Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Helder over het bericht ‘Agent perplex en in onzekerheid door spuger’
Vragen van het lid Helder (PVV) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Agent perplex en in onzekerheid door spuger.» (ingezonden 26 augustus 2020).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 21 september
2020). Zie Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 13.
Vraag 1
Kent u het bericht «Agent perplex en in onzekerheid door spuger»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat agenten zo snel mogelijk uitsluitsel over een eventuele besmetting
met een ziekte (zoals corona, HIV of hepatitis) moeten krijgen na een dergelijk incident?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3, 4, 5, 6
Zo ja, bent u bekend met het feit dat de dader/patiënt hiervoor toestemming moet geven?
Indien de dader/patiënt de toestemming niet geeft, vindt u dan niet dat algemeen belang
dat agenten dienen (namelijk o.a. de handhaving van de rechtsorde) een zogenoemd zwaarwegend
belang2 is op grond waarvan aan de betreffende agent(en) kenbaar wordt gemaakt dat de dader
een besmettelijke ziekte heeft? Zo nee, waarom niet?
Zo nee, deelt u de mening dat de (behandelend) arts(en) wettelijk verplicht is/zijn
om bepaalde informatie naar buiten te brengen (bijvoorbeeld als de patiënt een besmettelijke
ziekte heeft) waardoor het medisch beroepsgeheim doorbroken kan worden?
Zo nee, bent u dan bereid om een wettelijke uitzonderingsgrond te formuleren in de
Wet publieke gezondheid waardoor in dergelijke uitzonderlijke gevallen het medisch
beroepsgeheim kan worden doorbroken in die zin dat de betreffende agent(en) uitsluitsel
over een eventuele besmetting kunnen krijgen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3, 4, 5, 6
Het bespugen van een persoon kan worden gekwalificeerd als een misdrijf, namelijk
als belediging of mishandeling. Artikel 151e e.v. WvSv bepaalt dat de officier van
justitie aan de verdachte – in het onderhavige geval de spuger – kan verzoeken celmateriaal
af te staan ten behoeve van onderzoek dat tot doel heeft vast te stellen of de verdachte
drager is van Corona, Hepatitis of HIV. Indien de verdachte medewerking weigert, kan
de officier van justitie in het belang van het onderzoek bevelen dat van hem celmateriaal
wordt afgenomen. De officier van justitie geeft verdachte en het slachtoffer zo spoedig
mogelijk kennis van de uitslag van het onderzoek.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.