Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Tielen over signalen van bedrijven die vastlopen in de NOW-procedure, terwijl de regeling wel voor hun bedoeld lijkt te zijn
Vragen van het lid Tielen (VVD) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over signalen van bedrijven die vastlopen in de NOW (Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid)-procedure, terwijl de regeling wel voor hun bedoeld lijkt te zijn (ingezonden 24 juli 2020).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 14 september
2020).
Vraag 1
Krijgt u ook signalen dat er ook nu in juli nog, ondernemers vastlopen in de procedure
met betrekking tot NOW-1, waarvan de aanvraagtermijnen formeel in juni zijn gesloten,
maar waar Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) nog wel mee in contact
is?
Antwoord 1
Nee, mij hebben geen nieuwe signalen bereikt over ondernemers die knel raken vanwege
nog niet geïdentificeerde problemen in de NOW-1. Wel heb ik signalen ontvangen dat
ondernemingen die een NOW-1 aanvraag hebben gedaan voor 5 mei en zich niet bewust
waren van het feit dat dit een aanvraag op concernniveau was, op basis van de regeling
niet in aanmerking komen voor subsidie op werkmaatschappijniveau. Ik ben voornemens
de regeling zo aan te passen dat er geen (administratieve) belemmeringen meer zijn
om in een dergelijke situatie de subsidie vast te stellen op werkmaatschappijniveau.
Vraag 2
Herkent u het signaal van een bedrijf dat in februari 2020 de eerste omzet draaide
en btw-aangifte deed, toch niet als nieuw wordt aangemerkt en de tegemoetkoming voor
startende ondernemingen moet terugbetalen omdat de Kamer van Koophandelinschrijving
eind 2018 plaatsvond en daarmee volgens de regeling geen startend bedrijf is? Hoeveel
van dergelijke situaties maken deel uit van de NOW-afwijzingen?
Antwoord 2
Binnen de NOW-1 wordt, om een relevante referentieperiode te hebben voor zowel loonsom
als omzet, uitgegaan van een referentie voorafgaand aan de maatregelen om Corona tegen
te gaan en de effecten daarvan. Voor de loonsom wordt in de NOW-1 gekeken naar de
loonsom in januari 2020 dan wel november 2019. Voor de omzet geldt dat, bij een onderneming
die voor 2019 al bestond, de omzet in 2019 (gedeeld door 4) als referentieomzet wordt
gehanteerd. Voor nieuwe ondernemingen – gestart in 2019 of 2020 – geldt dat minimaal
een maand referentieomzet beschikbaar moet zijn. Omdat over maart tegemoetkoming voor
de loonkosten kan worden ontvangen, moet een werkgever ultimo per 1 februari gestart
zijn.
Het bovenstaande betekent inderdaad dat een werkgever die al wel werknemers in dienst
heeft per januari 2020 en derhalve een loonsom heeft, maar nog geen omzet heeft gemaakt
in 2019, tussen wal en schip kan vallen. Waar de generieke regeling zo goed mogelijk
onderscheid probeert te maken tussen bestaande en nieuw gestarte ondernemingen blijkt
het criterium van moment van inschrijving in de Kamer van Koophandel niet in alle
gevallen ook het moment te zijn waarop (op afzienbare tijd daarna) omzet gemaakt zal
gaan worden. Het is evenwel niet mogelijk dergelijke problematiek te voorkomen omdat
het voor UWV niet mogelijk is om voor elke werkgever na te gaan vanaf welk moment
daadwerkelijk omzet is gegenereerd. Het is eveneens niet mogelijk om na te gaan voor
UWV hoeveel van dergelijke situaties hebben geleid tot een afwijzing op grond van
de NOW.
Vraag 3
Herkent u het signaal dat een bedrijf dat in januari nog geen loonaangifte deed, maar
in februari en maart wel, een afwijzing kreeg over de toekenning NOW en nu, na bezwaar,
tot oktober moet wachten op uitsluitsel? Hoeveel van dergelijke situaties maken deel
uit van de huidige NOW-bezwaren?
Antwoord 3
Dit signaal ken ik inderdaad. Omdat de NOW uitgaat van de referentiemaand januari
voor de loonsom, wordt er geen voorschot verstrekt als er in die maand geen loon is
uitbetaald. Enige tijd na de start van de regeling bleek dit voor startende werkgevers
of werkgevers met een wisselende loonsom bijv. vanwege seizoensinvloeden tot knelpunten
te leiden. In de derde wijziging van de NOW-1, heb ik daarom de mogelijkheid geboden
om bij een hogere loonsom in maart–mei 2020 dan in januari 2020 alsnog uit te gaan
van de loonsom in eerstgenoemde periode. Ook werkgevers die in januari (nog) geen
loonsom hadden, kunnen derhalve bij de subsidievaststelling (vanaf 7 oktober opent
het loket hiervoor) definitief duidelijkheid krijgen over een evt. NOW-subsidie.
