Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Laçin over de buurtbussen die niet rijden
Vragen van het lid Laçin (SP) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «300 buurtbussen rijden al maanden niet door corona: duizenden reizigers gedupeerd» (ingezonden 20 augustus 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-Van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
            (ontvangen 10 september 2020).
         
Vraag 1
            
Kent u het bericht «300 buurtbussen rijden al maanden niet door corona: duizenden
               reizigers gedupeerd»?1
Antwoord 1
            
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
            
Kunt u uitleggen waarom buurtbussen niet kunnen rijden, terwijl al het andere vervoer
               wel weer rijdt?
            
Antwoord 2
            
In maart hebben de buurtbusverenigingen in overleg met de vervoerders besloten om
               te stoppen met het rijden van de buurtbussen. Het RIVM-advies was toen dat risicogroepen
               het OV het beste konden mijden. Omdat een groot deel van de buurtbuschauffeurs i.v.m.
               hun hoge leeftijd in deze risicogroep vallen, werd het risico voor de buurtbusvrijwilligers
               te groot geacht. Ook het algemene advies voor de reizigers was toen om alleen OV te
               gebruiken indien noodzakelijk. Sinds 1 juni is dit advies gewijzigd en is in het OV,
               op de buurtbussen na, weer de normale dienstregeling van kracht.
            
In een buurtbus is het, in tegenstelling tot in een grote bus, niet mogelijk om 1,5
               meter afstand te houden tussen chauffeur en reizigers bij het in- en uitstappen. Zolang
               dit niet is opgelost, vinden vervoerders het niet verantwoord om de buurtbussen weer
               in te zetten in het OV. De sector heeft daarom aan TNO gevraagd de ventilatie in buurtbussen
               te beoordelen. Volgens de bevindingen van TNO voldoen kleine busjes die worden ingezet
               als buurtbus vaak niet aan de ventilatie eisen. Op dit moment voert TNO verdiepend
               onderzoek uit, waarbij ook wordt gekeken welke oplossingen mogelijk zijn. Dit onderzoek
               wordt naar verwachting begin oktober afgerond.
            
Vraag 3
            
Welke maatregelen zijn nodig om buurtbussen weer te laten rijden en op welke termijn
               worden deze maatregelen getroffen?
            
Antwoord 3
            
Op dit moment wordt door de vervoerders onderzocht welke maatregelen in een buurtbus
               bescherming kunnen bieden voor chauffeur en reizigers. TNO is gevraagd om een aantal
               proefopstellingen te beoordelen. Indien het advies is dat aanpassingen in het voertuig
               nodig zijn, zal de RDW deze maatregelen technisch keuren voordat deze aanpassingen
               doorgevoerd kunnen worden.
            
Vraag 4
            
Hoeveel buurtbussen rijden er momenteel niet in Nederland en hoeveel reizigers worden
               getroffen door de afwezigheid van de buurtbussen?
            
Antwoord 4
            
In een normale situatie rijden er in Nederland ongeveer 350 buurtbussen die verantwoordelijk
               zijn voor ongeveer 227 buurtbuslijnen. Jaarlijks worden hiermee tussen de 3 en 4 miljoen
               ritten gemaakt. Voor het overgrote deel van deze bussen is een passend alternatief
               gevonden. Voor de laatste plekken waar dat nog niet het geval is wordt door alle betrokkenen
               naar een oplossing gezocht.
            
Vraag 5
            
Is het bij u bekend of deze reizigers een alternatief aangeboden hebben gekregen om
               toch mobiel te blijven en te kunnen reizen met het ov? Zo nee, bent u bereid om dit
               te onderzoeken?
            
Antwoord 5
            
De decentrale overheden zijn, onder andere via concessies, verantwoordelijk voor de
               inzet van buurtbussen. In de meeste provincies zijn reeds alternatieve vervoersoplossingen
               gevonden voor de buurtbusreizigers. Deze alternatieven kunnen per regio verschillen.
               Zo worden op diverse plaatsen grote bussen met beroepschauffeurs ingezet. En in Friesland
               rijdt bijvoorbeeld de belbus of opstapper, in Noord-Brabant kunnen de reizigers op
               die verbindingen waar nu geen buurtbus meer rijdt tegen OV tarief met de regiotaxi
               reizen en in Noord-Holland rijdt vanaf 1 september een soort taxibuurtbus die van
               te voren geboekt moet worden. In het Nationale Openbaar Vervoer Beraad (NOVB) van
               27 augustus is hier over gesproken en is gezamenlijk het belang onderstreept om zo
               snel mogelijk een oplossing te bieden op de plekken waar nog geen alternatief beschikbaar
               is.
            
Vraag 6
            
Bent u het ermee eens dat het openbaar vervoer van cruciaal belang is voor participatie
               in de samenleving op welke manier dan ook (werk, school, boodschappen, sociale contacten
               etc.)?
            
Antwoord 6
            
Het openbaar vervoer is een onmisbare schakel in ons mobiliteitssysteem. Daarom zet
               ik mij er voor in het openbaar vervoer zo goed mogelijk te laten functioneren zodat
               iedereen die dat wil er veilig gebruik van kan maken. Ook de buurtbussen zijn hierin
               een belangrijke schakel, omdat een buurtbus juist de mensen die vaak minder alternatieven
               hebben een vorm van mobiliteit biedt. Daarom vinden alle betrokkenen het belangrijk
               dat er goede alternatieven worden geboden. Aan de andere kant heb ik ook begrip voor
               het lastige dilemma van de regionale concessieverleners en vervoerders, want het vervoer
               moet immers zowel voor de reizigers als de vrijwilligers die de buurtbus rijden ook
               veilig zijn.
            
Vraag 7
            
Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat de buurtbussen zo snel mogelijk weer kunnen
               rijden en zolang dat nog niet kan, reizigers voor hetzelfde tarief een alternatief
               krijgen aangeboden?
            
Antwoord 7
            
De vervoerders onderzoeken samen met de industrie welke mogelijkheden er zijn om de
               ventilatie te verbeteren en kuchschermen te plaatsen. Zodra TNO en de RDW eventuele
               aanpassingen goedkeuren en deze in de voertuigen zijn geïnstalleerd, zijn de buurtbussen
               gereed. Ik heb in het NOVB het belang van alternatief vervoer benadrukt. Dit belang
               wordt door alle leden van het NOVB gedeeld. Ik heb de decentrale overheden gevraagd
               goed en creatief te kijken naar de plekken waar nog geen alternatief beschikbaar is.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
