Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Yesilgöz-Zegerius en Lodders over het bericht ‘Nederland internationaal onder vuur om drugshandel per post’
Vragen van de leden Yesilgöz-Zegerius en Lodders (beiden VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris van Financiën over het bericht «Nederland internationaal onder vuur om drugshandel per post» (ingezonden 1 juli 2020).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Staatssecretaris
Van Huffelen (Financiën, Toeslagen en Douane) (ontvangen 22 september 2020). Zie ook
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 3618.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht: Nederland internationaal onder vuur om drugshandel
per post?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3
Klopt het dat Nederlandse dealers maandelijks naar schatting 9000 postpakketten met
drugs naar het buitenland sturen? Zo ja, kunt u een overzicht geven van het aantal
onderschepte postpakketten met drugs dat naar het buitenland wordt verstuurd opgesplitst
per jaar en per land vanaf 2017? En kunt u overzicht geven hoe en waar deze postpakketten
onderschept zijn?
Klopt het dat met name cocaïne, xtc, speed en steeds meer crystal meth vanuit Nederland
per post worden verstuurd naar andere landen? Zo ja, kan een overzicht worden gegeven
van de soorten drugs die vanuit Nederland per post naar het buitenland worden verstuurd
opgesplitst per jaar en per land vanaf 2017?
Antwoord 2, 3
De schatting van 9.000 postpakketten met drugs, betrof een extrapolatie van vondsten
tijdens een risicogerichte controle-actie. Deze actie komt voort uit een pilot gericht
op een intelligentere, innovatievere en informatie gestuurde detectie van drugs. Ten
aanzien van deze schatting is daarom voorzichtigheid geboden.
Hieronder is een overzicht gegeven van de door de Nederlandse Douane inbeslaggenomen
verdovende middelen in uitgaande postpakketten naar Niet-EU-landen2, uitgesplitst naar de meest voorkomende landen van bestemming en naar meest voorkomende
soort drugs. Indien uit de bevindingen in de niet-EU stroom uiterlijke kenmerken naar
voren komen die ook onmiddellijk zichtbaar zijn in de EU post, dan worden ook die
poststukken nader onderzocht en bij een vermoeden van verdovende middelen in beslag
genomen. Dat verklaart dat er ook EU landen zijn vermeld.
In de afgelopen jaren zijn vanaf 2017 tot heden de navolgende aantallen en kilo’s
verdovende middelen door de douane in beslaggenomen in de uitgaande postpakketten.
– In 2017 zijn 309 pakketten in beslag genomen met in totaal ruim 374 kg verdovende
middelen waarvan 338,5 kg synthetische drugs.
– In 2018 betreft het 443 pakketten met ruim 335 kg waarvan 303 kg synthetische drugs.
– In 2019 werden 584 pakketten in beslaggenomen met ruim 384 kg verdovende middelen
waaronder 362 kg synthetische drugs.
– In 2020 zijn tot nog toe 355 pakketten met in totaal 217 kg aangetroffen, daarvan
waren 195 kg synthetische drugs.
De meest voorkomende bestemmingslanden per soort drugs in de uitgaande pakketten varieert:
– Bij de geconstateerde uitgaande zendingen met synthetische drugs zijn de Verenigde
Staten en Canada de meest voorkomende bestemmingslanden en daarnaast India en Zuid-Amerikaanse
landen als Colombia en Brazilië.
– Bij de geconstateerde uitgaande zendingen met cocaïne zijn de meest voorkomende bestemmingslanden
de Verenigde Staten/Canada en Australië.
– De overige harddrugs betreffen zeer kleine aantallen en hoeveelheden, waardoor daarvan
geen meest voorkomende bestemmingen te geven zijn.
– Bij de geconstateerde uitgaande zendingen met softdrugs zijn de meest voorkomende
bestemmingslanden EU-landen als Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk en
daarnaast de Verenigde Staten.
Vraag 4
Kan een overzicht worden gegeven van de landen die de meeste drugspakketten per post
vanuit Nederland ontvangen? Zo ja, in hoeverre kunnen postpakketten bestemd voor risicolanden
extra worden gecontroleerd? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
In Nederland worden geen cijfers bijgehouden van het aantal drugspakketten dat per
post vanuit Nederland in andere landen wordt onderschept.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk zou zijn als postpakketten vanuit Nederland
op den duur in de ban worden gedaan door andere landen, met name vanwege onze handelspositie?