Toen deze aanpassing van de NOW werd ingevoerd, was het echter niet meer mogelijk
nog voorschotten te verstrekken aan diegenen met een 0-loonsom in januari 2020.
Vraag 4
Herkent u het signaal dat een bedrijf dat al dertien jaar succesvol is, in maart een
nieuwe eigenaar krijgt die het bedrijf omzet van besloten vennootschap (bv) naar vennootschap
onder firma (vof), geen aanspraak blijkt te kunnen maken op de NOW, omdat het volgens
de regeling een startend bedrijf is terwijl medewerkers die al vele jaren in dienst
waren van de bv (en sinds maart van de vof) bij ontslag wel aanspraak maken op een
transitievergoeding passend bij die vele dienstjaren? Bent u het ermee eens dat dit
lijkt op meten met twee maten?
Antwoord 4
Deze situatie kan inderdaad voorkomen. Vanwege het beoogde doel van de NOW – de betaling
van NOW-gelden voor zoveel mogelijk werkgevers zo snel mogelijk regelen – is maatwerk
in het primaire proces niet mogelijk; dit deel verloopt ook geheel geautomatiseerd.
Een werkgever die deze uitkomst als onrechtvaardig ervaart kan, net als iedere werkgever
die het niet eens is met de beslissing van UWV, uiteraard in bezwaar gaan. In bezwaar
wordt altijd een beoordeling gedaan van de individuele casus, waarbij UWV naast de
letter van de regeling ook nadrukkelijk het doel van de regeling in ogenschouw neemt.
Dat betekent dat in bezwaar alsnog tot toekenning van de NOW gekomen kan worden ook
in casussen waarin puur administratieve belemmeringen in eerste instantie aan toekenning
van NOW in de weg stonden (zoals een rechtsvormwissel zonder dat de bedrijfsvoering
is gewijzigd). Het UWV zal dit per geval beoordelen in de bezwaarprocedure.
Vraag 5
Deelt u de mening dat puur administratieve wijzigingen, zoals verandering van loonaangiftenummer
of overname, geen obstakel moeten zijn voor aanspraak op de NOW-1, mits herleidbaar
is wat de loonkosten in januari of maart 2020 waren en wat de omzetcijfers over 2019
waren? Welke oplossingen zijn tot op heden door UWV ingezet om bedrijven die hier
tegenaan lopen toch te kunnen helpen?
Antwoord 5
Ik wil eerst in algemene zin benadrukken dat ik het liefst alle werkgevers maatwerk
zou willen bieden zodat er geen administratieve obstakels in de weg zouden staan aan
een recht op NOW. Dit kan echter niet; daarvoor is de NOW teveel gericht op snelheid
en eenvoud in de uitvoering, zodat de bulk van alle aanvragen snel verwerkt kan worden
en tot uitbetaling kan komen. Maatwerk verlenen binnen de NOW-regeling is dan ook
niet mogelijk (zie ook antwoord op vraag 4).
Specifiek ten aanzien van bedrijven die door puur administratieve wijzigingen in de
knel komen en waar de onderliggende bedrijfsvoering, zoals in de genoemde voorbeelden,
100% hetzelfde is gebleven wil ik opmerken dat dit soort aanvragen primair worden
afgewezen («uitvallen in het reguliere proces»). Ondernemingen die menen ten onrechte
een afwijzing op hun aanvraag te hebben ontvangen, kunnen daartegen – net als bij
iedere andere afwijzende beschikking – bezwaar maken. Wanneer in bezwaar wordt gegaan,
zal het UWV de individuele casus van een werkgever (nogmaals) in ogenschouw nemen.
Ik weet dat het UWV zoveel mogelijk probeert recht te doen aan het doel van de regeling
juist ook in (schrijnende) gevallen van puur administratieve belemmeringen voor het
recht op NOW.
Vraag 6
Binnen welke termijn moet het UWV normaal op een bezwaarschrift reageren? Klopt het
dat bedrijven die bezwaar aan hebben getekend jegens de afwijzing van NOW-1 nu van
het UWV horen dat ze pas na 6 oktober 2020 antwoord krijgen op hun aanvraag en bezwaar?
