Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Rudmer Heerema en Van Gent over het bericht ‘Voetbaltv daagt privacywaakhond AP voor de rechter om uitblijven besluit’
Vragen van de leden RudmerHeerema en Van Gent (beiden VVD) aan de Ministers voor Medische Zorg en voor Rechtsbescherming over het bericht «Voetbaltv daagt privacywaakhond AP voor de rechter om uitblijven besluit» (ingezonden 6 juli 2020).
Antwoord van Minister Van Ark (Medische Zorg), mede namens de Minister voor Rechtsbescherming
(ontvangen 10 september 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020,
nr. 3609.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «VoetbalTV daagt privacywaakhond AP voor de rechter
om uitblijven besluit»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Herinnert u zich dat u als antwoord op de vraag «Deelt u de mening dat de uitgangspunten
van het Verenigingsrecht en de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) strijdig
zijn als het gaat om de interpretatie van het gerechtvaardigd belang», antwoordde
«Als er sprake is van strijdigheid tussen het nationale recht en de Verordening gaat
de Verordening voor op het nationale recht»?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Bent u zich ervan bewust dat in andere Europese landen het wel toegestaan is om bijvoorbeeld
VoetbalTV te mogen uitzenden maar dat de Nederlandse interpretatie veel strikter is?
Waarom is het partijen als VoetbalTV wel toegestaan in andere landen uit te zenden
en in Nederland niet?
Antwoord 3
Ik ben mij ervan bewust dat in andere Europese landen vergelijkbare initiatieven als
VoetbalTV bestaan, waarbij wedstrijden via een livestream worden uitgezonden. Het
onderzoek van de AP heeft zich gericht op VoetbalTV en niet op buitenlandse partijen.
De AP kan geen oordeel geven over eventuele opnames van voetbalwedstrijden in andere
landen, zonder daarvan de voorwaarden en omstandigheden te kennen waaronder die opnames
worden verwerkt en is daartoe in beginsel ook niet bevoegd.
Vraag 4
Acht u het in abstracto wenselijk dat de AVG in Nederland strikter wordt toegepast
dan in andere EU-lidstaten? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 4
Als de AVG in Nederland strikter wordt toegepast dan in andere lidstaten, acht ik
dat onwenselijk. Uit overweging 123 bij de AVG vloeit dan ook voort dat de AP samen
met de toezichthouders in de andere lidstaten dient bij te dragen aan consequente
toepassing van de AVG, teneinde burgers op een gelijke wijze te beschermen en het
vrije verkeer van persoonsgegevens binnen de interne markt te vergemakkelijken.
Vraag 5
Vindt afstemming plaats tussen de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en andere nationale
toezichthouders om rechtseenheid te bevorderen? Zo ja, vindt u dat dit voldoende gebeurd?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Op structurele basis vindt overleg plaats tussen de AP en andere privacy toezichthouders
in Europa, om de rechtseenheid te bevorderen. Overleg vindt zowel binnen als buiten
de European Data Protection Board (EDPB) plaats. Zeer regelmatig publiceert de EDPB
richtlijnen met uitleg over de toepassing van de AVG. Daarnaast werken de toezichthoudende
autoriteiten samen via het zogeheten coherentiemechanisme om te zorgen dat de AVG
binnen de Europese Unie consequent wordt toegepast en verlenen zij, indien nodig,
elkaar wederzijdse bijstand. Of er voldoende afstemming is geweest, is niet aan mij
om te beoordelen. Op grond van artikel 52 van de AVG treedt elke toezichthoudende
autoriteit volledig onafhankelijk op bij de uitvoering van de taken en de uitoefening
van de bevoegdheden die haar overeenkomstig deze verordening zijn toegewezen. Dat
geldt ook voor de wijze waarop en de mate waarin tussen de AP en andere nationale
toezichthouders afstemming plaatsvindt.
Vraag 6
Bent u bereid in gesprek te gaan met de AP om het thema rechtseenheid te bespreken?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
De Minister voor Rechtsbescherming heeft het voornemen om na het zomerreces met de
AP het thema rechtseenheid te bespreken.
