Amendement : Amendement van het lid Van der Staaij over aanscherping van de noodzakelijkheids- en proportionaliteitseisen
35 526 Tijdelijke bepalingen in verband met maatregelen ter bestrijding van de epidemie van covid-19 voor de langere termijn (Tijdelijke wet maatregelen covid-19)
Nr. 21
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER STAAIJ
Ontvangen 18 september 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 58b als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «voor zover die toepassing noodzakelijk is voor het in het
eerste lid genoemde doel en evenredig is aan dat doel» vervangen door «indien dit
gelet op de omstandigheden van de bestrijding van de epidemie en de ernst van de bedreiging
van de volksgezondheid onontkoombaar is en in vergelijking met andere maatregelen
voor de betrokkene het minste nadeel oplevert».
2. Na het tweede lid worden twee leden ingevoegd, luidende:
2a. De uitoefening van een toegekende bevoegdheid blijft achterwege, indien de uitoefening
ervan een onevenredig nadeel oplevert in vergelijking met het door de maatregel te
bereiken positieve effect voor de volksgezondheid.
2b. De uitoefening van een bevoegdheid dient evenredig te zijn aan het daarmee beoogde
doel en wordt onmiddellijk gestaakt, indien het doel waartoe de bevoegdheid is uitgeoefend
is bereikt, danwel voortaan met een minder ingrijpende bevoegdheid kan worden volstaan.
Toelichting
Het is van groot belang dat bij elk gebruik van een in deze tijdelijke wet toegekende
bevoegdheden duidelijk wordt gemaakt dat een minder vergaande regeling om grondrechten
in te perken niet mogelijk is.
In de memorie van toelichting is aangegeven dat bij de formulering van artikel 58b
gebruik gemaakt is van elementen van artikel 26 van de Wet op de inlichtingen- en
veiligheidsdiensten. De indiener is van mening dat de in dit wetsvoorstel opgenomen
bepaling aanscherping verdient en dat er meer aangesloten moet worden bij de formuleringen
van artikel 26 Wiv.
De afweging ten aanzien van de volksgezondheid moet uitdrukkelijk getoetst worden
aan de gevolgen die maatregelen hebben voor de personen of organisaties die erdoor
geraakt worden. Hierbij gaat het onder meer over andere gevolgen voor de bijvoorbeeld
psychische en emotionele gezondheid, de uitoefening van het eigendomsrecht en de mogelijkheden
om bezoek te ontvangen binnen instellingen.
Uitgangspunt is tevens dat als het maar even mogelijk is er niet langer gebruik gemaakt
dient te worden van een concrete bevoegdheid in dit wetsvoorstel.
Van der Staaij
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.G. van der Staaij, Tweede Kamerlid