Antwoord 6
Deze termijn is 6 weken en kan eenmaal eenzijdig door UWV worden verlengd met 6 weken.
Daarna kan alleen nog worden verlengd met toestemming van betrokkene zelf. Het klopt
niet dat bedrijven die bezwaar hebben aangetekend jegens de afwijzing van NOW-1 pas
in oktober antwoord krijgen op hun bezwaar. De beslissingen op de voorschot aanvragen
zijn allemaal genomen.
Het is wel zo dat, zoals hierboven uiteengezet, in de derde wijziging van de NOW-11 werkgevers die in januari (nog) geen loonsom hadden alsnog een aanvraag om subsidievaststelling
kunnen doen en een ingediende aanvraag van deze werkgevers is toegewezen. Toen deze
aanpassing van de NOW werd ingevoerd, was het echter niet meer mogelijk nog voorschotten
te verstrekken aan diegenen met een 0-loonsom in januari 2020. Dat betekent inderdaad
dat zij pas na indiening van de aanvraag om vaststelling definitief duidelijkheid
krijgen over een evt. NOW-subsidie.
Vraag 7
Worden bezwaarschriften voor de NOW met spoed behandeld door UWV, gezien de enorme
onzekerheid waar bedrijven die zwaar geraakt zijn nu in verkeren? Zo ja, welke maatregelen
zijn genomen om bedrijven zo snel mogelijk duidelijkheid te geven? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 7
Nee, deze zaken worden niet met voorrang behandeld. Voor alle werkgevers en werknemers
die een bezwaarschrift bij UWV indienen, geldt dat behandeling daarvan voor hen belangrijk
en urgent is. Prioritering op basis van het onderwerp van het bezwaarschrift wordt
dan ook niet wenselijk geacht.
Vraag 8
Wat is de instructie van het ministerie aan het UWV is over afwijzingen om administratieve
redenen, zoals verandering van loonaangiftenummer of een overname?
Antwoord 8
Er zijn geen generieke instructies gegeven over deze onderwerpen aan het UWV. Wel
heeft het UWV uiteraard haar werkwijze kenbaar gemaakt. Die werkwijze is hierboven
onder antwoord 5 beschreven.
Vraag 9
Deelt u de mening dat er bij het UWV dan wel bij het ministerie een loket moet zijn
dat zich kan buigen over administratief schrijnende gevallen en een definitief besluit
kan nemen over een NOW-aanvraag van een onderneming die wel past bij de bedoeling
van de NOW, maar waar meer administratieve bewijzen voor nodig zijn dan die de huidige
ongerichte procedure kan verwerken? Zo ja, op welke wijze gaat u daar invulling aan
geven en wanneer? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Wanneer werkgevers het niet eens zijn met de beslissing van UWV staat er altijd de
mogelijkheid van bezwaar open. Er is dus een loket waar deze gevallen terecht kunnen;
een apart loket hiervoor is niet nodig en acht ik daarnaast onwenselijk omdat dan
discussie zal gaan ontstaan in welk geval een onderneming bij dit specifieke loket
mag aankloppen.
Vraag 10
Op welke wijze bent u van plan de aangenomen motie-Tielen uit te voeren?2
Antwoord 10
De motie ziet erop om te identificeren of er nog resterende knelpunten in de NOW zijn
die ervoor zorgen dat er afwijzingen op de aanvraag om NOW plaatsvinden vanwege administratieve
redenen. Zoals ik ook in de monitoringsbrief voor de NOW van september heb aangegeven,
ben ik het er graag mee eens dat schrijnende gevallen in kaart gebracht worden. UWV
monitort dan ook de binnengekomen klachten en vragen over de NOW (via het klantcontactcentrum)
en de ingediende bezwaarschriften. UWV gaat daarbij na of er patronen en rode draden
te ontwaren zijn in casussen die daar aan de orde zijn die blijk geven van administratieve
knelpunten in regeling. Eventuele structurele tekortkomingen in de NOW die aanleiding
geven tot schrijnende gevallen worden op die manier door UWV aan het Ministerie van
SZW gemeld. Zoals ik in voornoemde monitoringsbrief ook heb aangekondigd, is een aanpassing
die tegen deze achtergrond al wordt voorbereid het introduceren van een herstelmogelijkheid
om bij het indienen van het verzoek om vaststelling alsnog aan te geven dat een aanvraag
op werkmaatschappijniveau wordt gedaan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.