Motie : Motie van het lid Voordewind over niet instemmen met NAVO-steun aan Turkije
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2217
MOTIE VAN HET LID VOORDEWIND
Voorgesteld 6 oktober 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Turkije en Azerbeidzjan zich niet aan de oproep van de VN-Veiligheidsraad
en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens houden om de vijandelijkheden in Nagorno-Karabach
te beƫindigen;
constaterende dat Turkije zowel op politiek als op militair gebied steun biedt aan
Azerbeidzjan in het conflict aan de grens van Europa over Nagorno-Karabach;
constaterende dat artikel 5 van het NAVO-verdrag ruimte laat voor een afweging door
elk van de lidstaten of er in het geval van een aanval op een lidstaat ook daadwerkelijk
bijstand wordt verleend;
overwegende dat een aanval op Turkije het gevolg zou kunnen zijn van het Turkse optreden
in de regio en dat daarmee Turkije een beroep zou kunnen doen op bijstand van de andere
NAVO-lidstaten conform artikel 5;
overwegende dat het ondenkbaar is dat er Nederlandse militaire inzet zou zijn die
feitelijk het huidige Turkse bewind zou verdedigen of dat Nederland op andere wijze
bijstand zou verlenen in het kader van artikel 5 van het NAVO-verdrag;
spreekt uit dat deze Kamer niet zal instemmen met enige steun c.q. bijstand voor Turkije
op grond van artikel 5 van het NAVO-verdrag zolang Turkije militair betrokken blijft
bij het conflict tussen Armeniƫ en Azerbeidzjan,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voordewind
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.S. Voordewind, Tweede Kamerlid