Zo ja, welke maatregelen bent u bereid te treffen om de controle op postpakketten
te intensiveren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Ja, die mening deel ik zeker. Voor de aanpak van misbruik van post- en pakketdiensten
verwijs ik u naar de antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden Kuiken en Moorlag
van 30 juni 2020 (2020Z12693).
Vraag 6
Welke landen voeren een beleid van 100% controle ten aanzien van postpakketten uit
Nederland? Sinds wanneer hebben deze landen dat beleid ingevoerd?
Antwoord 6
Er zijn landen die intensief controleren, maar onduidelijk is of dit 100% controles
zijn.
Vraag 7
Klopt het dat de douane en de politie eerst toestemming moeten vragen aan een officier
van justitie, die vervolgens groen licht moet krijgen van een rechter-commissaris,
om een pakket te controleren? Zo ja, is het een mogelijkheid om het controleren van
verzendingen te vereenvoudigen door de bevoegdheid om pakketten te openen neer te
leggen bij politie- of douanebeambten zelf? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
De Douane heeft de bevoegdheid om zonder toestemming van een rechter-commissaris (pakket)post
waarop geen briefgeheim rust, te openen en een controle in te stellen.
In artikel 101 lid 2 Wetboek van Strafvordering is bepaald dat de officier van justitie
tot de kennisneming van de inhoud van o.a. pakketten niet overgaat voor daartoe door
de rechter-commissaris gemachtigd te zijn. Na de modernisering van het wetboek van
Strafvordering zullen opsporingsambtenaren bevoegd worden om zelfstandig postpakketten
in beslag te nemen en om het postpakket vervolgens te openen en kennis te nemen van
de inhoud. Er is dan geen machtiging nodig van de rechter-commissaris. Deze wijziging
zorgt voor een vereenvoudiging en versnelling van het proces van het opsporen van
drugs in postpakketten.
Vraag 8
Klopt het dat er een toename is van het aantal Nederlandse drugspostzendingen die
vanuit Duitsland en België worden verstuurd? Zo ja, bent u bereid in gesprek te gaan
met uw collega’s in deze landen om het aantal drugspostzendingen terug te dringen?
Antwoord 8
Criminelen blijven vindingrijk en als blijkt dat het moeilijker wordt om drugs vanuit
Nederland te versturen, zullen criminelen andere wegen zoeken. Uit opsporingsonderzoeken
die het PIT draait op verdachte subjecten blijkt de tendens dat in toenemende mate
postpakketten worden verstuurd vanuit deze landen. Exacte cijfers zijn echter niet
te geven.
Internationaal staat het misbruik van de post- en pakketteninfrastructuur op de agenda.
Zowel bij de Europese Commissie als bij de Wereldpostunie en PostEurop. UPU is een
partnerschap aangegaan met de International Narcotics Control Board (INCB) om de postale
sector te beschermen tegen crimineel misbruik. PostNL is in Nederland aangewezen als
de verlener van de Universele Postdienst (UPD) en is in die hoedanigheid bij deze
overlegstructuren betrokken. Binnen de Europese Raad is er een thematische discussie
«Secure Post» opgezet over de problematiek van drugs in postzendingen. SecurePost
is een project onder de vlag van PostEurop in reactie op de oproep vanuit de Europese
Commissie om te komen met voorstellen op het thema «Prevention, detection response
and mitigation of combined physical and cyber threats to critical infrastructure in
Europe».
Vraag 9
Ziet u het invoeren van een legitimatieplicht bij het versturen van pakketten naar
het buitenland als oplossing? Zo ja, kan de Kamer op korte termijn nader worden geïnformeerd
over deze mogelijke maatregel en hoe dit vormgegeven zou kunnen worden, tevens met
aandacht voor de AVG? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Ik verwijs u naar de antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden Kuiken en Moorlag
van 30 juni 2020 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 117).
Toelichting
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen van de leden Kuiken en Moorlag
(beiden PvdA), ingezonden 30 juni 2020, vraagnummer 2020Z12693.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.