 35 282, nr. 38), het maken van afspraken over uitwisseling, samenwerking en de borging van veiligheid
(motie van de leden Wiersma en Paternotte, Kamerstukken II, 2019/20, 35 282, nr. 35) en het actief bevorderen van de samenwerkingsverbanden tussen Nederlandse en Britse
hogescholen en universiteiten (motie van de leden Paternotte en Wiersma, Kamerstukken II,
2019/20, 35 282, nr. 32) neem ik daarbij mee.
Vraag 3
Kunt u toelichten in hoeverre u uitvoering heeft gegeven aan de motie van de leden
Westerveld en Van den Hul2, aangezien een evaluatie van de NESO-kantoren, naast het interdepartementaal beleidsonderzoek,
naar ons weten niet heeft plaatsgevonden? Bent u bereid deze evaluatie alsnog spoedig
uit te voeren en in de tussentijd uw besluit aan te houden?
Antwoord 3
Mijn besluit is niet ingegeven door ontevredenheid over de NESO-kantoren, maar door
de gewijzigde beleidsinzet ten gevolge van het IBO internationalisering en de onhoudbare
financiële governance, waarop het rapport van de Auditdienst Rijk over de sturingsrelatie
met Nuffic heeft gewezen en zoals ook is gemeld in de departementale jaarverslagen
over 2018 en 2019 (Kamerstukken II, 2018/19, 35 200, nr. 1 en Kamerstukken II, 2019/20, 35 470, nr. 1). Een nieuwe evaluatie is in dat licht niet zinvol. In mijn eerdere, door u aangehaalde,
brief heb ik daarom aangegeven dat ik het IBO en het rapport van de Auditdienst Rijk
als voldoende evaluatie beschouw.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de uitwisseling van studenten en het stimuleren van onderwijs
grote meerwaarde hebben, juist met het oog op de moeizame diplomatieke relaties met
enkele landen die nu nog een NESO-kantoor hebben? Deelt u de mening dat dit haaks
staat op het voornemen van de Ruslandstrategie van dit kabinet, waarin depeople-to-peoplecontacten juist worden geïntensiveerd in plaats van verminderd?
Antwoord 4
De Minister van Buitenlandse Zaken heeft bij brief van 6 oktober jl. (Kamerstukken II,
2020/21, 35 373, nr. 24) aan uw Kamer aangegeven dat het belang van people-to-people-contacten in de relatie
met Rusland zal worden meegenomen in de te verschijnen Internationale Kennisstrategie.
Studentenmobiliteit vanuit NESO-landen blijft zoals gezegd mogelijk, Nuffic blijft
via allerlei kanalen informatie verschaffen aan internationale studenten die geïnteresseerd
zijn in een verblijf in Nederland en aan Nederlandse studenten die in het buitenland
willen studeren, bijvoorbeeld via studyinholland.nl en wilweg.nl. Dit geldt ook voor
de uitwisseling van studenten met Rusland.
Vraag 5
Kunt u aangeven hoeveel middelen vrijkomen met de sluiting van de NESO’s? Worden de
vrijgekomen middelen enkel ingezet in de tien landen die nu een NESO-kantoor hebben?
Antwoord 5
In mijn antwoorden op vragen van uw Kamer bij de ontwerpbegroting OCW 2021 d.d. 5 oktober
jl. (Kamerstukken 2020/21, 35 570 VIII) heb ik aangegeven dat de financiering die Nuffic ontvangt voor de NESO-kantoren
stapsgewijs wordt afgebouwd. Daarmee wordt in 2021 € 400.000 geïnvesteerd in kennisdiplomatie
wat oploopt tot € 3,8 miljoen structureel vanaf 2024. Daarbij heb ik ook aangegeven
dat de middelen niet vrijvallen, maar anders worden ingezet. Uw Kamer ontvangt het
voorstel voor de transitie per land en de vernieuwde inzet op kennisdiplomatie en
internationale samenwerking in het hoger onderwijs en de wetenschap dit najaar.
Vraag 6
Kunt u aangeven hoeveel studenten gebruik maken van de diensten van de NESO-kantoren
om in Nederland te studeren?
