Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Kwint en Alkaya over het nieuws dat gedupeerde ouders van de CAF 11-zaak al veel eerder compensatie hadden kunnen krijgen
Vragen van de leden Kwint en Alkaya (beiden SP) aan de Minister-President over het nieuws dat gedupeerde ouders van de CAF 11-zaak al veel eerder compensatie hadden kunnen krijgen (ingezonden 7 september 2020).
Antwoord van Minister Rutte (Algemene Zaken) (ontvangen 29 september 2020).
Vraag 1
Kunt u uitleggen wat uw rol is geweest in het tegenhouden van een compensatievoorstel
van de voormalig Staatssecretaris van Financiën (de heer Snel) begin juni 2019?
Antwoord 1
In de vraagstelling wordt er ten onrechte van uitgegaan dat in de ministerraad van
7 juni 2019 een compensatievoorstel van Staatssecretaris Snel is tegengehouden. Dit
is niet het geval. Vanaf het moment dat de omvang van de affaire bij Staatssecretaris
Snel duidelijk begon te worden, heeft het kabinet zijn inzet om de gedupeerde ouders
recht te doen onderschreven.
Vraag 2
Is destijds een compensatievoorstel besproken in de ministerraad, de onderraad of
de voorbereidende ambtelijke commissies?
Antwoord 2
Nee.
Vraag 3
Waarom zijn eerdere vragen hierover na zes weken in zeer algemene en ontwijkende bewoordingen
beantwoord?1
Antwoord 3
De eerdere Kamervragen gingen er ten onrechte van uit dat in de ministerraad van 7 juni
2019 een compensatievoorstel van Staatssecretaris Snel is tegengehouden. Dit is niet
het geval. Vanaf het moment dat de omvang van de affaire bij Staatssecretaris Snel
duidelijk begon te worden, heeft het kabinet zijn inzet om de gedupeerde ouders recht
te doen onderschreven.
Vraag 4
Bent u bereid eventuele stukken over een compensatieregeling die ambtelijk zijn voorbereid
naar de Kamer te sturen?
Antwoord 4
Op 2 juli 2020 heeft uw Kamer besloten tot het instellen van de parlementaire ondervragingscommissie
kinderopvangtoeslag. Op 14 juli 2020 heeft de parlementaire ondervragingscommissie
kinderopvangtoeslag documenten en inlichtingen gevorderd die onder andere zien op
de totstandkoming van de compensatieregeling voor de gedupeerde ouders in de CAF-11-zaak.
Deze documenten en inlichtingen zijn inmiddels aan de ondervragingscommissie verstrekt.
Vraag 5
Welke geloofwaardigheid had het laten van een traan op de bijeenkomst met ouders in
Rijswijk, terwijl al veel langer door u en het kabinet geweten werd dat ouders onterecht
waren aangepakt? Kunt u uw antwoord toelichten, specifiek in het licht van de stukken
die op 31 augustus 2020 naar de Kamer zijn gestuurd, waaruit blijkt dat in ieder geval
al in 2013 door de Belastingdienst is gemeld dat de invordering tot ernstige problemen
leidde?
Antwoord 5
De vraagstelling suggereert dat de omvang van de affaire sinds 2013 bekend is bij
het kabinet. Dit is niet het geval. Wat de gedupeerde ouders is overkomen, had nooit
mogen gebeuren en daarvoor heb ik mijn excuses aangeboden.
Vraag 6
Was de noodkreet van de Belastingdienst over disproportionele terugvordering u bekend?
Antwoord 6
Nee. Wat de gedupeerde ouders is overkomen, had nooit mogen gebeuren en dat dit niet
eerder naar boven is gekomen is onderdeel van de tragiek.
Vraag 7
Waarom noemde u de toeslagenaffaire zo groot als MH17 en het Groninger gasdossier,
terwijl u eerder niets heeft gedaan om deze schandvlek op te lossen?
Antwoord 7
Vanaf het moment dat de omvang van de affaire bij Staatssecretaris Snel duidelijk
begon te worden, heeft het kabinet zijn inzet om de gedupeerde ouders recht te doen
onderschreven. Wat de gedupeerde ouders is overkomen, had nooit mogen gebeuren en
daarvoor heb ik mijn excuses aangeboden.
Vraag 8
Wat heeft u concreet gepoogd op te lossen, ten minste sinds het moment dat de Belastingdienst
het kabinet op deze problemen heeft gewezen?
Antwoord 8
Het kabinet heeft vanaf het moment dat de omvang van de affaire bij Staatssecretaris
Snel duidelijk begon te worden, zijn inzet om de gedupeerde ouders recht te doen onderschreven
en hem en vervolgens ook Staatssecretaris Van Huffelen gesteund in hun werk om de
hersteloperatie toeslagen zo goed mogelijk te laten verlopen.
Vraag 9
Erkent u dat het ontluisterend is dat de voormalig Staatssecretaris van Financiën
– hoewel hij iets wilde doen voor de ouders – gesneuveld is over de toeslagenaffaire
en dat juist de voormalig Staatssecretaris van SZW – die compensatie voor de ouders
tegenhield – bevorderd is tot Minister? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 9
In de vraagstelling wordt er ten onrechte van uitgegaan dat in de ministerraad van
7 juni 2019 een compensatievoorstel van Staatssecretaris Snel is tegengehouden. Dit
is niet het geval. Vanaf het moment dat de omvang van de affaire bij Staatssecretaris
Snel duidelijk begon te worden, heeft het kabinet zijn inzet om de gedupeerde ouders
recht te doen onderschreven.
Vraag 10
Kunt u deze vragen, mede in het licht bezien van de recent verschenen rapportage van
kinderopvangstukken van SZW2, een voor een en inhoudelijk beantwoorden?
Antwoord 10
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. (Mark) Rutte, minister van Algemene Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.