Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van den Hul, Özütok en Bergkamp over het voortbestaan van het Roze in Blauw politieteam
Vragen van de leden Van den Hul (PvdA), Özütok (GroenLinks) en Bergkamp (D66) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het voortbestaan van het Roze in Blauw politieteam (ingezonden 10 september 2020).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 13 oktober 2020). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 248.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de verontrustende signalen dat agenten vanwege werkdruk
overwegen hun werkzaamheden voor het Roze in Blauw netwerk neer te leggen?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat veel van de waardevolle taken sinds de zomer niet meer kunnen
worden uitgevoerd vanwege de hoge werkdruk?
Antwoord 2
De roosterdruk wordt in de politieorganisatie op dit moment breed gevoeld. Dit geldt
ook voor de leden van het informele medewerkersnetwerk Roze in Blauw (RiB) van de
eenheid Amsterdam. De leiding in de eenheid Amsterdam is op de hoogte van de zorgen
van Roze in Blauw over het kunnen invullen van de taken van het netwerk en is met
hen in gesprek. Zij beraadt zich hoe het waardevolle werk van RiB kan worden voortgezet.
Vraag 3
Maakt u zich zorgen over de toename van geweld jegens de LHBTI+-gemeenschap van de
afgelopen jaren? Bent u van mening dat juist deze stijging het voortbestaan van Roze
in Blauw niet alleen legitimeert maar van essentieel belang maakt?
Antwoord 3
De politie registreerde in 2019 1603 incidenten met betrekking tot discriminatie op
grond van seksuele gerichtheid2. Ten opzichte van 2018 was er sprake van een toename in absolute zin met bijna 100
incidenten. Van deze 1603 incidenten was er in 17% sprake van geweld en 16% van bedreiging.
Mijn collega van OCW en ik vinden dat elk incident tegen LHBTI-ers er een te veel
is. Daarom hebben wij samen met de G4 het Actieplan Veiligheid LHBTI3tot stand gebracht. De maatregelen uit dit actieplan worden op dit moment uitgevoerd.
Het informele medewerkersnetwerk Roze in Blauw levert vanwege zijn specifieke deskundigheid
een belangrijke bijdrage aan de aanpak van discriminatie tegen LHBTI-ers. Deze deskundigheid
wordt ingebracht via de Netwerken Divers Vakmanschap die in elke eenheid een plek
hebben.
Vraag 4, 5
Deelt u de mening dat het Roze in Blauw netwerk fundamenteel is voor de politieorganisatie,
wegens haar emanciperende rol en haar deskundigheid? Zo ja, deelt u de mening dat
mocht de werkdruk het netwerk daadwerkelijk de kop kosten dit moet worden voorkomen?
Zo ja, welke concrete stappen bent u voornemens te zetten?
Heeft u contact gehad met Roze in Blauw? Zo ja, welke signalen kwamen hieruit voort?
Zo nee, bent u van plan dat te zullen doen?
Antwoord 4, 5
De deskundigheid en inzichten van de informele medewerkersnetwerken, zoals RiB, zijn
belangrijk voor de politieorganisatie. Zij leveren een belangrijke bijdrage aan de
strafrechtelijke aanpak van discriminatie en aan de realisatie van een divers en inclusief
korps welke elementen immers onderdeel zijn van de identiteit van onze Nederlandse
politie. Ik acht het van groot belang dat het werk van RiB op een zinvolle wijze wordt
voortgezet. Daarom zal ik de ontwikkelingen nauwlettend volgen en in overleg blijven
met de korpsleiding over een goede inzet van RiB, zowel op het onderwerp als ook in
het kader van de werkbelasting.
Vraag 6
Hoe verhoudt de uitvoering van de motie Özütok c.s. over het beter borgen van het
Roze in Blauw netwerk zich tot de huidige stand van zaken bij Roze in Blauw?4
Antwoord 6
De kennis en expertise van het medewerkersnetwerk worden ingezet waar nodig, maar
het uitgangspunt is dat iedereen bij elke politiemedewerker terecht moet kunnen en
goed geholpen wordt. De politieorganisatie borgt dit middels het Netwerk Divers Vakmanschap.
Iedere eenheid heeft een Netwerk Divers Vakmanschap en deze netwerken staan onderling
met elkaar in verbinding. Bij deze netwerken zijn collega’s werkzaam met kennis en
expertise met betrekking tot verschillende achtergronden en culturen, waaronder lhbti.
Het netwerk is verankerd in de organisatie, bekend bij collega’s en wordt actief ingezet
bij operationeel politiewerk. Dit betekent dat het zwaartepunt als het gaat om de
operationele inzet van kennis en inzichten – en dus capaciteitsinzet – ligt bij het
Netwerk Divers Vakmanschap. Om de kennis en expertise op peil te houden, maakt het
Netwerk Divers Vakmanschap dankbaar gebruik van informele netwerken zoals RiB.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.