Antwoord 6
Het netwerk van NESO’s biedt op verschillende manieren diensten aan studenten aan.
De NESO’s hebben direct contact met studenten waar het gaat om informatievoorziening
over studeren in Nederland. Per jaar gaat dat om circa 20.000 contactmomenten. Daarbij
kan het gaan om voorlichting over bijvoorbeeld studieprogamma’s, instellingen, visa
en zorgverzekeringen, om informatieverstrekking over studiebeurzen voor internationale
studenten en om het organiseren van bijeenkomsten om internationale studenten voor
te bereiden op studie en verblijf in Nederland. Het precieze aantal studenten is niet
aan te geven, omdat sommige studenten meer dan één contactmoment hebben.
Daarnaast hebben de NESO’s via de websites en social media kanalen op indirecte (online)
manier contact met studenten, waarbij het jaarlijks bij elkaar opgeteld om meer dan
900.000 nieuwe website bezoekers en volgers van social media kanalen gaat voor het
gehele NESO-netwerk.
Vraag 7
Kunt u aangeven welke mogelijkheden er zijn, mocht blijken dat de sluiting van NESO-kantoren
leidt tot een afname van studentenmobiliteit tussen Nederland en de tien NESO-landen?
Antwoord 7
Zoals gezegd leg ik de plannen voor internationale samenwerking en kennisdiplomatie
binnenkort aan u voor. De focus zal daarbij liggen op meer gelijkwaardige samenwerking,
het creëren van strategische partnerschappen tussen instellingen en samenwerking in
de driehoek onderwijs-bedrijfsleven-overheid, waarbij mogelijk op maatschappelijk
relevante thema’s zoals rondom de SDG’s. Ook het faciliteren van Living Labs en daarmee
gepaard gaande (kortdurende) studentenmobiliteit – nadrukkelijk ook uitgaande studentenmobiliteit –
maken deel uit van deze plannen. Dit betekent dat ik ook opnieuw kijk naar welke landen
het meest geschikt zijn voor samenwerking op het gebied van onderwijs en wetenschap.
Studentenmobiliteit is daarbij geen doel op zich, dus dit zou ook een afname van de
totale studentenmobiliteit kunnen betekenen. Ik vind de kwaliteit hierbij belangrijker
dan de kwantiteit. Te zijner tijd wissel ik graag met uw Kamer van gedachten over
de ambities in de NESO-landen en daarbuiten.
Vraag 8
Kunt u toelichten tot op welke hoogte en in welk tempo de subsidiering van de NESO-kantoren
zal afnemen? Kunt u toelichten op basis waarvan de verschillende sluitingstermijnen
van NESO-kantoren zijn gebaseerd? Op welke wijze zijn de medewerkers van de NESO-kantoren
betrokken geweest bij de totstandkoming van het besluit om de NESO-kantoren te sluiten?
Antwoord 8
Ik heb u het afbouwschema van de financiering van de NESO-kantoren in mijn door u
aangehaalde brief d.d. 11 september 2020 toegestuurd. Nuffic krijgt voor het betreffende
kalenderjaar de volledige financiering van het NESO-kantoor, waarbij het kantoor in
de loop van het laatste kalenderjaar de dienstverlening zal afbouwen, zodat sluiting
aan het einde van het kalenderjaar gerealiseerd is. De medewerkers van de NESO-kantoren
zijn in dienst van de stichting Nuffic en naar mijn beste weten heeft Nuffic zich
in dezen een goed werkgever betoond en de medewerkers waar mogelijk betrokken bij
of op de hoogte gehouden van de totstandkoming van de besluitvorming.
Het afbouwschema is gemaakt in overleg met Nuffic en met de Minister van Buitenlandse
Zaken. Daarbij is rekening gehouden met verschillende omstandigheden per land, waaronder
de Nuffic-aanwezigheid voor de uitvoering van programma’s zoals het StuNed scholarship-programma
en het Orange Knowledge Programma, beide gefinancierd door de Minister voor Buitenlandse
Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Ook de duur van lopende activiteiten en contracten
is meegewogen bij het bepalen van de verschillende sluitingstermijnen.
Vraag 9
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden?
Antwoord 9
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.