Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van den Berg over de stand van zaken rond het testbeleid, laboratoriumcapaciteit en ventilatie
Vragen van het lid Van den Berg (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de stand van zaken rond het testbeleid, laboratoriumcapaciteit en ventilatie (ingezonden 3 september 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 22 september
2020).
Vraag 1
Klopt het dat momenteel de voornaamste reden dat GGD’en niet kunnen opschalen de capaciteitsproblemen
bij de laboratoria is?1
Antwoord 1
Dat klopt.
Vraag 2
Wat is de oorzaak van deze capaciteitsproblemen? Klopt het dat het Landelijk Coördinatieteam
Diagnostische Keten (LCDK) onvoldoende reagentia kan inslaan?2
Antwoord 2
Ondanks alle inzet heeft zich de afgelopen weken een aantal tegenvallers voorgedaan:
• Sommige nieuwe machines bleken niet snel inzetbaar te zijn
• Er blijken meer operationele verliezen (o.a. suboptimaal gebruik van materialen) dan
verwacht bij het uitvoeren van de analyses
• Sommige labs vallen uit of blijken minder snel te kunnen opschalen dan verwacht
• Het gepoold analyseren van testen blijkt minder snel inzetbaar te zijn dan verwacht
Daarnaast is het inderdaad zo dat internationale leveranciers van reagentia op dit
moment onvoldoende kunnen leveren aan Nederlandse laboratoria. De inkoopafspraken
worden gemaakt via het LCH. Het LCDK kent de reagentia die wél beschikbaar vervolgens
zo optimaal mogelijk toe aan de laboratoria.
Vraag 3
Hoeveel (private) laboratoria zijn inmiddels aangesloten op CoronIT, het computersysteem
dat voor de coronatesten wordt gebruikt?
Antwoord 3
Op het moment van schrijven zijn bijna 70 laboratoria aangesloten op CoronIT.
Vraag 4
Op welke wijze bent u van plan om op zo kort mogelijke termijn de capaciteitsproblemen
bij de laboratoria op te lossen?
Antwoord 4
Er is een aantal acties ondernomen voor de korte termijn:
• Mensen zijn opgeroepen zich te houden aan het geldende testbeleid: testen alleen mét
klachten.
• Vorige week zijn GGD’en verzocht om pas op de plaats te maken met uitbreiden van de
teststraten.
• Ik heb drie contracten gesloten met buitenlandse laboratoria en komende weken levert
dit steeds meer extra testen op per dag en dit gaat met duizendtallen per week omhoog.
• Ik ben bezig met de gunning van lopende aanbestedingen voor nieuwe machines en materialen
en voor pooling laboratoria.
Vraag 5
Zijn er ook andere redenen dat momenteel niet opgeschaald kan worden door de GGD’en?
Antwoord 5
Nee, dat is niet het geval.
Vraag 6
Is de oproep om alleen te testen bij klachten slechts tijdelijk (in verband met de
capaciteitsproblemen bij de laboratoria), of blijft dit het testbeleid?3
Antwoord 6
Dit is het geldende testbeleid.
Vraag 7
Klopt het dat diverse zorginstellingen inmiddels weer overgaan tot het zelf testen
van personeel – bijvoorbeeld omdat een personeelslid op de afdeling besmet blijkt
te zijn – aangezien de GGD hier niet aan kan meewerken?
Antwoord 7
Ik beschouw het niet als een probleem dat zorginstellingen hun personeel zelf testen.
In veel ziekenhuizen is dit staande praktijk. Ik ben in gesprek met ziekenhuizen en
de GGD GHOR over de mogelijkheid om alle zorgwerkers in het ziekenhuis te testen,
dus zowel het afnemen van monsters als het analyseren van monsters. Het voordeel daarvan
is, dat het afgenomen monster al meteen in het ziekenhuis aanwezig is en daarmee meteen
naar het laboratorium kan. Daarmee blijft de doorlooptijd kort. Ook andere relevante
zorgorganisaties worden hierbij betrokken. Ik houd uw Kamer op de hoogte van de voortgang
van de uitwerking.
Vraag 8
Kunt u een overzicht geven van hoe lang men per GGD-regio gemiddeld en maximaal moet
wachten op een testuitslag?
Antwoord 8
Dat overzicht is door aanpassingen in CoronIT steeds beter te geven maar is ook aan
forse dagelijkse veranderingen onderhevig. Het LCDK en GGD-GHOR monitoren dit dagelijks
en ik rapporteer hierover op hoofdlijnen aan de kamer en niet per regio.
Vraag 9
Kunt u – in aanvulling op de schriftelijke vragen van de leden Van den Berg (CDA),
Peters (CDA), Bergkamp (D66) en Diertens (D66) aan u over het belang van ventilatie
tegen de verspreiding van het coronavirus4 – een reactie geven op de ontwikkeling van filters waarmee het coronavirus uit de
lucht gehaald kunnen worden? Bekijkt het RIVM dergelijke opties, en zo ja, hoe kijken
zij hier tegenaan?5
Antwoord 9
Het RIVM is op de hoogte dat er systemen zijn met filters die als doel hebben virussen
uit de lucht te halen, zoals in gebruik bij operatiekamers en vliegtuigen. Deze systemen
kunnen in deze settings bij correct gebruik een goede toevoeging zijn aan de andere
preventieve maatregelen om infectieziektes te voorkomen. Voor publieke plekken zoals
kantoren en scholen is het echter niet duidelijk of systemen met filters die de lucht
in een ruimte reinigen, naast de al geldende maatregelen en bestaande ventilatiesystemen,
een meerwaarde zijn om COVID-19 te voorkomen omdat de rol van aerogene transmissie
van SARS-CoV-2 nog onduidelijk is.
Vraag 10
Onderzoekt het RIVM tevens systemen waarbij gebruik wordt gemaakt van ionisatie en/of
UV-C straling? Zo ja, wat is het oordeel van het RIVM hierover?
Antwoord 10
In het verleden is door RIVM gekeken naar ionisatie en UV-C, maar niet in relatie
tot COVID-19 of luchtreiniging. Op dit moment onderzoekt het RIVM geen systemen waarbij
gebruik wordt gemaakt van ionisatie en/of UV-C.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.