Vraag 7
Herinnert u zich de motie-Koopmans c.s?3 Kunt u een overzicht geven van de stappen die de rijksoverheid en de AP hebben gezet
in het traject richting VoetbalTV om zich zo hulpvaardig mogelijk op te stellen?
Antwoord 7
Ja. In 2017 hebben Talpa Network en de KNVB het initiatief tot het lanceren van VoetbalTV
in de media bekend gemaakt. VoetbalTV heeft voordat zij startte met dit initiatief
geen advies gevraagd aan de AP. De AP moet volgens de wet aan de ene kant bevorderen
dat organisaties zich aan de privacywetgeving houden en aan de andere kant controleren
of organisaties dit doen. Ook heeft de AP een voorlichtingstaak richting organisaties.
Het is aan de AP om af te wegen of er aanleiding bestaat om een instrument in te zetten
en zo ja, welk instrument. De AP is als onafhankelijk toezichthouder bevoegd om een
controlerend onderzoek te starten waar zij dat nodig acht. In het geval van VoetbalTV
zag de AP daar aanleiding toe. De AP heeft inmiddels een besluit genomen in deze zaak.
Omdat het besluit nu onder de rechter is, gaat de AP niet in op de inhoud van dit
besluit. Het staat VoetbalTV overigens vrij het besluit openbaar te maken. Zie verder
het antwoord op vraag 10.
Vraag 8
Kunt u aangeven hoeveel klachten bij de AP over VoetbalTV zijn ontvangen?
Antwoord 8
Nee, de AP geeft gewoonlijk geen inzicht in de aard van en het aantal klachten die
zij over een bepaalde organisatie heeft ontvangen. De AP kan een onderzoek starten
op basis van klachten van burgers, signalen van burgers, signalen uit de media, een
combinatie daarvan of ambtshalve (op eigen initiatief).
Vraag 9
Bent u op de hoogte van de petitie van de 150 aangesloten clubs bij VoetbalTV voor
het voortbestaan van VoetbalTV? Deelt u de mening van deze clubs dat het onduidelijk
is welk probleem precies wordt opgelost door de AP?
Antwoord 9
Ja, ik ben daarvan op de hoogte. De 150 amateurclubs die aangesloten zijn bij de streamingsdienst
van VoetbalTV steunen deze petitie waarin ze pleiten voor het voortbestaan van VoetbalTV.
De AP heeft onderzocht of de activiteiten van VoetbalTV passen binnen de huidige regelgeving
rondom privacy.
Vraag 10
Bent u zich ervan bewust dat VoetbalTV graag met de AP in gesprek wil gaan maar dat
de AP daar geen gehoor aan geeft? Bent u bereid te bevorderen dat de AP met VoetbalTV
in gesprek gaat om te kijken naar mogelijke oplossingen?
Antwoord 10
Het signaal dat VoetbalTV een spoedige afronding wenst van het onderzoek dat door
de AP is ingesteld, alsmede het verzoek om een gesprek tussen de AP en VoetbalTV tot
stand te laten komen, is door de Minister voor Rechtsbescherming onder de aandacht
gebracht van de AP. Na het doorlopen van de onderzoeksfase heeft de AP VoetbalTV de
gelegenheid gegeven een zienswijze te geven op het onderzoeksrapport. Daarna heeft
de AP in haar besluit uiteengezet hoe zij over deze kwestie denkt. Het besluit is
inmiddels aan de rechter voorgelegd. Met de verzamelbrief sportbeleid die u voorafgaand
aan het Wetgevingsoverleg Sport (WGO) ontvangt, wordt de door het Kamerlid Von Martels
op 2 juli jl. ingediende motie formeel afgedaan.
Vraag 11
Bent u bereid om in gesprek te gaan met VoetbalTV om te bezien hoe een oplossing kan
worden gevonden voor de ontstane situatie? Bent u tevens bereid tijdens gesprekken
met de AP de zaak VoetbalTV te agenderen, ook in het licht van de aangenomen motie-Koopmans
c.s?
Antwoord 11
Zie het antwoord op vraag 10.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Ark, minister voor Medische Zorg -
Mede namens
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.